key JEEP COMPASS 2020 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: JEEP, Model Year: 2020, Model line: COMPASS, Model: JEEP COMPASS 2020Pages: 370, PDF Size: 9.34 MB
Page 8 of 370

6
WELKOM VAN FCA
HOE U UW INSTRUCTIEBOEKJE ONLINE KUNT
TERUGVINDEN ......................................... 1
HOE GEBRUIKT U DEZE HANDLEIDING?
HOE GEBRUIKT U DEZE HANDLEIDING? ...... 2
Essentiële informatie ........................ 2
Symbolen ........................................ 2
WAARSCHUWING VOOR OVER DE KOP
SLAAN ................................................... 2
BELANGRIJKE OPMERKING ........................ 3
WAARSCHUWINGEN EN
AANDACHTSPUNTEN ................................ 4
UW VOERTUIG LEREN KENNEN
SLEUTELS ............................................ 13
Sleutelhouders .............................. 13
CONTACTSCHAKELAAR .......................... 14
Keyless Enter-N-Go — Contact —
indien aanwezig.............................. 14 Geïntegreerd/handmatig contact —
indien aanwezig.............................. 16 Elektronisch stuurslot — indien
aanwezig ...................................... 16 Mechanisch stuurslot — indien
aanwezig ....................................... 16
STARTSYSTEEM MET
AFSTANDSBEDIENING — INDIEN
AANWEZIG ...........................................17
Starten met afstandsbediening —
indien aanwezig ............................. 17 De modus starten met
afstandsbediening activeren ............ 18
ALARMSYSTEEM — INDIEN AANWEZIG ..18
Alarm inschakelen ......................... 18
Alarm uitschakelen ........................ 19
Alarmsysteem handmatig omzeilen .. 19
PREMIUM ALARMSYSTEEM — INDIEN
AANWEZIG ...........................................20
Alarm inschakelen .......................... 20
Alarm uitschakelen ......................... 20
Alarmsysteem handmatig omzeilen .. 21
PORTIEREN............................................ 21
Keyless Enter-N-Go — Passive
Entry............................................. 21 Kinderslot — achterportieren........... 24
STOELEN .............................................. 25
Handmatig verstellen (achterbank) ... 26
Bestuurdersstoel met geheugenfunctie
— indien aanwezig ........................ 27 Stoelverwarming voor — indien
aanwezig ....................................... 28 Stoelventilatie voor — indien
aanwezig ...................................... 29 40/20/40 armsteun achter - indien
aanwezig ....................................... 30
HOOFDSTEUNEN ....................................30
Afstellen hoofdsteun voor.................30
Hoofdsteunen achterin ....................31
STUURWIEL ..........................................31
Verstelbare stuurkolom ...................31
Stuurverwarming — indien
aanwezig .......................................32
BUITENVERLICHTING .............................32
Multifunctionele hendel ..................32
Koplampschakelaar .........................33
Daglichtlampen — indien aanwezig ..33
Schakelaar dimlicht/grootlicht .........33
Regeling automatisch grootlicht —
indien aanwezig ..............................33 Lichtsignaal ..................................34
Automatisch inschakelende
koplampen — indien aanwezig ........34 Uitschakelvertraging van de
koplampen .....................................34 Lichtverklikker - indien aanwezig .....34
Voorste en achterste mistlampen -
indien aanwezig .............................34 Richtingaanwijzers .........................35
Systeem voor het afstemmen van de
lichtbundelhoogte — indien
aanwezig ........................................35 Accuspaarfunctie ............................36
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 6
Page 15 of 370

13
SLEUTELS
Sleutelhouders
Uw auto maakt gebruik van een ontstekings-
systeem met of zonder contactsleutel. Het
ontstekingssysteem bestaat uit een sleutel -
houder met afstandsbediening en een
contactschakelaar. Het ontgrendelingssy -
steem zonder sleutel bestaat uit een sleutel -
houder en de knop Keyless Enter-N-Go.
OPMERKING:
De sleutelhouder kan mogelijk niet worden
gevonden als deze zich naast een mobiele
telefoon, laptop of andere elektronische
apparaten bevindt. Deze apparaten kunnen
het draadloze signaal van de sleutelhouder
blokkeren. Met de sleutelhouder kunt u de portieren en
achterklep vergrendelen of ontgrendelen
vanaf een afstand tot maximaal 20 m
(66 ft). U hoeft de sleutelhouder niet op de
auto te richten om het systeem te activeren.
Sleutelhouder van contact zonder sleutel
OPMERKING:
Wanneer de contactschakelaar na het
indrukken van een toets niet reageert, is de
batterij van de sleutelhouder mogelijk bijna
leeg of geheel leeg. Een bijna lege batterij
van de sleutelhouder kan worden gecontro -
leerd op de instrumentengroep, waar aanwij -
zingen worden gegeven die u moet opvolgen. De sleutelhouder bevat een noodsleutel, die
is opgeborgen in de achterzijde van de sleu
-
telhouder.
Noodsleutel verwijderen
Met de noodsleutel kunnen de portieren
worden geopend wanneer de accu van de
auto of de batterij van de sleutelhouder leeg
is. Met de noodsleutel kan ook het hand -
schoenenkastje worden afgesloten. U kunt
de noodsleutel bij u houden als iemand
anders de auto voor u parkeert.
U verwijdert de noodsleutel uit de sleutel -
houder door de mechanische vergrendeling
aan de bovenzijde van de houder met uw
duim opzij te schuiven en de sleutel vervol -
gens met uw andere hand uit de houder te
trekken.
LET OP!
De elektrische componenten in de
sleutelhouder kunnen beschadigen als de
sleutelhouder wordt blootgesteld aan
sterke elektrische schokken. Vermijd
blootstelling van de sleutelhouder aan
direct zonlicht voor volledige efficiëntie
van de elektronische apparaten van de
sleutelhouder.
1 — Achterklep ontgrendelen
2 — Ontgrendelen
3 — Vergrendelen
4 — Remote start (starten op afstand)
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 13
Page 16 of 370

UW VOERTUIG LEREN KENNEN
14
Portieren en achterklep ontgrendelen
Druk eenmaal kort op de ontgrendeltoets op
de sleutelhouder om het portier aan de
bestuurderszijde te ontgrendelen of druk
tweemaal binnen vijf seconden om alle
portieren en de achterklep te ontgrendelen.
Alle portieren kunnen worden geprogram-
meerd om te worden ontgrendeld bij de
eerste druk op de ontgrendeltoets. Raad -
pleeg de paragraaf "Instellingen van Ucon -
nect" in het hoofdstuk "Multimedia" in het
instructieboekje voor meer informatie.
Portieren en achterklep vergrendelen
Druk kort op de vergrendelknop van de sleu -
telhouder om alle portieren en de achterklep
te vergrendelen.
Verzoek om extra sleutelhouders
OPMERKING:
De auto kan alleen bediend en gestart
worden met sleutelhouders die specifiek zijn
geprogrammeerd voor de elektronica van de
auto. Nadat een sleutelhouder voor een auto
is geprogrammeerd, kan deze niet voor een
andere auto worden geprogrammeerd.
OPMERKING:
Gebruikte accu's kunnen schadelijk zijn voor
het milieu als ze niet op de juiste manier
worden afgevoerd. Voer gebruikte accu's
altijd af in een speciale afvalcontainer voor
accu's of lever ze in bij een erkende dealer.
Duplicaten van sleutelhouders kunnen
worden geleverd door een erkende dealer.
Deze procedure bestaat uit het program -meren van een 'blanco' sleutelhouder voor de
elektronica van het voertuig. Een blanco
sleutelhouder is een exemplaar dat niet
eerder is geprogrammeerd.
OPMERKING:
Als de Sentry Key startonderbreker moet
worden gerepareerd, dient u alle sleutels van
de auto naar de erkende dealer mee te
brengen.
CONTACTSCHAKELAAR
Keyless Enter-N-Go — Contact — indien
aanwezig
Met deze functie kan de bestuurder de
contactschakelaar bedienen door op een
knop te drukken zolang de sleutelhouder
zich in het passagierscompartiment bevindt.
De contactschakelaar in de vorm van een
START/STOP-drukknop heeft drie bedrijfs
-
modi. Deze drie standen zijn OFF, ON/RUN
en START.
OPMERKING:
Wanneer de status/modus van het contact na
het indrukken van een toets niet reageert, is
de batterij van de sleutelhouder mogelijk
bijna leeg of leeg. Als dit het geval is, kan de
contactschakelaar ook op een andere manier
WAARSCHUWING!
Druk alleen op de ontgrendelknop van de
mechanische sleutel met de sleutelhouder
weggedraaid van uw lichaam, vooral van
uw ogen en voorwerpen die beschadigd
kunnen raken, zoals kleding.
WAARSCHUWING!
Verwijder altijd de sleutelhouders uit de
auto en vergrendel alle portieren
wanneer u de auto zonder toezicht
achterlaat.
Als uw voertuig is uitgerust met Keyless
Enter-N-Go contact, vergeet dan niet de
contactschakelaar in de stand OFF te
zetten.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 14
Page 17 of 370

15
(Vervolgd)
worden bediend. Druk de voorzijde (zijde
tegenover de noodsleutel) van de sleutel-
houder tegen de knop START/STOP om de
contactschakelaar te bedienen.
START/STOP-contactschakelaar
De contactschakelaar in de vorm van een
drukknop kan in de volgende modi worden
gezet:
OFF
De motor wordt uitgeschakeld.
Sommige elektrische apparaten (bijv.
centrale vergrendeling, alarm, enz. ) zijn
nog steeds beschikbaar.
ON/RUN
Rijmodus.
Alle elektrische apparaten zijn beschikbaar.
START
Start de motor.
OPMERKING:
Raadpleeg de paragraaf "De motor starten" in
het hoofdstuk "Starten en rijden" in het
instructieboekje voor meer informatie.
WAARSCHUWING!
Verwijder altijd de sleutelhouder uit het
voertuig bij het verlaten van het voertuig
en sluit het voertuig af.
Laat nooit kinderen alleen in een auto
achter of in de buurt van een auto die
niet is afgesloten.
Het achterlaten van kinderen zonder
toezicht in een auto is om verschillende
redenen gevaarlijk. Kinderen of derden
lopen dan het risico op ernstig of zelfs
dodelijk letsel. Waarschuw kinderen dat
ze niet aan de handrem, het rempedaal
of de schakelhendel mogen komen.
Laat de sleutelhouder niet achter in of in
de buurt van het voertuig (of op een voor
kinderen bereikbare plaats) en laat het
contact van een voertuig met Keyless
Enter-N-Go niet in de stand ON/RUN
staan. Een kind zou de knoppen van de
elektrische raambediening of andere
schakelaars kunnen bedienen of de auto
in beweging kunnen zetten.
Laat nooit kinderen of dieren achter in
een geparkeerde auto bij warm weer. De
warmte in het interieur kan ernstige
gezondheidsproblemen veroorzaken en
zelfs dodelijk zijn.
Verwijder nooit de mechanische sleutel
tijdens het rijden, omdat het stuur auto-
matisch wordt vergrendeld zodra de
sleutel wordt gedraaid. Dit geldt ook voor
voertuigen die worden gesleept.
LET OP!
Een niet-afgesloten voertuig is een
uitnodiging voor dieven. Verwijder altijd de
sleutelhouder uit het voertuig en
vergrendel alle portieren wanneer u het
voertuig zonder toezicht achterlaat.
WAARSCHUWING! (Vervolgd)
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 15
Page 20 of 370

UW VOERTUIG LEREN KENNEN
18
Controlelampje alarmsysteem knippert
Contactschakelaar in de stand STOP/OFF
Brandstofniveau voldoet aan de minimale
vereisten
Alarmsysteem meldt geen inbraak
De modus starten met afstandsbediening
activeren
Druk tweemaal binnen vijf seconden op de
toets remote start (starten op afstand) op de
sleutelhouder. De portieren worden vergren-
deld, de parkeerlichten knipperen en de claxon klinkt twee keer (indien geprogram
-
meerd). De motor start en het voertuig blijft
15 minuten in de modus voor starten met
afstandsbediening.
OPMERKING:
Als er sprake is van een storing in de motor
of het brandstofpeil te laag is, slaat de motor
aan en vervolgens binnen 10 seconden weer
af.
De parkeerlichten gaan branden en blijven
tijdens de modus starten met afstandsbe-
diening branden.
Om veiligheidsredenen kunnen de elek-
trisch bedienbare ramen en het zonnedak
(indien aanwezig) niet worden bediend
wanneer de modus starten met afstands-
bediening actief is.
De motor kan tweemaal achter elkaar met
de sleutelhouder worden gestart. Voordat
u de startprocedure een derde keer kunt
herhalen, moet u echter het contact in en
uit schakelen door twee keer op de START/
STOP-knop te drukken (of het contactslot
eerst in de stand ON/RUN te zetten).
ALARMSYSTEEM — INDIEN
AANWEZIG
Het alarmsysteem bewaakt de portieren,
motorkap, achterklep en het Keyless
Enter-N-Go contact tegen bediening door onbe-
voegden. Als het alarmsysteem is ingescha-
keld, zijn de schakelaars van de portiersloten
en de achterklep in het interieur uitgeschakeld.
Als het alarm afgaat, geeft het alarmsysteem de
volgende geluids- en lichtsignalen:
De claxon klinkt
De richtingaanwijzers knipperen
Het controlelampje van het alarmsysteem
knippert op het display in de instrumenten -
groep
Alarm inschakelen
Volg deze stappen om het alarmsysteem in te
schakelen:
1. Zorg ervoor dat het contact van het voer -
tuig in de stand OFF staat.
Als uw voertuig is uitgerust met Keyless Entry (portierontgrendeling),
dient u ervoor te zorgen dat het bijbe -
horende ontstekingssysteem zonder
sleutel op OFF is gezet.
WAARSCHUWING!
Laat een motor niet in een gesloten
garage of afgesloten ruimte draaien.
Uitlaatgas bevat koolmonoxide (CO),
hetgeen geurloos en kleurloos is. Kool -
monoxide is giftig en kan bij inademing
leiden tot erstig of dodelijk letsel.
Houd sleutelhouders buiten het bereik
van kinderen. Door met de afstandsbe-
diening de motor te starten of de ramen,
portiersloten of andere onderdelen te
bedienen kunt u of kunnen anderen
ernstig gewond raken of om het leven
komen.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 18
Page 22 of 370

UW VOERTUIG LEREN KENNEN
20
PREMIUM ALARMSYSTEEM
— INDIEN AANWEZIG
Het premium alarmsysteem bewaakt de
portieren, de motorkapvergrendeling en de
achterklep tegen onbevoegde toegang en de
contactschakelaar op onbevoegde bediening.
Het systeem maakt tevens gebruik van een
inbraaksensor met dubbele functie en een
voertuigkantelsensor. De inbraaksensor
bewaakt tegen beweging in het interieur van
de auto. De voertuigkantelsensor bewaakt de
auto tegen kantelbewegingen (wegslepen,
wielen verwijderen, veerbootvervoer, enz.).
Een sirene met noodstroomvoorziening, die
onderbrekingen van de voeding en communi-
catie detecteert, is tevens inbegrepen.
Als een perimeter wordt overschreden, wordt
het beveiligingssysteem geactiveerd, waarna
de sirene 29 seconden klinkt en de buiten -
verlichting gaat knipperen, gevolgd door vijf
seconden waarin er geen activiteit is. Indien
het alarm niet wordt uitgeschakeld, gaat dit
8 cycli zo door.
Alarm inschakelen
Volg deze stappen om het alarmsysteem in te
schakelen:
1. Verwijder de sleutel uit de contactscha -
kelaar, raadpleeg de paragraaf "De motor
starten" in het hoofdstuk "Starten en
rijden" in uw instructieboekje voor meer
informatie.
Als uw voertuig is uitgerust met Keyless Enter-N-Go — Passive Entry,
controleer dan of de contactschakelaar
in de stand OFF staat.
Indien uw auto niet is uitgerust met
Keyless Enter-N-Go — Passive Entry,
controleer dan of de contactschakelaar
in de stand OFF staat en de sleutel is
verwijderd uit de contactschakelaar.
2. Sluit de auto op een van de volgende manieren af:
Druk op LOCK op de schakelaar voorde centrale portiervergrendeling in het
interieur terwijl het bestuurders- en/of
passagiersportier is geopend.
Druk op de vergrendeltoets op dePassive Entry-handgreep aan de
buitenzijde, terwijl een sleutelhouder zich ook aan de buitenzijde bevindt.
Raadpleeg de paragraaf "Portieren" in
het hoofdstuk "Uw voertuig leren
kennen" in uw instructieboekje voor
meer informatie.
Druk op de vergrendelknop op de sleu
-
telhouder.
3. Sluit eventuele geopende portieren.
OPMERKING:
Nadat het alarmsysteem is ingeschakeld,
blijft het ingeschakeld totdat u het
uitschakelt door een van de beschreven
uitschakelmethoden te volgen. Als de
elektrische voeding wegvalt nadat het
alarmsysteem is ingeschakeld, moet u het
systeem uitschakelen nadat de voeding is
hersteld om te voorkomen dat het alarm
afgaat.
Alarm uitschakelen
Het alarmsysteem kan op de volgende
manieren worden uitgeschakeld:
Druk op de ontgrendelknop op de sleutel -
houder.
Pak de Passive Entry-portiergreep om het
portier te ontgrendelen, raadpleeg de
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 20
Page 23 of 370

21
paragraaf "Portieren" in het hoofdstuk "Uw
voertuig leren kennen" in uw instructie-
boekje voor meer informatie.
Draai de contactschakelaar uit de stand
OFF.
Als uw voertuig is uitgerust metKeyless Enter-N-Go — Passive Entry,
druk dan op de START/STOP-contact -
schakelaar (hiertoe dient minimaal
één geldige sleutelhouder aanwezig te
zijn in het voertuig).
Wanneer uw voertuig niet is uitgerust
met Keyless Enter-N-Go — Passive
Entry, steek dan een geldige sleutel in
de contactschakelaar en draai de
sleutel naar de stand ON.
OPMERKING:
Het alarmsysteem kan niet worden in- of
uitgeschakeld via de slotcilinder van het
bestuurdersportier of de achterklepknop
op de sleutelhouder.
Het alarmsysteem blijft actief wanneer de
elektrisch bediende achterklep wordt
geopend. Als u op de achterklepknop
drukt, wordt het alarmsysteem niet uitge-
schakeld. Als iemand de auto binnen -dringt via de achterklep en een portier
opent, gaat het alarm af.
Als het alarmsysteem is geactiveerd, kunt
u de portieren niet ontgrendelen met de
schakelaars voor de centrale portierver
-
grendeling in het interieur.
Het alarmsysteem is bedoeld om uw voertuig
te beveiligen, maar er zijn omstandigheden
die een ongewenst alarm veroorzaken. Als
een van de eerder beschreven procedures
voor het inschakelen van het alarm is uitge -
voerd, zal het alarmsysteem worden inge -
schakeld, ongeacht of u zich in de auto
bevindt. Wanneer u dan in de auto blijft
zitten en vervolgens een portier opent, gaat
het alarm af. Als deze situatie zich voordoet,
schakel dan het alarmsysteem uit.
Wanneer het alarmsysteem is geactiveerd en
de accu wordt losgekoppeld, blijft het alarm -
systeem actief nadat de accu weer is aange -
sloten; de buitenlampen knipperen en de
claxon geeft een geluidssignaal. Als deze
situatie zich voordoet, schakel dan het
alarmsysteem uit.
Alarmsysteem handmatig omzeilen
Het alarmsysteem wordt niet ingeschakeld
als u de portieren vergrendelt via de handbe -
diende vergrendelknop.
PORTIEREN
Keyless Enter-N-Go — Passive Entry
Het Passive Entry systeem is een uitbreiding
van het afstandsbedieningsysteem van het
voertuig en is een functie van Keyless
Enter-N-Go — Passive Entry. Met deze
functie kunt u de portieren en de brandstof -
vulklep van het voertuig vergrendelen en
ontgrendelen zonder dat u op de vergrendel-
en ontgrendelknoppen van de sleutelhouder
hoeft te drukken.
OPMERKING:
Passive Entry kan door middel van
programmeren worden in- en uitgescha-
keld.
Als u handschoenen draagt of als de
portiergreep met Passive Entry is natgere-
gend of -gesneeuwd, is het mogelijk dat de
vergrendeling minder gevoelig wordt en
daardoor langzamer reageert.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 21
Page 49 of 370

47
RAMEN
Bedieningselementen voor de elektrische
raambediening
Met de raambedieningselementen op de
bestuurdersportier kunt u de ramen van alle
portieren bedienen.Schakelaars voor elektrische ruitbediening
Op het bekledingspaneel van elk van de
passagiersportieren bevindt zich één raam -
bedieningschakelaar waarmee het raam van
de desbetreffende portier kan worden
geopend en gesloten. De raambediening
werkt alleen als de contactschakelaar in de
stand ACC of ON/RUN staat.
OPMERKING:
Indien aanwezig, blijven de schakelaars voor
elektrische ruitbediening nog 10 minuten actief nadat de contactschakelaar in de
stand OFF is gezet. Door het openen van een
voorportier wordt deze functie uitgeschakeld.
Deze tijd kan worden geprogrammeerd.
Raadpleeg de paragraaf "Instellingen van
Uconnect" in het hoofdstuk "Multimedia" in
het instructieboekje voor meer informatie.
De functie "Automatisch omlaag"
De schakelaar voor de elektrische raambe
-
diening op het bestuurdersportier en op de
passagiersportieren zijn uitgerust met een
functie voor het automatisch volledig openen
van de ramen. Druk de raamschakelaar een klein poosje omlaag en laat de schakelaar
los. Het raam wordt dan automatisch volledig
geopend.
Om het raam gedeeltelijk te openen, drukt u
de raamschakelaar kort in en laat u de scha
-
kelaar los wanneer u het raam wilt laten
stoppen.
Wanneer u het raam tijdens het openen wilt
laten stoppen voordat het volledig is
geopend, trekt u de schakelaar kort omhoog.
Automatische sluitfunctie met
klembeveiliging
OPMERKING:
Als het raam tijdens het automatisch
sluiten op een obstakel stuit, wordt de
bewegingsrichting omgekeerd en wordt
het raam weer volledig geopend. Verwijder
in dat geval het obstakel en trek nogmaals
aan de schakelaar om het raam te sluiten.
Tijdens het automatisch sluiten kunnen
schokken vanwege een slecht wegdek de
automatische omkeringsfunctie tijdens
het sluiten onverwachts activeren. Als dat
gebeurt, trekt u de schakelaar iets omhoog
en houdt u de schakelaar vast om het raam
handmatig te sluiten.
WAARSCHUWING!
Laat nooit kinderen zonder toezicht in de
auto achter. Laat de sleutelhouder niet
achter in of in de buurt van de auto of op
een voor kinderen bereikbare plaats en laat
het contact van een voertuig met Keyless
Enter-N-Go niet in de stand ACC of ON/
RUN staan. Inzittenden, en vooral
kinderen zonder toezicht, kunnen bekneld
raken in de raamopeningen wanneer ze de
schakelaars voor elektrische
raambediening bedienen. Een dergelijke
beknelling kan ernstig of zelfs dodelijk
letsel tot gevolg hebben.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 47
Page 51 of 370

49
(Vervolgd)
Zonnedak openen
Het zonnedak heeft twee geprogrammeerde
open standen: comfortstop en volledig
geopend. De comfortstopstand is geoptimali-
seerd om windruis tot een minimum te
beperken bij het rijden met gesloten
zijramen en open zonnedak. Als de zonwe -
ring in de gesloten stand staat wanneer de
functie zonnedak openen of ventilatie wordt
gestart, wordt de zonwering automatisch
geopend tot de half geopende stand voordat
het zonnedak wordt geopend.
Snel
Druk op de schakelaar en laat hem binnen
een halve seconde los. Het zonnedak opent
tot aan de comfortopstand en stopt automa -
tisch. Druk kort op de schakelaar en het
zonnedak wordt geopend tot de volledig
geopende stand en stopt automatisch. Dit is
de functie "Snel openen". De functie Snel openen zorgt dat bij iedere beweging van de
schakelaar het zonnedak stopt.
Handmatige Modus
Houd de schakelaar ingedrukt. Het zonnedak
opent tot aan de comfortopstand en stopt
automatisch. Houd de schakelaar opnieuw
ingedrukt. Het zonnedak opent tot de
volledig geopende stand en stopt automa
-
tisch. Als u de schakelaar loslaat, stopt de
beweging van het zonnedak. Het zonnedak
blijft gedeeltelijk geopend totdat de schake -
laar opnieuw wordt ingedrukt en vastge -
houden.
Zonnedak openen — ventilatie
Als u binnen een halve seconde op de knop
"Vent" (ventilatie) drukt, wordt het zonnedak
vanuit de gesloten stand geopend tot aan de
ventilatiestand. Dit is de functie "Snelle
ventilatiestand". De functie Snel naar venti -
latiestand zorgt dat bij iedere beweging van
de schakelaar het zonnedak stopt.
OPMERKING:
Als het zonnedak volledig of gedeeltelijk is
geopend, is de snelle ventilatiestand niet
beschikbaar. U moet de ventilatieschakelaar
indrukken en vasthouden om het schuifdak
van het openen in de ventilatiepositie te
WAARSCHUWING!
Laat nooit kinderen zonder toezicht in
een auto achter of in de buurt van een
auto die niet is afgesloten. Laat de sleu -
telhouder nooit achter in of in de buurt
van de auto, of op een voor kinderen
bereikbare plaats. Laat het contact van
voertuigen met Keyless Enter-N-Go niet
in de modus ON/RUN staan. Inzit -
tenden, en vooral kinderen zonder
toezicht, kunnen bekneld raken in de
opening van het elektrisch bedienbare
zonnedak wanneer ze de schakelaars
voor het elektrisch bedienbare zonnedak
bedienen. Een dergelijke beknelling kan
ernstig of zelfs dodelijk letsel tot gevolg
hebben.
In geval van een aanrijding is het risico
om uit een voertuig geslingerd te worden
groter wanneer het zonnedak geopend is.
U kunt ernstig of zelfs dodelijk gewond
raken. Maak altijd uw veiligheidsgordel
op de juiste wijze vast en controleer of
alle passagiers dit ook gedaan hebben.
Sta niet toe dat kleine kinderen het
zonnedak bedienen. Steek nooit vingers,
lichaamsdelen of voorwerpen door het
schuifdak naar buiten. Anders bestaat er
kans op letsel.
WAARSCHUWING! (Vervolgd)
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 49
Page 149 of 370

147
(Vervolgd)
DE MOTOR STARTEN
Voordat u het voertuig start, moet u uw stoel
verstellen, de binnen- en buitenspiegels
verstellen en uw autogordel vastmaken.Start de motor met de schakelhendel in de
stand NEUTRAL of PARK. Trap het rempe-
daal in voordat u een rijstand inschakelt.
Normaal starten — benzinemotor
OPMERKING:
Bij normaal starten van een koude of warme
motor hoeft u het gaspedaal niet te
bedienen.
Draai de contactschakelaar in de stand
"START" en laat los zodra de motor aanslaat.
Als de motor niet binnen 10 seconden
aanslaat, draait u de contactschakelaar in de
stand LOCK/OFF, wacht u 10 tot 15 seconden
en herhaalt u de procedure voor normaal
starten.
Tip startfunctie
Zet het contact in de stand START en laat het
los zodra de startmotor inschakelt. De start -
motor blijft draaien en slaat automatisch af
als de motor begint te draaien. Als de motor
niet aanslaat, draait u de contactschakelaar in
de stand OFF, wacht u 10 tot 15 seconden en
herhaalt u de procedure voor normaal starten.
WAARSCHUWING!
Verwijder altijd de sleutelhouder uit het
voertuig bij het verlaten van het voertuig
en sluit het voertuig af.
Laat nooit kinderen alleen in een auto
achter of in de buurt van een auto die
niet is afgesloten.
Het achterlaten van kinderen zonder
toezicht in een auto is om verschillende
redenen gevaarlijk. Kinderen of derden
lopen dan het risico op ernstig of zelfs
dodelijk letsel. Waarschuw kinderen dat
ze niet aan de handrem, het rempedaal
of de schakelhendel mogen komen.
Laat de sleutelhouder niet achter in of in
de buurt van de auto (of op een voor
kinderen bereikbare plaats) en laat het
contact van een voertuig met Keyless
Enter-N-Go niet in de stand ACC of ON/
RUN staan. Een kind zou de knoppen
van de elektrische raambediening of
andere schakelaars kunnen bedienen of
de auto in beweging kunnen zetten.
Laat nooit kinderen of dieren achter in
een geparkeerde auto bij warm weer. De
warmte in het interieur kan ernstige
gezondheidsproblemen veroorzaken en
zelfs dodelijk zijn.
WAARSCHUWING! (Vervolgd)
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 147