warning Hyundai Ioniq Electric 2017 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2017, Model line: Ioniq Electric, Model: Hyundai Ioniq Electric 2017Pages: 566, PDF Size: 44.45 MB
Page 205 of 566
3-58
Handige voorzieningen in uw auto
Controlelampjeverlichting AAN
Dit controlelampje gaat branden :
Als de parkeerlichten of het dim- /grootlicht worden/wordt
ingeschakeld.
Controlelampje
mistachterlicht (indien van toepassing)
Dit controlelampje gaat branden :
Als het mistachterlicht wordt ingeschakeld.
Waarschuwingslampje
LED-koplampen
(indien van toepassing)
Dit waarschuwingslampje gaat
branden:
Als de startknop in stand ON staat.
- Het lampje blijft ongeveer 3seconden branden en gaat dan uit.
In het geval van een storing in de LED-koplampen.
In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
Dit waarschuwingslampje gaat
knipperen:
In het geval van een storing in een
onderdeel van de LED-koplampen.
In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer. Door blijven rijden
terwijl waarschuwingslampje LED-
koplampen brandt of knippert kan de
levensduur van de LED-koplamp
verkorten. Continuous driving with the LED
Headlamp Warning Light on or
blinking can reduce LED
headlamp life.
Controlelampje CRUISE
(indien van toepassing)
Dit controlelampje gaat branden:
Als het cruise control-systeem wordt ingeschakeld.
Zie "Cruise control-systeem" in
hoofdstuk 5 voor meer informatie.
AANWIJZING
■ Type A ■
Type B
Page 396 of 566
5-51
Rijden met uw auto
5
Het
waarschuwingslampje in
het LCD-display gaat
branden als u het AEB-
systeem uitschakelt. De bestuurder
kan de AAN/UIT-status van de AEB
aflezen op het LCD-display. Het
waarschuwingslampje gaat ook
branden als de ESC (Electronic
Stability Control) is uitgeschakeld(antidoorslipregeling en
stabiliteitsregeling uitgeschakeld).
Als het waarschuwingslampje AAN
blijft terwijl de AEB geactiveerd is,
adviseren we u het systeem te laten
nakijken door een officiële
HYUNDAI-dealer. De bestuurder kan de
waarschuwingstijd instellen op het
LCD-display.
Ga naar 'Gebr. Instell.
Rijbegeleiding Waarschuwing
aanrijding voorzijde Late
waarschuwing/Normaal/Vroege
waarschuwing' Dit zijn de opties voor Forward
Collision Warning:
Late waarschuwing :
Bij deze keuze wordt Forward
Collision Warning eerder
geactiveerd dan normaal. Deze
instelling hanteert een maximale
afstand tussen het voorgaande
voertuig of een voetganger voordat
de eerste waarschuwing wordt
geactiveerd.
Normaal : Bij deze keuze wordt ForwardCollision Warning op de
standaardwijze geactiveerd. Deze
instelling hanteert eenstandaardafstand tussen het
voorgaande voertuig of een
voetganger voordat de eerste
waarschuwing wordt geactiveerd.
Vroege waarschuwing : Bij deze keuze wordt het ForwardCollision Warning later geactiveerd
dan normaal. Deze instelling
hanteert een geringere afstand
tussen het voorgaande voertuig of
een voetganger voordat de eerste
waarschuwing wordt geactiveerd.
OAE056023L
Page 411 of 566
5-66
Rijden met uw auto
Als het systeem de rechterrijstrookmarkering signaleert,
verandert de kleur van de rechter
rijstrookmarkering van grijs naarwit.
Beide rijstrookmarkeringen moeten worden gesignaleerd om
het systeem volledig te activeren.
Als u een rijstrookmarkeringoverschrijdt, wordt de
desbetreffende rijstrookmarkering
knipperend (geel) weergegeven op
het LCD-display.
Als er een stuurwielsymbool wordt weergegeven, regelt het systeem
de besturing van de auto om te
voorkomen dat de auto de
rijstrookmarkering overschrijdt. Als niet aan alle voorwaarden wordt
voldaan om het LKAS te activeren,
werkt het systeem als LDWS (Lane
Departure Warning-systeem) en
wordt de bestuurder alleen
gewaarschuwd als hij
rijstrookmarkeringen overschrijdt.■
Rijstrookmarkering niet gesignaleerd■Rijstrookmarkering gesignaleerd
OAEE056127L/OAEE056128L
■ Rijstrookmarkering niet gesignaleerd■Rijstrookmarkering gesignaleerd
OAEE056125L/OAEE056126L
Page 414 of 566
5-69
Rijden met uw auto
5
Controlelampje storing LKAS
Het controlelampje
storing LKAS (geel) zal
gaan branden als het
LKAS niet goed werkt.
We adviseren u het systeem te latencontroleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
Handel bij een probleem met het
systeem als volgt:
Zet het systeem opnieuw aan nadat het contact is uitgeschakeld
en weer is ingeschakeld.
Controleer of de startknop in stand ON staat.
Controleer of het systeem wordt beïnvloed door het weer (mist,
zware regenval, enz.).
Controleer of de lens van de camera vuil is.
Is het probleem niet opgelost, raden
we u aan het systeem door een
officiële HYUNDAI-dealer na te laten
kijken.
Wijzigen LKAS-functie
De bestuurder kan overschakelen
van het LKAS naar het Lane
Departure Warning-systeem (LDWS)of in de LKAS-modus wisselentussen Standard LKA en Actief LKA
op het LCD-display. Ga naar 'Gebr.Instell. Rijbegeleiding Rijstrook
hulp LDW/Standaard LKA/Actief
LKA'. Het systeem is automatisch ingesteld op de Standard LKA als ergeen functie is geselecteerd.
LDW
Het LDWS waarschuwt de
bestuurder zichtbaar en d.m.v.
trillingen in het stuurwiel als het
systeem signaleert dat de auto de
rijstrook verlaat. Het stuurwiel wordtniet bediend.
Standaard LKA
De modus Standaard LKA helpt de
bestuurder de auto op de rijstrook te
houden. Het bedient nagenoeg nooithet stuurwiel als de auto goed op de
rijstrook rijdt. Als de auto de rijstrook
dreigt te verlaten, begint het het
stuurwiel echter wel te bedienen.
Actief LKA
De modus Actieve LKA biedt een
intensievere bediening van het
stuurwiel in vergelijking met de
modus Standaard LKA. De
bestuurder voelt de aanzet van de
bediening van het stuurwiel mogelijk
niet, doordat de Active LKA mogelijkconstant het stuurwiel regelt met
lichtere correcties.
Page 462 of 566
6-10
Wat te doen in een noodgeval
Controleer na het vervangen van een
of meerdere banden of velgen het
controlelampje storing TPMS om
ervoor te zorgen dat het TPMS ook
na het vervangen goed werkt.
In de volgende situaties dient u
het systeem te laten controleren
door een officiële HYUNDAI-
dealer.
1. Het waarschuwingslampje lagebandenspanning/controlelampj
e storing TPMS gaat niet
gedurende 3 seconden brandennadat het contact in stand ON is
gezet.
2. Het controlelampje storing TPMS blijft branden nadat het
gedurende ongeveer 1 minuut
geknipperd heeft.
3. Het waarschuwingslampje positie lage bandenspanning
blijft branden.Waarschuwingslampje
lage bandenspanning
Waarschuwingslampje positie
lage bandenspanning enbandenspanning
When the tire pressure monitoring
system warning indicators are
illuminated and warning message
displayed on the cluster LCD display,
one or more of your tires is
significantly under-inflated. The Low
Tire Pressure Position Telltale willindicate which tire is significantly
under-inflated by illuminating thecorresponding position light. If either telltale illuminates,
immediately reduce your speed,
avoid hard cornering and anticipate
increased stopping distances. You
should stop and check your tires as
soon as possible. Inflate the tires tothe proper pressure as indicated on
the vehicle’s placard or tire inflation
pressure label located on the driver’sside center pillar outer panel.
If you cannot reach a service station
or if the tire cannot hold the newly
added air, replace the low pressure
tire with the spare tire.
The Low Tire Pressure Telltale will
remain on and the TPMS Malfunction
Indicator may blink for one minuteand then remain illuminated (when
the vehicle is driven approximately
20 minutes at speed above 25 km/h)
until you have the low pressure tire
repaired and replaced on the vehicle.
informatie
Het reservewiel is niet uitgerust met
een bandenspanningssensor.
i
AANWIJZING
OAE046115L