Peugeot 406 2003 Handleiding (in Dutch)

Page 131 of 177

17-02-2003
Houd u aan de volgende veiligheidsvoorschriften voor een maximale effectiviteit van de airbags :
¥ Draag altijd een correct afgestelde veiligheidsgordel.
¥ Maak er een gewoonte van om normaal rechtop in de voorstoelen te zitten (laat aan passagierszijde uw voeten niet op het dashboard rusten).
¥ Zorg dat er zich geen obstakels (bijvoorbeeld accessoires of huisdieren) bevinden tussen de airbag en de inzittenden. Dit kan de goede werking van de airbag belemmeren en/of de inzittende bij het opblazen van de airbag verwonden.
¥ Het is beslist niet toegestaan om werkzaamheden uit te voeren aan airbagsystemen, alleen een PEUGEOT-servicepunt heeft hiervoor gekwalificeerd personeel.
¥ Laat na een aanrijding of diefstal van uw auto de airbagsystemen controleren.
¥ De systemen zijn ontworpen om 10 jaar volledig operationeel te zijn. Laat ze daarna door een PEUGEOT-servicepunt vervangen. Airbags voor
¥ Houd het stuurwiel niet aan de spaken vast en laat uw handen niet op het stuurwielkussen rusten.
¥ Tracht roken in de auto zoveel mogelijk te vermijden. Als de airbag wordt opgeblazen, kunnen brandende sigaretten of een pijp brandwonden of ander letsel veroorzaken.
¥ Verwijder het stuurwiel nooit, maak geen gaten in de stuurwielbekleding en sla er niet op.
Zij-airbags
¥ Bevestig nooit iets aan de rugleuning van de voorstoelen, dit zou bij het afgaan van de airbags kunnen leiden tot verwondingen aan armen of middel.
¥ Ga niet onnodig dicht tegen het portierpaneel zitten.
¥ Bedek de voorstoelen alleen met goedgekeurde stoelhoezen. Raadpleeg uw PEUGEOT- servicepunt.
RIJDEN MET UW 406 155

Page 132 of 177

17-02-2003
Controle van werking Het goed functioneren van het systeem wordt aange-
geven door een pictogram op hetinstrumentenpaneel in combinatiemet een geluidssignaal en een mel-
ding op het multifunctionele display. Als bij aangezet contact (2e stand), dit pictogram op het instrumentenpa-neel verschijnt in combinatie met eengeluidssignaal en de melding"Airbag passagierszijde uitge-schakeld" op het multifunctionele
display, betekent dit dat de airbagaan passagierszijde is uitgeschakeld(stand "OFF").
RIJDEN MET UW 406
154
Uitschakelen airbag aan passagierszijde* Schakel voor de veiligheid van uw kind de airbag aan passagierszij-de altijd uit als u een kinderzitjemet de rug in de rijrichting op devoorstoel plaatst. Zet het contact uit, steek de sleutel in de schakelaar voor uitschakelenvan de airbag aan passagierszijde1, draai deze in de stand "OFF"en
verwijder de sleutel zonder de standvan de schakelaar te veranderen.
Het verklikkerlampje op het instru-mentenpaneel brandt zolang de air-bag is uitgeschakeld. In de stand "OFF"werkt de airbag
aan passagierszijde bij een eventu- ele aanrijding niet. Als u het kinderzitje heeft verwijderd, zet dan de schakelaar weer op "ON"
om de airbag opnieuw in te schake-len en zo de veiligheid van uwpassagier te garanderen.
* Volgens land van bestemming. DE ZIJ-AIRBAGS De zij-airbags zijn aan de zijde van de portieren in de rugleuningen vande voorstoelen aangebracht. Ze worden aan de zijde waar de aanrijding plaatsvindt opgeblazen. Controle van werking Het goed functioneren van het sys- teem wordt aangegeven door eenpictogram in combinatie met eengeluidssignaal en een melding op
het multifunctionele display.
Als dit pictogram verschijntin combinatie met eengeluidssignaal en de mel-ding "Airbag(s) defect" op
het multifunctionele display,
raadpleeg dan een PEUGEOT-servi-cepunt om het systeem te latencontroleren.

Page 133 of 177

17-02-2003
Houd u aan de volgende veiligheidsvoorschriften voor een maximale effectiviteit van de airbags :
¥ Draag altijd een correct afgestelde veiligheidsgordel.
¥ Maak er een gewoonte van om normaal rechtop in de voorstoelen te zitten (laat aan passagierszijde uw voeten niet op het dashboard rusten).
¥ Zorg dat er zich geen obstakels (bijvoorbeeld accessoires of huisdieren) bevinden tussen de airbag en de inzittenden. Dit kan de goede werking van de airbag belemmeren en/of de inzittende bij het opblazen van de airbag verwonden.
¥ Het is beslist niet toegestaan om werkzaamheden uit te voeren aan airbagsystemen, alleen een PEUGEOT-servicepunt heeft hiervoor gekwalificeerd personeel.
¥ Laat na een aanrijding of diefstal van uw auto de airbagsystemen controleren.
¥ De systemen zijn ontworpen om 10 jaar volledig operationeel te zijn. Laat ze daarna door een PEUGEOT-servicepunt vervangen. Airbags voor
¥ Houd het stuurwiel niet aan de spaken vast en laat uw handen niet op het stuurwielkussen rusten.
¥ Tracht roken in de auto zoveel mogelijk te vermijden. Als de airbag wordt opgeblazen, kunnen brandende sigaretten of een pijp brandwonden of ander letsel veroorzaken.
¥ Verwijder het stuurwiel nooit, maak geen gaten in de stuurwielbekleding en sla er niet op.
Zij-airbags
¥ Bevestig nooit iets aan de rugleuning van de voorstoelen, dit zou bij het afgaan van de airbags kunnen leiden tot verwondingen aan armen of middel.
¥ Ga niet onnodig dicht tegen het portierpaneel zitten.
¥ Bedek de voorstoelen alleen met goedgekeurde stoelhoezen. Raadpleeg uw PEUGEOT- servicepunt.
RIJDEN MET UW 406 155

Page 134 of 177

17-02-2003
ONDERHOUD VAN UW 406
26
1,8 liter 16V en 2 liter 16V benzinemotor 1 -
Reservoir stuurbekrachtiging.
2 - Koelvloeistof bijvullen. 3 -
Reservoir van ruiten- en koplampsproeiers*.
4 - Accu.
5 - Luchtfilter. 6 -
Rem- en koppelingsvloeistof (bij)vullen.
7 - Motorolie (bij)vullen.
8 - Oliepeilstok.
* Volgens land van bestemming.

Page 135 of 177

17-02-2003
ONDERHOUD VAN UW 40627
2 liter HPI 16V benzinemotor 1 -
Reservoir stuurbekrachtiging.
2 - Koelvloeistof bijvullen. 3 -
Reservoir van ruiten- en koplampsproeiers*.
4 - Accu.
5 - Luchtfilter. 6 -
Rem- en koppelingsvloeistof (bij)vullen.
7 - Motorolie (bij)vullen.
8 - Oliepeilstok.
* Volgens land van bestemming.

Page 136 of 177

17-02-2003
ONDERHOUD VAN UW 406
28
2,2 liter 16V benzinemotor 1 -
Reservoir stuurbekrachtiging.
2 - Koelvloeistof bijvullen. 3 -
Reservoir van ruiten- en koplampsproeiers*.
4 - Accu.
5 - Luchtfilter. 6 -
Rem- en koppelingsvloeistof (bij)vullen.
7 - Motorolie (bij)vullen.
8 - Oliepeilstok.
* Volgens land van bestemming.

Page 137 of 177

17-02-2003
ONDERHOUD VAN UW 40629
3 liter V6 benzine-injectiemotor 24V 1 -
Reservoir stuurbekrachtiging.
2 - Koelvloeistof bijvullen. 3 -
Reservoir van ruiten- en koplampsproeiers*.
4 - Accu.
5 - Luchtfilter. 6 -
Rem- en koppelingsvloeistof (bij)vullen.
7 - Motorolie (bij)vullen.
8 - Oliepeilstok.
* Volgens land van bestemming.

Page 138 of 177

17-02-2003
ONDERHOUD VAN UW 406
30
2 liter HDI Turbodieselmotor
(90 pk/110 pk) 1 -
Reservoir stuurbekrachtiging.
2 - Koelvloeistof bijvullen. 3 -
Reservoir van ruiten- en koplampsproeiers*.
4 - Accu.
5 - Luchtfilter. 6 -
Rem- en koppelingsvloeistof (bij)vullen.
7 - Motorolie (bij)vullen.
8 - Oliepeilstok.
* Volgens land van bestemming.

Page 139 of 177

17-02-2003
ONDERHOUD VAN UW 40631
2,2 liter 16V HDI turbodieselmotor 1 -
Reservoir stuurbekrachtiging.
2 - Koelvloeistof bijvullen. 3 -
Reservoir van ruiten- en koplampsproeiers*.
4 - Accu.
5 - Luchtfilter. 6 -
Rem- en koppelingsvloeistof (bij)vullen.
7 - Motorolie (bij)vullen.
8 - Oliepeilstok.
* Volgens land van bestemming.

Page 140 of 177

17-02-2003
NIVEAUS CONTROLEREN MotorolieniveauRegelmatig controleren en tussen twee verversingen eventueel olie bij-vullen (maximum olieverbruik: 0,5 literper 1000 km.).
De controle dient bij koude motor enhorizontaal geplaatste wagen tegeschieden met behulp van de motor-olieniveaumeter of de oliepeilstok.
Oliepeilstok 2 merktekens op de peilstok : A= maxi.
Zorg dat het olieniveau nooit boven dit merkteken uitkomt.
B= mini.
Voor het behoud van debedrijfszekerheid van demotor en de emissierege-ling mag in geen gevaleen middel aan de motor-olie worden toegevoegd.
Olie verversen
Volgens de aanwijzingen in het hoofd- stuk "PEUGEOT-ONDERHOUDS-
CONTROLES" .
Opmerking: Vermijd langdurig contact
van afgewerkte olie met de huid.
Keuze van de viscositeit De olie dient in ieder geval aan de voorgeschreven kwaliteitsnormen tevoldoen.
ONDERHOUD VAN UW 406
32
Niveau rem- en koppelingsvloeistof:
- Het niveau dient steeds tussen de
merktekens DANGER en MAXI van het reservoir te staan.
- Raadpleeg bij een sterke daling van het remvloeistofniveau onmid-
dellijk uw PEUGEOT-servicepunt.
Verversen:
- De remvloeistof dient volgens de voorgeschreven intervallen te wor- den ververst.
- Gebruik remvloeistof die door de constructeur wordt aanbevolen enaan de DOT4-normen voldoet.
Opmerking: Remvloeistof is een
schadelijke en bijtende vloeistof.
Vermijd elk contact met de huid. Koelvloeistofniveau Gebruik de door de constructeur aanbevolen koelvloeistof. De koelventilator zorgt voor koeling van de koelvloeistof als de motorwarm is: wacht voor werkzaamhe-den aan het koelsysteem tenminste1 uur nadat de motor is afgezet,omdat de ventilator ook nog kan(gaan) werken als het contact isafgezet en omdat het koelsysteemonder druk staat. Draai, om brandwonden te voorko-men, de dop tot het eerste tandje los
om de druk te laten ontsnappen. Alsde druk weg is, verwijder dan de dopen vul koelvloeistof bij. Afgewerkte producten
Gooi geen afgewerkte olie, remvloei-
stof of koelvloeistof in afvoersyste-
men of op de grond. Niveau stuurbekrachtigingsvloeistof Open het reservoir bij koude motor (omgevingstemperatuur), het vloei-stofniveau dient boven het MINI endichtbij het MAXI merkteken testaan. Niveau ruiten- en koplampsproeiervloeistof* Gebruik voor een optimale reiniging en voor uw eigen veiligheid door
PEUGEOT aanbevolen producten.
* Volgens land van bestemming.

Page:   < prev 1-10 ... 91-100 101-110 111-120 121-130 131-140 141-150 151-160 161-170 171-180 ... 180 next >