Hyundai Grandeur 2003 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2003, Model line: Grandeur, Model: Hyundai Grandeur 2003Pages: 211, PDF Size: 6.37 MB
Page 41 of 211

1- 30 BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
B180B01HP-GXT Veiligheidsgordel met gordelspanner Uw Hyundai is voorzien van
veiligheidsgordels met gordelspanners voor de bestuurder en de voorpassagier. De gordelspanner zorgt er bij een
zware frontale aanrijding voor dat deveiligheidsgordel strak tegen het lichaam van de inzittende wordt getrokken. De gordelspanners kunnenalleen worden geactiveerd of, als de frontale aanrijding ernstig genoeg is, samen met de airbags.
B230H01L-GXT Geschiktheid van veiligheidssysteem voorkinderen voor zitplaatsen Gebruik een veiligheidssysteem voor kinderen dat officieel is goedgekeurd en dat voor uw kinderen geschikt is. Raadpleeg de volgende tabel bij het gebruik van kinderstoelen.
Achter,midden
Leeftijdsgroep Zitplaats
UU
F
XUU F
X U, L1 U F XU FUF
Achter,
buitenzijde
Voorpas-
sagier
0 : Tot 10 kg (0 ~ 9 maanden)0+ : Tot 13 kg (0 ~ 2 jaar) I : 9 kg tot 18kg (9 maanden~4 jaar)II & III : 15 kgtot 36 kg (4 ~ 12 jaar) X
U : Geschikt voor "universele"
categorie veiligheidssystemen goedgekeurd voor gebruik in dezegewichtsklasse
UF : Geschikt voor in voorwaartse
richting geplaatste "universele" categorie veiligheidssystemen goedgekeurd voor gebruik in dezegewichtsklasse
L1 : Geschikt voor "Römer ISOFIX
GR1" goedgekeurd voor dezegewichtsgroep(Goedkeuringsnr.: E1 R44-03301133)
X : Zitplaats niet geschikt voor kinderen in deze gewichtsklasse
HXG229
Page 42 of 211

BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1- 31
De veiligheidsgordel met gordelspanner werkt op dezelfde wijze als de veiligheidsgordel metoprolautomaat ELR (Emergency Lock- ing Retractor = noodblokkeringssysteem). Als de autosterk wordt afgeremd of als de inzittende zich te snel naar voren beweegt, blokkeert deveiligheidsgordel.Bij een voldoende zware frontaleaanrijding wordt de gordelspanner geactiveerd, waardoor de veiligheidsgordel strakker tegen hetlichaam van de inzittende wordt getrokken. Het systeem van veiligheidsgordels
met gordelspanner bestaat uit de volgende belangrijke onderdelen. Demontageplaatsen zijn in de afbeelding aangegeven.
1. SRS airbag controlelamp
2. Veiligheidsgordel met gordelspanner
3. SRS regeleenheid
B180B02S
1
2 3Airbageenheid voor bestuurderszijdeAirbageenheid voor passagiers- zijde WAARSCHUWING:
Om maximaal te profiteren van de
veiligheidsgordel met gordelspanner:
1. Gesp de veiligheidsgordel altijd correct om.
2. Stel de veiligheidsgordel correct
af. N.B.:
o Zowel de gordelspanner voor de
bestuurder als de voorpassagier worden onder bepaalde omstandigheden bij een frontale aanrijding geactiveerd. Degordelspanners kunnen alleen worden geactiveerd, of als de frontale aanrijding ernstig genoegis, samen met de airbags.
o Bij het activeren van de
gordelspanners is er een hard geluid hoorbaar en komt fijne stof (dat op rook kan lijken) vrijin de auto. Dit is normaal en niet gevaarlijk.
o Hoewel het ongevaarlijk is kan de huid door de fijne stof geïrriteerd raken en moet het nietgedurende langere tijd worden ingeademd. Daarom moeten de handen en het gezicht zorgvuldigworden gewassen nadat bij een aanrijding de gordelspanners zijn geactiveerd.
!
Page 43 of 211

1- 32 BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
LET OP:
o Omdat de sensor voor het activeren van de SRS airbag met de veiligheidsgordel metgordelspanner is verbonden, gaat de SRS airbag controlelamp in het instrumentenpaneelgedurende ca. 6 seconden knipperen nadat het contact in de stand "ON" is gezet; daarnamoet de lamp doven.
o Deze lamp gaat ook branden als de werking van de veiligheidsgordels met gordelspanners niet in orde is,ook als er geen storing is in het SRS airbag systeem. Als de SRS airbag controlelamp niet gaat branden zodra het con- tact in de stand "ON" wordt gezet, als hij na ca. 6 secondenblijft knipperen, of als hij tijdens het rijden gaat branden, moet de werking van de veiligheidsgordelmet gordelspanner of het SRS airbag systeem zo snel mogelijk door een Hyundai dealer wordengecontroleerd. WAARSCHUWING:
o De gordelspanners zijn ontworpen om maar eenmaal tewerken. Nadat de gordelspannerszijn geactiveerd, moeten de gordels met gordelspanners worden vervangen. Alleveiligheidsgordels, van elk type, moeten altijd worden vervangen als ze tijdens een aanrijding zijngedragen.
o Het mechanisme van de
gordelspanner wordt bij het activeren zeer warm. Raak de gordelspanner de eerste minutenna het activeren niet aan.
o Tracht niet om de
veiligheidsgordel met gordelspanner zelf te controleren of te vervangen. Laat dit dooreen Hyundai dealer uitvoeren.
o Tik niet tegen de veiligheidsgordel metgordelspanner.
o Tracht niet om onderhoud of reparaties aan de veiligheidsgordel met gordelspanner uit te voeren.
AIR
BAG
!!o Als de gordel met gordelspanner
onjuist wordt behandeld en de genoemde waarschuwingen (niet tegen de gordelspanner tikken,de veiligheidsgordel met gordelspanner niet wijzigen, controleren, vervangen,onderhoud of reparaties uit voeren) niet worden opgevolgd, kan dit een onjuiste werking vangordelspanner tot gevolg hebben of kan hij ongewild in werking treden en ernstige verwondingenveroorzaken.
o Tijdens het rijden moeten de
veiligheidsgordels zowel door de bestuurder als de passagiers worden gebruikt.
Page 44 of 211

BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1- 33
SB110A2-FX AIRBAGSYSTEEM Uw Hyundai is uitgerust met een airbagsysteem. Dit is herkenbaar aan het opschrift "SRS Air Bag" op de afdekking van de airbag in het stuurwielen de afdekking boven het dashboardkastje aan passagierszijde. De airbags zijn aangebracht onder de afdekking van het stootvlak in hetstuurwiel en de afdekking boven het dashboardkastje aan passagierszijde. De airbag zorgt ervoor dat debestuurder en/of de voorpassagier bij een frontale aanrijding meer bescherming wordt geboden dan alleenmet behulp van de veiligheidsgordels mogelijk is.
B240A01L N.B.:
Lees de informatie t.a.v. de airbag
op de stickers aan de achterzijde van de zonneklep en in het dashboardkastje.
WAARSCHUWING:
o De airbag is bedoeld als aanvulling op de driepuntsgordels van debestuurder en de voorpassagier en niet als een vervanging hiervoor. Daarom moet tijdenshet rijden ten allen tijde de veiligheidsgordel worden gedragen. De airbag treedt alleenin werking bij een frontale aanrijding met een dusdanige snelheid dat de kans opverwondingen groot is.
o De airbags treden alleen in werking bij een aanrijding onder een hoek die kleiner is dan 30°, gezien vanaf de lengte-as van deauto. De airbags treden niet in werking bij een aanrijding van opzij, van achteren of bij hetover de kop slaan van de auto. o De frontairbags worden bij een
lichte aanrijding niet geactiveerd,omdat de veiligheidsgordels danvoldoende bescherming bieden.
!
B240A02L
o De airbags, vóór, worden niet geactiveerd bij aanrijdingen van opzij of van achteren of bij het over de kop slaan. Bovendien worden ze niet geactiveerd bijfrontale botsingen die beneden de drempelwaarde liggen.
o De airbags worden geactiveerd bij frontale aanrijdingen met een voldoende grote botskracht.
Aanrijding van achteren Aanrijding van opzij
Over de kop slaan
Page 45 of 211

1- 34 BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
De airbageenheden bevinden zich in
het midden van het stuurwiel en achter de afdekking boven het dashboardkastje aan passagierszijde. Als het airbagmoduul een frontaleaanrijding van een bepaalde kracht registreert, worden de airbags automatisch geactiveerd.
Bij het in werking treden doorbreekt
de airbag de breukpunten in het stootvlak van het stuurwiel, hierna
SB110B2-FXComponenten en werking van airbagsysteem
De SRS onderhoudsindicatie (SRI) in
het instrumentenpaneel knippert ca. 6 seconden nadat de contactsleutel inde stand "ON" is gedraaid of nadat de motor is gestart en dooft vervolgens.
o Voor een maximale veiligheid bij
alle typen aanrijdingen moeten alle inzittenden, inclusief debestuurder, altijd de veiligheidsgordel dragen. Dit geldt ook indien hun zitplaats isvoorzien van een airbag.
B240B01L
B240B02L
Het airbagsysteem bestaat uit de
volgende componenten:
- Airbageenheid voor bestuurderszijde
- Airbageenheid voor passagierszijde
- SRS onderhoudsindicatie (SRI)
- SRS airbagmoduul (SRSCM)
Het airbagmoduul controleert bij
aangezet contact continu alle omstandigheden om te bepalen ofeen frontale aanrijding of een aanrijding onder een hoek ernstig genoeg is om de airbag in werking te laten treden.
B240B03L
Page 46 of 211

BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1- 35
wordt het stootvlak geheel geopend en wordt de airbag volledig opgeblazen. Een volledig opgeblazen airbag in combinatie met een correct gedragen veiligheidsgordel zal de voorwaartse beweging van de bestuurder of devoorpassagier dempen, waardoor de kans op verwondingen aan het hoofd of het bovenlichaam wordt verminderd.
Airbag voor passagierszijde
B240B05L B240B04L
Airbag voor passagierszijde
Nadat de airbag is opgeblazen, zal hij onmiddellijk weer beginnen metleeglopen, zodat de bestuurder weer naar voren kan kijken en de wagen kan besturen. LET OP:
Een flacon luchtverfrisser mag in
de auto niet dichtbij het instrumentenpaneel of op het dash- board worden geplaatst. Dooreventuele lekkage van de luchtverfrisser op deze delen (instrumentenpaneel, dashboard ofaanjager) kunnen ze worden beschadigd. Als de vloeistof van de luchtverfrisser op deze delenkomt moeten ze direct met water worden gereinigd. WAARSCHUWING:
o Het in werking treden van de airbag gaat gepaard met een luide knal, terwijl eveneens enige rook vrijkomt. Dit is normaal en is niet gevaarlijk. De rook die bijhet in werking treden van de airbag vrijkomt kan echter huidirritatie veroorzaken. Na eenaanrijding waarbij de airbag in werking is getreden, moeten de handen en het gezicht grondigmet lauwwarm water en een milde zeep worden gewassen.
o Het airbagsysteem werkt alleen met het contactslot in de stand"ON". Als de onderhoudsindicatie niet gaatbranden of continu brandt nadat ze ca. 6 seconden heeft geknipperd bij aangezet contactof wanneer de motor is gestart, of gaat branden tijdens het rijden, is er een storing in hetairbagsysteem. Laat dit zo snel mogelijk controleren door een Hyundai dealer.
!
!
Page 47 of 211

1- 36 BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
o Alvorens een zekering te
vervangen of een accukabel los te maken, moet de contactsleutel in de stand "LOCK" wordengedraaid of worden verwijderd. Vervang nooit zekering nummer 12 als de contactsleutel in destand "ON" staat. Als deze waarschuwing niet wordt opgevolgd, gaat deonderhoudsindicatie branden.B990A04Y-GXT HERKENNING STOELBEZETTING Het systeem voor de herkenning van
de stoelbezetting registreert een passagier op de voorstoel. Wanneer wordt vastgesteld dat geen passagierop de voorstoel zit, worden bij een aanrijding de front-airbag en/of de zij- airbag en de gordelspanner aan passagierszijde niet geactiveerd. Ditsysteem is vooral bedoeld om te voorkomen dat airbagcomponenten moeten worden vervangen die bij eenaanrijding onnodig zijn geactiveerd. N.B.:
Op de passagiersstoel, voor, mogen
geen voorwerpen zwaarder dan 15 kg worden geplaatst. Anders kan bij een aanrijding de voorste airbagen/of de zij-airbag aan passagierszijde in werking treden. WAARSCHUWING:
De herkenning van de
stoelbezetting is niet bedoeld om te voorkomen dat de airbag inwerking treedt terwijl zich een kind op de voorstoel bevindt. Het is alleen bedoeld om onnodigereparatiekosten bij een frontale aanrijding tegen te gaan, door te voorkomen dat de airbag en degordelspanner in werking treden als zich geen passagier op de voorstoel bevindt. Deze systemenkunnen in werking treden ook als maar enkele kilo's op de stoel aanwezig zijn. Daarom mogenkinderen niet op de voorstoel worden meegenomen. Kinderen moeten altijd op de achterbankworden vervoerd. Hierbij moet gebruik worden gemaakt van het veiligheidssysteem van de auto ofvan een voor het gewicht en de lengte van het kind bestemd kinderveiligheidssysteem.
!
Page 48 of 211

BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1- 37
B990B04Y-GXT Zij-airbag o Voor de beste bescherming van
het zij-airbagsysteem en om verwondingen bij het in werkingtreden van de zij-airbag te voorkomen, moeten de beide inzittenden van de voorstoelenrechtop zitten met de veiligheidsgordel correct vastgegespt. De handen van debestuurder moeten in de standen 9:00 en 3:00 uur op het stuurwiel worden gehouden. De armen enhanden van de voorpassagiers moeten in de schoot worden gehouden.
o Breng geen extra stoelhoezen aan.
o Door het gebruik van stoelhoezen wordt het effect van het systeembeperkt.
o Monteer geen accessoires aan de zijkant of bij de zij-airbag.
o Gebruik geen grote krachten aan de zijkant van de stoel.
o Breng geen objecten aan over de airbag of tussen de airbag enuzelf.
HXGS261
B990B02Y
Uw Hyundai heeft in elke voorstoel een zij-airbag. Deze airbag heeft tot taak om de bestuurder en/of voorpassagiers extra bescherming tegeven naast de werking van alleen de veiligheidsgordel. De zij-airbags zijn ontworpen om in werking te treden bijeen aanrijding van opzij, afhankelijk van de ernst van de aanrijding, de hoek, de snelheid en hetaanrijdingspunt. De airbags zijn niet ontworpen om bij alle aanrijdingen van opzij in werking te treden. WAARSCHUWING:
o De zij-airbags vormen een aanvulling op de driepuntsveiligheidsgordels van debestuurder en de voorpassagier, maar vervangt deze niet. Daarom moet de veiligheidsgordel altijdworden gedragen als u in de auto zit. De zij-airbags worden alleen geactiveerd bij bepaaldebotsingen aan de zijkant die ernstig genoeg zijn om letsel te veroorzaken.Zij-airbag- sensor
!
Page 49 of 211

1- 38 BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
SB110C1-FX Onderhoud van het airbagsysteem Het airbagsysteem is praktisch onderhoudsvrij; het is niet toegestaan zelf werkzaamheden eraan uit te voeren. Het gehele airbagsysteemmoet 10 jaar na de productiedatum van de auto door een officiële Hyundai dealer worden gecontroleerd.Alle werkzaamheden aan hetairbagsysteem, zoals het verwijderen,aanbrengen, repareren of werkzaamheden aan het stuurwiel moeten worden uitgevoerd door eengekwalificeerde Hyundai monteur. Onvakkundig uitgevoerde werkzaamheden aan hetairbagsysteem kunnen ernstig persoonlijk letsel tot gevolg hebben. WAARSCHUWING:
o Als wijzigingen worden uitgevoerd aan de diversecomponenten en de bedrading van het airbagsysteem, inclusiefhet aanbrengen van voorwerpen op het stootvlak van het stuurwiel of wijzigingen worden uitgevoerdaan het stuurwiel, kan de werking van het airbagsysteem worden beïnvloed en persoonlijk letseltot gevolg hebben.
o Plaats geen objecten (paraplu,
tas enz.) tussen het voorportieren de voorstoel. Dergelijkeobjecten kunnen gevaarlijke projectielen worden of extra verwondingen veroorzaken als dezij-airbag in werking treedt.
o Om ongewild in werking treden
van de zij-airbag en daardoor verwondingen te voorkomen, moeten schokken tegen debotsingssensor voor de zij-airbag bij aangezet contact worden voorkomen.
B240C02L
!
Page 50 of 211

BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1- 39
o Aan de diverse componenten en
aan de bedrading van het airbagsysteem mogen geen werkzaamheden worden uitgevoerd, terwijl deze ook nietmogen worden losgemaakt. Als dit wel gebeurt, kan dit persoonlijk letsel tot gevolghebben omdat de airbag abusievelijk in werking kan treden of niet in werking kantreden.
o Op de rechter voorstoel mag
geen veiligheidssysteem voor kinderen worden gemonteerd. Op de voorstoel mag nooit eenkinderstoeltje worden geplaatst.Het kind kan letsel oplopen alsde airbag bij een aanrijding wordt geactiveerd.
o Als componenten van het airbagsysteem tot schrootworden verwerkt, of als de wagen tot schroot wordt verwerkt,moeten bepaalde veiligheidsvoor- schriften worden opgevolgd. Uw Hyundai dealer is met dezeveiligheidsvoorschriften bekend en kan u de noodzakelijke
o Het stootvlak kan worden
gereinigd met een zachte, droge doek of een doek die vochtig isgemaakt met water zonder enige toevoeging. Oplosmiddelen of reinigingsmiddelen kunnen eennegatief effect hebben op het stootvlak van het stuurwiel alsmede op de goede werkingvan systeem.
o Er mogen geen voorwerpen over of bij de airbageenheden op hetstuurwiel, het instrumentenpaneel of de afdekking boven het dashboardkastje aanpassagierszijde worden geplaatst, omdat een dergelijk voorwerp letsel kan veroorzakenbij een aanrijding die ernstig genoeg is om de airbags in werking te laten treden.
o Als de airbag in werking is getreden, moet deze wordenvervangen door een officiële Hyundai dealer. informatie verstrekken. Als deze voorschriften en procedures nietworden opgevolgd, kan dit persoonlijk letsel tot gevolg hebben.
o Bij verkoop van de wagen moet
de nieuwe eigenaar van dezebelangrijke informatie op de hoogte worden gebracht en moet deze handleiding in de wagenachterblijven als deze aan de nieuwe eigenaar wordt overhandigd.