stop start MAZDA MODEL CX-5 2013 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: MAZDA, Model Year: 2013, Model line: MODEL CX-5, Model: MAZDA MODEL CX-5 2013Pages: 657, PDF Size: 5.51 MB
Page 165 of 657

qMotorstartfunctie wanneer
sleutelbatterij uitgeput is
OPGELET
Wanneer de motor gestart wordt door
de zender boven de startdrukknop te
houden als gevolg van een uitgeputte
sleutelbatterij of een defecte sleutel, er
voor zorgen het volgende te
voorkomen.
Anders kan het signaal van de sleutel
niet correct worden ontvangen en
bestaat de kans dat de motor niet start.
lMetalen delen van andere sleutels of
metalen voorwerpen komen in
aanraking met de sleutel.
lReservesleutels of sleutels voor
andere voertuigen die uitgerust zijn
met een start-blokkeersysteem
komen in aanraking met of in de
buurt van de sleutel.
lElektronische betaalpassen of
doorlaatpassen die in aanraking met
of in de buurt van de sleutel komen.Als de motor niet gestart kan worden
omdat de batterij van de sleutel is
uitgeput, kan de motor met behulp van
onderstaande procedure gestart worden:
1. Trap het rempedaal (automatische
transmissie) in of trap het
koppelingspedaal (handgeschakelde
versnellingsbak) volledig in.
2. Kijk of het
startdrukknopindikatielampje (groen)
gaat knipperen.
OPMERKING
Het startdrukknopindikatielampje
(groen) gaat knipperen als de
startdrukknop wordt ingedrukt alvorens
het rempedaal (automatische
transmissie) of koppelingspedaal
(handgeschakelde versnellingsbak) in te
trappen. Als onder deze conditie het
koppelingspedaal wordt ingetrapt
(handgeschakelde versnellingsbak) of
het rempedaal wordt ingetrapt
(automatische transmissie), kan de
motor gestart worden door de
onderstaande procedure te volgen.
Tijdens het rijden
Motor start/stop
4-9
Page 166 of 657

3. Raak de startdrukknop aan met behulp
van de achterzijde van de sleutel (zoals
getoond) terwijl het
startdrukknopindikatielampje (groen)
knippert.
Sleutel
Indikatielampje
Startdrukknop
4. Druk de startdrukknop met uw vinger
in nadat het
startdrukknopindikatielampje (groen)
constant is gaan branden.
OPMERKING
lDe motor kan niet gestart worden
tenzij het koppelingspedaal volledig
is ingetrapt (handgeschakelde
versnellingsbak) of het rempedaal
volledig is ingetrapt (automatische
transmissie).
lAls de functie van de startdrukknop
defect is, gaat het
startdrukknopindikatielampje
(oranje) knipperen. In dit geval is het
mogelijk dat de motor start, echter
laat de auto zo spoedig mogelijk
door een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda
reparateur controleren.
OPMERKING
lAls het startdrukknopindikatielampje
(groen) niet brandt, de procedure
opnieuw vanaf het begin uitvoeren.
Laat de auto door een deskundige
reparateur, bij voorkeur een officiële
Mazda reparateur controleren als het
indikatielampje niet brandt.
lAls u enkel de stand van het contact
wilt veranderen (bij een uitgeputte
sleutelbatterij) nadat het
startdrukknopindikatielampje (groen)
constant is gaan branden, het
rempedaal loslaten (automatische
transmissie) of het koppelingspedaal
loslaten (handgeschakelde
versnellingsbak) en de startdrukknop
indrukken. Het contact schakelt over
in de volgorde van ACC, ON en
OFF telkens wanneer de knop wordt
ingedrukt. Wanneer het contact
eenmaal is uitgezet, kan de stand van
het contact niet meer veranderd
worden. Dus als de motor start, de
procedure opnieuw vanaf het begin
uitvoeren.
4-10
Tijdens het rijden
Motor start/stop
Page 167 of 657

qNoodbediening voor het starten
van de motor
Als het KEY waarschuwingslampje (rood)
brandt of het
startdrukknopindikatielampje (oranje)
knippert, kan dit aangeven dat de motor
niet met gebruik van de normale
startmethode gestart kan worden (bij
voertuigen met type A meter, worden de
berichten getoond in de
instrumentengroep). Laat uw auto zo
spoedig mogelijk door een deskundige
reparateur, bij voorkeur een officiële
Mazda reparateur inspecteren. In dit geval
kan de motor geforceerd gestart worden.
Houd de startdrukknop ingedrukt totdat
de motor start. Voor het starten van de
motor zijn overige procedures zoals het
aanwezig zijn van de sleutel in de cabine
en het intrappen van het koppelingspedaal
(handgeschakelde versnellingsbak) of het
rempedaal (automatische transmissie)
vereist.
Stopzetten van de motor
WAARSCHUWING
De motor niet tijdens het rijden
stopzetten:
Het tijdens het rijden stopzetten van de
motor om een andere reden dan in een
noodgeval is gevaarlijk. Wanneer de
motor tijdens het rijden wordt
stopgezet heeft dit door het verlies van
de rembekrachtiging een vermindering
van remvermogen tot gevolg wat een
ongeluk en ernstig letsel kan
veroorzaken.
1. Breng de auto volledig tot stilstand.
2.(Handgeschakelde versnellingsbak)
Schakel over naar de neutraalstand.
(Automatische transmissie)
Zet de keuzehendel in de stand P.
3. Druk op de startdrukknop om de motor
stop te zetten. De contactstand is uit.
OPGELET
Zorg er voor dat wanneer u de auto
achterlaat de startdrukknop op uit gezet
is.
Tijdens het rijden
Motor start/stop
4-11
Page 168 of 657

OPMERKING
l(SKYACTIV-G 2.0, SKYACTIV-G
2.5)
Het is mogelijk dat de koelventilator
in de motorruimte gedurende enkele
minuten nadat het contact vanuit ON
op OFF gezet is gaat draaien,
ongeacht of de airconditioning aan of
uit is, voor het snel koelen van de
motorruimte.
lAls het systeem bespeurt dat de
resterende batterijcapaciteit van de
sleutel laag is wanneer het contact
van ON op ACC of OFF wordt
gezet, wordt het volgende
aangegeven.
Vervang de batterij door een nieuwe
alvorens de sleutel onbruikbaar
wordt.
Zie Vernieuwen van de batterij op
pagina 6-41.
(Voertuig uitgerust met type A
*1
instrumentengroep)
Een bericht wordt aangegeven op de
display van de instrumentengroep.
*1 Zie Type A type op pagina 4-41.
(Voertuig uitgerust met type B
*2
instrumentengroep)
Het KEY indikatielampje (groen)
knippert gedurende ongeveer 30
seconden.
*2 Zie Type B type op pagina 4-47.
l(Automatische transmissie)
Als de motor wordt stopgezet terwijl
de keuzehendel in een andere stand
dan P staat, zal het contact
overschakelen naar ACC.
qMotornoodstop
Door de startdrukknop terwijl de motor
draait of tijdens het rijden continu
ingedrukt te houden, of deze een aantal
malen snel in te drukken, wordt de motor
onmiddellijk stopgezet. De stand van het
contact wordt ACC.
4-12
Tijdens het rijden
Motor start/stop
Page 169 of 657

i-stopí
De i-stop (stationair-stop) functie zet de motor automatisch stop wanneer de auto bij een
verkeerslicht stil staat of in een file komt vast te zitten nadat de motor is opgewarmd
(SKYACTIV-G 2.0, SKYACTIV-G 2.5) of in andere gevallen waarbij de motor niet koud
is (SKYACTIV-D 2.2) en start vervolgens de motor automatisch opnieuw om het rijden te
hervatten. Het systeem draagt bij tot een verminderd brandstofverbruik, minder uitstoot van
uitlaatgassen en doet het geluid van het stationair draaien verdwijnen wanneer de motor is
stopgezet.
Systeemdefecten of bedrijfstoestanden worden aangeduid door een waarschuwing.
Zie Waarschuwings/indikatielampjes op pagina 4-41.
Zie i-stop waarschuwingszoemer op pagina 7-54.
Motor stopzetten en opnieuw starten functies
(Handgeschakelde versnellingsbak)
1.(Behalve Europees model)
Wanneer tijdens het rijden aan de i-stop voorwaarden wordt voldaan gaat het i-stop
indikatielampje (groen) branden.
2. Trap het rempedaal in en vervolgens het koppelingspedaal en breng de auto volledig tot
stilstand.
3. Nadat de auto tot stilstand is gebracht, de keuzehendel in de neutraalstand zetten en het
koppelingspedaal intrappen. De motor wordt automatisch stopgezet nadat het
koppelingspedaal is losgelaten. Terwijl de i-stop functie in werking is, brandt het i-stop
indikatielampje (groen) ook.
Tijdens het rijden
Motor start/stop
4-13íBepaalde modellen.
Page 170 of 657

4. Voor het opnieuw starten van de motor, het koppelingspedaal intrappen (i-stop
indikatielampje (groen) gaat uit). Wanneer tijdens het rijden opnieuw aan de i-stop
voorwaarden wordt voldaan gaat het i-stop indikatielampje (groen) branden (behalve
Europese modellen).
Motor stop Opnieuw starten
(Automatische transmissie)
1.(Behalve Europees model)
Wanneer tijdens het rijden aan de i-stop voorwaarden wordt voldaan gaat het i-stop
indikatielampje (groen) branden.
2. De i-stop functie werkt wanneer tijdens het rijden het rempedaal wordt ingetrapt
(behalve bij achteruit rijden) en de auto tot stilstand wordt gebracht. Terwijl de i-stop
functie in werking is, brandt het i-stop indikatielampje (groen) ook.
4-14
Tijdens het rijden
Motor start/stop
Page 171 of 657

3. Wanneer het rempedaal wordt losgelaten terwijl de keuzehendel in de stand D/M staat
(niet in blokkeermodus voor tweede versnelling), wordt de motor automatisch opnieuw
gestart en gaat het i-stop indikatielampje (groen) uit. Wanneer tijdens het rijden opnieuw
aan de i-stop voorwaarden wordt voldaan gaat het i-stop indikatielampje (groen)
branden (behalve Europese modellen)
Wanneer de keuzehendel in de stand N of P staat, zal de motor niet opnieuw starten als
het rempedaal wordt losgelaten. Als het rempedaal opnieuw wordt ingetrapt, zal de
motor opnieuw gestart worden.
Motor stop Opnieuw starten
OPGELET
(Automatische transmissie)
De i-stop functie werkt niet in de volgende gevallen.
lDe wielen staan niet in de rechtvooruit stand.
lDe auto wordt op een steile helling tot stilstand gebracht.
Tijdens het rijden
Motor start/stop
4-15
Page 172 of 657

OPMERKING
De i-stop functie regelt voor een veilig en comfortabel gebruik van de auto automatisch
het stopzetten en opnieuw starten van de motor en controleert daarbij constant behalve
de functies die door de bestuurder worden bediend ook de omgeving binnen en buiten de
auto, alsmede de bedrijfstoestand ervan.
lDe motor stopt automatisch wanneer aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan:
lDe motor is gestart en er is gedurende een bepaalde periode met de auto gereden.
De i-stop functie werkt niet als niet eerst met de auto is gereden, ongeacht hoe lang
de motor stationair heeft gedraaid. Verder werkt de i-stop functie nadat enige tijd
met de auto is gereden en deze vervolgens wordt stopgezet (motor automatisch
stopzetten en opnieuw starten) slechts éénmaal terwijl de auto is stopgezet.
lDe motor wordt gestart met de motorkap gesloten.lDe motor is voldoende warmgedraaid.l(Handgeschakelde versnellingsbak)
De rijsnelheid is ongeveer 3 km/h of minder.
(Automatische transmissie)
De auto wordt stopgezet.
lDe accu is in goede toestand.lDe motorkap is gesloten.lAlle portieren en de achterklep zijn gesloten.lDe veiligheidsgordel van de bestuurder is vastgemaakt.lDe voorruitontwasemingsschakelaar is uit.l(Volautomatisch type airconditioning)
De temperatuurregelknop voor het klimaatregelsysteem aan de bestuurderszijde is
ingesteld op een andere dan de maximale hoogste of laagste stand.
l(Volautomatisch type airconditioning)
De interieurtemperatuur van de auto en de temperatuur die voor het
klimaatregelsysteem is ingesteld is nagenoeg hetzelfde.
l(Europees model)
Er wordt met de auto op hoogten van 1800 meter of minder gereden.
(Behalve Europees model)
Er wordt met de auto op hoogten van 1.500 meter of minder gereden.
lHet i-stop waarschuwingslampje (oranje) brandt of knippert niet.lHet afstandbediend portiervergrendelingssysteem werkt normaal.lHet rempedaal wordt met voldoende kracht ingetrapt (vacuümniveau van
remsysteem is voldoende.)
lHet stuurwiel wordt niet gedraaid.
4-16
Tijdens het rijden
Motor start/stop
Page 173 of 657

OPMERKING
(Automatische transmissie)lDe keuzehendel is in de stand D/M (niet in blokkeermodus voor tweede
versnelling) of stand N.
lDe automatische transmissievloeistof is voldoende opgewarmd.lDe temperatuur van de automatische transmissievloeistof is niet abnormaal hoog.lDe stand van het stuurwiel is zodanig dat de wielen nagenoeg recht vooruit wijzen
(als kracht op het stuurwiel wordt uitgeoefend terwijl de wielen recht vooruit
wijzen, bestaat de kans dat de i-stop functie niet werkt. Verminder uw greep op het
stuurwiel om de i-stop functie te laten werken).
lHet rempedaal wordt ingetrapt om de auto te stoppen (als het i-stop indikatielampje
(groen) gaat knipperen zonder dat de i-stop functie in werking treedt, is het
mogelijk dat het rempedaal niet voldoende is ingetrapt. Trap het rempedaal wat
krachtiger in (behalve Europese modellen)).
lEr wordt niet plotseling afgeremd.lDe auto wordt niet tot stilstand gebracht op een steile plaats, zoals in een
parkeergarage met meerdere verdiepingen.
l(SKYACTIV-D 2.2)
Het leren van de brandstofinspuiting dat periodiek en automatisch wordt
uitgevoerd, vindt niet plaats.
lAls zich één van de volgende omstandigheden voordoet is het mogelijk dat voor het
automatisch stopzetten van de motor extra tijd nodig is.
lDe accu is uitgeput doordat de auto gedurende langere tijd niet is gebruikt.lDe omgevingstemperatuur is hoog of laag.lDe accukabels werden voor het vervangen van de accu losgekoppeld en vervolgens
weer aangekoppeld.
l(SKYACTIV-D 2.2)
Dieseldeeltjes (PM) worden door het dieseldeeltjesfilter geëlimineerd.
lAls één van de volgende handelingen wordt uitgevoerd nadat de motor automatisch is
stopgezet, gaat om veiligheidsredenen het i-stop waarschuwingslampje (oranje)
branden en wordt de motor niet automatisch opnieuw gestart als het koppelingspedaal
wordt ingetrapt (handgeschakelde versnellingsbak) of het rempedaal wordt losgelaten
(automatische transmissie). Gebruik in dit geval de standaard motorstartprocedure
voor het starten van de motor.
lDe motorkap geopend wordt.lDe bestuurder staat op het punt uit te stappen terwijl de keuzehendel in een andere
stand dan neutraal staat (handgeschakelde versnellingsbak) of de keuzehendel in de
stand D/M staat (niet in blokkeermodus voor tweede versnelling) (de
veiligheidsgordel van de bestuurder is losgemaakt en het bestuurdersportier is
geopend).
Tijdens het rijden
Motor start/stop
4-17
Page 174 of 657

OPMERKING
l(Automatische transmissie)
Als de keuzehendel vanuit de stand D/M (niet in blokkeermodus voor tweede
versnelling) naar stand N verplaatst wordt of vanuit de stand D/M (niet in
blokkeermodus voor tweede versnelling) naar stand P verplaatst wordt terwijl de i-
stop functie in werking is, zal de motor niet automatisch opnieuw gestart worden als
het rempedaal wordt losgelaten. De motor zal opnieuw gestart worden als het
rempedaal nogmaals wordt ingetrapt of de keuzehendel naar de stand D/M (niet in
blokkeermodus voor tweede versnelling) of stand R wordt verplaatst. Verder, wanneer
de bestuurder op het punt staat uit te stappen terwijl de keuzehendel in de stand N of P
staat (de veiligheidsgordel van de bestuurder is losgemaakt en het portier is geopend)
wordt de motor opnieuw gestart (behalve Europese modellen). (Met het oog op de
veiligheid, tijdens het verplaatsen van de keuzehendel altijd het rempedaal ingetrapt
houden terwijl de i-stop functie in werking is.)
Vanuit stand D/M (niet in
blokkeermodus voor tweede
versnelling) naar stand N
Vanuit stand N naar stand D/M (niet in
blokkeermodus voor tweede versnelling)
of stand RVanuit stand P naar stand D/M (niet in
blokkeermodus voor tweede
versnelling) of stand RVanuit stand D/M (niet in
blokkeermodus voor tweede
versnelling) naar stand P
4-18
Tijdens het rijden
Motor start/stop