FIAT 500 2019 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: FIAT, Model Year: 2019, Model line: 500, Model: FIAT 500 2019Pages: 244, PDF Size: 6.18 MB
Page 91 of 244

GESCHIKTHEID VAN PASSAGIERSSTOELEN VOOR GEBRUIK VAN
ISOFIX-KINDERZITJES
In de onderstaande tabel worden in overeenstemming met de Europese norm ECE 16 de verschillende montagemogelijkheden
getoond voor ISOFIX-kinderzitjes op stoelen die zijn uitgerust met speciale bevestigingen.
Gewichtsgroep Plaats kinderzitje Klasse Isofix-formaat Isofix positie achter
Groep 0 tot 10 kg Tegen de rijrichting in EX
Groep 0+ 0 tot 13 kgTegen de rijrichting in E
X
Tegen de rijrichting in DX
Tegen de rijrichting in CX
Groep 1 van 9 tot 18 kgTegen de rijrichting in D
X
Tegen de rijrichting in CX
In de rijrichting BIUF
In de rijrichting B1IUF
In de rijrichting AIUF (*)
X: Isofix plaats niet geschikt voor Isofix-kinderzitjes in deze gewichtsgroep en/of maatklasse.
IUF: Geschikt voor in de rijrichting geplaatste Isofix kinderzitjes in de Universele categorie en typegoedgekeurd voor gebruik voor de gewichtsgroep.
(*)Deze Isofix-plaats niet geschikt voor Isofix-kinderzitjes in deze gewichts- en/of maatklasse.
Voor andere gewichtsgroepen zijn specifieke ISOFIX-kinderzitjes voorzien, die alleen gebruikt kunnen worden als ze speciaal
voor deze auto zijn ontworpen (zie overzicht auto’s met bijbehorend kinderzitje).
89
Page 92 of 244

GESCHIKTHEID VAN
PASSAGIERSSTOELEN
VOOR GEBRUIK VAN
i-SIZE KINDERZITJE
(voor bepaalde versies/markten)
Deze kinderzitjes, gefabriceerd en
typegoedgekeurd volgens de norm
i-Size (ECE R129), garanderen betere
veiligheidsomstandigheden voor het
vervoer van kinderen in een voertuig:
het kind moet in een tegen de
rijrichting in gemonteerd zitje vervoerd
worden tot de leeftijd van 15 maanden;
bescherming door het kinderzitje
is verbeterd in het geval van een
flankbotsing;
het gebruik van ISOFIX-systeem
wordt aanbevolen, om een onjuiste
montage van het kinderzitje te
voorkomen;
efficiëntie in de keuze voor het
kinderzitje, niet meer op basis van
gewicht maar op de lengte van het
kind, is verbeterd;
compatibiliteit tussen
voertuigstoelen en kinderzitjes is beter:
de i-Size-kinderzitjes kunnen
beschouwd worden als "Super ISOFIX",
dit betekent dat ze uitstekend
gemonteerd kunnen worden in de
typegoedgekeurde i-Size-stoelen, maar
ook gemonteerd kunnen worden op
de ISOFIX (ECE R44)
typegoedgekeurde stoelen.
OPMERKING: Controleer in de tabel op
de volgende pagina of uw auto is
goedgekeurd voor de montage van
i-Size-kinderzitjes.
65F0S0649
90
VEILIGHEID
Page 93 of 244

In de volgende tabel is, in overeenstemming met de Europese regelgeving ECE 129, de mogelijkheid voor montage van
i-Size-kinderzitjes aangegeven.
i-Size-PLAATSEN IN DE AUTO
Apparaat Passagier voorPassagier
rechtsachterinPassagier
linksachterin
i-Size kinderzitjesISO/R2X i-U(*) X
ISO/F2X i-U(*) X
X Stoel niet geschikt voor Universele i-Size-kinderzitjes.
i-U(*) Installatie alleen mogelijk door de bijbehorende voorstoel naar voren te plaatsen. In deze configuratie mag de stoel niet worden bezet.
91
Page 94 of 244

KINDERZITJES AANBEVOLEN DOOR FIAT VOOR UW VOERTUIG
Lineaccessori MOPAR
®omvat een volledige reeks kinderzitjes die bevestigd moeten worden met de driepuntsveiligheidsgordel
of de ISOFIX-beugels.
BELANGRIJK FCA adviseert het kinderzitje te monteren volgens de aanwijzingen, die bijgesloten moeten zijn.
Gewichtsgroep Kinderzitjes Type kinderzitje Montage kinderzitjes
Groep 0+:
van pasgeboren tot
13 kg
van 40 cm tot 80
cm
BeSafe iZi Go Modular
Fiat-bestelcode: 71808564
Universal/i-Size-kinderzitjes
Het zitje moet tegen de rijrichting in
gemonteerd worden, met behulp van
alleen de veiligheidsgordels, of de
speciale i-Size-basis (die apart kan
worden aangeschaft) en de ISOFIX-
bevestigingspunten in het voertuig.
Dit moet gemonteerd worden op de
achterstoelen aan de zijkanten. ++
BeSafe iZi Modular i-Size
Base
Fiat-bestelcode: 71808566
92
VEILIGHEID
Page 95 of 244

Gewichtsgroep Kinderzitjes Type kinderzitje Montage kinderzitjes
Groep 0+/1:
van 9 tot 18 kg
van 67 cm tot 105
cm
BeSafe iZi Modular iSize
Fiat-bestelcode: 71808565
Goedgekeurde i-Size-kinderzitjes
Deze moet in de auto gemonteerd
worden samen met de iZi Modular
i-Size Base (apart verkrijgbaar).
Het kan naar voren of naar
achteren gericht gemonteerd
worden (zie de handleiding van het
kinderzitje). ++
BeSafe iZi Modular i-Size
Base
Fiat-bestelcode: 71808566
Groep 2:
van 15 tot 25 kg
van 95 cm tot 135
cm
Britax Römer KidFix XP
(voor bepaalde versies/markten)
Fiat-bestelcode: 71807984Het kan alleen in de rijrichting
gemonteerd worden, met behulp van
de driepuntsveiligheidsgordel en de
ISOFIX-bevestigingen, indien
aanwezig.Fiat beveelt aan om dit
kinderzitje te installeren met de
ISOFIX-bevestigingen van het
voertuig.
Dit moet gemonteerd worden op de
achterstoelen aan de zijkanten.
93
Page 96 of 244

Gewichtsgroep Kinderzitjes Type kinderzitje Montage kinderzitjes
Groep 3:
van 22 tot 36 kg
van 136 cm tot 150
cm
Britax Römer KidFix XP
(voor bepaalde versies/markten)
Fiat-bestelcode: 71807984Het kan alleen in de rijrichting
gemonteerd worden, met behulp van
de driepuntsveiligheidsgordel en de
ISOFIX-bevestigingen, indien
aanwezig.Fiat beveelt aan om dit
kinderzitje te installeren met de
ISOFIX-bevestigingen van het
voertuig.
Dit moet gemonteerd worden op de
achterstoelen aan de zijkanten.
Safety 1st Manga
E13 045072Het mag alleen geïnstalleerd worden in
de rijrichting met behulp van de
driepuntsveiligheidsgordels.
94
VEILIGHEID
Page 97 of 244

Belangrijke aanbevelingen voor het
veilig vervoeren van kinderen:
Monteer de kinderzitjes op de
achterbank, omdat die plaats bij een
ongeval de meeste bescherming biedt.
Houd kinderen zo lang mogelijk in
kinderzitjes die tegen de rijrichting
in gemonteerd zijn, tot ze 3-4 jaar zijn.
Als de passagiersfrontairbag buiten
werking is gesteld, controleer dan of
het specifieke lampje continu brandt
om er zeker van te zijn dat deze airbag
daadwerkelijk is uitgeschakeld.
Neem de aanwijzingen die de
producent verplicht bij het kinderzitje
moet leveren zorgvuldig in acht.
Bewaar deze aanwijzingen samen met
de overige documenten en dit
instructieboek in het voertuig. Gebruik
geen gebruikte kinderzitjes waarvan
de gebruiksaanwijzingen ontbreken.
Elk kinderzitje is bedoeld voor
slechts één kind: vervoer nooit twee
kinderen in één zitje.
Controleer altijd of de gordel niet
langs de nek van het kind loopt.
Controleer of de gordel goed is
vastgemaakt door eraan te trekken.
Controleer tijdens het rijden of het
kind geen verkeerde houding aanneemt
of de gordels losmaakt.
Laat een kind nooit het diagonale
gordelgedeelte onder zijn arm of achter
zijn rug omleggen.
Vervoer kinderen nooit op schoot,
ook geen pasgeborenen. Niemand is in
staat om een kind vast te houden bij
een ongeval.
Als de auto betrokken is geweest bij
een aanrijding, vervang het kinderzitje
dan door een nieuwe. Bovendien,
en afhankelijk van het type kinderzitje
dat geïnstalleerd is, moeten de
Isofix-verankeringen of de
veiligheidsgordel waarmee het
kinderzitje vastzat ook worden
vervangen.
Zo nodig kan de achterste
hoofdsteun worden verwijderd om een
kinderzitje te monteren. De hoofdsteun
moet altijd geplaatst zijn als de stoel
door een volwassene wordt gebruikt of
door een kind in een kinderzitje zonder
rugleuning.
BELANGRIJK
89)ZEER GEVAARLIJK Plaats NOOIT een
kinderzitje tegen de rijrichting in op de
passagiersstoel van auto's met een actieve
passagiersairbag. Bij een ongeval, hoe
klein ook, kan de airbag dodelijk letsel van
het kind tot gevolg hebben. Het is
raadzaam kinderen altijd in kinderzitjes op
de achterbank te vervoeren: bij een
ongeval biedt de achterbank de meeste
bescherming.
90)Op de zonneklep is een etiket met
symbolen aangebracht dat eraan herinnert
dat de airbag verplicht uitgeschakeld
moet worden als een tegen de rijrichting in
gemonteerd kinderzitje op de voorstoel
wordt gemonteerd. Houd u altijd aan
de aanwijzingen op de zonneklep aan de
passagierszijde (zie de paragraaf
“Aanvullend veiligheidssysteem (SRS) -
Airbag”).
91)Mocht het nodig zijn een kind
achterstevoren in een kinderzitje op de
passagiersstoel te vervoeren, moeten de
front- en zijairbags aan de passagierszijde
worden uitgeschakeld via het hoofdmenu
op het display. Uitschakeling moet worden
gecontroleerd via het
waarschuwingslampje
dat op het
centrale deel van het dashboard is gaan
branden. Bovendien moet de
passagiersstoel zo ver mogelijk naar
achteren zijn geschoven om te voorkomen
dat het kinderzitje eventueel in aanraking
komt met het dashboard.
95
Page 98 of 244

92)Verplaats de voorste passagiersstoel of
de achterbank niet als er een kind op zit
of als het kind in een geschikt kinderzitje zit.
93)Er zijn kinderzitjes met Isofix
bevestigingen beschikbaar, waarmee het
zitje veilig met de stoel verankerd kan
worden zonder de veiligheidsgordels van
de auto te gebruiken. Zie voor dit type
zitjes paragraaf "Een Isofix kinderzitje
monteren" in dit hoofdstuk.
94)Onjuiste montage van het kinderzitje
kan ertoe leiden dat het
beschermingssysteem inefficiënt wordt. Bij
een ongeval kan het kinderzitje loskomen
en kan het kind zelfs dodelijk gewond
raken. Houd u, bij het monteren van
kinderzitjes voor pasgeborenen of kinderen,
strikt aan de aanwijzingen van de
Fabrikant.
95)Wanneer het kinderzitje niet in gebruik
is, zet het dan vast met de
veiligheidsgordel of met de ISOFIX-
verankeringen, of verwijder het uit het
voertuig. Laat het kinderzitje niet los in het
interieur liggen. Op die manier kan het geen
letsel bij de inzittenden veroorzaken, als er
plotseling moet worden geremd of in
geval van een ongeval.
96)Verplaats de stoel niet als er een
kinderzitje is geplaatst: verwijder altijd eerst
het kinderzitje alvorens de stoel anders in
te stellen.
97)Als een Universeel Isofix kinderzitje niet
aan alle drie verankeringspunten is
vastgemaakt, zal het kinderzitje het kind
niet goed kunnen beschermen. In geval
van een aanrijding zou het kind ernstig
gewond kunnen raken of zelfs kunnen
overlijden.98)Monteer het kinderzitje alleen bij
stilstaande auto. Het kinderzitje is op de
juiste wijze aan de beugels bevestigd
als de vergrendeling hoorbaar vastklikt. De
instructies voor montage, demontage en
plaatsing moeten in elk geval worden
opgevolgd. De fabrikant van het kinderzitje
is verplicht deze instructies bij het
kinderzitje te leveren.
99)Zorg er altijd voor dat het diagonale
gedeelte van de veiligheidsgordel niet
onder de armen door of achter de rug van
het kind langs loopt. Bij een ongeval zal
de veiligheidsgordel het kind niet vast
kunnen houden, met het risico van zelfs
dodelijk letsel. Daarom moet het kind
de veiligheidsgordel altijd correct
omleggen.
100)Gebruik één onderste
verankeringspunt niet voor de installatie
van meer dan één kinderzitje.
101)Monteer het kinderzitje
overeenkomstig de aanwijzingen, die
bijgesloten moeten zijn.AANVULLEND
VEILIGHEIDS-
SYSTEEM (SRS) -
AIRBAGS
Het voertuig kan uitgerust zijn met:
frontairbag bestuurderszijde;
frontairbag passagierszijde;
knie-airbag bestuurderszijde;
airbags aan passagiers- en
bestuurderszijde ter bescherming van
bekken, borst en schouders;
hoofdairbags ter bescherming van
het hoofd van passagiers op de
voorstoel en op de achterbank.
FRONTAIRBAGS
102)
De frontairbags voor bestuurder/
passagier en de knie-airbag voor de
bestuurder (voor bepaalde versies/
markten) beschermen de inzittenden op
de voorstoelen in geval van
middelzware/zware frontale botsingen,
door de airbag tussen de inzittende
en het stuurwiel of het dashboard op te
blazen.
Als de airbags niet worden opgeblazen
bij andere soorten botsingen (botsingen
opzij, achterop, over de kop slaan
enz.), wijst dit niet op een storing van
het systeem.
96
VEILIGHEID
Page 99 of 244

In geval van een frontale botsing wordt
de airbag opgeblazen door een
elektronische regeleenheid.
Het kussen blaast onmiddellijk op
tussen de inzittende voorin en
het stuurwiel of het dashboard,
waardoor het lichaam van de inzittende
wordt opgevangen en de kans op
verwondingen wordt beperkt. Na het
opblazen loopt de airbag ook direct
weer leeg.
De frontairbags zijn geen vervanging
voor de veiligheidsgordels, maar een
aanvulling. Draag dus altijd
veiligheidsgordels, zoals trouwens bij de
wet voorgeschreven is in alle Europese
landen en de meeste landen
daarbuiten.
Bij een botsing kunnen degenen die
geen veiligheidsgordel dragen, in
contact komen met een airbag die nog
niet volledig opgeblazen is. Onder
deze omstandigheden wordt de
inzittende minder door de airbag
beschermd.De frontairbags kunnen niet worden
geactiveerd in het geval van een
frontale botsing tegen sterk
vervormbare voorwerpen waarbij de
voorkant van het voertuig niet
betrokken is (bijv. flankbotsing tegen de
vangrail) of indien de auto onder een
andere auto of veiligheidsbarrières
schuift (bijv. onder een vrachtwagen of
de vangrails).
Als de airbags onder de hierboven
beschreven omstandigheden niet
opgeblazen worden, dan bieden ze
geen aanvullende bescherming ten
opzichte van de veiligheidsgordels,
zodat hun activering geen zin heeft. In
deze gevallen wijst de uitgebleven
activering dus niet op een storing van
het systeem.
De frontairbags (bestuurder, passagier,
knieairbag voor bestuurder) zijn
ontworpen en afgesteld om inzittenden
voorin met omgelegde
veiligheidsgordels zo goed mogelijk te
beschermen. Wanneer de airbags
volledig opgeblazen zijn, nemen ze
bijna alle ruimte in beslag tussen het
stuurwiel en de bestuurder, tussen de
onderste bescherming van de
stuurkolom en de knieën van de
bestuurder en tussen het dashboard en
de voorpassagier.Bij lichte frontale botsingen (waarbij de
bescherming van de omgelegde gordel
volstaat) worden de airbags niet
opgeblazen. De veiligheidsgordels
moeten dus altijd gedragen worden. Bij
een frontale aanrijding zorgen de
veiligheidsgordels ervoor dat de
inzittenden in de juiste stand worden
gehouden.
Frontairbag bestuurderszijde
103)
Deze bestaat uit een onmiddellijk
opblaasbaar kussen dat in een speciale
ruimte A in het midden van het
stuurwiel is geplaatst fig. 67.
66F0S0586
97
Page 100 of 244

Frontairbag passagierszijde
Deze bestaat uit een onmiddellijk
opblaasbaar kussen dat in een speciale
ruimte in dashboard fig. 67 is
opgeborgen, deze airbag heeft een
groter volume dan de
bestuurdersairbag.
Frontairbag passagier en
kinderzitjes
104) 105)
PlaatsNOOITeen kinderzitje tegen de
rijrichting in op de voorstoel met een
actieve passagiersairbag. Als bij een
botsing de airbag wordt opgeblazen,
kan dit leiden tot dodelijk letsel van het
kind.
Houd uALTIJDaan de aanwijzingen
die vermeld zijn op het etiket aan beide
kanten van de zonneklep (fig. 68).
67F0S0596
68F0S0502
98
VEILIGHEID