ESP MAZDA MODEL CX-5 2017 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: MAZDA, Model Year: 2017, Model line: MODEL CX-5, Model: MAZDA MODEL CX-5 2017Pages: 889, PDF Size: 11.02 MB
Page 95 of 889

2–75
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS-airbags
Airbag-uitgeschakeld indicatielampjes van de voorpassagiersairbag
Deze indicatielampjes gaan branden om u er aan te herinneren dat de voor- en zij-airbags
van de voorpassagiersstoel en de veiligheidsgordelvoorspanner tijdens een botsing niet
geactiveerd zullen worden.
Als de inzittende voorpassagier detectiesensor in orde is, zullen beide indicatielampjes gaan
branden wanneer het contact op ON gezet wordt. De lampjes zullen na enkele seconden
uitgaan. Vervolgens zullen de indicatielampjes onder de volgende condities branden of
uitgaan:
Tabel voor aan/uit conditie van airbag-uitgeschakeld indicatielampje van
voorpassagiersairbag
Conditie bespeurd door systeem
van inzittende voorpassagier
detectiesysteem Indicatielampje van de
deactiveringsschakelaar
van de
voorpassagiersairbag Voor- en zij-
airbags van
voorpassagierszitting Veiligheidsgordelvoorspanner
van voorpassagierszitting
Leeg (niet bezet)
Uitgeschakeld Uitgeschakeld
Er bevindt zich een kind in een
kinderzitje
*1
Uitgeschakeld Uitgeschakeld
Volwassene
*2 Deze worden na een
korte periode van tijd
uitgeschakeld. Gereed Gereed
*1 Het is mogelijk dat de inzittende passagier detectiesensor een kind dat op de zitting, in een kinderstoeltje of op
een peuterzitje zit niet bespeurt, afhankelijk van de lengte van het kind en de zithouding.
*2 Als een kleine volwassene op de voorpassagierszitting plaatsneemt, is het mogelijk dat afhankelijk van de
fysieke kenmerken van de persoon de sensoren de persoon als een kind detecteren.
Page 96 of 889

2–76
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS-airbags
De gordijn-airbag is klaar voor activering, ongeacht wat is aangegeven is de tabel voor de
aan/uit conditie van de airbag-uitgeschakeld indicatielampje van de voorpassagiersairbag.
Als beide airbag-uitgeschakeld indicatielampjes van de voorpassagiersairbag niet gedurende
een bepaalde tijd gaan branden wanneer het contact op ON wordt gezet of als deze niet gaan
branden zoals aangegeven in de tabel voor de aan/uit conditie van het airbag-uitgeschakeld
indicatielampje van de voorpassagiersairbag, niet toestaan dat een inzittende op de
voorpassagierszitting plaatsneemt en zo spoedig mogelijk contact opnemen met een of ¿ ciële
Mazda-reparateur. De kans bestaat dat het systeem in het geval van een aanrijding niet
correct werkt.
WAARSCHUWING
Laat niet een inzittende op de voorpassagiersstoel plaatsnemen in een houding die het
voor de inzittende voorpassagier detectiesensor moeilijk maakt de inzittende correct te
detecteren:
Zitten op de voorpassagiersstoel in een houding die het voor de inzittende voorpassagier
detectiesensor moeilijk maakt de inzittende correct te bespeuren is gevaarlijk. Als de
inzittende voorpassagier detectiesensor de inzittende die zich op de voorpassagiersstoel
bevindt niet correct kan bespeuren, is het mogelijk dat de voor- en zij-airbags van de
voorpassagiersstoel en het systeem van de veiligheidsgordelvoorspanner niet in werking
treden (niet-geactiveerd worden) of dat deze abusievelijk in werking treden (geactiveerd
worden). De voorpassagier heeft dan niet de aanvullende beveiliging van de airbags,
of het abusievelijk in werking treden (activeren) van de airbags zou ernstig of dodelijk
letsel kunnen veroorzaken.
Onder de volgende condities kan de inzittende voorpassagier detectiesensor een
passagier die zich op de voorpassagiersstoel bevindt niet correct bespeuren en kan de
activering/niet-activering van de airbags niet geregeld worden zoals aangegeven in
de tabel voor de aan/uit conditie van het airbag-uitgeschakeld indicatielampje van de
voorpassagiersairbag. Bijvoorbeeld:
Page 101 of 889

3–1*Bepaalde modellen.3–1
3Alvorens te gaan rijden
Gebruik van diverse voorzieningen, zoals sleutels, portieren, spiegels en
ruiten.
Sleutels ................................................. 3-2
Sleutels ........................................... 3-2
Afstandbediende
portiervergrendeling ....................... 3-4
Geavanceerde afstandbediende
portiervergrendeling ......................... 3-11
Geavanceerde afstandbediende
portiervergrendeling
* .................... 3-11
Werkingsbereik ............................ 3-12
Portieren en sloten ............................ 3-14
Portiersloten ................................. 3-14
Achterklep .................................... 3-26
Brandstof en emissie ......................... 3-39
Voorzorgsmaatregelen ten aanzien van
brandstof en
motoruitlaatgassen ....................... 3-39
Afsluitklep van brandstoftankdop en
brandstoftankdop .......................... 3-44
Stuurwiel ............................................ 3-46
Stuurwiel ...................................... 3-46
Spiegels ............................................... 3-48
Spiegels ........................................ 3-48
Ruiten ................................................. 3-53
Elektrische ruitbediening ............. 3-53
Schuifdak
* .................................... 3-60
Beveiligingssysteem ........................... 3-63
Aanbrengen van wijzigingen en
aanvullende apparatuur ................ 3-63
Start-blokkeersysteem .................. 3-63
Anti-diefstal
beveiligingssysteem
* .................... 3-65
Rijtips ................................................. 3-71
Inrijden ......................................... 3-71
Brandstofbesparing en
milieubescherming ....................... 3-71
Moeilijke rijomstandigheden ....... 3-72
Vloermat ...................................... 3-74
Op eigen kracht lostrekken van de
auto ............................................... 3-75
Rijden in de winter ....................... 3-75
Doorwaden van water .................. 3-78
Informatie betreffende de turbolader
(SKYACTIV-D 2.2) ..................... 3-79
Slepen ................................................. 3-80
Trekken van caravans en aanhangers
(Europa/Rusland/Turkije/Israël/
Zuid-Afrika) ................................. 3-80