PEUGEOT 107 2012 Instructieboekje (in Dutch)

Page 31 of 140

22
29 Toegang tot de auto





Achterklep
met de afstandsbediening
*






Zijruiten achter
(5 - deurs)
*
Volgens uitvoering.
De achterklep kan worden ver
grendelden ontgrendeld met de knoppen van de
afstandsbediening.
Druk om de achterklep vervolgens te openen op de knop C
en trek de achterklep open.
Vergrendelen / ontgrendelen
met de sleutel *

Trek aan de hendel en duw hem naar voren om
de ruit open te zetten.
Tr
ek de hendel naar achteren en duw hem vast om de ruit te sluiten.
De achterklep kan worden vergrendeld en ontgrendeld met de schakelaar Avan het bestuurdersportier.




*
Vol
gens uitvoering. Bedien om de achterklep te openen het slot B
met de sleutel en trek de achterklep open.

Page 32 of 140

30Toegang tot de auto























Brandstoftank
)
Open de brandstoftankklep. )
Steek de sleutel in de tankdop en draai
deze iets naar links en weer terug naar
rechts.
De sleutel komt weer terug in zijn
oorspronkelijke stand en de tankdop is
ontgrendeld.
Te l a ag brandstofniveau
Als het brandstofniveau te laag is,
gaat het laatste blokje knipperen incombinatie met een geluidssignaal. De resterende hoeveelheidbrandstof bedraagt nog ongeveer 5 liter.U kunt, afhankelijk van de rijomstandigheden
en de motoruitvoering, minder dan 50 km met
de resterende hoeveelheid brandstof rijden.
Als het blokje sneller begint te knipperen bedraagt de resterende hoeveelheid nog ongeveer 3 liter. r)Draai de dop met sleutel los.
)Hang de dop aan het haakje aan de
binnenzijde van de brandstofklep.


Op een label aan de binnenzijde van de
brandstoftankklep staat de voorgeschrevensoor t brandstof aangegeven.
Laat het vulpistool bij het aftanken nooit meer
dan 3 keer automatisch uitspringen. Indien dit
wel gebeurt, kunnen er storingen optreden.
De inhoud van de brandstoftank bedraagt
ongeveer 35 liter.)Draai de dop na het tanken weer helemaal
dicht naar rechts tot de dop klikt en sluit de
brandstoftankklep.


Het tanken dient te geschieden met afgezette motor.
r


Als de auto is gestrand meteen lege brandstoftank, kanop het instrumentenpaneel het waarschuwingslampje emissieregeling gaan branden. Na enkele malen startengaat het lampje automatisch weer uit.

Page 33 of 140

22
31 Toegang tot de auto
Brandstofkwaliteit voor
benzinemotoren
Auto's met benzinemotoren kunnen probleemloos rijden op biobrandstoffen vanhet type E10 en E24 (deze bevatten resp. 10% en 24% ethanol) die voldoen aan de Europese
richtlijnen EN 228 en EN 15376.
Brandstoffen van het type E85 (deze bevatten
tot 85% ethanol) zijn uitsluitend geschikt voor
auto's die speciaal bestemd zijn voor dit type
brandstof (BioFlex-auto's). De kwaliteit van de ethanol moet voldoen aan de Europese richtlijn EN 15293.
Auto's die kunnen rijden op brandstoffen meteen ethanolgehalte tot 100% (type E100),
worden alleen verkocht in Brazilië.

Page 34 of 140

32Toegang tot de auto

Page 35 of 140

3
33 Comfort

















Vent ilat ie
3.
Zijventilatieroosters
4. Luchtverdeelrooster
5. Uitstroomopeningen voor beenruimte
1.
Uitstroomopeningen voorruitontwaseming 2.Uitstroomopeningen zijruitontwaseming
De airconditioning bevat geen chloor en is niet schadelijk voor de ozonlaag.


Gebruiksadviezen

Als de binnentemperatuur zeer hoog blijftnadat de auto lang in de zon heeft gestaan,kunt u het passagierscompartiment kortventileren. Zorg voor een goede verdeling van de luchten let erop dat het luchtinlaatrooster, de ventilatieroosters, de luchtkanalen en deuitstroomopeningen onder de voorstoelenniet afgedekt zijn.Zorg er voor dat het interieur filter, dat zich in de motorruimte onder de voorruit bevindt, in een goede staat verkeert.De filterelementen dienen periodiek te worden vervangen. Laat de filterelemententwee keer zo vaak vervangen als deomstandigheden dit vereisen. Zet de airconditioning 1 tot 2 keer per maand 5 tot 10 minuten aan om het systeemin per fecte staat te houden. Tevens adviseren wij de airconditioning regelmatig te laten controleren om een goede werking van het systeem te waarborgen.Condensvorming in de airconditioning kaner toe leiden dat er zich een klein plasjewater onder de auto vormt, dit is een normaal verschijnsel. Gebruik de airconditioning niet als deze niet koelt en laat het systeem in dat geval door het PEUGEOT-netwerk of eengekwalificeerde werkplaats controleren.

Page 36 of 140

34Comfort





















Ver war ming
1. Temperatuur regeling
Draai de knop van blauw (koud) naar rood(warm) om de temperatuur naar behoefte in testellen.
2. Regeling luchtopbrengst
Draai bij aangezet contact aan de knop om degewenste luchtopbrengst te verkrijgen.Gebruik voor een optimaal comfor t de stand 0 zo min mogelijk.
In de stand 0
blijft er door de rijwind nog weleen kleine luchtstroom gehandhaafd. L
uchtstroom naar voorruit en
zijruiten.

4. Achterruitverwarming
Druk bij draaiende motor deschakelaar 4in, het controlelampje gaat branden. De achterruitverwarming zorgt voor
de ontwaseming van de achterruit. Druk nogmaals op de schakelaar 4 om deachterruitverwarming uit te schakelen.


3. Regeling luchtverdeling
Luchtstroom naar beenruimte,luchtverdeelrooster en linker en rechter
ventilatieroosters.
L
uchtstroom naar luchtverdeelrooster en linker enrechter ventilatieroosters.

Ontdooien en ontwasemen
Ga voor het snel ontwasemen van de voorruiten de zijruiten als volgt te werk:


- stel de luchtverdeling in op "voorruit en
zijruiten",

- stel de temperatuur 1
en de luchtopbrengst
2in op maximaal,

- sluit de linker en rechter ventilatieroosters.

De luchtstroom kan worden gevarieerd door de knop in een tussenstand te
zetten.
Schakel zodra de omstandigheden hettoelaten de achterruitverwarming uit om onnodig stroom- en brandstofverbruikte voorkomen.
Luchtstroom naar voorruit, zi
jruitenen beenruimte.

Luchtstroom naar beenruimte.

Page 37 of 140

3
35 Comfort

1.
Airconditioning aan/uit
Druk bij draaiende motor de schakelaar in; het controlelampje gaat branden.
1.
Airconditioning aan/uit 2.Te m p e r a t u u r r egeling3.Regeling luchtopbrengst




























Airconditioning


2. Temperatuurregeling

Draai de knop van blauw (koud) naar rood (warm) om de temperatuur naar behoefte in te stellen.
4.
Luchtrecirculatie / toevoer van buitenlucht
5. Regeling luchtverdeling 6.
Achterruitverwarming


3. Regeling luchtopbrengst
Draai bij aangezet contact aan de knop om degewenste luchtopbrengst te verkrijgen.
Gebruik voor een optimaal comfort destand 0zo min mogelijk.
In de stand 0
blijft er door de rijwind nog weleen kleine luchtstroom gehandhaafd.
De airconditioning werkt niet als de knop (3) voor de regeling van de luchtopbrengst in
de stand 0 staat.
Om de toegevoerde lucht sneller tekoelen, kunt u kort de stand recirculeren van de interieurlucht gebruiken. Schakel ver volgens de stand voor toevoer van buitenlucht weer in.

Page 38 of 140

36Comfort
Luchtstroom naar de beenruimte.
4. Luchtrecirculatie / toevoer van
buitenlucht
De luchtrecirculatie (de knop 4 naar links) dient om de toevoer vanbuitenlucht bij stank en stofoverlast af
te sluiten.

5. Regeling luchtverdeling

Luchtstroom naar voorruit en
zijruiten.

Luchtstroom naar voorruit, zijruitenen de beenruimte.
Luchtstroom naar de beenruimte
, het
luchtverdeelrooster en de linker en
rechter ventilatieroosters.

Luchtstroom naar het luchtverdeelrooster en de linker en
rechter ventilatieroosters.

6. Achterruitverwarming
Zet, zodra de omstandigheden dit toelaten,
de knop 4weer in de stand "Toevoer van
buitenlucht" om vermindering van de
luchtkwaliteit in het interieur en het beslaan vande voorruit en zijruiten te voorkomen. De toevoer van buitenlucht
(de knop4
naar rechts) voorkomt het beslaan
van de voorruit en de zijruiten. Druk bi
j draaiende motor de schakelaar 6in om de achterruitverwarming in te
schakelen. Het controlelampje gaat branden. De achterruitverwarming zorgt voor
de ontwaseming van de achterruit.
Druk nogmaals op de schakelaar 6om de achterruitver warming uit te schakelen.

Ontdooien en ontwasemen
Ga voor het snel ontwasemen van de voorruiten de zijruiten als volgt te werk:


- stel de luchtverdeling in op "voorruit en
zijruiten",

- stel de temperatuur
2
en de luchtopbrengst
3in op maximaal,

- sluit de linker en rechter ventilatieroosters,

- zet de luchttoevoerre
geling 4in de stand
"Toevoer van buitenlucht",
- schakel de airconditioning in door op de
toets 1te drukken.
Schakel zodra de omstandigheden hettoelaten de achterruitverwarming uit om onnodig stroom- en brandstofverbruikte voorkomen.
De luchtstroom kan worden gevarieerddoor de knop in een tussenstand te zetten.
Als de luchtrecirculatiestand bij vochtig weer wordt gebruikt, bestaat het risicodat de ruiten beslaan.

Page 39 of 140

3
37 Comfort








Spiegels










Stuurwiel verstellen
(met stuurbekrachtiging)


Inklappen/uitklappen

Tijdens het parkeren kunnen de buitenspiegelshandmatig in- en uitgeklapt worden.
De binnenspie
gel kent 2 standen:
- dagstand (normaal),
- nachtstand (antiverblinding).De spiegel kan in de dag- en nachtstand gezet worden met behulp van het hendeltje aan de
onderzijde. Stel de spie
gel met behulp van de hendel in de gewenste stand.
Druk bij stilstaande auto
de hendel naar beneden om het stuur wiel te ontgrendelen.
Zet het stuur wiel in de gewenste standen trek aan de hendel om het stuurwiel tevergrendelen.
Om veiligheidsredenen mag dezehandeling niet tijdens het rijden worden
uitgevoerd.

Buitenspiegels Binnenspie
gel

Page 40 of 140

38Comfort








Vo or stoelen

Duw de hendel A naar achteren en beweeg de
rugleuning in de gewenste richting.
Til de hendel op en schuif de stoel naar voren of naar achteren. Plaats de veili
gheidsgordel langs de por tierstijl.
Duw de hendel A naar achteren om derugleuning naar voren te klappen en de stoel
vooruit te schuiven.
Duw de rugleuning om de stoel terug te zetten
naar achteren tot de stoel vergrendelt.
Verstel de stoel in lengterichting en verstel de rugleuning om de stoel weer in de oorspronkelijke stand te zetten. ggg
Zorg ervoor dat het terugzetten van de
stoel in de oorspronkelijke stand niet
wordt verhinderd.

1. Verstellen in lengterichting


2. Rugleuningverstelling






3. Toegang tot de achterbank
(3- deurs)

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 ... 140 next >