YAMAHA XT1200ZE 2019 Instructieboekje (in Dutch)
Page 81 of 120
Periodiek on derhou d en afstellin g
6-17
6
3. Als het koelvloeistofniveau zich op of
onder de merkstreep voor minimum-
niveau bevindt, open dan de reser-
voirdop. WAARSCHUWING!
Verwij der alleen de dop van het
koelvloeistofreservoir. Pro beer
nooit om de ra diatorvul dop te ver-
wij deren als d e motor kou d is.
[DWA15162]
4. Vul koelvloeistof bij tot de merkstreep
voor maximumniveau. LET OP: Als er
g een koelvloeistof aanwezi g is, g e-
b ruik dan in plaats daarvan ged istil-
leer d water of onthar d leid ingwater.
Ge bruik geen har d water of zout
water, dit is scha delijk voor d e mo-
tor. Als er in plaats van koelvloeistof
water is g eb ruikt, vervan g d it dan
zo snel mo gelijk door koelvloeistof,
an ders is het systeem niet b e-scherm
d te gen vorst en corrosie.
Als er water aan de koelvloeistof is
toe gevoe gd, laat dan een Yamaha
d ealer zo snel mo gelijk het anti-
vries gehalte van de koelvloeistof
controleren om te voorkomen dat
d e effectiviteit van de koelvloeistof
afneemt.
[DCA10473]
5. Breng de dop van het koelvloeistofre-
servoir aan.
DAU33032De koelvloeistof verversen
De koelvloeistof moet volgens de interval-
perioden vermeld in het periodieke smeer-
en onderhoudsschema ververst worden.
Laat de koelvloeistof verversen door een
Yamaha dealer. WAARSCHUWING! Pro-
b eer nooit om de ra diatorvul dop te ver-
wij deren als de motor warm is.
[DWA10382]
1. Koelvloeistofreservoir
2. Merkstreep maximumniveau
3. Merkstreep minimumniveau
1. Dop koelvloeistofreservoir
2
13
1
UBP9D1D0.book Page 17 Friday, September 7, 2018 3:39 PM
Page 82 of 120
Periodiek on derhou d en afstelling
6-18
6
DAU36765
Luchtfilterelement
Het luchtfilterelement moet worden vervan-
gen volgens de intervalperioden vermeld in
het periodieke smeer- en onderhoudssche-
ma. Vraag een Yamaha dealer het luchtfilte-
relement te vervangen.
DAU44735
Stationair toerental controleren
Controleer het stationair toerental en laat
het indien nodig door een Yamaha dealer
bijstellen.
Stationair toerental:1050–1150 tpm
UBP9D1D0.book Page 18 Friday, September 7, 2018 3:39 PM
Page 83 of 120
Periodiek on derhou d en afstellin g
6-19
6
DAU21386
De vrije slag van de gas greep
controleren
Meet de vrije slag van de gasgreep zoals
getoond.
Controleer de vrije slag van de gasgreep re-
gelmatig en laat de vrije slag indien nodig
afstellen door een Yamaha dealer.
DAU21403
Klepspelin g
De kleppen zijn een belangrijke motorcom-
ponent, en aangezien de klepspeling bij ge-
bruik verandert moeten ze worden
gecontroleerd en afgesteld volgens de in-
tervalperioden vermeld in het periodieke
onderhoudsschema. Niet-afgestelde klep-
pen kunnen resulteren in een onjuist lucht-
brandstofmengsel, motorgeluid en uitein-
delijk motorschade. Laat om dit te voorko-
men de klepspeling regelmatig controleren
en afstellen door uw Yamaha dealer.
OPMERKING
Dit onderhoud moet worden uitgevoerd bij
een koude motor.1. Vrije slag van gasgreep
Vrije slag van gas greep:
3.0–5.0 mm (0.12–0.20 in)
1
UBP9D1D0.book Page 19 Friday, September 7, 2018 3:39 PM
Page 84 of 120
Periodiek on derhou d en afstelling
6-20
6
DAU64412
Ban den
Banden zijn het enige contact tussen de
machine en het wegdek. Veiligheid onder
alle rijomstandigheden hangt af van een re-
latief klein contactoppervlak met het weg-
dek. Het is daarom essentieel om de
banden te allen tijde in een goede conditie
te houden en deze op tijd te vervangen
door de voorgeschreven banden.
Ban denspannin g
De bandenspanning moet voor elke rit wor-
den gecontroleerd en indien nodig worden
bijgesteld.
WAARSCHUWING
DWA10504
Rij den met d eze machine met een on-
juiste ban denspannin g kan lei den tot
verlies van de controle met mo gelijk ern-
sti g letsel of overlij den tot g evolg.
De ban dspannin g moet wor den ge-
controleer d en af gestel d terwijl de
b an den kou d zijn (wanneer de tem-
peratuur van d e ban den gelijk is aan
d e omg evingstemperatuur).
De ban dspannin g moet wor den
aan gepast aan de rijsnelhei d en het
totale gewicht van rij der, passa gier,
b ag ag e en accessoires d a
t voor dit
mo del is vast gestel d.
WAARSCHUWING
DWA10512
Belaa d uw machine nooit te zwaar. Rij-
d en met een te zwaar belaste machine
kan lei den tot een on geval.
Inspectie van ban den
Voor elke rit moeten de banden worden ge-
controleerd. Als de bandprofieldiepte op
het midden van de band de vermelde limiet
heeft bereikt, de band spijkers of stukjes
glas bevat of wanneer de wang van de Ban
denspannin g b ij kou de ban den:
1 persoon:
Voor:225 kPa (2.25 kgf/cm2, 33 psi)
Achter:
250 kPa (2.50 kgf/cm2, 36 psi)
2 personen: Voor:
225 kPa (2.25 kgf/cm2, 33 psi)
Achter: 290 kPa (2.90 kgf/cm2, 42 psi)
Maximale belastin g:
Vo e r t u i g: 204 kg (450 lb)
De maximale belasting van het
voertuig is het gecombineerde ge-
wicht van de bestuurder, de passa-
gier, de bagage en eventuele
accessoires.
1. Wang van band
2. Bandprofieldiepte
UBP9D1D0.book Page 20 Friday, September 7, 2018 3:39 PM
Page 85 of 120
Periodiek on derhou d en afstellin g
6-21
6
band scheurtjes vertoont, moet de band
onmiddellijk door een Yamaha dealer wor-
den vervangen.
OPMERKING
De slijtagelimiet voor bandprofieldiepte is
voor diverse landen verschillend. Neem al-
tijd de lokale voorschriften in acht.
WAARSCHUWING
DWA10472
Laat sterk versleten ban den door
een Yamaha d ealer vervangen. Rij-
d en op een machine met versleten
b an den is niet alleen ver boden,
maar dit heeft ook een averechts
effect op de rijsta biliteit, waar door
u de macht over het stuur zou kun-
nen verliezen.
De vervan gin g van on der delen van
wielen en remmen, inclusief b an-
d en, dient te wor den over gelaten
aan een Yamaha d ealer, die over de
no dig e vakkun dig e kennis en erva-
rin g b eschikt om d it te doen.
Rijd niet te snel direct na het ver-
wisselen van een ban d. Het b and-
oppervlak dient eerst te zijn
in ger
e den voor dat het zijn optimale
ei genschappen verkrij gt.
Ban deninformatie
Dit model is uitgerust met tubeless banden
en bandventielen.
Banden verouderen, zelfs als ze niet of
slechts sporadisch zijn gebruikt. Scheuren
in het rubber van het loopvlak en de wang
van de band, soms in combinatie met ver-
vorming van het karkas, zijn een teken van
veroudering. Oude banden moeten worden
gecontroleerd door bandenspecialisten om
na te gaan of ze geschikt zijn voor verder
gebruik.
WAARSCHUWING
DWA10902
Monteer altij d voor- en achter ban-
d en van hetzelf de merk en type.
Verschillen de ban den kunnen het
we gge dra g van de machine veran-
d eren, wat kan lei den tot een on ge-
val.
Controleer altij d of de ventiel dopjes
stevig zijn bevesti gd om zo lucht-
lekkag e te voorkomen.
Gebruik uitsluiten d d e hierna ver-
mel de ban dventielen en luchtven-
tiel buisjes om te voorkomen dat de
b an den on der het rij den lee glopen.
Na uitgebreide tests zijn alleen de hieron-
der vermelde banden door Yamaha goed-
gekeurd voor dit model.
Minimale
ban dprofiel diepte (voor en
achter):
1.6 mm (0.06 in)
1. Bandventiel
2. Bandventielbuis
3. Bandventieldop met afdichting
UBP9D1D0.book Page 21 Friday, September 7, 2018 3:39 PM
Page 86 of 120
Periodiek on derhou d en afstelling
6-22
6
WAARSCHUWING
DWA10601
Deze motorfiets is uit gerust met specia-
le ban den die geschikt voor zeer ho ge
rijsnelhe den. Let op het vol gen de om
d eze ban den zo effectief mo gelijk te
kunnen geb ruiken.
Gebruik bij vervan gin g uitsluitend
het voor geschreven type ban den.
Bij an dere ban den is het risico op
een klap ban d b ij zeer ho ge rijsnel-
he den niet denkb eeldig .
Gloe dnieuwe ban den bie den op
sommi ge typen we gdek relatief
weini g g rip tot dat
ze zijn “in gere-
d en”. Het is dan ook verstan dig d e
eerste 100 km (60 mi) na dat een
nieuwe ban d is aan geb racht rusti g
te blijven rij den en pas daarna de
rijsnelhei d te verho gen.
Voor dat met ho ge snelhei d wor dt
g ered en moeten de ban den zijn op-
g ewarm d.
Pas de ban dspanning steeds aan
vol gens de rijomstan dig he den.
DAU49713
Spaakwielen
Let voor maximale prestaties, duurzaam-
heid en een veilige werking van uw machine
op de volgende punten.
Controleer elk wiel op scheuren, ver-
vorming en andere schade. Laat als u
enige schade aantreft het wiel inspec-
teren door uw Yamaha dealer. Pro-
beer niet om een verbogen of
beschadigd wiel te richten of te repa-
reren.
Controleer de spaakspanning. Als u
losse spaken aantreft, laat het wiel
dan afstellen door uw Yamaha dealer.
Spaken met een onjuiste spanning
kunnen leiden tot slagen in het wiel.
Laat het wiel telkens uitbalanceren
wanneer de band of binnenband is
vervangen. Een niet-uitgebalanceerd
wiel kan resulteren in slechte rijeigen-
schappen en een kortere levensduur
van de band.
Voor
ban d:
Maat:
110/80R19M/C 59V
Fabrikant/model: BRIDGESTONE/BW501
Achter ban d:
Maat: 150/70R17M/C 69V
Fabrikant/model: BRIDGESTONE/BW502
VOOR en ACHTER:
Bandventiel:TR412
Luchtventielbuis:
#9100 (origineel)
UBP9D1D0.book Page 22 Friday, September 7, 2018 3:39 PM
Page 87 of 120
Periodiek on derhou d en afstellin g
6-23
6
DAU42851
Koppelingshend el
Omdat dit model is uitgerust met een hy-
draulische koppelingsbediening, hoeft de
vrije slag van de koppelingshendel niet te
worden afgesteld. Het is echter wel nodig
het hydraulisch systeem vóór elke rit op
lekkage te controleren. Misschien zit er
lucht in het koppelingssysteem als de kop-
pelingshendel te veel vrije slag heeft en
schakelen moeizaam gaat, of als de koppe-
ling slipt en de machine slecht accelereert.
Als er lucht in het hydraulisch systeem zit,
moet het systeem door een Yamaha dealer
worden ontlucht voordat de motorfiets
wordt gebruikt.
DAU37914
Vrije sla g van remhen del contro-
leren
Aan het uiteinde van de remhendel mag
geen vrije slag aanwezig zijn. Als er toch
een vrije slag is, laat dan een Yamaha dea-
ler het remsysteem inspecteren.
WAARSCHUWING
DWA14212
Een zacht of sponzi g g evoel in de rem-
hend el kan betekenen dat er lucht in het
hy draulisch systeem aanwezi g is. Als er
lucht in het hy draulisch systeem zit, laat
d an het systeem d oor een Yamaha d ea-
ler ontluchten voord at de machine wor dt
g eb ruikt. Lucht in het hy draulisch sy-
steem heeft een neg atief effect op de
remwerkin g, waar door u de macht over
het stuur zou kunnen verliezen met een
on geluk als gevol g.
1. Geen vrije slag remhendel
1
UBP9D1D0.book Page 23 Friday, September 7, 2018 3:39 PM
Page 88 of 120
Periodiek on derhou d en afstelling
6-24
6
DAU36505
Remlichtschakelaars
Het remlicht moet gaan branden net voor-
dat de remwerking intreedt. Het remlicht
wordt geactiveerd door schakelaars die zijn
verbonden met de remhendel en het rem-
pedaal. Aangezien de remlichtschakelaars
onderdelen zijn van het Yamaha ABS (Anti-
lock Brake System), mogen ze alleen wor-
den onderhouden door een Yamaha dealer.
DAU22393
Controleren van voor- en achter-
remb lokken
De remblokken in de voor- en achterrem
moeten worden gecontroleerd op slijtage
volgens de intervalperioden voorgeschre-
ven in het periodieke smeer- en onder-
houdsschema.
DAU36891Remblokken voorrem
Elk voorremblok heeft een eigen slijtage-in-
dicator, zodat het remblok kan worden ge-
controleerd zonder de rem te hoeven
demonteren. Bekrachtig de rem en let op
de stand van de slijtage-indicator om de
remblokslijtage te controleren. Wanneer
een remblok zover is afgesleten dat de slij-
tage-indicator de remschijf bijna raakt,
vraag dan een Yamaha dealer de remblok-
ken als set te vervangen.
1. Slijtage-indicator remblok
11
UBP9D1D0.book Page 24 Friday, September 7, 2018 3:39 PM
Page 89 of 120
Periodiek on derhou d en afstellin g
6-25
6
DAU22501Remblokken achterrem
Controleer elk achterremblok op schade en
meet de remvoeringsdikte. Als een remblok
beschadigd is of als de remvoeringsdikte
minder is dan 0.8 mm (0.03 in), vraag dan
een Yamaha dealer de remblokken als set
te vervangen.DAU40262
Controleren van remvloeistofni-
veau
Controleer alvorens te gaan rijden of de
remvloeistof boven de merkstreep voor mi-
nimumniveau staat. Meet het remvloeistof-
niveau en let erop dat de bovenzijde van
het reservoir horizontaal staat. Vul indien
nodig remvloeistof bij.
Voorrem
Achterrem
WAARSCHUWING
DWA16011
Onjuist uit gevoer d on derhou d kan resul-
teren in verlies van remvermo gen. Neem
d e vol gen de voorzor gsmaatre gelen in
acht:
1. Remvoeringdikte
11
1. Merkstreep minimumniveau
1. Merkstreep minimumniveau
Aan bevolen remvloeistof:
DOT 4
LOWER1
1
UBP9D1D0.book Page 25 Friday, September 7, 2018 3:39 PM
Page 90 of 120
Periodiek on derhou d en afstelling
6-26
6
Bij een te laa g remvloeistofniveau
kan lucht b innendrin gen in het rem-
systeem, waard oor de rempresta-
ties afnemen.
Reini g de reservoir dop alvorens
d eze te verwij deren. Ge bruik uit-
sluiten d DOT 4 remvloeistof uit een
onaan geb roken verpakkin g.
Gebruik uitsluiten d d e aan bevolen
remvloeistof, an ders kunnen d e
ru bberaf dichtin gen bescha digd ra-
ken met lekkag e tot gevolg.
Vul bij met hetzelf de type remvloei-
stof. Toevoe gin g van een an der
type remvloeistof dan DOT 4 kan re-
sulteren in een scha delijke chemi-
sche reactie.
Pas op en zor g d at tij den
s het bij-
vullen geen water of stof het rem-
vloeistofreservoir binnen drin gen.
Water zal het kookpunt van de rem-
vloeistof aanzienlijk verla gen zo dat
d amp belvormin g kan optre den en
vuil de hy draulisch bed ien de klep-
pen van de ABS eenhei d kan ver-
stoppen.
LET OP
DCA17641
Remvloeistof kan gelakte of kunststof
on der delen bescha dig en. Vee g g emors-
te remvloeistof stee ds direct af.
Naarmate de remblokke n afslijten, zal het
remvloeistofniveau geleidelijk verder dalen.
Een laag remvloeistofniveau kan duiden op
versleten remblokken en/of lekkage in het
remsysteem. Controleer daarom de rem-
blokken op slijtage en het remsysteem op
lekkage. Vraag als het remvloeistofniveau
plotseling sterk is gedaald een Yamaha
dealer om een inspectie alvorens verder te
rijden.
DAU22754
Rem- en koppelin gsvloeistof ver-
versen
Vraag een Yamaha dealer de rem- en de
koppelingsvloeistof te verversen volgens
de intervalperioden voorgeschreven in het
periodieke smeer- en onderhoudsschema.
Laat bovendien de oliekeerringen van de
hoofdremcilinder en de koppelingshoofdci-
linder, de remklauwen en de rem- en kop-
pelingsslangen vervangen volgens de
hierna vermelde intervalperioden of wan-
neer ze lekken of zijn beschadigd.
Vloeistofafdichtingen: Vervang elke
twee jaar.
Rem- en koppelingsslangen: Vervang
elke vier jaar.
UBP9D1D0.book Page 26 Friday, September 7, 2018 3:39 PM