Peugeot 308 2015 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2015, Model line: 308, Model: Peugeot 308 2015Pages: 416, PDF Size: 10.64 MB
Page 181 of 416

179
308_nl_Chap05_visibilite_ed01-2015
Het automatisch in- en uitklappen
van de buitenspiegels kan worden
gedeactiveerd door het PEUGEOT-
netwerk of door een gekwalificeerde
werkplaats.
F
V
an buitenaf: ontgrendel de auto met de
elektronische sleutel of met het "Keyless
entry and start"-systeem.
F
V
anuit het interieur: trek bij aangezet
contact de schakelaar A vanuit de
middelste stand naar achteren.
Uitklappen
Inklappen
F Van buitenaf: vergrendel de auto met de
elektronische sleutel of met het "Keyless
entry and start"-systeem.
F
V
anuit het interieur: trek bij aangezet
contact de schakelaar A vanuit de
middelste stand naar achteren.
Als de buitenspiegels zijn ingeklapt met behulp
van de schakelaar A, worden ze niet automatisch
uitgeklapt als de auto wordt ontgrendeld. Trek
nogmaals de schakelaar A naar achteren om de
buitenspiegels uit te klappen.
Indien nodig kunnen de buitenspiegels
handmatig worden ingeklapt.
5
Zicht
Page 182 of 416

180
308_nl_Chap05_visibilite_ed01-2015
Binnenspiegel
Verstelbare spiegel voor het zicht recht achter
de auto.
De binnenspiegel is voorzien van een
antiverblindingsstand waardoor de spiegel
donkerder wordt en de bestuurder minder
hinder ondervindt van bijvoorbeeld de zon
en van de koplampen van achteropkomend
verkeer.Binnenspiegel met handbediende dag-/nachtstand
Verstellen
F Stel de spiegel af als deze in de dagstand staat.
Zodra de achteruitversnelling wordt
ingeschakeld, wordt de spiegel in de
dagstand gezet voor een maximaal
zicht naar achteren.
Dag-/nachtstand
F Trek aan het hendeltje om de spiegel in de nachtstand te zetten.
F
D
uw het hendeltje naar voren om de
spiegel terug te zetten in de dagstand.
Automatisch dimmende binnenspiegel
Dankzij een sensor die de hoeveelheid licht die
vanaf de achterzijde van de auto op de spiegel
valt meet, gaat de binnenspiegel geleidelijk en
automatisch over van de dag- in de nachtstand.
Zicht
Page 183 of 416

181
308_nl_Chap05_visibilite_ed01-2015
Ver lic htingMet de lichtschakelaar kunt u de verlichting en signalering van de auto selecteren en inschakelen.
Hoofdverlichting
Uw auto is voorzien van verschillende
verlichtingsfuncties:
-
p
arkeerlicht: om gezien te worden,
-
d
imlicht: voor een optimaal zicht zonder
medeweggebruikers te verblinden,
-
g
rootlicht: voor een optimaal zicht op
wegen zonder ander verkeer.
Aanvullende verlichting
Uw auto is voorzien van aanvullende verlichting
voor specifieke rijomstandigheden:
-
m
istachterlichten: voor een optimale
zichtbaarheid van achteren bij mist,
-
m
istlampen vóór: voor extra zicht bij mist
en voor een optimale verlichting van
kruispunten en tijdens parkeermanoeuvres,
-
d
agrijverlichting: voor een betere
zichtbaarheid van uw auto overdag.
Automatische functies
Het verlichtingssysteem van uw auto heeft
verschillende extra automatische functies die
afzonderlijk kunnen worden ingesteld:
-
f
ollow me home-verlichting
(via de afstandsbediening),
-
instapverlichting,
-
dagrijverlichting,
-
a
utomatische verlichting.
5
Zicht
Page 184 of 416

182
308_nl_Chap05_visibilite_ed01-2015
Uitvoering zonder automatische inschakeling
Uitvoering met automatische inschakeling
Ring voor de selectie van de
stand van de hoofdverlichting
Draai aan de ring om het symbool van de gewenste
stand tegenover het merkteken te zetten.
Lichten uit.
Automatische verlichting.
Alleen parkeerlicht.
Dimlicht of grootlicht.
Grootlichtschakelaar
Als de verlichting is uitgeschakeld of wanneer
alleen de parkeerlichten zijn ingeschakeld, kunt
u een lichtsignaal geven door de hendel naar u
toe te trekken.
Verklikkerlampjes
Een verklikkerlampje op het
instrumentenpaneel geeft aan dat de
geselecteerde verlichting is ingeschakeld. Trek de hendel naar u toe om over te schakelen
van dim- naar grootlicht en terug.
Zicht
Page 185 of 416

183
308_nl_Chap05_visibilite_ed01-2015
Ring voor de selectie van de mistverlichting
De mistachterlichten werken als minimaal de parkeerlichten zijn ingeschakeld.
De mistlampen vóór werken als de dimlichten zijn ingeschakeld (handmatig of in de stand AUTO).
Mistlampen vóór en
mistachterlichten
Als de verlichting automatisch wordt
uitgeschakeld (uitvoeringen met automatische
verlichting) of als het dimlicht handmatig wordt
uitgeschakeld, blijven de mistverlichting en de
parkeerlichten branden.
F
D
raai de ring naar achteren om de
mistverlichting uit te schakelen.
De parkeerlichten worden dan ook
uitgeschakeld.
Uitsluitend één
mistachterlicht
F Draai de ring naar voren om het mistachterlicht in te schakelen.
Wanneer de verlichting automatisch wordt
uitgeschakeld (uitvoeringen met de stand
AUTO), blijven het mistachterlicht en het
dimlicht branden.
F
D
raai de ring naar achteren om het
mistachterlicht uit te schakelen. Verdraai de ring:
F
é én stand naar voren om de mistlampen
vóór in te schakelen,
F
t
wee standen naar voren om de
mistachterlichten in te schakelen,
F
é
én stand naar achteren om de
mistachterlichten uit te schakelen,
F
t
wee standen naar achteren om de
mistlampen vóór uit te schakelen.
5
Zicht
Page 186 of 416

184
308_nl_Chap05_visibilite_ed01-2015
Bij helder of regenachtig weer,
zowel overdag als 's nachts,
zijn de mistlampen vóór en de
mistachterlichten verblindend voor
medeweggebruikers en daarom niet
toegestaan. Gebruik de mistlampen
vóór en de mistachterlichten uitsluitend
bij mist of sneeuwval.
Onder deze weersomstandigheden
dient u de mistlampen en het dimlicht
handmatig in te schakelen, omdat
de lichtsensor voldoende licht kan
waarnemen.
Vergeet niet de mistlampen uit te zetten
zodra ze niet meer nodig zijn.Vergeten verlichting
Als het contact is afgezet, de verlichting
handmatig is ingeschakeld en een van
de voorportieren wordt geopend, klinkt
een geluidssignaal om aan te geven dat
de verlichting nog brandt.
Het geluidssignaal stopt zodra de
verlichting wordt uitgeschakeld.
Als de dimlichten bij afgezet contact
blijven branden, gaat de auto over in
de ECO -mode om het ontladen van de
accu te voorkomen.Onder bepaalde weersomstandigheden
(lage temperatuur, vochtigheid) kan zich
een laagje condens aan de binnenzijde
van de koplampen en de achterlichten
vormen; dit verdwijnt enkele minuten na
het ontsteken van de koplampen.
Als het contact wordt afgezet, wordt
de verlichting gedoofd, maar kunt u de
verlichting altijd weer inschakelen met
de lichtschakelaar.
Zicht
Page 187 of 416

185
308_nl_Chap05_visibilite_ed01-2015
Dagrijverlichting
(LED-verlichting)
Bij het starten van de motor wordt deze
verlichting automatisch ingeschakeld als de
lichtschakelaar in de stand "0" of " AUTO " staat. Deze functie zorgt ervoor dat na het afzetten
van het contact de dimlichten nog even blijven
branden om het uitstappen in het donker te
vergemakkelijken.
Handbediende follow me
home-verlichting
Inschakelen
F Geef bij afgezet contact een "lichtsignaal"
met de lichtschakelaar.
F
G
eef nogmaals een "lichtsignaal" om de
functie uit te schakelen.
Uitschakelen
Na het vergrendelen van de auto wordt de
handbediende follow me home-verlichting na
een bepaalde tijd automatisch uitgeschakeld.
5
Zicht
Page 188 of 416

186
308_nl_Chap05_visibilite_ed01-2015
Automatische verlichting
Inschakelen
F Draai de ring in de stand "AUTO". Het
activeren van de functie wordt bevestigd
door een melding.
Met behulp van een lichtsensor worden de
kentekenplaatverlichting, het achterlicht en
het dimlicht automatisch ingeschakeld als de
lichtsterkte van de omgeving onvoldoende is.
De verlichting kan ook, in geval van neerslag,
gelijktijdig met het automatisch inschakelen van
de ruitenwissers vóór worden ingeschakeld.
De verlichting wordt uitgeschakeld als de
lichtsterkte van de omgeving weer voldoende is
of nadat het wissen is gestopt.
Uitschakelen
F Draai de ring in een andere stand.
Het uitschakelen van de functie wordt
bevestigd door een melding.
Storing
Bij een storing in de lichtsensor
gaat de verlichting branden, wordt
dit pictogram weergegeven op het
Bij mist of sneeuw kan de lichtsensor
ten onrechte voldoende licht
waarnemen; de verlichting wordt dan
niet automatisch ingeschakeld.
Dek de met de regensensor
gecombineerde lichtsensor, die zich in
het midden van de voorruit achter de
binnenspiegel bevindt, niet af. De aan
de sensor gekoppelde functies worden
dan niet meer bediend.
Automatische follow me
home-verlichting
Als de functie automatische verlichting
is geactiveerd, wordt onder donkere
omstandigheden het dimlicht automatisch
ingeschakeld bij het afzetten van het contact.
Het in- of uitschakelen van de functie en de
tijdsduur van de follow me home-verlichting
zijn in te stellen via het menu "Rijhulpsysteem"
en vervolgens " Configuratie auto " op de
secundaire pagina.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats. instrumentenpaneel in combinatie met een
geluidssignaal en/of een melding.
Zicht
Page 189 of 416

187
308_nl_Chap05_visibilite_ed01-2015
Om de toegang tot de auto te vergemakkelijken,
worden de volgende delen verlicht:
-
h
et oppervlak naast het bestuurders- en
het passagiersportier,
-
h
et oppervlak voor de buitenspiegels en
achter de voorportieren.
Verlichting spiegels
Inschakelen
De instapverlichting wordt ingeschakeld:
- bij het ontgrendelen,
-
b
ij het afzetten van het contact,
-
b
ij het openen van een portier,
-
b
ij het lokaliseren van de auto via de
afstandsbediening.
Uitschakelen
De verlichting dooft na een bepaalde tijd automatisch.
Instapverlichting buitenzijde
De instapverlichting is bedoeld om op donkere plaatsen het lokaliseren van de auto en het
instappen te vergemakkelijken. De instapverlichting is actief als de lichtschakelaar in de stand
" AUTO " staat en de lichtsensor weinig omgevingslicht detecteert.
Inschakelen
F Druk op het geopende hangslot
van de afstandsbediening of op
de portiergreep van een van de
voorportieren met het "Keyless
entry and start"-systeem.
H
et dimlicht en het parkeerlicht
gaan branden en uw auto wordt
gelijktijdig ontgrendeld.
Uitschakelen
De instapverlichting buitenzijde gaat na een
bepaalde tijd automatisch uit of gaat uit na het
afzetten van het contact of het vergrendelen
van de auto.
Programmeren
Het in- en uitschakelen van de functie
instapverlichting en de duur van het branden
van de instapverlichting kan worden ingesteld
via de menu's " Rijhulpsystemen " en
" Configuratie auto ".
5
Zicht
Page 190 of 416

188
308_nl_Chap05_visibilite_ed01-2015
Halogeenkoplampen"Full led"-koplampen
Handmatige verstelling
In het geval van een storing
verschijnt dit pictogram op het
instrumentenpaneel, in combinatie met
een geluidssignaal en een melding.
Om verblinding van andere weggebruikers te
voorkomen corrigeert dit systeem automatisch
de hoogte van de lichtbundel van de "full led"-
lampen, afhankelijk van de belading van de auto.
Raak in het geval van een storing de "full led"-
lampen niet aan. Raadpleeg het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.Stand "0": basisinstelling. Het systeem zet in dat geval de koplampen in
de lage stand.
Reizen naar het buitenland
Wanneer u uw auto gaat gebruiken
in een land waarin het verkeer aan
de andere kant van de weg rijdt,
moet de afstelling van de dimlichten
worden gewijzigd om te voorkomen dat
tegemoetkomend verkeer wordt verblind.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
Verstel de koplampen met halogeenlampen
afhankelijk van de belading van uw auto
om verblinding van medeweggebruikers te
voorkomen.
0
Bes
tuurder of bestuurder + voorpassagier.
-
B
estuurder + voorpassagier +
achterpassagiers.
1
5
personen.
-
5
personen + belading in de bagageruimte.
2
B
estuurder + belading in de bagageruimte.
Automatische verstelling
Zicht