CITROEN DS3 2018 Instructieboekjes (in Dutch)
Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2018, Model line: DS3, Model: CITROEN DS3 2018Pages: 248, PDF Size: 8.86 MB
Page 21 of 248

19
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties/Opmerkingen
AdBlue
®
(BlueHDi-
dieselmotor) Permanent zodra het
contact is aangezet,
in combinatie met een
geluidssignaal en een
melding van het aantal
kilometers dat u
nog
kunt rijden. De actieradius ligt tussen de 600
en
2400 km.Laat het AdBlue
®-reser voir snel bijvullen: neem contact op
met het dealernetwerk of een gekwalificeerde werkplaats
of vul zelf het reser voir bij.
+ Knippert, in combinatie
met het branden van het
lampje SERVICE, een
geluidssignaal en een
melding van het aantal
kilometers dat u
nog
kunt rijden. De actieradius ligt tussen de 0
en
600
km. Laat het AdBlue
®-reservoir
zo snel mogelijk bijvullen
om te voorkomen dat de motor niet meer gestar t kan
worden : neem contact op met het dealernetwerk of een
gekwalificeerde werkplaats of vul zelf het reser voir bij.
Knippert, in combinatie
met het branden van het
lampje SERVICE, een
geluidssignaal en een
melding dat starten niet
meer mogelijk is. Het AdBlue
®-reservoir is leeg:
het starten van de motor wordt
geblokkeerd door het wettelijk verplichte
startblokkeringssysteem. Om de motor te kunnen starten moet
u het AdBlue®-
reser voir (laten) bijvullen: neem contact op met het
dealernetwerk of een gekwalificeerde werkplaats of vul zelf
het reservoir bij.
Het betreffende reservoir moet worden bijgevuld met
minimaal 4
liter AdBlue
®.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
het bijvullen of voor meer informatie over
AdBlue
®.
01
Instrumentenpaneel
Page 22 of 248

20
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties/Opmerkingen
+
+
SCR-
emissieregelsysteem
(BlueHDi-
dieselmotor)Permanent zodra het
contact is aangezet,
in combinatie met het
branden van het lampje
SERVICE en het lampje
zelfdiagnose motor, een
geluidssignaal en een
melding.Er is een storing in het SCR-
emissieregelsysteem. Deze waarschuwing verdwijnt zodra de uitstoot van
uitlaatgassen weer aan de normen voldoet.
Knippert zodra het
contact is aangezet,
in combinatie met het
branden van het lampje
SERVICE en het lampje
zelfdiagnose motor, een
geluidssignaal en een
melding met betrekking
tot de actieradius. Na bevestiging van de storing in het
emissieregelsysteem kunt u
maximaal
1100
km afleggen voordat het systeem
het starten van de motor blokkeert. Raadpleeg
om te voorkomen dat de motor niet meer
gestar t kan worden zo snel mogelijk het dealernetwerk
of een gekwalificeerde werkplaats.
Knippert zodra het contact
is aangezet, in combinatie
met het branden van
het lampje SERVICE en
het lampje zelfdiagnose
motor, een geluidssignaal
en een melding.U hebt de actieradius overschreden die
is toegestaan na de bevestiging van de
storing in het emissieregelsysteem: het
starten van de motor wordt geblokkeerd
door het startblokkeringssysteem. Neem
verplicht contact op met het dealernetwerk of een
gekwalificeerde werkplaats om de motor weer te kunnen
starten.
01
Instrumentenpaneel
Page 23 of 248

21
MistachterlichtenPermanent. De mistachterlichten zijn ingeschakeld. Draai de ring naar achteren om de mistachterlichten uit te
schakelen.
Voorgloeien
dieselmotor Permanent.
De sleutel staat in de tweede stand
(contact) van het contactslot. Wacht met starten tot het lampje uitgaat.
De wachttijd is afhankelijk van de weersomstandigheden
(in extreme gevallen 30
seconden).
Als de motor niet wil aanslaan, zet dan het contact af. Zet
het contact ver volgens weer aan en wacht opnieuw tot het
lampje uitgaat voordat u
de motor start.
Intrappen van het
rempedaal Permanent.
Het rempedaal moet worden ingetrapt. Trap bij een auto met elektronisch gestuurde
versnellingsbak het rempedaal in om de motor te starten
terwijl de selectiehendel in de stand N staat.
Bij een auto met automatische transmissie moet u
bij
draaiende motor en voordat u
de parkeerrem vrijzet het
rempedaal intrappen om de selectiehendel vanuit de stand
P in een andere stand te kunnen zetten.
Als u
de parkeerrem vrijzet zonder het rempedaal in te
trappen, zal dit lampje blijven branden.
Knippert. Als u
de auto met een elektronisch
gestuurde versnellingsbak op een helling
te lang probeert op zijn plaats te houden
door het gaspedaal in te trappen, raakt
de koppeling over verhit. Gebruik het rempedaal en/of de parkeerrem.
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampje
Status
Oorzaak Acties/Opmerkingen
01
Instrumentenpaneel
Page 24 of 248

22
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties/Opmerkingen
Passagiersairbag Permanent. De schakelaar in het dashboardkastje
staat in de stand "OFF".
De airbag vóór aan passagierszijde is
uitgeschakeld.
U kunt een kinderzitje met de "rug in de
rijrichting" plaatsen, behalve in het geval
van een storing in het airbagsysteem
(brandend lampje Airbags). Zet de schakelaar in de stand "
ON" om de airbag vóór aan
passagierszijde in te schakelen.
Bevestig in dit geval op deze zitplaats geen kinderzitje "met
de rug in de rijrichting".
Stop & Star t Permanent. Het Stop & Start-systeem heeft de motor
in de STOP-stand gezet (rood licht, file,
e n z .) . Het lampje gaat uit en de motor wordt automatisch gestart
(START-stand) als u
wilt wegrijden.
Knippert enkele
seconden en gaat
vervolgens uit. De STOP-stand is tijdelijk niet
beschikbaar.
of
De motor wordt automatisch in de
START-stand gezet. Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer informatie
over het Stop & Star t
-systeem.
Richtingaanwijzer
links Knippert, met
geluidssignaal. Als u
de lichtschakelaar omlaag
beweegt.
Richtingaanwijzer
rechts Knippert, met
geluidssignaal. Als u
de lichtschakelaar omhoog
beweegt.
Automatische
ruitenwissers
Permanent.
De ruitenwisserschakelaar is naar
beneden bewogen. De automatische stand van de ruitenwissers vóór is
geactiveerd.
01
Instrumentenpaneel
Page 25 of 248

23
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties/Opmerkingen
AlarmknipperlichtenKnippert, met
geluidssignaal.De schakelaar voor de
alarmknipperlichten op het dashboard is
ingedrukt. De richtingaanwijzers links en rechts en de bijbehorende
lampjes knipperen tegelijkertijd.
Parkeerlichten Permanent. De lichtschakelaar staat in de stand
'Parkeerlichten'.
Mistlampen vóór Permanent. De mistlampen vóór zijn ingeschakeld
met de ring van de lichtschakelaar. Draai de ring van de lichtschakelaar twee standen naar
achteren om de mistlampen vóór uit te schakelen.
Dimlicht Permanent. De lichtschakelaar staat in de stand
" D imlic ht ".
Grootlicht Permanent. U hebt de lichtschakelaar naar u
toe
getrokken. Trek aan de lichtschakelaar om terug te schakelen naar
dimlicht.
01
Instrumentenpaneel
Page 26 of 248

24
Meters
Koelvloeistoftemperatuurmeter
Om koelvloeistof bij te vullen:
F wacht tot de motor is afgekoeld,
F
d
raai de dop twee omwentelingen los om de
druk te laten dalen,
F
v
erwijder vervolgens de dop,
F
v
ul koelvloeistof bij tot aan het merkteken
" M A X ".
Als bij draaiende motor de wijzer zich bevindt:
-
i
n zone A , is de temperatuur in orde,
-
i
n zone B , is de temperatuur te hoog. Het
waarschuwingslampje koelvloeistoftemperatuur
1
en het centrale waarschuwingslampje
STOP gaan rood branden, in combinatie met
een geluidssignaal en een melding op het
multifunctionele display.
Stop zo snel mogelijk op een veilige plaats.
Wacht enkele minuten voordat u
de motor afzet.
Neem contact op met het dealernetwerk of met een
gekwalificeerde werkplaats.
De temperatuur en de druk in het koelcircuit
beginnen na enkele minuten rijden te stijgen.
01
Instrumentenpaneel
Page 27 of 248

25
Onderhoudsindicatoren
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties/Opmerkingen
Onderhoudssleutel Brandt permanent,
tijdelijk bij het aanzetten
van het contact. De afstand tot de eerstvolgende beurt is
3000
tot 1000
km.De onderhoudsindicator wordt enkele seconden
weergegeven op het instrumentenpaneel. Afhankelijk van
de uitvoering:
-
d
e kilometerteller geeft de resterende afstand (in
kilometers) tot de eerstvolgende onderhoudsbeurt aan.
-
e
en waarschuwing geeft de resterende afstand
(in kilometers) en de tijd tot de eerstvolgende
onderhoudsbeurt aan.
De onderhoudssleutel gaat na een paar seconden uit.
De waarschuwing kan worden weergegeven als het einde
van het onderhoudsinterval in tijd nadert.
Brandt permanent, bij
het aanzetten van het
contact. De afstand tot de eerstvolgende
onderhoudsbeurt is kleiner dan
1000
km.De onderhoudsindicator wordt enkele seconden
weergegeven op het instrumentenpaneel. Afhankelijk van
de uitvoering:
-
d
e kilometerteller geeft de resterende kilometers tot de
eerstvolgende onderhoudsbeurt aan.
-
e
en waarschuwingsmelding geeft de resterende
kilometers en de tijd tot de eerstvolgende
onderhoudsbeurt aan.
De onderhoudssleutel blijft branden om aan te geven dat
uw auto zeer binnenkort aan een onderhoudsbeurt toe is.
De waarschuwing kan worden weergegeven als het einde
van het onderhoudsinterval in tijd nadert.
01
Instrumentenpaneel
Page 28 of 248

26
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties/Opmerkingen
Onderhoudssleutel Knippert en brandt
vervolgens permanent,
bij het aanzetten van
het contact. Het onderhoudsinterval is overschreden.
De onderhoudsindicator wordt enkele seconden weergegeven
op het instrumentenpaneel. Afhankelijk van de uitvoering:
-
d
e kilometerteller geeft het aantal afgelegde kilometers
aan sinds het inter val voor de onderhoudsbeurt is
overschreden. De waarde wordt voorafgegaan door het
teken "-".
-
e
en waarschuwing geeft aan dat het inter val voor de
onderhoudsbeurt is overschreden.
De onderhoudssleutel blijft branden zolang de
onderhoudsbeurt niet is uitgevoerd.
De waarschuwing wordt gegeven wanneer het inter val in tijd
voor de onderhoudsbeurt is overschreden.
+ Knippert en brandt
vervolgens permanent,
bij het aanzetten
van het contact, in
combinatie met het
lampje SERVICE.Het onderhoudsinterval voor de
uitvoeringen met een BlueHDi-
dieselmotor is overschreden.
De onderhoudsindicator wordt enkele seconden weergegeven
op het instrumentenpaneel. Afhankelijk van de uitvoering:
-
d
e kilometerteller geeft het aantal afgelegde kilometers
aan sinds het inter val voor de onderhoudsbeurt is
overschreden. De waarde wordt voorafgegaan door het
teken "-".
-
e
en waarschuwing geeft aan dat het inter val voor de
onderhoudsbeurt is overschreden.
De onderhoudssleutel blijft branden zolang de
onderhoudsbeurt niet is uitgevoerd.
De waarschuwing wordt gegeven wanneer het inter val in tijd
voor de onderhoudsbeurt is overschreden.
De weergegeven afstand (in kilometers) wordt
berekend op basis van het aantal afgelegde
kilometers en de verstreken tijd sinds de
laatste onderhoudsbeurt.
01
Instrumentenpaneel
Page 29 of 248

27
Resetten van de
onderhoudsindicator
Na elke onderhoudsbeurt moet de
onderhoudsindicator worden gereset.
Procedure voor het resetten:
F
Z
et het contact uit.
F
D
ruk op de resetknop van de dagteller en houd
deze ingedrukt.
F
Z
et het contact aan; de kilometerteller begint
terug te tellen.
F
L
aat de knop los als het display "=0" aangeeft;
de sleutel verdwijnt.
Als u
na deze handeling de accu wilt
loskoppelen, vergrendel dan de auto en wacht
minimaal vijf minuten. Het resetten van de
onderhoudsindicator zal anders niet worden
opgeslagen.
Opnieuw weergeven van de
onderhoudsinformatie
U kunt op elk moment de onderhoudsinformatie
weergeven.
F
D
ruk op de resetknop van de dagteller. De
onderhoudsinformatie wordt enkele seconden
weergegeven en verdwijnt vervolgens weer.
Motorolieniveaumeter
Olieniveau correct
Te laag olieniveau
(afhankelijk van de uitvoering) Een controle van het olieniveau is alleen
betrouwbaar als de auto op een vlakke,
horizontale ondergrond staat en de motor
minstens 30
minuten niet heeft gedraaid.
Als de aanduiding "OIL" knippert in combinatie
met het lampje Ser vice, een geluidssignaal en een
melding, is het motorolieniveau te laag.
Controleer het olieniveau met de peilstok. Als blijkt
dat het olieniveau inderdaad te laag is, moet olie
worden bijgevuld om te voorkomen dat ernstige
motorschade ontstaat.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie over het controleren van de niveaus .
Bij uitvoeringen met een motorolieniveaumeter
wordt bij het aanzetten van het contact eerst de
onderhoudsindicator weergegeven en vervolgens
gedurende enkele seconden het motorolieniveau.
01
Instrumentenpaneel
Page 30 of 248

28
AdBlue®-
actieradiusindicatoren
Deze actieradiusindicatoren zijn uitsluitend
aanwezig bij auto's met een BlueHDi-dieselmotor.
Zodra de reser vevoorraad van het AdBlue
®-
reser voir is aangesproken of een storing in het
SCR-systeem is gedetecteerd, verschijnt bij
het aanzetten van het contact een indicator die
aangeeft hoeveel kilometer u
nog ongeveer kunt
rijden voordat het opnieuw starten van de motor
automatisch wordt geblokkeerd.
Als de motor mogelijk niet opnieuw
kan worden gestart door een te laag
AdBlue
®-niveau
Het wettelijk verplichte
startblokkeringssysteem wordt automatisch
geactiveerd zodra het AdBlue
®-reservoir
leeg is.
Actieradius groter dan 2400
km
Als het contact wordt aangezet, wordt er geen
informatie over de actieradius weergegeven op het
instrumentenpaneel.
Actieradius tussen 2400
en 600
km Ga naar het dealernetwerk of een gekwalificeerde
werkplaats om AdBlue
® te laten bijvullen.
U kunt het bijvullen ook zelf uitvoeren.
Actieradius kleiner dan 600
kmStoring motorolieniveaumeter
Als de aanduiding " OIL - -" knippert, duidt dit op een
storing in de motorolieniveaumeter.
Neem contact op met het dealernetwerk of met een
gekwalificeerde werkplaats.
Als de motorolieniveaumeter niet werkt, wordt het
motorolieniveau niet meer gecontroleerd.
Zolang het systeem niet werkt, moet u
het
motorolieniveau controleren met de peilstok in de
motorruimte.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie over het controleren van de niveaus .
Tijdens het rijden wordt de melding elke
30
seconden herhaald zolang er geen AdBlue is
bijgevuld.
Ga naar het dealernetwerk of een gekwalificeerde
werkplaats om AdBlue
® te laten bijvullen.
U kunt het bijvullen ook zelf uitvoeren.
Als u
dit niet doet, kan de motor niet meer worden
gestart.
Zodra het contact wordt aangezet, gaat het lampje
branden in combinatie met een geluidssignaal en
een melding (bijvoorbeeld: "Vul brandstofadditief
bij: Starten geblokkeerd over 1500
km") die
aangeeft hoeveel kilometer u
nog kunt rijden met de
resterende hoeveelheid additief.
Tijdens het rijden wordt de melding elke 300
km
herhaald zolang er geen additief is bijgevuld. Zodra het contact wordt aangezet, gaat dit lampje
knipperen en gaat het lampje Service branden in
combinatie met een geluidssignaal en een melding
(bijv.: "Vul brandstofadditief bij: Starten geblokkeerd
over 600
km") die aangeeft hoeveel kilometer u nog
kunt rijden met de resterende hoeveelheid additief.
01
Instrumentenpaneel