OPEL INSIGNIA 2015 Handleiding Infotainment (in Dutch)
Manufacturer: OPEL, Model Year: 2015, Model line: INSIGNIA, Model: OPEL INSIGNIA 2015Pages: 149, PDF Size: 2.64 MB
Page 81 of 149
Navigatie81
Selecteer de knop Als tussenstop
toev. op het scherm. De route wordt
herberekend en de nieuwe bestem‐ ming wordt als routepunt aan de hui‐
dige route toegevoegd.De bestemming wijzigen
Selecteer de schermtoets
BESTEMMING in de interactieve se‐
lectiebalk en selecteer een adres of
voer een nieuw adres in.
Er verschijnt een melding die u moet beantwoorden.
Selecteer de knop Nieuwe bestem.
instellen op het scherm. De route
wordt herberekend voor de nieuwe
bestemming.
Beëindigen van de routebegeleiding
Klik, nadat de routebegeleiding is ge‐ start, op het pijltje om het routebege‐leidingsmenu weer te geven.
Selecteer schermtoets EINDE om de
routebegeleiding te beëindigen.
Straten uit routebegeleiding uitsluiten
Na het starten van de routebegelei‐
ding kunt u straten in de eerder bere‐ kende route uitsluiten.
De route wordt vervolgens herbere‐
kend, waarbij de uitgesloten straten worden vermeden.
Klik op de pijl om het routebegelei‐
dingsmenu weer te geven en selec‐
teer het tabblad VERMIJDEN. De lijst
met afslagen en bochten wordt weer‐ gegeven (zie "De lijst met afslagen en
bochten weergeven" hieronder).
Kies de straat, autosnelweg of het
knooppunt die of dat u wilt vermijden. Er verschijnt een melding die u moet
beantwoorden.
Selecteer de gewenste afstandsop‐
tie.
De betreffende straat of snelweg
wordt in de sectie Vermeden
gebieden bovenaan de lijst met afsla‐
gen weergegeven en is gemarkeerd
met een rode 9.
Let op
De sectie Vermeden gebieden bevat
ook automatisch door het systeem
te vermijden wegen vanwege ver‐ keersincidenten.
Deselecteer de straat of snelweg om
deze weer in de route op te nemen.Routelijst weergeven
De routelijst geeft alle straten op de berekende route weer, te beginnen
met de huidige locatie.
Klik op de pijl om het routebegelei‐
dingsmenu weer te geven en selec‐
teer het tabblad AFSLAGEN. De lijst
met afslagen wordt weergegeven en
de volgende handeling wordt door het systeem uitgesproken.
Elke lijstvermelding kan de volgende
informatie tonen:
■ Straatnaam, autosnelweg of knooppunt van autosnelwegen.
■ Richtingspijl.
Page 82 of 149
82Navigatie
■ Afstand tot de volgende straat opde route.
■ Geschatte aankomsttijd bij het be‐ reiken van de volgende straat.
Selecteer de gewenste optie uit de
lijst en selecteer vervolgens de
schermtoets Info in de bovenste regel
van het systeem om alle beschikbare informatie weer te geven.
Routelijst weergeven
De routelijst geeft alle routepunten op
de berekende trip met routepunten
aan, beginnend met het eerstvol‐
gende routepunt.
Klik op de pijl om het routebegelei‐
dingsmenu weer te geven en selec‐
teer het tabblad TUSS. STOPS. De
routelijst verschijnt.
Elke lijstvermelding kan de volgende
informatie tonen:
■ Naam of adres van het routepunt.
■ Afstand tot het volgende routepunt.
■ Geschatte aankomsttijd bij het be‐ reiken van het volgende routepunt.
Optimaliseren van de trip met
routepunten
Zijn er diverse routepunten toege‐
voegd en is de trip met routepunten
diverse malen bewerkt, dan kan het
nodig zijn om de routepunten in de
meest efficiënte volgorde te zetten.
Selecteer het tabblad OPTIMALIS..
Wacht tot de routelijst is bijgewerkt.
Selecteer de schermtoets Opsl. bo‐
venaan het scherm om de instellin‐
gen op te slaan.
Een trip met routepunten bewerken
Om een trip met routepunten in te de‐ len, drukt u op de pijl om het routebe‐
geleidingsmenu weer te geven en se‐ lecteert u het tabblad WIJZIGEN. De
routelijst verschijnt.
Selecteer de symbolen ▲ en ▼ naast de betreffende items in de lijst om de
positie van de routepunten in de lijst
te wijzigen.
Selecteer het symbool ☓ om een rou‐
tepunt van de lijst uit te sluiten.
Zie "Een routepunt toevoegen" bo‐
venstaand voor een gedetailleerde
beschrijving over het toevoegen van nieuwe routepunten.
Selecteer de schermtoets Opsl. bo‐
venaan het scherm om de instellin‐
gen op te slaan.
Page 83 of 149
Spraakherkenning83SpraakherkenningAlgemene informatie....................83
Bediening ..................................... 85Algemene informatie
Geïntegreerde
spraakherkenning Met de geïntegreerde spraakherken‐ning van het Infotainmentsysteem
kunt u diverse functies van het Info‐
tainmentsysteem met uw stem bestu‐
ren. De spraakbesturing herkent
commando's en cijferreeksen, onge‐
acht de desbetreffende spreker. De
instructies en cijferreeksen kunnen
zonder pauze tussen de afzonderlijke woorden worden uitgesproken.
Bij onjuist gebruik of onjuiste com‐
mando's geeft de spraakherkenning visuele en/of akoestische feedbacken wordt u gevraagd het gewenste
commando te herhalen. Bovendien
bevestigt de spraakherkenning be‐
langrijke instructies en stelt zo nodig
een vraag hierover.
Er zijn verschillende manieren om
commando's voor het uitvoeren van
de gewenste acties uit te spreken.
M.u.v. van het invoeren van bestem‐mingen en bediening van het toets‐
enblok, kan er in de meeste gevallen
met één commando worden volstaan.
Als er meerdere commando's nodig
zijn om een actie uit te voeren:
In uw eerste opdracht geeft u het type
uit te voeren commando aan, zoals
"Invoeren navigatiebestemming". Het
systeem reageert met instructies die
u via een dialoog om de benodigde
informatie vragen. Is er bijvoorbeeld
een bestemming voor de routebege‐
leiding nodig, zeg dan "Navigatie" of
"Bestemming invoeren".
Let op
Om te voorkomen dat gesprekken in de auto onbedoeld de systeemfunc‐ties beïnvloeden, start de stemher‐
kenning pas nadat deze is geacti‐
veerd.
Page 84 of 149
84Spraakherkenning
Belangrijke informatieOndersteunde talen■ Niet alle talen die voor het display van het Infotainmentsysteem be‐
schikbaar zijn, zijn ook beschikbaar
voor de spraakherkenning.
■ Wordt de momenteel geselec‐ teerde displaytaal niet ondersteund
door de spraakherkenning, dan is
deze niet beschikbaar.
In dat geval moet u een andere taal selecteren voor het display als u het
Infotainmentsysteem via spraakin‐
voer wilt bedienen. Zie de para‐
graaf "Taal" in het hoofdstuk "Sys‐
teeminstellingen" voor het wijzigen
van de displaytaal 3 43.Adresinvoer van bestemmingen in
het buitenland
Wilt u een adres in een ander land via
spraakinvoer opgeven, dan moet u de taal van het Infotainmentdisplay in de
taal van dat land wijzigen.
Bv. als het display op dit moment op
Engels staat en u de naam van een
stad in Frankrijk wilt invoeren, moet u de displaytaal naar Frans wijzigen.Uitzonderingen: Wilt u adressen in
België invoeren, dan kan de display‐
taal zowel Frans als Nederlands zijn.
Voor adressen in Zwitserland kunt u
de displaytaal optioneel op Frans,
Duits of Italiaans zetten.
Zie de paragraaf "Taal" in het hoofd‐
stuk "Systeeminstellingen" voor het
wijzigen van de displaytaal 3 43.Invoeren van een bestemming
De volgorde van invoer van een adres
met behulp van het spraakherken‐
ningssysteem, is afhankelijk van het land waarin de bestemming zich be‐
vindt.
■ Oostenrijk, Duitsland:
■ België, Frankrijk, Groot-Brittannië:
■ Italië, Nederland, Portugal, Rus‐ land, Spanje, Zwitserland:
Er zijn diverse instellingen en aan‐
passingen mogelijk voor de in het In‐
fotainmentsysteem geïntegreerde
spraakherkenning.
Druk op ; en selecteer vervolgens
het pictogram INSTELLINGEN .
Selecteer de menuoptie Spraak in-/
uitvoer om het betreffende submenu
te openen.
Page 85 of 149
Spraakherkenning85
Vertrouwelijkheidsdrempel
Afhankelijk van de gekozen optie in
het corresponderende submenu, kan
de spraakherkenning 'resoluter' zijn in het interpreteren van uw comman‐
do's.
Selecteert u Meer bevestigen , dan
vraagt het systeem u relatief vaker
om uw commando's te bevestigen.
Het systeem zal dus in de meeste ge‐
vallen de juiste actie uitvoeren.
Selecteert u Minder bevestigen , dan
vraagt het systeem u relatief minder
vaak om uw spraakinvoer te bevesti‐
gen. Dit betekent dat het systeem uw
commando's soms verkeerd zal be‐
grijpen en dus niet de juiste handeling uitvoert.
Let op
Als u de spraakherkenning start, kan
het een voordeel zijn om de Meer
bevestigen -instelling te gebruiken.
Als u meer ervaring hebt met het
systeem, d.w.z weet hoe u de com‐
mando's moet uitspreken zodat de
spraakherkenning u goed begrijpt,
kan het handiger zijn om de Minder
bevestigen -instelling te gebruiken.Lengte waarschuwing
De lengte en gedetailleerdheid van
de vragen en meldingen van het
spraakherkenningssysteem kunnen in het corresponderende submenuworden geregeld.Snelheid audiomelding
De snelheid waarmee het spraakher‐ kenningsmenu vragen stelt en mel‐
dingen doet kan in het corresponde‐
rende submenu worden ingesteld.
Kiest u Medium , dan komt de spreek‐
snelheid van het systeem overeen
met natuurlijke spraak.
Let op
Als u de spraakherkenning start, kan
het een voordeel zijn om de Lang-
instelling te gebruiken. Als u meer
ervaring hebt met het systeem, kan
het voordelen hebben om de instel‐
ling Kort te gebruiken.Spraakdoorschakel-toepassing
Via de spraakdoorschakel-toepas‐
sing van het Infotainmentsysteem
hebt u toegang tot de spraakherken‐
ningscommando's op uw smart‐
phone. Zie de gebruikershandleiding
van uw smartphone om te controleren of uw smartphone deze functie on‐
dersteunt.
Bediening Geïntegreerde
spraakherkenning
Spraakherkenning activeren Let op
Tijdens een actief telefoongesprek is
spraakherkenning niet beschikbaar.Activeren door de knop w op het stuur
in te drukken
Druk op de knop w links op het stuur.
Page 86 of 149
86Spraakherkenning
Het audiosysteem wordt onderdrukt,
u wordt geïnstrueerd om een com‐
mando te zeggen en op het Driver In‐
formation Center verschijnt een help‐
menu met de belangrijkste comman‐
do's die momenteel beschikbaar zijn.
Een pieptoon geeft aan dat de
spraakherkenning gereed is voor
spraakinvoer. Het spraakherken‐
ningssymbool in de rechter boven‐
hoek van het helpmenu verandert van
wit naar rood.
U kunt nu een spraakcommando ge‐
ven om een systeemfunctie direct te
starten (zoals een voorkeuzezender
afspelen) of een dialoogreeks te star‐
ten met een aantal dialoogstappen
(zoals voor het invoeren van een be‐
stemmingsadres); zie "Bediening via
spraakcommando's" verderop.
Nadat een dialoogreeks voltooid is,
wordt de spraakherkenning automa‐
tisch gedeactiveerd. Om een andere
dialoogreeks te starten moet u de
spraakherkenning weer activeren.Activeren via de schermtoets
SPRAAK op het middendisplay
Selecteer de schermtoets SPRAAK in
de interactieve selectiebalk van een
van de hoofdmenu's op het midden‐
display.
Het audiosysteem wordt onderdrukt,
u wordt gevraagd een commando te
zeggen en op het middendisplay ver‐ schijnt een helpmenu met de belang‐
rijkste commando's die momenteel
beschikbaar zijn.
Een pieptoon geeft aan dat de
spraakherkenning gereed is voor
spraakinvoer. Het spraakherken‐
ningssymbool rechts in het helpmenu
verandert van zwart naar rood.
U kunt nu een spraakcommando ge‐
ven. Zie bovenstaande beschrijving.
Regelen van het volume van de
gesproken instructies
Druk de knop ! / # rechts op het
stuur naar omhoog (hoger volume) of omlaag (lager volume).
Page 87 of 149
Spraakherkenning87
Een gesproken instructie
onderbreken
Als ervaren gebruiker kunt u een ge‐
sproken instructie onderbreken door
kort op de w-knop op het stuur te
drukken.
Er klinkt een piep en het spraakher‐ kenningssymbool wordt rood. U kuntnu direct een commando inspreken.
Een dialoogreeks annuleren
Er zijn diverse mogelijkheden om een dialoog te annuleren en om de
spraakherkenning te deactiveren:
■ Zeg " Annuleren " of "Exit".
■ Druk op de n-knop links op het
stuur.
■ Als de spraakherkenningssessie via de schermtoets SPRAAK op het
middendisplay hebt gestart, dan
kunt u ook:
◆ De knop ; op het instrumenten‐
paneel indrukken.
◆ Selecteer de schermtoetsen m
of Verl. in het helpmenu.In de volgende situaties wordt een
dialoogreeks automatisch geannu‐
leerd:
■ Als u gedurende een bepaalde tijd geen commando zegt (standaard
wordt u driemaal gevraagd een
commando te zeggen).
■ Als u commando's zegt die niet door het systeem worden herkend
(standaard wordt u driemaal ge‐
vraagd een juist commando te zeg‐ gen).
Bediening via spraakcommando's
De spraakherkenning herkent com‐
mando's die op natuurlijke wijze in
een zin worden uitgesproken, of di‐
recte commando's om de toepassing
en actie te starten.
Voor een optimaal resultaat: ■ Luister naar de gesproken instruc‐ tie en wacht op de pieptoon voor u
een commando uitspreekt of ant‐
woord geeft.
■ Zeg " Help" of lees een van de voor‐
beeldcommando's in het scherm voor.■ U kunt de gesproken vraag onder‐ breken door nogmaals op de toets
w te drukken.
■ Wacht op de pieptoon en spreek het commando op natuurlijke wijze
uit, niet te snel, niet te langzaam.
Gebruik korte en directe comman‐
do's.
Telefoon- en audiocommando's zijn
gewoonlijk enkelvoudige comman‐
do's. Bijvoorbeeld: "Bel David Smit op het werk", "Afspelen" gevolgd door de artiest of songtitel, of "Afstemmen op"
gevolgd door de frequentie en golf‐
band.
Navigatiebestemmingen zijn echter
te complex voor een enkelvoudig
commando. Begin met het uitspreken van een commando dat het type be‐
stemming weergeeft, bijvoorbeeld
"Routebegeleiding naar een adres", "Navigeer naar een kruising", "Zoek
een markant punt" of "Routebegelei‐
ding naar een contactpersoon". Het
systeem reageert door nadere details
te vragen.
Page 88 of 149
88Spraakherkenning
Bij het zoeken naar een "Markant
punt" kunt u alleen grote ketens bij naam noemen. Ketens zijn bedrijven
met ten minste 20 bedrijfslocaties.
Voor overige markante punten
(POI's), zegt u de naam van een ca‐
tegorie zoals "Restaurants", "Winkel‐ centra" of "Ziekenhuizen".
Directe commando's worden door het systeem beter herkend, bv. "Bel
01234567". Voorbeelden van derge‐
lijke directe commando's vindt u in de meeste schermen wanneer er eenspraakherkenningssessie actief is.
Zegt u "Telefoon" of "Telefooncom‐
mando's", dan begrijpt het systeem
dat er een telefoongesprek wordt
aangevraagd en reageert het met de
betreffende vragen tot er voldoende
gegevens zijn vergaard. Is het tele‐
foonnummer met een naam en een
plaatsnaam opgeslagen, dan moet
het directe commando beide gege‐
vens bevatten, bijvoorbeeld "Bel Da‐
vid Smit op het werk".Lijstopties selecteren
Als er een lijst wordt weergegeven,
wordt u gevraagd om een optie te kie‐
zen of te bevestigen. U kunt handma‐
tig een optie selecteren, of het bijbe‐
horende regelnummer uitspreken.
De lijst in een spraakherkenningssys‐ teem werkt op dezelfde wijze als lijs‐
ten in andere schermen. Door hand‐
matig door de lijst te bladeren tijdens
een spraakherkenningssessie wordt
de actuele spraakherkenningssessie
tijdelijk onderbroken en verschijnt de instructie "Selecteer uit de lijst met de
handmatige bedieningselementen,
druk op de console op back (terug) of druk op de schermtoets terug om het
opnieuw te proberen".
Is er binnen 15 seconden geen hand‐
matige invoer, dan wordt de spraak‐
herkenningssessie beëindigd, ver‐ schijnt er een melding en wordt het
vorige scherm opnieuw weergege‐
ven.Het commando "Terug"
Om terug te keren naar het vorige
menu kunt u " Terug" zeggen, op het
instrumentenpaneel op k BACK
drukken of op de schermtoets m
drukken.Het commando "Help"
Nadat u " Help" heb gezegd, klinkt de
help-instructie voor het huidige scherm. De instructie verschijnt ook
op het scherm.
Afhankelijk van de wijze waarop de
spraakherkenning werd geactiveerd,
verschijnt de help-instructie in het Dri‐
ver Information Center of op het mid‐
dendisplay.
Druk op de w-knop om de help-in‐
structie te onderbreken. U hoort een
pieptoon. U kunt nu een commando
geven.
Spraakdoorschakel-toepassing
Spraakherkenning activeren
Selecteer het pictogram TELEFOON
(met microfoonsymbool) in het Start‐
scherm. Het menu van de spraak‐
doorschakel-toepassing verschijnt.
Page 89 of 149
Spraakherkenning89
Selecteer de schermtoets Start om
een spraakherkenningssessie te star‐
ten.
Na de pieptoon kunt u direct een com‐ mando geven. Raadpleeg de gebrui‐
kershandleiding van uw smartphone
voor een lijst met ondersteunde com‐ mando's.
Tijdens een spraakherkenningsses‐
sie verandert het display van het In‐
fotainmentsysteem niet.
Uitzondering: Als u een telefoonge‐
sprek via een spraakcommando start,
wordt het telefoonmenu van het Info‐
tainmentsysteem weergegeven en
blijft dit tijdens het gehele gesprek be‐
schikbaar voor handmatige interactie.
Een gesproken instructie
onderbreken
Als ervaren gebruiker kunt u een ge‐
sproken instructie onderbreken door
op de schermtoets Stoppen te druk‐
ken.
Spraakherkenning deactiveren
Selecteer de knop Verl. op het
scherm. Het Startscherm van het In‐
fotainmentsysteem wordt opnieuw
weergegeven.
Page 90 of 149
90TelefoonTelefoonAlgemene aanwijzingen...............90
Bluetooth-verbinding ....................91
Noodoproep ................................. 93
Bediening ..................................... 94
Mobiele telefoons en
CB-zendapparatuur ....................98Algemene aanwijzingen
Het telefoonportaal biedt u de moge‐
lijkheid om via een microfoon en de
luidsprekers van de auto telefoonge‐
sprekken te voeren en met het info‐
tainmentsysteem van de auto de be‐
langrijkste functies van de mobiele te‐
lefoon te bedienen. Om het telefoon‐
portaal te kunnen gebruiken, moet de mobiele telefoon via Bluetooth met
het Infotainmentsysteem verbonden
zijn.
Niet alle functies van de telefoon wor‐ den door elke mobiele telefoon on‐
dersteund. Welke telefoonfuncties
bruikbaar zijn, hangt af van de des‐
betreffende mobiele telefoon en van
de netwerkprovider. Verdere informa‐
tie hierover vindt u in de gebruikers‐
handleiding van uw mobiele telefoon.
U kunt hierover ook informatie vragen bij uw netwerkprovider.Belangrijke informatie voor de
bediening en de
verkeersveiligheid9 Waarschuwing
Mobiele telefoons hebben invloed
op uw omgeving. Daarom zijn er
veiligheidsvoorschriften en richtlij‐
nen opgesteld. Alvorens gebruik
te maken van de telefoonfunctie
dient u op de hoogte te zijn van de desbetreffende richtlijnen.
9 Waarschuwing
Het gebruik van de telefoon in
handsfree-modus tijdens het rij‐
den kan gevaarlijk zijn doordat uw concentratie afneemt tijdens het
telefoneren. Parkeer uw auto