Hyundai Santa Fe 2005 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2005, Model line: Santa Fe, Model: Hyundai Santa Fe 2005Pages: 244, PDF Size: 10.07 MB
Page 31 of 244

1- 20 BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
B080D02O
Hanger
Bevestigingslus
4. Haak de veiligheidslus onder de zitting aan de daarvoor bestemde bevestiging aan de achterzijde van de rugleuning.
5. Breng de hoofdsteunen tussen de rugleuning en de zitting aan.
6. Druk om de rugleuning in de normale stand terug te zetten dehendel in en keer de procedure om.
o Controleer altijd nadat de rugleuning zich weer in de normale stand bevindt of hij in deze stand is vergrendeld; druk en trek hiervooraan de bovenzijde van de rugleuning.
!WAARSCHUWING:
o Houd de rugleuning altijd vast tijdens het neerklappen of terugklappen. Anders kan derugleuning plotseling bewegen, wat verwondingen kan veroorzaken.
o De neerklapbare rugleuning en opklapbare achterbank dienenvoor het vergroten van debagageruimte. Laat nooit passagiers in de bagageruimte plaatsnemen omdat hier geen geschikte zitplaatsen zijn en de veiligheidsgordels niet kunnenworden gebruikt.Dit zou kunnen leiden tot ernstigeof dodelijke verwondingen bijeen aanrijding of een noodstop. Bagage mag niet boven de bovenzijde van de voorstoelenuitsteken.Hierdoor zou bagage naar vorenkunnen schuiven en verwondingen of schade kunnen veroorzaken.
HSM293
!WAARSCHUWING:
o Plaats vóór het neerklappen van de rugleuning de veiligheidsgordelsloten in de klemmen op de rugleuning. Dit voorkomt dat de gordelslotenonder de zitting komen als de achterbank in de normale stand wordt teruggezet.
o Om de gordels op de achterbank te kunnen gebruiken moeten degordelsloten van de houdersworden losgemaakt door het indrukken van de ontgrendelknop. Gordelklemmen
Page 32 of 244

BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1- 21
o Zorg ervoor dat de hoofdsteunen
correct zijn bevestigd, zodat de kans op ernstige verwondingen bij een ongeval wordt beperkt.
o Ga bij het terugkantelen van de rugleuning voorzichtig te werkzodat de veiligheidsgordels en gordelsloten niet wordenbeschadigd. Let erop dat de veiligheidsgordels en gordelsloten niet door de zittingbeklemd raken of worden beschadigd. B140A01B-GXTWAARSCHUWING ACHTERSTOEL In verband met de veiligheid van de
inzittenden mag bagage of andere lading niet hoger worden opgestapeld dan de bovenzijde van de rugleuning. ZB090A1-FXOPMERKINGEN MET BETREKKING TOTDE VEILIGHEIDSGORDELS Het is verplicht de veiligheidsgordels te gebruiken.Als deze belangrijkeveiligheidsvoorziening niet wordt gebruikt is de kans op verwondingen en de ernst ervan bij een aanrijdingaanzienlijk hoger. Let bovendien op de volgende aanbevelingen: ZB090C1-FX Oudere kinderen Kinderen t/m 12 jaar moeten altijd op de achterbank worden meegenomen. Het is verplicht de veiligheidsgordels te gebruiken. Let erop dat het kindtijdens het rijden niet tussen de beide voorstoelen gaat staan of op de zitting gaat staan of knielen.
B080P01O
Page 33 of 244

1- 22 BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
ZB090H1-AX ONDERHOUD VAN DE VEILIG-
HEIDSGORDELS
De veiligheidsgordel mag nooit worden
gedemonteerd en ook mogen geenwijzigingen aan de gordel worden uitgevoerd. Bovendien moet er opworden gelet dat de gordels, de sloten en de verankeringspunten niet door onjuist gebruik worden beschadigd. ZB090G1-AX Zit rechtop Voor een maximale bescherming van
alle passagiers is het van belang dat ze rechtop zitten. De beschermende werking van de veiligheidsgordel gaatgrotendeels verloren als de rugleuning van de voorstoelen te ver naar achteren staat of als een passagierop de achterbank niet goed rechtop zit. ZB090I1-AXRegelmatige inspectie Het is aan te bevelen de veiligheidsgordels regelmatig op beschadigingen en slijtage te laten controleren. Beschadigde onderdelenmoeten zo snel mogelijk worden vervangen. ZB090J1-AX Houd de gordels schoon en droog De veiligheidsgordels moeten schoon en droog worden gehouden. De gordels kunnen worden gereinigd met warm water waaraan een zachte zeep istoegevoegd. De gordels mogen nooit met bleekmiddelen, verf, oplosmiddelen of schurende productenworden behandeld, omdat deze middelen het weefsel aantasten.
ZB090D1-AXGebruik tijdens zwangerschap Om de kans op verwondingen bij een aanrijding te voorkomen, is het dragen van de veiligheidsgordel ook tijdens zwangerschap verplicht. Hierbij moeter op worden gelet dat het heupgedeelte zo laag mogelijk wordt gedragen (niet over de buik).Raadpleeg hieromtrent tevens uw arts. ZB090E1-AX Meenemen van een gewonde Ook als een gewonde wordt vervoerd moet de veiligheidsgordel worden gebruikt. Raadpleeg zonodig een arts. ZB090F1-AX Een persoon per gordel Het gebruik van een gordel door twee personen (kinderen) is niet toegestaan. Ingeval van een aanrijding is de kansop verwondingen aanzienlijk groter.
Page 34 of 244

BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1- 23
ZB090K1-AX Vervangen van de veiligheidsgordels Het is van belang dat de gehele veiligheidsgordel wordt vervangen als hij ten gevolge van een aanrijding zwaar is belast. Dit geldt ook alsuiterlijk geen beschadigingen zichtbaar zijn. Raadpleeg hieromtrent uw Hyundai dealer.
!
B170A04A-AXT IN HOOGTE VERSTELBARE VEILIGHEIDSGORDELS, VOOR(Indien gemonteerd) omhoog om hem hoger in te stellen. Druk hem naar beneden met ingedrukte hoogte-instelknop om de verankeringte verlagen.Laat de knop los om de verankeringte vergrendelen. Probeer de verankering te verplaatsen om te controleren of hij goed is vergrendeld.
U kunt de hoogte van de
schoudergordel-verankering in een van de vier posities instellen.
Als de hoogte te dicht bij de hals is
ingesteld, heeft u niet de optimale bescherming. Het schoudergedeeltemoet zodanig worden ingesteld dat hij over de borst loopt en over de schouder, dichter bij het portier danbij de hals.
Verplaats de verankering van de
veiligheidsgordel naar boven of naarbeneden om de hoogte in de gewenste stand af te stellen. Trek de verankering WAARSCHUWING:
o Het verstelmechanisme moet tijdens het rijden zijn vergrendeld.
o Een onjuiste afstelling van de
schouderhoogte van deveiligheidsgordel kan er toe leiden dat de gordel niet optimaal functioneert bij een aanrijding.
B170A01E
Page 35 of 244

1- 24 BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
B200A01S-GXT Gordel verstellen Het heupgedeelte van de gordel moet zo laag mogelijk over de heupen liggen, niet op de buik. Als de gordel te hoog zit, bestaat de kans dat u bijeen aanrijding of noodstop onder de gordel doorschuift, met alle gevolgen vandien. De schoudergordel moet overde schouder liggen en niet onder de oksel; zie de afbeelding. Draag de veiligheidsgordel nooit onder de arm. ZB090V1-AX Het losmaken van de veiligheidsgordel De veiligheidsgordel wordt ontgrendeld
door de knop in het slot in te drukken. De gordel wordt dan door het oprolmechanisme opgerold. Is dit niet het geval, dan moet wordengecontroleerd of de gordel niet is verdraaid.
B200A01L
B210A01L
SB090P1-FX 3-PUNTS VEILIGHEIDSGORDELGordel omgespen Trek de gordel gelijkmatig uit het oprolmechanisme en steek de slottongin het slot. De slottong moet hoorbaar aangrijpen. De lengte van de veiligheidsgordel past zich automatisch aan de zitpositie aan. Het oprolmechanisme blokkeert de veiligheidsgordel bij een noodstopof een aanrijding, maar ook bij abrupte bewegingen naar voren. Gordel vastmaken. Controleer of de gordel goed isvergrendeld en niet is verdraaid.
B180A01L
Page 36 of 244

BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1- 25
(b)
B220D02O-GXT VEILIGHEIDSGORDELS – Middelste zitplaats opachterbank, 3-puntsgordel met gordelblokkering
Er is een "klik" hoorbaar als de slottong in het slot aangrijpt. De veiligheidsgordel wordt alleen automatisch op de juiste lengte afgesteld, nadat de heupgordel met de hand zonder speling over de heupen is getrokken. Wanneerlangzaam en rustig voorover wordt gebogen, wordt de gordel uitgetrokken en kan de inzittende zich bewegen.Bij een onverhoedse stop of een aanrijding wordt de gordel in de stand geblokkeerd. Hij blokkeert ook als deinzittende zich te snel naar voren beweegt.
B220D01O
1. Trek de veiligheidsgordel uit het bekledingspaneel van het dak.
2. Controleer voordat de gordel voor
de middelste zitplaats op deachterbank wordt vastgemaakt, of de metalen slottong (a) en het slot(b) in elkaar aangrijpen. B220A02Y-D
(a)
(d) (c)
3. Trek, als dit in orde is, de
veiligheidsgordel uit het oprol- mechanisme en steek de metalen slottong (c) in het slot (d). B220D02O
(d)
(c)
Page 37 of 244

1- 26 BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
!WAARSCHUWING:
o Bij gebruik van de middelste veiligheidsgordel voor de achterbank, moeten alle slottongen en sloten zijnvergrendeld. Als één van de metalen slottongen of sloten niet is vergrendeld, neemt de kansop verwondingen bij een aanrijding toe.
o De metalen slottong (a) en het slot (b) mogen alleen in de volgende gevallen wordenlosgemaakt.
1) Wanneer de neerklapbare rugleuning wordt neergeklapt.
2) Wanneer de achterste veiligheidsgordels door andere voorwerpen kunnen worden beschadigd. B220C01Y-GXT Veiligheidsgordel losmaken Voor het losmaken van de
veiligheidsgordel moet de knop in het slot worden ingedrukt. B220D01O-1
!WAARSCHUWING:
Het slotmechanisme voor de
middelste veiligheidsgordel van de achterbank, is anders dan dat voor de schoudergordels. Controleer bijhet vastmaken van de middelste gordel of de schoudergordels of de slottongen in de juiste slotenworden aangebracht, zodat een maximale bescherming van de veiligheidsgordels wordt verkregenen een goede werking is gewaarborgd.
o Als veiligheidsgordel (a) uit
gordelslot (b) wordt losgemaakt,de metalen lip (a) in de houder plaatsen om bijgeluiden tijdenshet rijden te voorkomen.
o Sluit de metalen slottong (a)
onmiddellijk weer op het slot (b)aan nadat de rugleuningen rechtop zijn geplaatst. B220D03O
(b)
(a)
Page 38 of 244

BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1- 27
B230A03P-AXT VEILIGHEIDSSYSTEEM VOOR KINDEREN Kinderen moeten in de auto altijd op de achterbank in een veiligheidssysteem worden meegenomen, zodat de kans opverwondingen bij een aanrijding, plotseling afremmen of plotselinge manoeuvres wordt beperkt. Volgensongevalstatistieken zijn kinderen veiliger als ze op de juiste wijze in een veiligheidsvoorziening op deachterbank dan op de voorstoel worden meegenomen. Grotere kinderen moeten een van de aanwezigeveiligheidsgordels gebruiken.Volgens de wet moet voor kindereneen veiligheidssysteem voor kinderenworden gebruikt. Kleine kinderen moeten in de auto in een veiligheidssysteem (kinderzitje) wordenmeegenomen.Kinderen kunnen bij een aanrijdinggewond raken als hun veiligheidssysteem niet correct is bevestigd. Voor kleine kinderen enbaby's moet een kinderzitje of babyzitje worden gebruikt. Voordat een bepaald veiligheidssysteem voor
!
kinderen wordt aangeschaft, moet worden gecontroleerd of het systeem voor uw auto en de veiligheidsgordelsgeschikt is en passend is voor uw kind. Volg bij het installeren van het veiligheidssysteem voor kinderen alleinstructies die door de fabrikant van het systeem worden gegeven. o Omdat een veiligheidsgordel of
een veiligheidssysteem voor kinderen in een afgeslotenstilstaande auto zeer warm kan worden, moeten de stoelhoes en de gordelsloten wordengecontroleerd, voordat het kind in de auto wordt geplaatst.
o Wanneer het kinderzitje niet wordt gebruikt moet het met deveiligheidsgordel worden vastgezet zodat het niet bij eenongeval of noodstop naar voren wordt geslingerd.
o Kinderen die te groot zijn voor het veiligheidssysteem voor kinderen, moeten op deachterbank in de aanwezige gordel zitten.
o Let erop dat het schoudergedeelte van de buitenste driepuntsgordel in het midden van de schouderligt, nooit tegen de nek. Door het kind dichter bij het midden van de bank te plaatsen, kan eenbetere aanligging van de gordel worden verkregen.
WAARSCHUWING:
o Een veiligheidssysteem voor kinderen moet op de achterbank worden bevestigd. Een kinder ofbabystoeltje mag nooit op de voorstoel worden bevestigd. Als bij de een aanrijding de zij- airbag aan passagierszijde in werking treedt, kan het kind ofde baby in het kinder- of babystoeltje levensgevaarlijk gewond raken. Gebruik daaromeen veiligheidssysteem voor kinderen alleen op de achterbank.
Page 39 of 244

1- 28 BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
B230F01A-GXT Op middelste plaats op achterbank aanbrengen Gebruik de middelste veiligheidsgordel
om het veiligheidssysteem voor kinderen, zoals afgebeeld, te bevestigen. Probeer na het aanbrengen het kinderzitje voor- enachteruit en zijdelings te bewegen om te controleren of het goed door de gordel wordt vastgehouden.
Als het zitje kan worden bewogen
moet de lengte van de veiligheidsgordel worden gewijzigd. Haak vervolgens de haak van debevestigingsband in de bevestiging en zet het zitje vast. Raadpleeg altijd B235G01OHet heupgedeelte van de driepuntsgordel of de middelste heupgordel moet zo laagmogelijk op de heup van het kind en zo prettig mogelijk aanliggen.
o Als de veiligheidsgordel niet volledig passend is voor het kind,moet een goedgekeurd zitblokop de achterbank worden gebruikt, zodat de zithoogte van het kind wordt aangepast aan deaanwezige veiligheidsgordel.
o Laat nooit een kind op de zitting
staan of knielen.
o Gebruik nooit een babydrager of
kinderzitje dat over de rugleuning "haakt"; het kan bij een aanrijding onvoldoende bescherming geven. o Laat onder het rijden een
inzittende nooit een kind in dearmen houden; hierdoor kan het kind bij een aanrijding of een sterke afremming ernstig gewondraken. Het vasthouden van een kind tijdens het rijden biedt geen enkele vorm van bescherming,zelfs niet als de betreffende persoon de veiligheidsgordel heeft omgegespt.
o Wanneer het kinderzitje niet cor-
rect is bevestigd, neemt de kansop ernstige of dodelijk letsel bij een ongeval sterk toe.
Page 40 of 244

BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1- 29
de aanwijzingen van de fabrikant voordat het veiligheidssysteem voor kinderen in uw auto wordt aangebracht. B230G01A-GXT Op buitenste plaats van achterbank aanbrengen Trek de driepuntsgordel uit het
oprolmechanisme om het kinderzitje op de buitenste plaats van de achterbank aan te kunnen brengen. Breng het kinderzitje aan, sluit deveiligheidsgordel en trek de gordel strak. Let erop dat de heupgordel strak om het kinderzitje zit en dat deschoudergordel zodanig is
B230G01L aangebracht dat deze niet tegen het hoofd of de nek van het kind kan komen. Tracht het kinderzitje na hetaanbrengen in alle richtingen te bewegen, om te controleren of het zitje veilig is bevestigd.Als de gordel strakker moet wordengetrokken, trek dan de gordel naarhet oprolmechanisme. Wanneer de veiligheidsgordel wordt losgemaakt en kan oprollen, zal het oprolmechanismede veiligheidsgordel automatisch weer in de stand voor gebruik door een normaal zittende passagier brengen.
N.B.:
o Raadpleeg de aanwijzingen van de fabrikant voordat het veiligheidssysteem voor kinderen in de auto wordt aangebracht.
o Als de veiligheidsgordel niet overeenkomstig de beschrijving werkt, moet het systeem directdoor uw Hyundai dealer worden gecontroleerd.
!WAARSCHUWING:
Bevestig geen veiligheidssysteem voor kinderen op de voorstoel. Als bij een aanrijding de zij-airbag aanpassagierszijde in werking treedt, kan het kind of de baby in het kinder of babystoeltjelevensgevaarlijk gewond raken. Gebruik daarom een veiligheidssysteem voor kinderenalleen op de achterbank.