YAMAHA XT1200ZE 2019 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2019, Model line: XT1200ZE, Model: YAMAHA XT1200ZE 2019Pages: 120, PDF Size: 3.83 MB
Page 71 of 120

Periodiek on derhou d en afstellin g
6-7
6
Vervang de rem- en koppelingsslangen elke vier jaar of eerder als ze zijn gescheurd
of beschadigd.
UBP9D1D0.book Page 7 Friday, September 7, 2018 3:39 PM
Page 72 of 120

Periodiek on derhou d en afstelling
6-8
6
DAU18782
Stroomlijnpanelen verwij deren
en aan bren gen
Bij het uitvoeren van sommige onder-
houdswerkzaamheden die in dit hoofdstuk
worden beschreven, moeten de afgebeel-
de stroomlijnpanelen worden verwijderd.
Neem deze paragraaf steeds door wanneer
u een stroomlijnpaneel moet verwijderen of
aanbrengen.
DAU55960
Stroomlijnpaneel A
Verwijderen van stroomlijnpaneel
Verwijder de drukclips en trek daarna het
paneel los zoals getoond. Aanbrengen van het stroomlijnpaneel
1. Steek de uitsteeksels van het stroom-
lijnpaneel in de bijbehorende gaten
van het stroomlijnpaneel B.
2. Breng de drukclips aan.
Stroomlijnpaneel B
Verwijderen van stroomlijnpaneel
1. Verwijder stroomlijnpaneel A.
2. Verwijder de bouten en de drukclips en haal dan het stroomlijnpaneel los.
1. Stroomlijnpaneel A
2. Stroomlijnpaneel B
1. Stroomlijnpaneel C
1
2
1
1. Stroomlijnpaneel A
2. Snelsluitschroef
1. Uitsteeksel
2. Bijbehorend gat
3. Stroomlijnpaneel B
2
2
1
123
UBP9D1D0.book Page 8 Friday, September 7, 2018 3:39 PM
Page 73 of 120

Periodiek on derhou d en afstellin g
6-9
6
Aanbrengen van het stroomlijnpaneel
1. Plaats het stroomlijnpaneel in de oor-
spronkelijke positie en breng dan de
bouten en de drukclips aan.
2. Monteer stroomlijnpaneel A.
Stroomlijnpaneel C
Verwijderen van stroomlijnpaneel
Verwijder de bouten en de moeren, en haal
het stroomlijnpaneel los. Aanbrengen van het stroomlijnpaneel
Plaats het stroomlijnpaneel in de oorspron-
kelijke positie en breng dan de bouten en
de moeren aan.
1. Stroomlijnpaneel B
2. Bout
1. Drukclip
21
2
1
1. Stroomlijnpaneel C
2. Moer
3. Bout
1. Stroomlijnpaneel C
2. Moer
3. Bout
2
3
1
1
2
3
UBP9D1D0.book Page 9 Friday, September 7, 2018 3:39 PM
Page 74 of 120

Periodiek on derhou d en afstelling
6-10
6
DAU19653
Controleren van de bou gies
Bougies vormen belangrijke onderdelen
van de motor die periodiek moeten worden
gecontroleerd, bij voorkeur door een
Yamaha dealer. Omdat bougies door ver- hitting en neerslag altijd langzaam slijten,
moeten de bougies worden verwijderd en
gecontroleerd volgens de tijden genoemd
in het periodieke smeer- en onderhouds-
schema. De conditie van de bougies kan
daarnaast veel duidelijk maken over de
conditie van de motor.
De porseleinen isolator rond de centrale
elektrode moet licht tot gemiddeld bruin
verkleurd zijn (de ideale kleur als normaal
met het voertuig wordt gereden), en alle
bougies in de motor horen dezelfde ver-
kleuring te hebben. Wanneer een bougie
een heel andere kleur vertoont, werkt de
motor mogelijk niet naar behoren. Probeer
dergelijke problemen niet zelf vast te stel-
len. Laat in plaats daarvan uw machine na-
kijken door een Yamaha dealer.
Vervang een bougie als de elektroden blij-
ken te zijn afgesleten en als overmatige
koolaanslag of andere neerslag gevonden
wordt.
Voordat een bougie wordt aangebracht
moet de elektrodenafstand met een draad-
voelmaat worden gemeten; breng indien
nodig de elektrodenafstand op specificatie. Reinig het oppervlak van de bougiepakking
en het pasvlak en verwijder eventueel vuil
uit de schroefdraad van de bougie.
OPMERKING
Als geen momentsleutel beschikbaar is,
wordt de bougie correct vastgezet door
handvast te zetten en dan nog 1/4–1/2 slag
verder te draaien. De bougie moet echter
zo snel mogelijk naar het juiste aanhaalmo-
ment worden aangedraaid.
LET OP
DCA10841
Ge
bruik geen gereed schap om de bou-
g ie dop te verwijd eren of aan te bren gen,
om de bobinekab el niet te bescha dig en.
De bou gie dop is mo gelijk lasti g te ver-
wij deren om dat de ru bber af dichtin g aan
het uitein de stevi g vastzit. Haal de bou-
g ie dop los door hem heen en weer te
d raaien en teg elijkertijd los te trekken;
b ren g d e bou gie dop aan door heen en
weer te draaien en te gelijkertij d aa
n te
d rukken.
Voor geschreven bou gie:
NGK/CPR8EB9
1. Elektrodenafstand
Elektro denafstan d:
0.8–0.9 mm (0.031–0.035 in)
Aanhaalmoment: Bougie:
13 N·m (1.3 kgf·m, 9.6 lb·ft)
UBP9D1D0.book Page 10 Friday, September 7, 2018 3:39 PM
Page 75 of 120

Periodiek on derhou d en afstellin g
6-11
6
DAU79401
Filterbus
Dit model is voorzien van een filterbus die
voorkomt dat brandstofdampen naar de at-
mosfeer ontsnappen. Controleer alvorens
met deze machine te rijden het volgende:
Controleer alle slangaansluitingen.
Controleer de slangen en de filterbus
op barsten of beschadiging. Vervang
indien beschadigd.
Controleer de ontluchtingsslang van
de filterbus op verstopping en reinig
deze indien nodig.
Controleer of de ontluchtingsslang
van de filterbus buiten het stroomlijn-
paneel is geplaatst.
DAU49508
Motorolie
Het motorolieniveau moet regelmatig wor-
den gecontroleerd. Verder moet de olie
worden ververst en de oliefilterpatroon
worden vervangen volgens de intervalperi-
oden vermeld in het periodieke onder-
houdsschema.
LET OP
DCA11621
Om het slippen van de koppelin g te
voorkomen ( de motorolie smeert
immers ook de koppelin g) mo gen
g een chemische a dditieven worden
toe gevoe gd. Ge bruik geen oliën
met een “CD” d ieselspecificatie of
oliën met een ho gere kwaliteit dan
g especificeer d. Ge bruik ook geen
oliën met een “ENERGY CONSER-
VING II” of ho gere aan dui din g.
Zor g d at er g een verontreini gin gen
in het carter terecht komen.
Om het motorolieniveau te controleren 1. Zet de machine op de middenbok.
Wanneer de machine iets schuin
staat, kan het niveau al foutief worden
afgelezen.
2. Start de motor en laat deze tien minu- ten opwarmen totdat de motorolie een
normale temperatuur van 60 °C
(140 °F) heeft bereikt. Zet vervolgens
de motor uit.
1. Filterbus
2. Ontluchtingsslang filterbus
2
1
Aan bevolen motorolie:
Zie pagina 8-1.
Oliehoeveelhei d:
Olieverversing:
3.10 L (3.28 US qt, 2.73 Imp.qt)
Met verwijderen van oliefilterele-
ment:
3.40 L (3.59 US qt, 2.99 Imp.qt)
UBP9D1D0.book Page 11 Friday, September 7, 2018 3:39 PM
Page 76 of 120

Periodiek on derhou d en afstelling
6-12
6
3. Wacht een paar minuten tot de olie tot
rust is gekomen voor een correcte af-
lezing en controleer dan het olieniveau
via het kijkglas voor het motorolieni-
veau rechtsonder in het carter.
OPMERKING
Het motorolieniveau moet tussen de merk-
strepen voor minimum- en maximumniveau
staan.
4. Als de motorolie bij of onder de merk-
streep voor minimumniveau staat,
verwijder dan de olievuldop en vul olie
bij.
5. Controleer de O-ring van de olie- vuldop. Vervang indien beschadigd.
6. Breng de olievuldop aan. Vervan
gen van de motorolie (en filter)
1. Start de motor en laat deze enkele mi-
nuten stationair draaien om de olie op
te warmen. Zet de motor vervolgens
weer af.
2. Zet een olieopvangbak onder het olie- reservoir om de oude olie op te van-
gen.
3. Verwijder de olievuldop en de aftap- plug met de pakking om de olie uit het
oliereservoir te laten stromen.
4. Zet een olieopvangbak onder de mo- tor om de gebruikte olie op te vangen.
5. Verwijder de aftapplug met de pak-
king om de olie uit het carter te laten
stromen.
OPMERKING
Sla de stappen 6–10 over als de oliefilterpa-
troon niet wordt vervangen.
1. Kijkglas olieniveau
2. Merkstreep maximumniveau
3. Merkstreep minimumniveau
4. Olievuldop
1. Olievuldop
2. O-ring
4
2
3
1
2
1
1. Olieaftapplug (oliereservoir)
2. Pakking
1. Olieaftapplug (carter)
2. Pakking
1
2
1
2
UBP9D1D0.book Page 12 Friday, September 7, 2018 3:39 PM
Page 77 of 120

Periodiek on derhou d en afstellin g
6-13
6
6. Verwijder stroomlijnpaneel C. (Zie pa-
gina 6-8.)
7. Verwijder de oliefilterpatroon met een oliefiltersleutel.
OPMERKING
De Yamaha dealer kan een oliefiltersleutel
leveren.
8. Smeer een dun laagje schone motor-olie op de O-ring van de nieuwe oliefil-
terpatroon.
OPMERKING
Zorg dat de o-ring correct aanligt.
9. Monteer de nieuwe oliefilterpatroonen zet deze vast met het voorgeschre-
ven aanhaalmoment. 10. Breng het stroomlijnpaneel aan.
11. Monteer de olieaftappluggen met hun
nieuwe pakking en zet de pluggen
vast met het voorgeschreven aanhaal-
moment.
12. Vul met de aangegeven hoeveelheid van de aanbevolen motorolie.
OPMERKING
Aanbevolen wordt om een trechter te ge-
bruiken.
13. Controleer de O-ring van de olie-vuldop en breng de olievuldop vervol-
gens aan.
OPMERKING
Veeg eventuele gemorste olie af alvorens
de motor te starten.
14. Start de motor, laat deze stationairdraaien en controleer daarbij op olie-
lekkage.
1. Oliefilterpatroon
2. Oliefiltersleutel
1. O-ring
2
1
1. Momentsleutel
Aanhaalmoment:Oliefilterpatroon: 17 N·m (1.7 kgf·m, 13 lb·ft)
Aanhaalmomenten: Olieaftapplug (carter): 20 N·m (2.0 kgf·m, 15 lb·ft)
Olieaftapplug (oliereservoir): 20 N·m (2.0 kgf·m, 15 lb·ft)
1
UBP9D1D0.book Page 13 Friday, September 7, 2018 3:39 PM
Page 78 of 120

Periodiek on derhou d en afstelling
6-14
6
OPMERKING
Laat de machine inspecteren als u olielek-
ken aantreft die u niet zelf kunt verhelpen.
15. Zet de motor af en wacht een paar mi-
nuten tot de olie tot rust is gekomen.
Controleer dan het olieniveau nog een
laatste keer. LET OP: Gebruik het
voertui g alleen als u weet dat het
motorolieniveau vold oende hoo g is.
[DCA10012] DAU85450
Waarom Yamalu
be
YAMALUBE olie is een origineel YAMAHA
onderdeel dat is ontwikkeld vanuit de over-
tuiging dat motorolie een belangrijke vloei-
bare component van de motor is. Wij
stellen teams samen van specialisten op
technisch, chemisch, elektronisch en race-
testgebied die samen de motor en de daar-
in te gebruiken olie ontwikkelen. Yamalube
oliën bestaan uit hoogwaardige basisoliën
die zijn aangevuld met specifieke additie-
ven die verzekeren dat het eindproduct aan
onze prestatienormen voldoet. Hierdoor
hebben de minerale, semisynthetische en
synthetische oliën van Yamalube hun eigen
karakter en toepassingsgebied. Dankzij de
enorme ervaring die Yamaha sinds de jaren
zestig met de ontwikkeling van oliën heeft
opgedaan, is Yamalube de beste keus voor
uw Yamaha motor.
UBP9D1D0.book Page 14 Friday, September 7, 2018 3:39 PM
Page 79 of 120

Periodiek on derhou d en afstellin g
6-15
6
DAU20017
Cardanolie
Vóór elke rit moet het cardanhuis worden
gecontroleerd op olielekkage. In geval van
lekkage dient u de machine door een
Yamaha dealer te laten nakijken en repare- ren. Controleer verder als volgt het niveau
van de cardanolie en ververs de olie vol-
gens de intervaltijden vermeld in het perio-
dieke smeer- en onderhoudsschema.
WAARSCHUWING
DWA10371
Zor g ervoor dat geen verontreini-
g in gen het car danhuis kunnen bin-
nend ringen.
Zor g d at er g een olie op de ban den
of wielen terechtkomt.
Controleren van het olieniveau in het
car danhuis
1. Zet de machine op de middenbok.
OPMERKING
Zorg dat de machine rechtop staat bij het
controleren van het olieniveau. Wanneer de
machine iets schuin staat, kan het niveau al
foutief worden afgelezen.
2. Verwijder de vulplug van de cardan- olie met de pakking en controleer het
olieniveau in het cardanhuis.
OPMERKING
Het olieniveau moet bij de rand van de vul-
opening staan.
3. Als de olie onder de rand van de vul-
opening staat, vul dan genoeg olie van
de aanbevolen soort bij tot het correc-
te niveau.
4. Controleer of de pakking beschadigd is en vervang indien nodig.
5. Monteer de vulplug van de cardanolie
met de pakking en zet de plug vast
met het voorgeschreven aanhaalmo-
ment.
Om de car danolie te verversen
1. Zet de machine op een vlakke onder- grond.
2. Plaats een olieopvangbak onder het cardanhuis om de gebruikte olie op te
vangen.
3. Verwijder de vulplug van de cardan- olie en de aftapplug van de cardanolie
met hun pakkingen om de olie uit het
cardanhuis af te tappen.
1. Vulplug cardanolie
2. Pakking
3. Correct olieniveau
Aanhaalmoment:Vulplug cardanolie: 23 N·m (2.3 kgf·m, 17 lb·ft)
12
3
UBP9D1D0.book Page 15 Friday, September 7, 2018 3:39 PM
Page 80 of 120

Periodiek on derhou d en afstelling
6-16
6
4. Monteer de aftapplug van de cardan-
olie met de nieuwe pakking en zet de
plug vast met het voorgeschreven
aanhaalmoment.
5. Vul de aanbevolen cardanolie bij tot aan de rand van de vulopening.
6. Controleer de pakking van de olie- vulplug op beschadiging en vervang
indien nodig.
7. Monteer de olievulplug met de pak-
king en zet de plug vast met het voor-
geschreven aanhaalmoment.
8. Controleer het cardanhuis op olielek- kage. Zoek in geval van lekkage naar
de oorzaak.
DAUS1203
Koelvloeistof
Het koelvloeistofniveau moet regelmatig
worden gecontroleerd. Verder moet de
koelvloeistof worden ververst volgens de
intervalperioden vermeld in het periodieke
onderhoudsschema.
OPMERKING
Als er geen originele Yamaha koelvloeistof
beschikbaar is, gebruik dan een ethyleen-
glycol antivries met corrosieremmers voor
aluminium motoren en meng deze met ge-
destilleerd water in een verhouding van 1:1.
DAU20097Controleren van het koelvloeistofniveau
Aangezien het koelvloeistofniveau varieert
met de motortempera tuur, moet het wor-
den gecontroleerd met een koude motor. 1. Zet de machine op een vlakke onder-
grond.
2. Houd de machine rechtop en contro- leer het koelvloeistofniveau in het re-
servoir.
1. Vulplug cardanolie
2. Aftapplug cardanolie
3. Pakking
Aanhaalmoment:Aftapplug cardanolie:23 N·m (2.3 kgf·m, 17 lb·ft)
Aan bevolen car danolie:
Originele Yamaha cardanolie SAE
80W-90 API GL-5 of SAE 80 API
GL-4
Oliehoeveelheid :
0.20 L (0.21 US qt, 0.18 Imp.qt)
Aanhaalmoment: Vulplug cardanolie:23 N·m (2.3 kgf·m, 17 lb·ft)
23
1
Aan bevolen koelvloeistof:
YAMALUBE-koelvloeistof
Hoeveelhei d koelvloeistof:
Koelvloeistofreservoir (merkstreep
voor maximumniveau): 0.26 L (0.27 US qt, 0.23 Imp.qt)
Radiator (inclusief alle leidingen): 1.83 L (1.93 US qt, 1.61 Imp.qt)
UBP9D1D0.book Page 16 Friday, September 7, 2018 3:39 PM