ESP Hyundai Genesis Coupe 2013 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2013, Model line: Genesis Coupe, Model: Hyundai Genesis Coupe 2013Pages: 443, PDF Size: 39.11 MB
Page 387 of 443

321
Veiligheidsysteem van uw auto
Geleider schoudergordel
U kunt de positie van de geleider voor de
schoudergordel aanpassen, zodat u
gemakkelijker bij de schoudergordel
kunt. Zet voor het gebruik van de gordel
de geleider in de gewenste positie. En
zet de geleider in de stand (1 - 3)
wanneer u via het bestuurdersportierinstapt.
✽✽AANWIJZING
Zowel de gordelspanner voor de bestuurder als die voor de
voorpassagier wordt bij bepaalde
frontale aanrijdingen geactiveerd.
Wanneer de gordelspanners
geactiveerd worden, kan een luide
knal hoorbaar zijn en kan er fijn stof,
dat doet denken aan rook, zichtbaar
worden in het
passagierscompartiment. Dat zijn
normale verschijnselen en het stof is
niet schadelijk.
De fijne stof is normaal gesproken onschadelijk, maar kan bij personen
met een gevoelige huid irritatie
veroorzaken. Tevens dient langdurig
inademen van de stof vermeden te
worden. Was de aan het stof
blootgestelde huid zorgvuldig na een
ongeval waarbij de gordelspanners
zijn geactiveerd.WAARSCHUWING
Voor een optimale werking van de
gordelspanner:
1. De veiligheidsgordel moet goed werken en goed afgesteld zijn.
Lees a.u.b. de informatie en de
voorzorgsmaatregelen metbetrekking tot de
veiligheidssystemen - inclusief
veiligheidsgordels en airbags - in
uw auto in deze handleiding
zorgvuldig door en volg de
aanwijzingen op.
2. Zorg ervoor dat u en uw passagiers de veiligheidsgordelste allen tijde op de juiste manier
dragen.
OFS031034
Page 392 of 443

Veiligheidsysteem van uw auto
26
3
Verzorging van de
veiligheidsgordels
Veiligheidsgordels mogen niet
gedemonteerd of gemodificeerd worden.
Verder moet er op worden gelet dat de
gordels en de onderdelen daarvan niet
beschadigd worden door de scharnieren
van de stoelen, de portieren of
anderszins.Periodieke controle
Alle veiligheidsgordels dienen regelmatig op slijtage of beschadigingen
gecontroleerd te worden. Beschadigde
onderdelen dienen zo spoedig mogelijk
vervangen te worden.
Houd de gordels schoon en droog
De veiligheidsgordels moeten schoon en
droog gehouden worden. Als ze vuil
geworden zijn, kunnen ze worden
gereinigd met een milde zeepoplossing
en warm water. Bleekmiddelen,
kleurstoffen, sterke oplosmiddelen ofreinigingsmiddelen met schurende
bestanddelen mogen niet worden
gebruikt omdat ze het gordelmateriaal
kunnen beschadigen of verzwakken.
Wanneer moeten de
veiligheidsgordels vervangen worden
De veiligheidsgordels moeten in hun
geheel worden vervangen als de auto bij
een aanrijding betrokken is. Dat is ook
het geval als de veiligheidsgordels niet
zichtbaar beschadigd zijn. Als u vragen
heeft met betrekking tot de werking van
de veiligheidsgordel adviseren we ucontact op te nemen met een officiële
HYUNDAI-dealer.
WAARSCHUWING
Beschadig de veiligheidsgordel en
de gesp niet als u de neergeklapte
rugleuning van de achterbank weer
in zijn oorspronkelijke positie zet.
Zorg ervoor dat de gordel of gesp
niet klem komen te zitten tussen de
achterbank. Een beschadigde
gordel of gesp is minder sterk enkan bij een aanrijding of noodstop
dienst weigeren, waardoor ernstigletsel kan ontstaan.
Laat een veiligheidsgordel
onmiddellijk vervangen als het
materiaal van de gordel of de gesp
is beschadigd.
Page 396 of 443

Veiligheidsysteem van uw auto
30
3
Bevestigen van een kinderzitje met
een driepuntsgordel
Volg voor het installeren van een
kinderzitje op de buitenste zitplaatsen de
volgende stappen:
1. Plaats het baby- of kinderzitje op de achterbank en laat de
veiligheidsgordel om of door het zitje
lopen, afhankelijk van de instructies
van de fabrikant van het zitje. Zorg
ervoor dat de gordel niet verdraaid zit. 2. Zet de gesp vast in de gordelsluiting.
Controleer of een klikkend geluid
hoorbaar is.Plaats de ontgrendelknop zo dat deze in
geval van nood gemakkelijk bereikbaar
is.
3. Maak de gordel vast en zorg ervoor dat de gordel overal goed aansluit.Controleer na het installeren of het
kinderzitje goed vastzit door het in alle
richtingen te bewegen.
Als de gordel strakker moet, beweeg dan
meer band richting de blokkeerautomaat.
Wanneer u de gordel losmaakt zodat die
ingetrokken wordt, gaat de
blokkeerautomaat automatisch terug
naar de stand waarin hij normaal
blokkeert in een noodsituatie.
E2MS103005OEN036101OEN036104
Page 400 of 443

Veiligheidsysteem van uw auto
34
3
Aan elke zijde van de achterbank, achter
de zitting, bevinden zich twee ISOfix-
bevestigingspunten in combinatie met
een bevestigingspunt voor de bovenste
band op de hoedenplank. Tijdens hetinstalleren moet het zitje in de
bevestigingspunten worden vastgeklikt
(controleer of het zitje vastzit door eraan
te trekken!) en worden vastgezet met de
bovenste bevestigingsband op hetbijbehorende punt op de hoedenplank. Volg bij het installeren en gebruiken vaneen kinderzitje de installatiehandleiding
die bij het ISOFIX-zitje wordt geleverd.
WAARSCHUWING
Als een kinderzitje op de achterbank is geplaatst met
behulp van de ISOFIX-
bevestigingen, moeten alle
ongebruikte gordels op de
achterbank worden vastgemaakt
in de gordelsluitingen en moet de
gordel op de plaats van het
kinderzitje achter het zitje worden
vastgemaakt om ervoor te zorgen
dat de gordel buiten bereik van
het kind blijft. Bij losse gespen of
gordelsluitingen kan het kind in
het kinderzitje verstrikt raken enernstig letsel oplopen.
Plaats geen voorwerpen rond de onderste bevestigingspunten.
Controleer ook of de
veiligheidsgordel niet wordt
gehinderd door de onderste
bevestigingspunten.
WAARSCHUWING
Plaats het kinderzitje helemaal naar
achteren tegen de rugleuning met
de rugleuning rechtop.
OBK032037Onderste bevestigingspunt
Aanduiding onderste bevestigingspunt
Page 438 of 443

Introductie
6
1
CONTROLELAMPJES IN HET INSTRUMENTENPANEEL
Waarschuwingslampje
veiligheidsgordel
Controlelampje grootlicht
Controlelampjes richtingaanwijzers Controlelampje mistlampen vóór*
Waarschuwingslampje ABS Oliedruklampje Controlelampje
motormanagement
Controlelampje CRUISE SET* Waarschuwingslampje laag
brandstofniveau
❈ Zie voor meer informatie deel Instrumentenpaneel in hoofdstuk 4. Waarschuwingslampjelaadsysteem
Controlelampje laag niveau
ruitensproeiervloeistof*
Waarschuwingslampje open
portier
Controlelampje KEY OUT*
* indien van toepassing
Controlelampje CRUISE*
Controlelampje ESP*
Controlelampje ESP OFF* Waarschuwingslampje AIRBAG Waarschuwingslampje te hogesnelheid*
Waarschuwingslampje open
achterklep
Controlelampje achterlicht*
Controlelampje dimlicht* Waarschuwingslampje parkeerrem
en remvloeistofniveau
Controlelampje
startblokkeersysteem*
Waarschuwingslampje
koelvloeistoftemperatuur*
120km/h
KEY
OUT