Lancia Ypsilon 2012 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2012, Model line: Ypsilon, Model: Lancia Ypsilon 2012Pages: 307, PDF Size: 13.23 MB
Page 221 of 307

MOTORKOELVLOEISTOF
Controleer het koelvloeistofniveau bij motor. Het
niveau moet tussen het MIN- en MAX teken op het
expansiereservoir staan.
Als het niveau te laag is, maak de reservoirdop C
los (zie vorige pagina's) en vul de vloeistof bij
zoals vermeld in het hoofdstuk "Technische
gegevens".
Het motorkoelsysteem moet worden
gevuld met PARAFLU
UP
antivries. Vul
koelvloeistof bij met dezelfde
kenmerken als de koelvloeistof waarmee het
koelsysteem reeds is gevuld. PARAFLU
UP
mag
niet met andere typen vloeistoffen worden
gemengd. Mocht dit toch gebeuren, start de
motor dan in geen geval en neem contact
op met het Lancia Servicenetwerk.
BELANGRIJK
Het koelsysteem staat onder druk.
Vervang indien nodig de dop alleen
door een origineel exemplaar; zoniet kan dit
de werking van het systeem negatief
beïnvloeden. Draai bij warme motor de dop
van het expansiereservoir niet los: gevaar
voor brandwonden.VLOEISTOF VOOR RUITENSPROEIERS/
ACHTERRUITSPROEIER
Als het niveau te laag is, til dan de reservoirdop D
op (zie vorige pagina's) en vul de vloeistof bij
zoals vermeld in het hoofdstuk "Technische
gegevens".
BELANGRIJK
Rijd nooit met een leeg
ruitensproeierreservoir:
ruitensproeiers zijn van fundamenteel
belang voor een goed zicht. Sommige in de
handel verkrijgbare
ruitensproeiervloeistoffen zijn licht
ontvlambaar. De motorruimte omvat warme
onderdelen die bij contact met de vloeistof
brand kunnen veroorzaken.
219WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 222 of 307

REMVLOEISTOF
Controleer of het vloeistofniveau op het maximum
peil staat (het niveau mag nooit boven het
MAX-teken komen). Als het vloeistofniveau te
laag is, maak de reservoirdop E los (zie vorige
pagina's) en vul de vloeistof bij zoals vermeld in
het hoofdstuk "Technische gegevens".
OpmerkingReinig zorgvuldig de reservoirdop en
het omliggende oppervlak van de vulopening.
Zorg bij het openen van de dop dat er geen vuil in
het reservoir terecht komt.
Gebruik voor het bijvullen altijd een trechter met
fijne zeef van maximaal 0,12 mm.
BELANGRIJK Remvloeistof is hygroscopisch
(d.w.z. trekt water aan). Daarom moet bij
overwegend gebruik van de auto in gebieden met
grote luchtvochtigheid, de vloeistof vaker worden
vervangen dan is aangegeven in het
“Geprogrammeerd onderhoudsschema”.
Vermijd elk contact tussen de uiterst
corrosieve remvloeistof en de gelakte
delen. Spoel bij contact onmiddellijk
uit met rijkelijk water.
BELANGRIJK
Remvloeistof is giftig en uiterst
corrosief. Als men de remvloeistof per
ongeluk toch morst, moeten de betreffende
delen onmiddellijk worden schoongemaakt
met water en een neutrale zeep en
vervolgens rijkelijk met water worden
gespoeld. In geval van inslikken
onmiddellijk een arts raadplegen.
BELANGRIJK
Het symbool
op het reservoir geeft
aan dat een synthetische remvloeistof
moet worden gebruikt, dus geen minerale
remvloeistof. Het gebruik van minerale
vloeistoffen kan de speciale rubbers in het
remsysteem onherstelbaar beschadigen.
220WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 223 of 307

LUCHTFILTER/POLLENFILTER/
DIESELFILTERNeem voor het vervangen van het filter contact op
met het Lancia Servicenetwerk.
ACCUAccu F (zie vorige bladzijden) vereist niet dat de
elektrolyt met gedestilleerd water wordt bijgevuld.
Een periodieke controle bij het Lancia
Servicenetwerk is echter noodzakelijk om de
efficiëntie te verifiëren.
ACCU VERVANGEN
Vervang indien nodig de accu door een andere
originele accu met dezelfde specificaties. Volg de
aanwijzingen van de fabrikant van de accu voor
het onderhoud.
NUTTIG ADVIES OM DE LEVENSDUUR VAN
DE ACCU TE VERLENGEN
Neem de volgende aanwijzingen in acht om het
snel ontladen van de accu te voorkomen en de
levensduur te verlengen:
❒wanneer de auto wordt geparkeerd, controleer
dan of de portieren, de motorkap en de
achterklep goed gesloten zijn. Hiermee wordt
voorkomen dat de interieurverlichting blijft
branden.
❒schakel de interieurverlichting uit: de auto is in
ieder geval uitgerust met een systeem voor
automatische uitschakeling van de
interieurverlichting;
❒houd accessoires (bijv. autoradio,
alarmknipperlichten, etc.) niet te lang
ingeschakeld wanneer de motor is uitgezet;
221WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 224 of 307

❒maak voordat werkzaamheden aan de
elektrische installatie worden uitgevoerd, de
kabel van de minpool op de accu los;
❒trek de accuklemmen stevig aan.
BELANGRIJK Als het ladingsniveau gedurende
langere tijd onder 50% blijft, raakt de accu door
sulfatering beschadigd. Hierdoor verminderen
de capaciteit en het startvermogen.
De accu is in dit geval ook gevoeliger voor
bevriezing (dit kan reeds bij temperaturen van
-10°C gebeuren). Als de auto langere tijd niet
gebruikt wordt, zie dan "Langdurige stilstand van
de auto” in het hoofdstuk "Starten en rijden".
Als men na aanschaf van de auto elektrische
accessoires wil monteren die constante voeding
vereisen (alarm enz.), of accessoires die de
elektrische installatie zwaar belasten, wordt
geadviseerd contact op te nemen met het Lancia
Servicenetwerk; het gekwalificeerde personeel
zal dan het totale stroomverbruik van deze
accessoires beoordelen.
BELANGRIJK
Accuvloeistof is giftig en corrosief.
Vermijd contact met huid en ogen.
Houd open vuur en vonkvormende
apparaten uit de buurt van de accu: brand-
en explosiegevaar.
BELANGRIJK
Als de accu met onvoldoende vloeistof
werkt, kan dit de accu onherstelbaar
beschadigen en een explosie veroorzaken.Verkeerde installatie van elektrische en
elektronische apparatuur kan ernstige
schade aan de auto toebrengen. Als
men na aanschaf van de auto accessoires wil
monteren (alarm, mobiele telefoon enz.),
wordt geadviseerd contact op te nemen met
het Lancia Servicenetwerk, dat de meest
geschikte apparaten zal aanraden en
zal controleren of een accu met een grotere
capaciteit gemonteerd moet worden.Accu’s bevatten stoffen die zeer
gevaarlijk zijn voor het milieu. Neem
voor het vervangen van de accu contact
op met het Lancia Servicenetwerk.
BELANGRIJK
Als de auto langere tijd niet gebruikt
wordt onder extreem koude
weersomstandigheden, dan moet de accu
worden verwijderd en op een verwarmde
plaats worden bewaard om bevriezing te
voorkomen.
222WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 225 of 307

BELANGRIJK
Draag altijd een speciale bril
wanneer aan of in de buurt van de
accu wordt gewerkt.
WIELEN EN BANDENControleer voor een lange reis en elke twee weken
de bandenspanning van de banden en het
ruimtebesparend reservewiel (voor bepaalde
versies/markten). Controleer de bandenspanning
wanneer de banden koud zijn.
Tijdens het rijden neemt de bandenspanning
onder normale omstandigheden toe: zie voor de
juiste waarde van de bandenspanning de
paragraaf “Wielen” in het hoofdstuk “Technische
gegevens”.
Een onjuiste bandenspanning veroorzaakt een
onregelmatige bandenslijtage fig. 165:
A normale spanning: gelijkmatige slijtage van het
loopvlak;
B te lage spanning: overmatige slijtage aan de
zijkanten van het loopvlak;
fig. 165
L0F0018
223WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 226 of 307

C te hoge spanning: overmatige slijtage in het
midden van het loopvlak;
Banden moeten worden vervangen wanneer de
profieldiepte van het loopvlak minder dan 1,6 mm
bedraagt. Respecteer in elk geval de wettelijke
voorschriften van het land waarin wordt gereden.
BELANGRIJK
Pas de volgende voorzorgsmaatregelen toe om
bandschade te voorkomen:
❒voorkom bruusk remmen, met spinnende wielen
optrekken, harde schokken van de banden tegen
stoepranden, kuilen en andere hindernissen.
Voorkom ook het langdurig rijden op een slecht
wegdek.
❒controleer de banden regelmatig op scheuren in
de wangen, oneffenheden of onregelmatige
slijtage op het loopvlak;
❒rijd niet met een te zwaar beladen auto. Stop zo
snel mogelijk in geval van lekke band en
verwissel het wiel;
❒banden verouderen, ook als ze weinig gebruikt
zijn. Scheurtjes in het loopvlak en op de wangen
betekenen dat de band verouderd is. In ieder
geval moeten banden die langer dan zes jaar
onder een auto zijn gemonteerd door een
specialist worden gecontroleerd. Vergeet ook
niet het ruimtebesparend reservewiel te laten
controleren (voor bepaalde versies/markten);❒verwissel de banden elke 10-15 duizend
kilometer van as; houd de banden aan dezelfde
zijde van de auto gemonteerd zodat de
draairichting niet wordt omgekeerd;
❒Monteer altijd nieuwe banden en vermijd
banden waarvan de herkomst dubieus is;
❒bij de montage van een nieuwe band moet ook
een nieuw ventiel worden voorzien.
BELANGRIJK
De wegligging van de auto is in grote
mate afhankelijk van een juiste
bandenspanning.
BELANGRIJK
bij een te lage spanning wordt de
band te heet, hetgeen ernstige schade
aan de band kan veroorzaken.
BELANGRIJK
Verwissel de banden niet kruiselings
door de banden van de rechterzijde
aan de linkerzijde en omgekeerd te
monteren.
224WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 227 of 307

BELANGRIJK
Voer bij lichtmetalen velgen nooit
spuitwerkzaamheden uit die een
temperatuur vereisen boven 150°C. Dit kan
de mechanische eigenschappen van de
wielen in gevaar brengen.
RUITENWISSERS/
ACHTERRUITWISSERWISSERBLADEN
Vervang de wisserbladen wanneer het rubber
vervormd of versleten is. Het is in elk geval
raadzaam de wisserbladen ongeveer jaarlijks te
vervangen.
Met enkele eenvoudige voorzorgsmaatregelen kan
de beschadiging van het rubber worden
gereduceerd:
❒bij temperaturen onder het vriespunt moet men
controleren of er ijs tussen het wisserblad en de
ruit is. Gebruik zo nodig een antivriesmiddel om
de wissers vrij te maken;
❒veeg sneeuw op de ruit weg: dit voorkomt
schade aan de wisserbladen en beschermt de
ruitenwissermotor tegen oververhitting;
❒gebruik de ruitenwissers/achterruitwisser nooit
op een droge ruit.
BELANGRIJK
Rijden met versleten wisserbladen is
bijzonder gevaarlijk, doordat het
zicht onder slechte weersomstandigheden
wordt beperkt.
225WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 228 of 307

Wisserbladen voorruit vervangen
Ga als volgt te werk:
❒hef de wisserarm op, druk op het klepje A fig.
166 van de springveer en schuif het wisserblad
van de arm los;
❒monteer het nieuwe wisserblad door het klepje
in de speciale zitting op de wisserarm te
blokkeren.
❒breng de wisserarm voorzichtig tegen de ruit.
Schakel de ruitenwissers niet met van
de ruit opgeheven wisserbladen in.Wisserblad achterruit vervangen
Ga als volgt te werk:
❒til de dop A fig. 167 op, draai de moer B los en
verwijder de wisserarm C;
❒monteer de nieuwe wisserarm op correcte wijze,
draai de moer B volledig vast en breng de dop A
omlaag.
fig. 166
L0F0186
fig. 167
L0F0222
226WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 229 of 307

RUITENSPROEIERS
Ruitensproeier
De sproeiers van de voorruit A fig. 168 zijn niet
verstelbaar. Als de ruitensproeiers niet werken,
controleer dan eerst of er ruitensproeiervloeistof in
het reservoir zit (zie “Controle van
vloeistofniveaus” in dit hoofdstuk).
Controleer vervolgens of de sproeikoppen niet
verstopt zijn. Gebruik zo nodig een speld om ze
vrij te maken.
BELANGRIJK Bij versies met schuifdak moet het
schuifdak gesloten zijn alvorens de ruitensproeiers
te bedienen.Achterruitsproeier
De sproeiers van de achterruit zijn niet
verstelbaar. De sproeier bevindt zich boven op de
achterruit fig. 169.
fig. 168
L0F0221
fig. 169
L0F0223
227WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 230 of 307

KOPLAMPSPROEIERS
(voor bepaalde versies/markten))
De koplampsproeiers bevinden zich in de
voorbumper fig. 170. De koplampsproeiers
worden ingeschakelt wanneer bij brandend
dimlicht en/of grootlicht de ruitensproeiers
worden ingeschakeld.
Controleer regelmatig de conditie en de
aanwezigheid van vuil in de koplampsproeiers.
CARROSSERIEBESCHERMING TEGEN ATMOSFERISCHE
INVLOEDEN
Op de auto zijn de beste technologische
oplossingen toegepast om de carrosserie tegen
roest te beschermen.
De belangrijkste oplossingen zijn:
❒lakproducten en lakspuitsystemen die de auto
de benodigde weerstand tegen roest en
schurende elementen verschaffen
❒toepassing van verzinkte (of voorbehandelde)
plaatdelen met een hoge corrosiebestendigheid
❒het aanbrengen van gespoten wasproducten met
een hoog beschermend vermogen op de
onderzijde, in de motorruimte, in de wielkuipen
en andere elementen
❒het aanbrengen van kunststofmaterialen met
een beschermende functie op de meest
blootgestelde delen: onderzijde portieren,
binnenzijde spatborden, randen enz.;
❒toepassing van "open" holle ruimtes om te
voorkomen dat condensvorming en
vochtophoping roest van binnenuit bevorderen.
fig. 170
L0F0023
228WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER