TOYOTA AURIS HYBRID 2015 Instructieboekje (in Dutch)

Page 461 of 568

4618-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12J68E)
8
Bij problemen
Haal het sleepoog tevoorschijn. (→Blz. 482, 494)
Verwijder het afdekkapje van
het sleepoog met een sleufkop-
schroevendraaier.
Omwikkel het uiteinde van de
schroevendraaier met een doek
om schade te voorkomen.
Plaats het sleepoog in de ope-
ning en draai het zo ver moge-
lijk met de hand vast.
Draai het sleepoog stevig vast
met behulp van een wielmoer-
sleutel
* of een stevige metalen
stang.
*: Als de auto niet is uitgerust met een wielmoersleutel, kunt u er een
aanschaffen bij een erkende
Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
Maak de kabel of de ketting goed vast aan het sleepoog.
Pas op dat u de carrosserie niet beschadigt.
Stap in de weg te slepen auto en start het hybridesysteem.
Als het hybridesysteem niet start, zet dan het contact AAN.
Zet de selectiehendel in schakelstand N en deactiveer de parkeer-
rem.
Procedure bij slepen in een noodgeval
1
2
3
4
5
6
7
UK AURIS_HV_HB_OM_EE_OM12J68E.book Page 461 Friday, April 24, 2015 10:36 AM

Page 462 of 568

4628-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12J68E)
■Tijdens het slepen
Als het hybridesysteem is uitgeschakeld, werken de rem- en stuurbekrachti-
ging niet. Hierdoor zal het remmen en sturen veel zwaarder gaan dan nor-
maal.
■ Wielmoersleutel
Auto's zonder wielmoersleutel: Een wie lmoersleutel is verkrijgbaar bij een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Auto's met wielmoersleutel: De wielmoersleutel bevindt zich in de bagage-
ruimte. ( →Blz. 482)
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
■Bij het slepen van de auto
■ Tijdens het slepen
● Wanneer u bij het slepen kabels of kettingen gebruikt, vermijd dan plotse-
ling optrekken, enz. waardoor er extreme krachten op het sleepoog en de
sleepkabel of -ketting worden uitgeoefend. Het sleepoog en de kabel of
ketting kunnen beschadigd raken en afgebroken stukken kunnen perso-
nen raken en ernstige schade veroorzaken.
● Zet het contact niet UIT.
Dit kan leiden tot een ongeval doordat de voorwielen geblokkeerd zijn
door de parkeerblokkering.
■ Plaatsen van de sleepogen op de auto
Controleer of de sleepogen goed vastzitten.
Als dat niet het geval is, kunnen ze tijdens het slepen losraken.
Zorg ervoor dat de auto wordt vervoerd
met de voorwielen of met alle vier de wie-
len van de grond. Als de voorwielen tij-
dens het slepen de grond raken, kunnen
de aandrijflijn en de bijbehorende onder-
delen beschadigd raken of kan door de
werking van de motor opgewekte energie
brand veroorzaken afhankelijk van de
aard van de schade of storing.
UK AURIS_HV_HB_OM_EE_OM12J68E.book Page 462 Friday, April 24, 2015 10:36 AM

Page 463 of 568

4638-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12J68E)
8
Bij problemen
OPMERKING
■Voorkomen van beschadigingen aan de auto bij het slepen met een
lepelwagen
● Sleep de auto nooit aan de achterzijde als het contact UIT staat. Het stuur-
slotmechanisme is niet sterk genoeg om de voorwielen tijdens het slepen
recht te houden.
● Let erop dat de andere zijde van de auto dan die die op de lepel staat vol-
doende grondspeling heeft. Als er onvoldoende speling aanwezig is, kan
de auto tijdens het slepen beschadigd raken.
■ Voorkomen van beschadigingen aan de auto bij het slepen met een
takelwagen
Sleep de auto niet met een takelwagen, noch vooruit, noch achteruit.
■ Voorkomen van beschadigingen aan de auto tijdens slepen in een
noodgeval
Maak de kabel of de ketting niet vast aan onderdelen van de wielop-
hanging.
■ Voorkomen van beschadigingen aan de auto bij gebruik van een
autoambulance
● Rijd niet over de wielblokken, anders kunnen de banden beschadigd
raken.
● Bevestig de gordels alleen om de wielen en niet om andere delen van de
auto (zoals de wielophanging).
UK AURIS_HV_HB_OM_EE_OM12J68E.book Page 463 Friday, April 24, 2015 10:36 AM

Page 464 of 568

4648-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12J68E)
●Sporen van lekkage onder de auto.
(Na gebruik van de airconditioning is waterlekkage normaal.)
● Banden die er te zacht uit zien of die ongelijkmatig versleten zijn
● De waarschuwing hoge koelvloeistoftemperatuur wordt weergege-
ven op het multi-informatiedisplay.
● Abnormale uitlaatgeluiden
● Overmatig piepende banden bij het nemen van een bocht
● Vreemde geluiden die kennelijk in verband staan met de bewegin-
gen van de wielophanging
● Pingelende of andere abnormale geluiden uit de motorruimte
● De motor hapert, stottert of draait onregelmatig
● Een merkbaar verlies aan trekkracht
● De auto trekt tijdens het remmen sterk naar één kant
● De auto trekt sterk naar één ka nt, terwijl u rechtuitrijdt op een
vlakke weg
● Teruglopende remwerking, sponzig gevoel in het rempedaal, een
rempedaal dat bijna tot op de vloer kan worden ingetrapt
Als u denkt dat er iets mis is
Als u een van de volgende verschijnselen opmerkt, kan het zijn
dat uw auto afgesteld of gerepareerd moet worden. Neem zo
snel mogelijk contact op met een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
Zichtbare symptomen
Hoorbare symptomen
Merkbare symptomen
UK AURIS_HV_HB_OM_EE_OM12J68E.book Page 464 Friday, April 24, 2015 10:36 AM

Page 465 of 568

4658-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12J68E)
8
Bij problemen
Als een waarschuwingslampje gaat bran-
den of een waarschuwingszoemer klinkt
Voer op rustige wijze onderstaande handelingen uit als een van
de waarschuwingslampjes gaat branden of knipperen. Als een
van de lampjes gaat branden of knipperen en daarna weer uit-
gaat, is er niet noodzakelijkerwijs een defect in het systeem aan-
wezig. Als deze situatie echter blijft voortduren, laat uw auto dan
controleren door een erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Overzicht waarschuwingslampjes en waarschuwingszoemers
Waarschu-
wingslampjeWaarschuwingslampje/details/handelingen
Waarschuwingslampje remsyst eem rood (waarschuwings-
zoemer)*1
Geeft het volgende aan:
• Het remvloeistofniveau is te laag; of
• Er zit een storing in het remsysteem.
Dit lampje gaat ook branden als de parkeerrem niet gede-
activeerd is. Als het lampje uitgaat nadat de parkeerrem
gedeactiveerd is, werkt het systeem normaal.
→ Breng de auto onmiddellijk op een veilige plaats tot stil-
stand en neem contact op met een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige. Doorrijden
met de auto kan gevaarlijk zijn.
Waarschuwingslampje remsysteem in geel
Geeft aan dat er een storing is in:
• Het regeneratieve remsysteem; of
• Het elektronisch geregelde remsysteem
→ Laat uw auto direct controleren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Waarschuwingslampje hoge koelvloeistoftemperatuur
Geeft aan dat de motor oververhit raakt. ( →Blz. 518)
→ Breng de auto onmiddellijk op een veilige plaats tot stil-
stand en neem contact op met een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
UK AURIS_HV_HB_OM_EE_OM12J68E.book Page 465 Friday, April 24, 2015 10:36 AM

Page 466 of 568

4668-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12J68E)
MotorcontrolelampjeGeeft aan dat er een storing is in:
• Het hybridesysteem;
• Het elektronische motorregelsysteem; of
• Het elektronische gaspedaal
→ Laat uw auto direct controleren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Waarschuwingslampje SRS
Geeft aan dat er een storing is in:
• Het airbagsysteem; of
• Het gordelspannersysteem
→ Laat uw auto direct controleren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Waarschuwingslampje ABS
Geeft aan dat er een storing is in:
• Het ABS; of
• Het Brake Assist-systeem
→ Laat uw auto direct controleren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Waarschuwingslampje elektrische stuurbekrachtiging
(waarschuwingszoemer)
Geeft aan dat er een storing is in de elektrische stuurbekrach-
tiging (EPS)
→ Laat uw auto direct controleren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
(Gaat branden)
Controlelampje Traction Control
Geeft aan dat er een storing is in:
• De VSC (Vehicle Stability Control);
• De TRC (Traction Control); of
• De Hill Start Assist Control
Het lampje gaat knipperen wanneer het ABS, de VSC of de
TRC in werking is. ( →Blz. 284)
→ Laat uw auto direct controleren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Waarschu-
wingslampjeWaarschuwingslampje/details/handelingen
UK AURIS_HV_HB_OM_EE_OM12J68E.book Page 466 Friday, April 24, 2015 10:36 AM

Page 467 of 568

4678-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12J68E)
8
Bij problemen
(indien aanwezig)
Waarschuwingslampje PCSWanneer het waarschuwingslampje knippert (en een zoemer
klinkt):
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het PCS (Pre-
Crash Safety-systeem)
→ Laat uw auto direct controleren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Wanneer het waarschuwingslampje knippert (en er geen zoe-
mer klinkt):
Geeft aan dat het PCS (Pre-C rash Safety-systeem) tijdelijk
niet beschikbaar is, mogelijk als gevolg van een van de
onderstaande zaken:
• Het deel van de voorruit rondom de sensor voor is vuil, beslagen of bedekt door damp, ijs, stickers, e.d.
→ Verwijder het vuil, de damp, de condens, het ijs, de stic-
kers, e.d. ( →Blz. 232)
• De temperatuur van de sensor voor is buiten het werkings- bereik
→ Wacht een tijdje totdat het gebied rondom de sensor
voor voldoende is afgekoeld.
Wanneer het waarschuwingslampje brandt:
Het VSC (Vehicle Stability Cont rol-systeem) of het PCS (Pre-
Crash Safety-systeem) is uitgeschakeld of beide systemen
zijn uitgeschakeld.
→ Schakel zowel het VSC-systeem als het PCS in om het
PCS in te schakelen. ( →Blz. 235, 285)
Waarschuwingslampje laag brandstofniveau
Geeft aan dat de resterende hoeveelheid brandstof ongeveer
6,8 liter of minder is
→ Vul de brandstoftank.
Controlelampje (waarschuwingszoemer) bestuurders- en
voorpassagiersgordel*2
Waarschuwt de bestuurder en/of voorpassagier dat de veilig-
heidsgordel vastgemaakt dient te worden.
→ Doe de veiligheidsgordel om.
Als er iemand op de voorpassagiersstoel zit, moet ook
de veiligheidsgordel voor de voorpassagier worden
vastgemaakt, zodat het waarschuwingslampje (de waar-
schuwingszoemer) uitgaat.
Controlelampjes (waarschuwin gszoemer) veiligheidsgor-
del achterpassagiers*2
Waarschuwt de achterpassagiers om de veiligheidsgordel om
te doen.
→ Doe de veiligheidsgordel om.
Waarschu-
wingslampjeWaarschuwingslampje/details/handelingen
UK AURIS_HV_HB_OM_EE_OM12J68E.book Page 467 Friday, April 24, 2015 10:36 AM

Page 468 of 568

4688-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12J68E)
*1: Waarschuwingszoemer remsysteem: Als er zich een probleem voordoet dat de remprestaties nadelig zou kun-
nen beïnvloeden, gaat het waarschuwingslampje branden en klinkt er een
waarschuwingszoemer.
Waarschuwingszoemer geactiveerde parkeerrem:
Er klinkt een zoemer om aan te geven dat de parkeerrem nog niet is gede-
activeerd (als de auto een snelheid van 5 km/h heeft bereikt).
*2: Waarschuwingszoemer veiligheidsgor del bestuurder en voorpassagier:
De waarschuwingszoemer voor de veiligheidsgordels herinnert de
bestuurder en de passagiers eraan de veiligheidsgordel om te doen. De
zoemer klinkt gedurende 30 seconden nadat de auto een snelheid van
ten minste 20 km/h heeft bereikt. Als de veiligheidsgordel daarna nog niet
is vastgemaakt, laat de zoemer gedurende 90 seconden een ander geluid
horen.
(indien aanwezig)
Waarschuwingslampje lage bandenspanning Als het lampje gaat branden:
Lage bandenspanning, bijvoorbeeld door
• Natuurlijke oorzaken ( →Blz. 469)
• Lekke band ( →Blz. 481, 493)
→ Breng de banden op de juiste spanning.
Na een paar minuten dooft het lampje. Laat het systeem
nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige indien het lampje niet dooft
nadat de banden op spanning zijn gebracht.
Als het lampje gaat branden nadat het gedurende 1 minuut
geknipperd heeft:
Storing in het bandenspanningswaarschuwingssysteem
(→Blz. 470)
→ Laat het systeem controleren door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Centraal waarschuwingslampje
Een zoemer klinkt en het wa arschuwingslampje gaat branden
en knippert om aan te geven dat het centrale waarschuwings-
systeem een storing heeft gesignaleerd.
→ Blz. 472
Waarschu-
wingslampjeWaarschuwingslampje/details/handelingen
UK AURIS_HV_HB_OM_EE_OM12J68E.book Page 468 Friday, April 24, 2015 10:36 AM

Page 469 of 568

4698-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12J68E)
8
Bij problemen
■Detectiesensor voorpassagier, controlelampje veiligheidsgordel en
waarschuwingszoemer
●Als er bagage wordt geplaatst op de passagiersstoel kan de detectiesensor
het controlelampje laten knipperen en de waarschuwingszoemer laten klin-
ken, ook al zit er niemand op de passagiersstoel.
● Als er op de stoel een kussen wordt geplaatst, werkt de sensor wellicht niet
goed, waardoor ook het waarschuwingslampje niet goed werkt.
■ Als het motorcontrolelampje tijd ens het rijden gaat branden
Het motorcontrolelampje gaat branden als de brandstoftank volledig leeg
raakt. Als de brandstoftank leeg is, vul deze dan zo snel mogelijk. Het motor-
controlelampje gaat na enkele ritten weer uit.
Laat de auto zo snel mogelijk nakijken door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige als het motorcontrolelampje niet uit gaat.
■ Als het waarschuwingslampje lage bandenspanning gaat branden
(auto's met bandenspanningswaarschuwingssysteem)
Gebruik de volgende procedure wanneer de banden voldoende zijn afge-
koeld.
● Controleer de bandenspanning en breng het op het juiste niveau.
● Als het waarschuwingslampje na enkele minuten niet uitgaat, controleer dan
of de bandenspanning in orde is en voer de initialisatie uit.
Het waarschuwingslampje kan weer gaan branden wanneer bovenstaande
handelingen zijn uitgevoerd zonder eerst de banden voldoende te laten
afkoelen.
■ Het waarschuwingslampje lage band enspanning gaat mogelijk branden
door een natuurlijke oorzaak (auto's met bandenspanningswaarschu-
wingssysteem)
Het waarschuwingslampje lage bandenspanning gaat mogelijk branden door
een natuurlijke oorzaak, zoals het onvermijdelijke spanningsverlies dat op
den duur optreedt of een veranderde bandenspanning die veroorzaakt wordt
door temperatuurveranderingen. In dat geval zal het waarschuwingslampje
na een paar minuten uitgaan als de banden weer op de juiste spanning
gebracht zijn.
■ Als een wiel wordt vervangen door het reservewiel (auto's met banden-
spanningswaarschuwingssysteem)
Het compacte reservewiel is niet voorzien van een bandenspanningssensor
en zender. Bij een lekke band zal het waarschuwingslampje lage banden-
spanning niet uitgaan, ook al is het wiel met de lekke band vervangen door\
het reservewiel. Vervang het reservewiel door het wiel met de gerepareerde
band en breng de band op de juiste spanning. Het waarschuwingslampje
lage bandenspanning zal na een paar minuten uitgaan.
UK AURIS_HV_HB_OM_EE_OM12J68E.book Page 469 Friday, April 24, 2015 10:36 AM

Page 470 of 568

4708-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12J68E)■
Omstandigheden waaronder het bandenspanningswaarschuwingssys-
teem mogelijk niet juist werkt (auto's met bandenspanningswaarschu-
wingssysteem)
→Blz. 421
■ Als het waarschuwingslampje lage bandenspanning regelmatig gaat
branden nadat het gedurende 1 minuut geknipperd heeft (auto's met
bandenspanningswaarschuwingssysteem)
Als het waarschuwingslampje lage bandenspanning regelmatig gaat branden
nadat het gedurende 1 minuut geknipperd heeft wanneer het contact AAN
wordt gezet, laat het systeem dan controleren door een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
■ Waarschuwingszoemer
De zoemer is in sommige gevallen niet hoorbaar, zoals in een luidruchtige
omgeving of wanneer het volume van de audio hoog staat.
■ Waarschuwingslampje elektrische st uurbekrachtiging (waarschuwings-
zoemer)
Als de spanning van de 12V-accu laag is of tijdelijk daalt, kan het waarschu-
wingslampje van de elektrische stuurbekrachtiging gaan branden en kan er
een waarschuwingszoemer klinken.
WAARSCHUWING
■ Als de waarschuwingslampjes van het ABS en het remsysteem blijven
branden
Breng de auto onmiddellijk op een veilige plaats tot stilstand en laat uw auto
controleren door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige. De auto
kan tijdens het remmen extreem onstabiel worden en het ABS-systeem
treedt mogelijk niet in werking, waardoor een aanrijding en ernstig letsel
kunnen ontstaan.
■ Als het waarschuwingslampje elekt rische stuurbekrachtiging gaat
branden
De besturing kan extreem zwaar aanvoelen.
Als het stuurwiel zwaarder werkt dan gebruikelijk, houd het dan stevig vast
en oefen meer kracht uit.
UK AURIS_HV_HB_OM_EE_OM12J68E.book Page 470 Friday, April 24, 2015 10:36 AM

Page:   < prev 1-10 ... 421-430 431-440 441-450 451-460 461-470 471-480 481-490 491-500 501-510 ... 570 next >