reset CITROEN C3 PICASSO 2015 Instructieboekjes (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2015, Model line: C3 PICASSO, Model: CITROEN C3 PICASSO 2015Pages: 312, PDF Size: 10.32 MB
Page 12 of 312

10
C3Picasso_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
Iinstrumentenpaneel benzine - diesel
Het instrumentenpaneel, het multifunctionele display en de controle- en waarschuwingslampjes
geven informatie over de werking van de auto.
1.
T
oerenteller.
G
eeft het motortoerental aan (x 1000 t /min).
2.
G
edeelte van de toerenteller dat aangeeft
wanneer u moet opschakelen.
3.
S
nelheidsbegrenzer
of
S
nelheidsregelaar.
(
km/h of mph)
4.
C
ontrolelampje elektrische
kinderbeveiliging.
G
aat bij het inschakelen van de
elektrische kinderbeveiliging (blokkering
van de ruitbediening achter en van
de binnenportiergrepen van de
achterportieren) enkele seconden branden
om het inschakelen te bevestigen.
Digitaal lichtdoorlatend instrumentenpaneel
Dit display geeft waarschuwings- en
informatiemeldingen weer.
Multifunctioneel display
Gedeelte controle- en
waarschuwingslampjes
Dit gedeelte bevat de controle- en
waarschuwingslampjes die informatie geven
over de werking van de auto.
Resetknop
Met deze knop kunt u de geselecteerde
functie op 0 zetten (dagteller of
onderhoudsintervalindicator).
Regelknop dashboardverlichting
Met deze knop kunt u de lichtsterkte van de
dashboardverlichting regelen.
5.
Br
andstofniveaumeter.
G
eeft de resterende hoeveelheid brandstof
in de tank aan.
6.
Sn
elheidsmeter.
G
eeft de wagensnelheid aan
(km/h of mph).
7.
Dag
teller.
(
km of miles)
8. O
nderhoudsintervalindicator.
(
km of miles), vervolgens,
Ki
lometerteller.
(
km of miles)
9.
M
otorolieniveaumeter.
ra
adpleeg voor meer informatie over
de werking en de weergave van een
bepaalde functie de desbetreffende
paragraaf.
Controle tijdens het rijden
Page 21 of 312

19
C3Picasso_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
ControlelampjebrandtOorzaak Acties / Opmerkingen
Bandenspanning
te laag permanent, in
combinatie met een
geluidssignaal en een
melding. De bandenspanning van een of
meerdere wielen is te laag.
Controleer zo snel mogelijk de bandenspanning.
De controle dient bij voorkeur bij koude banden te
worden uitgevoerd.
el
ke keer nadat u een of meer banden op spanning
hebt gebracht en na het verwisselen van een of meer
wielen, moet u het systeem resetten.
ra
adpleeg voor meer informatie de rubriek "Detectie
te lage bandenspanning"
+
knippert en brandt
vervolgens permanent,
in combinatie met het
verklikkerlampje
s
er
vice.er zit een storing in de functie: de
bandenspanning wordt niet meer
gecontroleerd. Controleer zo snel mogelijk de bandenspanning.
Laat het systeem controleren door het CIt
roËn-
n
etwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
1
Controle tijdens het rijden
Page 23 of 312

21
C3Picasso_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
Op 0 zetten van de
o nderhoudsindicator
De onderhoudsindicator moet na elke
onderhoudsbeurt op 0
gezet worden.
Voer dit als volgt uit:
F
zet
het contact af,
F
d
ruk op de resetknop van de dagteller en
houd deze ingedrukt,
F
z
et het contact aan; de kilometerteller
begint terug te tellen,
F
l
aat de knop los als het display "=0"
aangeeft; de sleutel verdwijnt.
De afstand tot de eerstvolgende
beurt is overschreden
enkele seconden na het aanzetten van het
contact treedt de kilometerteller weer in
werking en blijft de sleutel branden .
Opnieuw weergeven van de
onderhoudsinformatie
u kunt op elk moment de onderhoudsinformatie
w eergeven.
F
D
ruk op de knop voor nulstelling van de
dagteller.
D
e onderhoudsinformatie wordt enkele
seconden weergegeven en verdwijnt
vervolgens weer.
De factor tijd kan worden meegewogen
bij de nog af te leggen kilometers,
afhankelijk van de rijgewoonten van de
bestuurder.
De sleutel kan dus ook gaan branden als
het in het onderhouds- en garantieboekje
aangegeven onderhoudsinterval in tijd is
overschreden. Als u na deze handeling de accu wilt
loskoppelen, vergrendel dan de auto
en wacht minimaal 5
minuten. Het op
0 zetten van de onderhoudsindicator zal
anders niet worden opgeslagen.
Als het contact wordt aangezet, gaat gedurende
enkele seconden de sleutel knipperen
om aan
te geven dat de onderhoudswerkzaamheden zo
spoedig mogelijk uitgevoerd moeten worden.
Voorbeeld: u hebt de afstand tot de eerstvolgende
onderhoudsbeurt met 300 km overschreden.
Als het contact wordt aangezet, geeft het
display een paar seconden het volgende aan:
1
Controle tijdens het rijden
Page 27 of 312

25
C3Picasso_nl_Chap02_ecran-multifonction_ed01-2014
Configuratie van de auto
Opties
Als het menu "Opties" is geselecteerd, kan de
status van de verschillende functies worden
weergegeven (geactiveerd, gedeactiveerd, storing).
Ta l e n
Als het menu " Ta l e n" is geselecteerd, kunt u in
de weergegeven lijst een andere taal voor de
weergave van het display selecteren.
Instellingen display
Als het menu " Instellingen disp. " is
geselecteerd, kunnen de volgende parameters
worden ingesteld:
-
j a a r,
-
maand,
-
dag,
-
uren,
-
minuten,
-
t
ijdsaanduiding in 12 of 24 uur.
Eenheden
Als het menu "Eenheden" is geselecteerd,
kunnen de eenheden van de volgende
parameters worden gewijzigd:
-
t
emperatuur (°C of °F),
-
b
randstofverbruik (l/100 km, mpg of km/l).
F selecteer een parameter en druk op de toets "OK" om de waarde te wijzigen.
F
W
acht ongeveer 10 seconden tot de
gewijzigde waarde is opgeslagen of druk
op de toets "Terug" om de uitgevoerde
handeling af te breken.
Vervolgens keert het display terug naar het
vorige scherm.Als het menu " Config. auto" is geselecteerd,
kunnen de volgende functies geactiveerd of
gedeactiveerd worden:
-
h
et inschakelen van de ruitenwisser
achter als de achteruitversnelling wordt
ingeschakeld (zie het hoofdstuk "Zicht"),
-
d
e follow me home-verlichting (zie het
hoofdstuk "Zicht"),
Via dit menu kunt u ook het
bandenspanningscontrolesysteem resetten (zie
het hoofdstuk "Veiligheid").
om
veiligheidsredenen mag de
bestuurder het multifunctionele display
uitsluitend bedienen als de auto
stilstaat. Wanneer de brandstofverbruiksinformatie
in mpg wordt weergegeven, wordt de
op het instrumentenpaneel getoonde
informatie over de snelheid en de afstand
ook in mijlen weergegeven.
2
Multifunctionele displays
Page 29 of 312

27
C3Picasso_nl_Chap02_ecran-multifonction_ed01-2014
Instellingen display
Datum en tijd instellen
F D ruk op de toets MENU .
F
s electeer " Instellingen disp. " met de toets
" 5 " of " 6".
F
D
ruk op OK om te bevestigen.
F
s
e
lecteer de functie "
ja
ar" met de toets "5"
of " 6".
F
D
ruk op OK om te bevestigen.
F
s
t
el de gewenste waarde in met de toetsen
" 7 " en " 8".
F
D
ruk op OK om te bevestigen.
F
V
oer dezelfde procedure uit voor de
instellingen "Maand", "Dag", "
ur
en" en
"Minuten".
F
s
e
lecteer een parameter en druk op de
toets " 7" of " 8" om de waarde te wijzigen.
F
D
ruk op de toets " 5" of " 6" om de vorige of
volgende parameter te selecteren.
F
D
ruk op de toets "OK" om de gewijzigde
waarde op te slaan en terug te keren naar
het vorige scherm of druk op de toets
"Terug" om de uitgevoerde handeling af te
breken.
Opties
Als het menu "op ties" is geselecteerd, kan de
status van de verschillende functies worden
weergegeven (geactiveerd, gedeactiveerd, storing).
Configuratie van de auto
Als het menu "Config. auto" is geselecteerd,
kunnen de volgende functies geactiveerd of
gedeactiveerd worden:
-
h
et inschakelen van de ruitenwisser
achter als de achteruitversnelling wordt
ingeschakeld (zie het hoofdstuk "Zicht"),
-
d
e follow me home-verlichting (zie het
hoofdstuk "Zicht").
Via dit menu kunt u ook het
bandenspanningscontrolesysteem resetten (zie
het hoofdstuk "Veiligheid"). Als het menu "Instellingen disp." is
geselecteerd, kunnen de volgende parameters
worden ingesteld:
-
j a a r,
-
maand,
- dag,
- uren,
-
minuten,
-
t
ijdsaanduiding in 12 of 24 uur.
2
Multifunctionele displays
Page 32 of 312

30
C3Picasso_nl_Chap02_ecran-multifonction_ed01-2014
Opties
Als het menu "Opties" is geselecteerd, kan de
status van de verschillende functies worden
weergegeven (geactiveerd, gedeactiveerd,
sto r ing).
Ta l e n
Als het menu " Ta l e n" is geselecteerd, kunt u in
de weergegeven lijst een andere taal voor de
weergave van het display selecteren.
Eenheden
Als het menu " Eenheden" is geselecteerd,
kunnen de eenheden van de volgende
parameters worden gewijzigd:
-
t
emperatuur (°C of °F),
-
b
randstofverbruik (l/100 km, mpg of km/l).
De gekozen taal zal ook worden
gebruikt in het kleurenscherm van het
eMyWay-systeem.
om
veiligheidsredenen mag de
bestuurder het multifunctionele display
uitsluitend bedienen als de auto
stilstaat. Wanneer de brandstofverbruikseenheden
worden weergegeven in mpg, wordt
de op het display en kleurenscherm
getoonde informatie over snelheid en
afstand in mijlen weergegeven.
Configuratie van de auto
Als het menu "Config. auto" is geselecteerd,
kunnen de volgende functies geactiveerd of
gedeactiveerd worden:
-
h
et inschakelen van de ruitenwisser
achter als de achteruitversnelling wordt
ingeschakeld (zie het hoofdstuk "Zicht"),
-
d
e follow me home-verlichting en
instapverlichting (zie het hoofdstuk "Zicht"),
-
d
e dagrijverlichting (zie het hoofdstuk
"Zicht").
Via dit menu kunt u ook het
bandenspanningscontrolesysteem resetten (zie
het hoofdstuk "Veiligheid").
Multifunctionele displays
Page 37 of 312

35
C3Picasso_nl_Chap02_ecran-multifonction_ed01-2014
Voorbeeld: instellen van de tijdsduur van de
follow me home-verlichting
F
D
ruk op de toets " 5" of " 6" en vervolgens
op "OK" om het gewenste menu te
selecteren.
F
D
ruk op de toets " 5" of " 6" en vervolgens
op "OK" om het item "Follow me home" te
selecteren. F
D
ruk op de toets "
7" of " 8" om de
gewenste waarde in te stellen (15, 30 of
60 seconden) en druk op de toets "OK"
om
te bevestigen.
F
D
ruk op de toets "5" of " 6" en vervolgens
op "OK" om "OK" te selecteren en
bevestigen of op de toets "Terug" om de
uitgevoerde handeling af te breken.
Parameters van de auto instellen
Via dit menu kunnen verschillende systemen
van de auto geactiveerd of uitgeschakeld
worden:
-
h
et inschakelen van de ruitenwisser
achter als de achteruitversnelling wordt
ingeschakeld (zie het hoofdstuk "Zicht"),
-
d
e dagrijverlichting (zie het hoofdstuk
"Zicht"),
-
d
e follow me home-verlichting.
Via dit menu kunt u ook het
bandenspanningscontrolesysteem resetten (zie
het hoofdstuk "Veiligheid").
Menu "Persoonlijke
instellingen -
configuratie"
Als dit menu is geselecteerd, kunnen de
volgende functies worden geselecteerd:
-
p
arameters van de auto,
-
c
onfiguratie van het display,
-
taalkeuze.
2
Multifunctionele displays
Page 63 of 312

61
C3Picasso_nl_Chap04_ouverture_ed01-2014
Resetten
Blokkering van de bediening van
de ruiten en portieren achter
F Druk, voor de veiligheid van uw kinderen, op de schakelaar 5 om de ruitbediening
achter, ongeacht de stand van de ruiten,
te blokkeren.
Als het lampje brandt, is de ruitbediening
achter geblokkeerd.
Als het lampje gedoofd is, is de ruitbediening
achter niet geblokkeerd.
Wanneer deze functie actief is, brandt
dit lampje op het instrumentenpaneel
enkele seconden.
te
vens worden de bedieningsorganen
van de portieren achterin geblokkeerd
(zie hoofdstuk Veilig vervoeren van
kinderen - paragraaf "
el
ektrische
kinderbeveiliging"). Wanneer tijdens het bedienen van de
ruit iets tussen de ruit en de sponning
bekneld raakt, moet de ruit weer
worden geopend. Druk daarvoor op de
desbetreffende schakelaar.
Wanneer de bestuurder de ruit aan
passagierszijde bedient, moet deze
ervan verzekerd zijn dat niets het
correcte sluiten van de ruit verhindert.
De bestuurder moet ervan verzekerd
zijn dat de passagiers op de juiste
manier gebruik maken van de
elektrische ruitbediening.
Let er vooral op dat kinderen zich
tijdens het bedienen van de ruit niet
kunnen bezeren.
Antiklemvoorziening
De eentraps elektrische ruitbediening is
voorzien van een antiklemvoorziening.
Als de ruit wordt gesloten en tegen een
obstakel stuit, stopt de ruit en gaat deze
gedeeltelijk weer open.
Als de ruit bijvoorbeeld bij vorst niet wil
sluiten:
F
d
ruk dan op de schakelaar om de
ruit helemaal te openen,
F
t
rek vervolgens de schakelaar
omhoog tot de ruit volledig is
gesloten,
F
h
oud de schakelaar na het sluiten
nog ongeveer 1
seconde vast.
Tijdens deze handelingen is de
antiklemvoorziening uitgeschakeld.
na e
en storing moet de ruitbediening worden
gereset:
F l aat de schakelaar los en trek hem opnieuw
omhoog totdat de ruit volledig is gesloten,
F
h
oud de schakelaar na het sluiten nog
ongeveer 1
seconde vast,
F
d
ruk op de schakelaar om de ruit
automatisch te openen.
Tijdens deze handelingen is de
antiklemvoorziening uitgeschakeld.
ne
em bij het verlaten van de auto, zelfs voor een
korte periode, altijd de sleutel uit het contact.
4
toegang tot de auto
Page 111 of 312

109
C3Picasso_nl_Chap08_securite_ed01-2014
bandenspanningscontrolesysteem
Dit systeem controleert automatisch de bandenspanning tijdens het rijden.
Het systeem bewaakt de spanning van de vier
banden zodra de auto begint te rijden.
Het systeem vergelijkt de signalen van de
snelheidssensoren van de wielen met de
referentiewaarden die elke keer nadat de
banden op spanning zijn gebracht of na het
ver wisselen van een wiel moeten worden
gereset.
Het systeem geeft een waarschuwing zodra
wordt gesignaleerd dat de spanning van een of
meer banden te laag is. Het bandenspanningscontrolesysteem
is niet meer dan een hulpmiddel,
hetgeen inhoudt dat de waakzaamheid
en verantwoordelijkheid van de
bestuurder niet door het systeem
kunnen worden vervangen.
Het systeem onthoudt u niet van de
verantwoordelijkheid om elke maand
de bandenspanning te controleren (ook
die van het reservewiel). Doe dit ook
voordat u een lange rit gaat maken.
Het rijden met een te lage bandenspanning
heeft een nadelige invloed op het
weggedrag en de remweg van de auto en
veroorzaakt vroegtijdige bandenslijtage,
vooral onder zware omstandigheden (zware
belading, hoge snelheden, een lange rit).
De voor uw auto voorgeschreven
bandenspanning vindt u op de sticker
met de bandenspanningen.
Zie de rubriek "Identificatie".
De bandenspanning moet worden
gecontroleerd als de banden "koud" zijn
(de auto staat langer dan een uur stil
of er is minder dan 10
km gereden met
een beperkte snelheid).
ond
er andere omstandigheden
(bij warme banden) moet de
bandenspanning ten opzichte van de
op de sticker vermelde spanning met
0,3
bar worden verhoogd.
Het rijden met een te lage
bandenspanning veroorzaakt bovendien
een hoger brandstofverbruik.
8
Veiligheid
Page 112 of 312

110
C3Picasso_nl_Chap08_securite_ed01-2014
Waarschuwing te lage
bandenspanning
u krijgt deze waarschuwing als dit
lam pje blijft branden in combinatie
met een geluidssignaal en, volgens
uitvoering, een melding.
F
V
erminder onmiddellijk uw snelheid en
vermijd plotselinge stuurbewegingen en
krachtig remmen.
F
s
t
op zodra dit mogelijk is op een veilige
plaats.
ee
n te lage bandenspanning is niet
altijd aan de band te zien.
e
e
n visuele
controle is dus niet voldoende. De waarschuwing blijft actief tot het
systeem is gereset.
F
G ebruik in het geval van een lekke band
de bandenreparatieset of het reservewiel
(volgens uitvoering),
of
F
c
ontroleer als u een compressor in de
auto hebt, bijvoorbeeld die van de set voor
tijdelijke bandenreparatie, de spanning van
de vier banden als deze zijn afgekoeld,
of
F
r
ijd voorzichtig verder als het niet mogelijk
is om deze controle onmiddellijk uit te
voeren.
Resetten
elke keer nadat u een of meer banden op
spanning hebt gebracht en na het verwisselen van
een of meer wielen, moet u het systeem resetten.
er i
s een sticker op de middenstijl aan de
bestuurderszijde aangebracht om u hierop
attent te maken.
Controleer voordat u het systeem
gaat resetten of de spanning van
de vier banden overeenkomstig de
gebruiksomstandigheden van de auto
en de voorschriften op de sticker met
de bandenspanningen is.
Het bandenspanningscontrolesysteem
geeft geen meldingen als de
bandenspanning bij het resetten
onjuist is.
Veiligheid