YAMAHA DT125R 2000 Instructieboekje (in Dutch)

Page 1 of 90

GEDRUKT OP RECYCLAGEPAPIERPRINTED IN JAPAN
2000·12–0.1´1(D)
!
HANDLEIDING
3MB-28199-D7DT125R
YAMAHA MOTOR CO., LTD.

Page 2 of 90

INLEIDING
1
2
4
5
6
7
8
9
DAU00001
Welkom in de energieke wereld van Yamaha rijders!
Als bezitter van een DT125R kunt u genieten van de resultaten van YamahaÕs nieuwste technologie en ruime
ervaring in het ontwerp en de fabricage van topklasse produkten, waarmee Yamaha haar verdiende reputatie
van betrouwbaarheid heeft verworven.
Neem alstublieft de tijd om deze handleiding aandachtig door te lezen, om de mogelijkheden van deze DT125R
optimaal te benutten. Deze handleiding voor de eigenaar beschrijft niet alleen de bediening, inspektie en onder-
houd van uw motorfiets, maar geeft tevens belangrijke aanwijzingen voor uw veiligheid en die van anderen, om
ongemak en ongelukken te vermijden.
Daarnaast bevat de handleiding vele handige tips om uw motorfiets in de beste staat te houden. Als bepaalde
punten niet duidelijk zijn of u hebt vragen, aarzel dan niet kontakt op te nemen met uw Yamaha dealer.
Het Yamaha team wenst u vele aangename en veilige ritten. Onthoud altijd: veiligheid heeft voorrang!
3MB-9-D7-0,1 12/27/00 2:35 PM Page 1

Page 3 of 90

BELANGRIJKE INFORMATIE VOOR DE BERIJDER
1
2
3
4
5
6
7
8
9
DAU00005
Informatie die van groot belang is wordt in deze handleiding aangegeven door de volgende symbolen en/of aanduidingen:
Het veiligheidssymbool betekent ATTENTIE! VOORZICHTIG! HET GAAT
HIER OM UW PERSOONLIJKE VEILIGHEID!Het niet opvolgen van een speciale WAARSCHUWING kan resulteren in ernstig letsel of
dood van de berijder, een medepassagier, een andere weggebruiker of een persoon die de
motorfiets inspekteert of repareert.De aanwijzing LET OP! attendeert u op bijzondere voorzorgsmaatregelen die u in acht
dient te nemen om beschadiging van de motorfiets te voorkomen.Een OPMERKING verschaft belangrijke informatie om bepaalde procedures te
vergemakkelijken of duidelijker te maken.
QX@
<>OPMERKING:
OPMERKING:8Deze handleiding dient beschouwd te worden als een bij de motorfiets behorend onderdeel en dient ook
bij verkoop bij de motorfiets te blijven.
8Yamaha produkten veranderen kontinu door verbeteringen in het ontwerp en in de technische gege-
vens. Als gevolg hiervan kunnen er hier en daar kleine verschillen optreden tussen de beschrijving in
deze handleiding en uw motorfiets, zelfs al is bij het ter perse gaan van deze handleiding de informatie
up to date. Mocht u vragen hebben over deze handleiding, aarzel dan niet om kontakt op te nemen met
uw Yamaha dealer.
3MB-9-D7-0,1 12/27/00 2:35 PM Page 2

Page 4 of 90

BELANGRIJKE INFORMATIE VOOR DE BERIJDER
1
2
4
5
6
7
8
9
DW000002
X@LEES DEZE HANDLEIDING IN ZIJN GEHEEL AANDACHTIG DOOR ALVORENS TOT GEBRUIK VAN
DE MOTORFIETS OVER TE GAAN.
3MB-9-D7-0,1 12/27/00 2:35 PM Page 3

Page 5 of 90

1
2
3
4
5
6
7
8
9
DT125R
HANDLEIDING
©2000 door Yamaha Motor Co., Ltd.
1e Uitgave, December 2000
Alle rechten voorbehouden.
Elke vorm van herdruk of onbevoegd gebruik
zonder schriftelijke toestemming van
Yamaha Motor Co., Ltd.
is uitdrukkelijk verboden.
Printed in Japan.
DAU03337
3MB-9-D7-0,1 12/27/00 2:35 PM Page 4

Page 6 of 90

DAU00009
INHOUD VAN DEZE HANDLEIDING
1
2
3
4
5
6
7
8
9
VEILIGHEID HEEFT VOORRANG...............................1-1
BESCHRIJVING............................................................2-1
Linker aanzicht...........................................................2-1
Rechter aanzicht........................................................2-2
Bedieningselementen/instrumenten..........................2-3
FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN
BEDIENINGSELEMENTEN..........................................3-1
Kontaktslot-schakelaar..............................................3-1
Kontrolelampjes.........................................................3-1
Kontroleprocedure voor het
oliepeil-waarschuwingslampje...................................3-2
Snelheidsmeter..........................................................3-3
Toerenteller................................................................3-3
Koelvloeistoftemperatuur-meter.................................3-4
Stuurschakelaars.......................................................3-4
Koppelingshendel......................................................3-5
Versnellingspedaal....................................................3-5
Voorremhendel..........................................................3-6
Achterrempedaal.......................................................3-6
Benzinetankdop.........................................................3-6
Benzine (Behalve voor Zwitserland en Oostenrijk)....3-7
Benzine (Voor Zwitserland en Oostenrijk).................3-7
Katalysator (Voor Zwitserland en Oostenrijk)............3-8
Motorolie....................................................................3-9
Benzinekraan.............................................................3-9
Chokeknop (choke) Ò
1Ó..........................................3-10Kickstarter................................................................3-11
Stuurslot...................................................................3-11
Zadel........................................................................3-12
Helmhouder.............................................................3-12
Afstellen van de achterschokbreker.........................3-13
Achterste opbergbak................................................3-14
Opmerking over het Yamaha
energie-induktiesysteem (Y.E.I.S.)..........................3-14
Y.P.V.S. (Yamaha Power Valve System
= Yamaha kleppensysteem)....................................3-15
Zijstandaard.............................................................3-15
Kontrole van de
zijstandaard-onderbrekingsschakelaar....................3-16
KONTROLE VOOR HET RIJDEN.................................4-1
Kontrole voor het rijden..............................................4-1
BEDIENING EN BELANGRIJKE TIPS VOOR HET
RIJDEN.........................................................................5-1
Starten van de motor.................................................5-1
Starten van een warme motor...................................5-3
Schakelen..................................................................5-4
Aanbevolen snelheden voor op- en
terugschakelen (alleen voor Zwitserland)..................5-4
Tips voor het beperken van het benzineverbruik........5-5
Inrijden.......................................................................5-5
Parkeren....................................................................5-6
123
45
3MB-9-D7-0,1 12/27/00 2:35 PM Page 5

Page 7 of 90

PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE
REPARATIES...............................................................6-1
Gereedschapsset.......................................................6-1
Periodiek smeer- en onderhoudsschema..................6-3
Verwijderen en aanbrengen van
stroomlijnkappen........................................................6-6
Stroomlijnkap A..........................................................6-6
Stroomlijnkap B..........................................................6-7
Stroomlijnkap C.........................................................6-8
Verwijderen en aanbrengen van panelen..................6-8
Paneel D....................................................................6-9
Paneel E....................................................................6-9
Inspektie van de bougies.........................................6-10
Versnellingsbak-olie.................................................6-11
Koelsysteem............................................................6-12
Koelvloeistof verversen............................................6-13
Luchtfilter.................................................................6-15
Afstelling van de carburateur...................................6-16
Afstelling stationair toerental....................................6-17
Afstelling van de gaskabel.......................................6-17
Banden....................................................................6-18
Wielen......................................................................6-20
Afstelling van de vrije slag van de
koppelingshendel.....................................................6-21
Afstellen van de vrije slag van de
voorremhendel.........................................................6-21
Afstellen van de achterrem-pedaalhoogte...............6-22
Afstelling van de remlicht-schakelaar......................6-23Kontrole van de remvoeringen voor en achter.........6-23
Kontrole van het remvloeistofnivo............................6-24
Verversen van de remvloeisto.................................6-25
Kontrole van de kettingspanning.............................6-25
Afstellen van de kettingspanning.............................6-26
Smering van de ketting............................................6-26
Inspektie en smering van de kabels........................6-27
Smering van de gaskabel en van de gashendel.......6-27
Afstellen van de pomp voor de zelfsmering.............6-28
Smeren van het rempedaal en
versnellingspedaal...................................................6-28
Smeren van de voorremhendel en
koppelingshendel.....................................................6-28
Smering van de zijstandaard...................................6-29
Inspektie van de voorvork........................................6-29
Inspektie van de stuurinrichting...............................6-30
Wiellagers................................................................6-30
Accu.........................................................................6-31
Vervangen van zekeringen......................................6-33
Vervangen van de gloeilamp van de koplamp.........6-33
Vervangen van de gloeilamp van de
richtingaanwijzer......................................................6-35
Vervangen van de gloeilamp van het
remlicht/achterlicht...................................................6-35
Ondersteunen van de motorfiets.............................6-36
Demonteren van het voorwiel..................................6-36
Monteren van het voorwiel.......................................6-37
Demonteren van het achterwiel...............................6-38
INHOUD VAN DEZE HANDLEIDING
1
2
3
4
5
6
7
8
9
6
3MB-9-D7-0,1 12/27/00 2:35 PM Page 6

Page 8 of 90

INHOUD VAN DEZE HANDLEIDING
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Monteren van het achterwiel....................................6-39
Verhelpen van storingen..........................................6-39
Lijst voor het opsporen van storingen......................6-40
ONDERHOUD EN OPSLAG VAN DE
MOTORFIETS...............................................................7-1
Onderhoud.................................................................7-1
Opslag.......................................................................7-4
TECHNISCHE GEGEVENS..........................................8-1
INFORMATIE VOOR DE CONSUMENT......................9-1
Identifikatie-nummer..................................................9-1
Identifikatienummer van de sleutel............................9-1
Motorfiets-identifikatienummer...................................9-1
Modelplaatje..............................................................9-2
789
3MB-9-D7-0,1 12/27/00 2:35 PM Page 7

Page 9 of 90

1-1
Een motorfiets is een fascinerend vervoermiddel, dat je als geen ander een gevoel van vrijheid kan geven. Er zijn
echter wel bepaalde spelregels en beperkingen, waar je niet omheen kunt; ook de beste motorfiets kan niet mŽŽr
dan de natuurwetten toestaan.
Goede verzorging en regelmatig onderhoud zijn de eerste vereisten om te zorgen dat de motorfiets in goede
staat blijft en zijn waarde behoudt. En dat geldt evenzeer voor de berijder: om goed en veilig te rijden moet je zelf
ook in goede conditie zijn. Rijden onder de invloed van medicijnen, alcohol of drugs is natuurlijk gekkenwerk. De
berijder van een motorfiets moet voortdurend meer dan een automobilist fysiek en mentaal in topvorm zijn. Ook
de geringste hoeveelheid alcohol geeft ongemerkt een zekere overmoed, die bijzonder gevaarlijk kan zijn.
Beschermende kleding is voor de motorrijder net zo belangrijk als veiligheidsgordels voor de inzittenden van een
auto. Je weet nooit wat er kan gebeuren. Draag daarom altijd een integraal motorpak (naar keuze van leer of van
scheurbestendig synthetisch materiaal, met knie- en elleboogbeschermers), stevige laarzen, motorhandschoe-
nen en een goed passende helm. Denk echter niet, dat een veilige uitrusting je de kans biedt wat agressiever te
rijden. Ook met de beste bescherming blijf je als motorrijder bijzonder kwetsbaar. Vooral bij nat weer zit een
ongeluk in een klein hoekje. Ken je eigen grenzen, rijd niet harder dan verstandig is en neem geen onnodige risi-
coÕs. Een verstandig motorrijder rijdt defensief, met voorspelbaar weggedrag. Ook al weet je zelf precies wat je
doet, verrassing bij je medeweggebruikers is gevaarlijk. Houd rekening met de mogelijkheid dat andere wegge-
bruikers fouten kunnen maken; veiligheid is samenwerking.
Veel plezier onderweg!
DAU00021
Q Q
VEILIGHEID HEEFT VOORRANG
1
2
3
4
5
6
7
8
9 3MB-9-D7-0,1 12/27/00 2:35 PM Page 8

Page 10 of 90

3MB-9-D7-0,1 12/27/00 2:35 PM Page 9

Page:   1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 ... 90 next >