Lancia Musa 2005 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2005, Model line: Musa, Model: Lancia Musa 2005Pages: 338, PDF Size: 5.29 MB
Page 121 of 338

120
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
Automatische werking
Bij enkele uitvoeringen met vier elektrisch
bedienbare ruiten met automatische bediening
omhoog en omlaag van de voorportierruiten (indien
aanwezig) en alleen omlaag van de
achterportierruiten, zijn alleen de ruiten van de
voorportieren (indien aanwezig) uitgerust met een
anti-letselfunctie. Sensoren in de ruitrubbers
kunnen een eventueel obstakel waarnemen als de
ruit sluit. In dat geval onderbreekt het systeem de
ruitbeweging en wordt de ruit onmiddellijk
geopend.
A – B Schakelaars voor automatisch volledig
openen en sluiten;
C – D Schakelaars voor alleen automatisch
openen.
Druk kort op een van de schakelaars voor het
“stapsgewijs” openen/sluiten van de ruit. Als u de
schakelaar loslaat, stopt de beweging van de ruit.PORTIER PASSAGIERSZIJDE EN
ACHTERPORTIEREN (indien aanwezig)
In de armsteun van ieder portier is een schakelaar
gemonteerd om aan die zijde de ruit te bedienen.
ATTENTIE
Onzorgvuldig gebruik van de elektrische ruitbediening kan gevaarlijk zijn. Controleer
voor en tijdens het bedienen van de ruit altijd of de passagiers kunnen worden verwond
door de bewegende ruiten, hetzij direct door contact met de ruit, hetzij door voorwerpen
die door de ruit worden meegesleept of geraakt. Verwijder altijd de sleutel uit het
contactslot als u de auto verlaat om te voorkomen dat een onverwachtse inschakeling
van de elektrische ruitbediening gevaar oplevert voor de achtergebleven passagiers.
Page 122 of 338

121
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
BAGAGERUIMTE
De achterklep (indien ontgrendeld) kan alleen van buitenaf geopend
worden met behulp van een elektrische ontgrendelhendel boven de
kentekenplaathouder.
De achterklep kan bovendien altijd worden geopend als de portieren
van de auto ontgrendeld zijn.
In het instelmenu op het display van het instrumentenpaneel (zie
“Instelbaar multifunctioneel display” in dit hoofdstuk) kan de
keuzemogelijkheid “Achterklep onafhankelijk ontgrendelen” worden
geselecteerd: op deze manier wordt de achterklep niet gelijktijdig met
de portieren ontgrendeld; druk op de knop
Rop de
afstandsbediening om de achterklep te ontgrendelen/openen.
Als de achterklep wordt geopend, knipperen de richtingaanwijzers
twee keer.
L0D0104m
L0D0016m
HANDMATIGE RUITBEDIENING ACHTER
(indien aanwezig)
Open of sluit de ruiten met de betreffende slinger.
L0D0156m
Page 123 of 338

ACHTERKLEP SLUITEN
Gebruik de daarvoor bestemde handgrepen om de klep te laten
zakken, zoals aangegeven in de afbeelding, en druk vervolgens op de
klep totdat u de vergrendeling hoort.
BELANGRIJK Als de keuzemogelijkheid “Achterklep onafhankelijk
ontgrendelen” is ingeschakeld, moet, voordat de achterklep wordt
gesloten, gecontroleerd worden of u in het bezit bent van de
contactsleutel, omdat de achterklep automatisch vergrendeld wordt.
122
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
L0D0105m
Naderhand aangebrachte voorwerpen op de hoedenplank of de achterklep (luidsprekers, spoiler
enz.) kunnen, behalve wanneer de auto hierop is voorbereid, de juiste werking van de gasveren
verhinderen.
ATTENTIE
ATTENTIE
Bij het gebruik van de bagageruimte mag het maximum laadvermogen nooit
worden overschreden (zie het hoofdstuk “Technische gegevens”). Controleer
bovendien of de bagageruimte goed geladen is, om te voorkomen dat een voorwerp
bij bruusk remmen naar voren schiet en letsel veroorzaakt.
Rijd niet met voorwerpen op de hoedenplank: bij een ongeval of bruusk remmen
kunnen ze de passagiers verwonden.
Page 124 of 338

123
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
ACHTERKLEP IN GEVAL VAN NOOD OPENEN
Om de achterklep vanuit het interieur te openen (bij een lege accu of
bij een storing in het elektrische systeem van de achterklep zelf), moet
als volgt te werk worden gegaan (zie “Bagageruimte vergroten” in dit
hoofdstuk):
❒verwijder de hoofdsteunen achter;
❒klap de rugleuningen in “tafel”-stand;
❒klap de zitting/rugleuning achter geheel neer;
❒voor het mechanisch ontgrendelen van de achterklep, moet u
vanuit de bagageruimte het hendeltje (B) bedienen.
HOEDENPLANK VERWIJDEREN
Als u de hoedenplank wilt verwijderen om de bagageruimte te
vergroten, ga dan als volgt te werk:
❒verwijder de bevestigingen uit de borgingen op de rugleuningen
van de zitplaatsen;
❒maak de twee pennen van de hoedenplank los van de zittingen aan
de zijkant;
❒verwijder de hoedenplank.
De hoedenplank kan in de bagageruimte worden geplaatst.
L0D0338m
L0D0107m
L0D0108m
Page 125 of 338

BAGAGERUIMTE VERGROTEN
Voordat u de bagageruimte vergroot, moet u de veiligheidsgordel
(met zwarte knop), als deze vastzit, losmaken en vervolgens de gordel
bij het teruglopen begeleiden om te voorkomen dat de gordelband
draait. Plaats vervolgens de gespen op de borgpen A van de
rolautomaat.
Verstellen in lengterichting
De auto heeft een deelbare achterbank. Vanuit de bagageruimte kunt u
de zitplaatsen achter ook in lengterichting verplaatsen met de
handgreep B of C; trek aan de handgreep en schuif tegelijkertijd de
zitplaatsen naar voren. Voer deze handeling uit als u de inhoud van de
bagageruimte wilt vergroten.
Maximale vergroting
Ga als volgt te werk:
❒verwijder de hoedenplank zoals hiervoor beschreven;
❒controleer of de hoofdsteunen geheel omlaag staan;
❒klap met de hendels D en E de rugleuningen op de zittingen
achter;
❒controleer met de handgreep B of C of de zitplaatsen helemaal
naar achteren staan;
❒trek aan de koordjes F en G en klap de zitplaatsen geheel om.
124
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
L0D0132m
L0D0109m
L0D0048m
ATTENTIE
ATTENTIE
Als de gordel van de middelste zitplaats
achter aan de zitplaats vastzit, moet de
gordel eerst los worden gemaakt voordat
de zitplaats naar voren wordt geklapt.
Trek nooit aan de handgreep B of C als de
zitplaatsen opgeklapt zijn omdat ze kunnen
verschuiven, waardoor de zitplaatsen niet
teruggeplaatst kunnen worden.
Page 126 of 338

125
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
De opgeklapte zitplaatsen zijn in deze stand vergrendeld door de
schokdempers aan de zijkant.
BELANGRIJK Alleen als de zitplaatsen achter helemaal naar achteren
zijn geschoven, kunnen ze geheel worden omgeklapt.
Gedeeltelijke vergroting
Klap de gewenste zitplaats (rechts of links) op dezelfde manier op
voor een gedeeltelijke vergroting van de bagageruimte, zoals
afgebeeld.
BELANGRIJK Als u de zitplaatsen achter geheel wilt omklappen, dan
kan het nodig zijn om de voorstoelen naar voren te schuiven.
Zittingen weer terugplaatsen
Gebruik de koordjes B om de zittingen weer terug te plaatsen.
L0D0111m
L0D0112m
L0D0110m
ATTENTIE
Als de rugleuning op de zitting is geklapt,
dan is slechts een tussenstand in het
omklappen bereikt en mogen er geen
voorwerpen op de rugleuning worden
geplaatst.
ATTENTIE
Als de zitplaatsen zijn omgeklapt in de
“tafel”-stand kan het bij een ongeluk
gevaarlijk zijn als er voorwerpen op de
neergeklapte rugleuning zijn geplaatst.
Page 127 of 338

MOTORKAP
OPENEN
Ga als volgt te werk:
❒trek de hendel A in de richting van de pijl;
❒plaats het hendeltje B naar links zoals aangegeven door de pijl;
❒til de motorkap op en trek gelijktijdig de steunstang C uit de klem
D; steek vervolgens het uiteinde van de stang in de zitting E op de
motorkap.
BELANGRIJK Controleer of de armen van de ruitenwissers tegen de
ruit aanstaan voordat u de motorkap optilt.
126
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
L0D0113m
L0D0114mL0D0115m
ATTENTIE
Om veiligheidsredenen moet de motorkap
tijdens het rijden altijd goed gesloten zijn.
Controleer daarom altijd of de motorkap
goed vergrendeld is. Als u tijdens het
rijden merkt dat de motorkap niet goed is
vergrendeld, stop dan onmiddellijk en sluit
de motorkap op de juiste wijze.
Page 128 of 338

127
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
SLUITEN
Ga als volgt te werk:
❒houd de motorkap met een hand omhoog, trek
met de andere hand de stang C uit de zitting D
en plaats de steunstang terug in de klem E;❒laat de motorkap tot op ongeveer 20 cm van de
motorruimte zakken, laat de motorkap vallen en
controleer of de motorkap goed is gesloten door
de motorkap op te tillen. De motorkap mag niet
alleen door de beveiliging vergrendeld zijn. Druk
in dit laatste geval de motorkap niet dicht, maar
til hem opnieuw op en herhaal de handeling.
BELANGRIJK Controleer altijd of de motorkap
vergrendeld is om te voorkomen dat deze tijdens het
rijden open gaat.
ATTENTIEAls de steunstang verkeerd geplaatst wordt, kan de motorkap onverwachts
dichtvallen.
ATTENTIEVoer deze handelingen alleen uit als de auto stilstaat.
Page 129 of 338

128
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
DAKRAILS (indien aanwezig)
BELANGRIJK Wij raden u het gebruik aan van dwarstraversen uit
het Lancia Lineaccessori-programma. U dient zich strikt aan de
montagevoorschriften te houden die bij de set zijn geleverd. De
montage moet altijd door deskundige personen worden uitgevoerd.
BELANGRIJK Overschrijd nooit het maximum draagvermogen (zie
het hoofdstuk “Technische gegevens”).
Controleer na enkele kilometers opnieuw of de bevestigingsbouten
nog goed vastzitten.
KOPLAMPEN
KOPLAMPEN AFSTELLEN
Goed afgestelde koplampen zijn belangrijk voor het comfort en de
veiligheid van uzelf en de overige weggebruikers. Voor optimaal zicht
en zichtbaarheid moeten de koplampen op de juiste wijze zijn
afgesteld. Wendt u voor controle of afstelling tot de Lancia-dealer.
KOPLAMPVERSTELLING
De stand kan worden geregeld als de contactsleutel in stand MAR
staat en de dimlichten zijn ingeschakeld. Als de auto beladen is, helt
hij achterover. Het gevolg is dat de lichtbundel meer naar boven
schijnt. De stand van de koplampen moet nu worden gecorrigeerd.
L0D0116m L0D0248m
Bedien het opendak niet als er allesdragers gemonteerd zijn.
Page 130 of 338

129
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
Koplampverstelling
De koplampen kunnen worden afgesteld met de knoppen
en Òop
het dashboard.
Op het display wordt de stand aangegeven.
Stand 0 - een of twee personen op de voorstoelen.
Stand 1 - vijf personen.
Stand 2 - vijf personen + bagage.
Stand 3 - bestuurder + maximale lading in de bagageruimte.
BELANGRIJK Controleer de afstelling van de koplampen telkens als
het gewicht van de lading wijzigt.
KOPLAMPAFSTELLING IN HET BUITENLAND
De dimlichten zijn afgesteld voor gebruik in het land waarin de auto
is verkocht. In landen waar op de andere weghelft wordt gereden,
moeten, om tegenliggers niet te verblinden, delen van de koplamp
worden afgedekt (zie voor de plaats en afmetingen de afbeeldingen).
Gebruik voor het afplakken ondoorzichtige tape.
De afbeeldingen hebben betrekking op de overgang van een land
waar links wordt gereden naar een land waar rechts wordt gereden.
L0D0116m
L0D0118m
L0D0119m