Peugeot 308 2018 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2018, Model line: 308, Model: Peugeot 308 2018Pages: 324, PDF Size: 10.83 MB
Page 101 of 324

99
Airbag vóór aan
passagierszijde uitschakelen
Plaats nooit een kind in een kinderzitje
"met de rug in de rijrichting" op de
voorpassagiersstoel als de airbag vóór
aan passagierszijde is ingeschakeld.
Het kind kan in dat geval bij een aanrijding
levensgevaarlijk gewond raken.
Dit voorschrift wordt tevens vermeld op de
waarschuwingssticker aan beide zijden van de
zonneklep aan passagierszijde.
Conform de wettelijke voorschriften wordt deze
waarschuwing in alle benodigde talen vermeld. Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over de airbags
.
Uitschakelen van de airbag
vóór aan passagierszijde
Alleen de airbag aan passagierszijde kan
worden uitgeschakeld: F
Z
et het contact af en steek de sleutel in
de schakelaar voor het uitschakelen van de
airbag aan passagierszijde.
F
D
raai deze in de stand OFF
.
F
H
oud de schakelaar in deze stand en
verwijder de sleutel.
Bij het aanzetten van het contact brandt
dit lampje in het pictogrammendisplay
voor de veiligheidsgordels. Het
blijft branden zolang de airbag is
uitgeschakeld.
Schakel voor de veiligheid van uw kind de
airbag aan passagierszijde altijd uit als u
een kinderzitje met de rug in de rijrichting
op de voorstoel plaatst.
Anders kan een kind bij het afgaan van de
airbag levensgevaarlijk gewond raken.
Opnieuw inschakelen airbag
vóór aan passagierszijde
Als u het kinderzitje hebt ver wijderd, zet dan
met afgezet contact de schakelaar weer op
ON om de airbag opnieuw in te schakelen
en zo de veiligheid van uw voorpassagier te
garanderen.
Bij het aanzetten van het contact gaat
dit lampje in het pictogrammendisplay
voor de veiligheidsgordels gedurende
ongeveer één minuut branden om
aan te geven dat de airbag vóór aan
passagierszijde is ingeschakeld.
5
Veiligheid
Page 102 of 324

100
Aanbevolen kinderzitjes
Goedgekeurde reeks aanbevolen kinderzitjes
die met een driepuntsveiligheidsgordel
kunnen worden vastgemaakt.
Groep 0+: vanaf de geboor te tot 13
kg
L1
"RÖMER Baby-Safe Plus"
Wordt met de rug in de rijrichting geplaatst. Categorie 2 en 3: van 15 tot 36
kg
L4
"KLIPPAN Optima"
Vanaf 22
kg (vanaf ongeveer 6 jaar): gebruik
alleen de zitverhoging. Categorie 2 en 3: van 15 tot 36
kg
L5
"RÖMER KIDFIX XP"
Kan aan de ISOFIX-verankeringen van de auto worden bevestigd.
Het kind wordt beschermd door de veiligheidsgordel.
Veiligheid
Page 103 of 324

101
Tabel voor het bevestigen van kinderzitjes met de veiligheidsgordel
Overeenkomstig de Europese wetgeving toont dit overzicht de mogelijkheden voor het bevestigen met de veiligheidsgordel van een universeel
gehomologeerd kinderzitje (a) in uw auto, gerangschikt naar het gewicht van het kind en de plaats in de auto.
Gewicht van het kind/leeftijdsindicatie
Zitplaats Tot 13
kg
(groep
0 (b) e n 0 +)
Tot ongeveer 1
jaar9 -18
kg
(g r o e p 1)
Van 1 tot ongeveer 3
jaar15 -25
kg
(groep 2)
Van 3 tot ongeveer 6
jaar22-36
kg
(groep 3)
Van 6 tot ongeveer 10
jaar
Voorpassagiersstoel (c) (d) met
hoogteverstelling en zonder
hoogteverstelling (waarbij de
rugleuning rechtop moet staan) U (R)
U (R)U (R)U (R)
Berline
Buitenste zitplaatsen achter (e) U
UUU
Middelste zitplaats achter (e) U (f )U (f ) XX
SW
Buitenste zitplaatsen achter (e)U UUU
Middelste zitplaats achter (e) XXXX
5
Veiligheid
Page 104 of 324

102
(e)Als u een kinderzitje met de rug of het
gezicht in de rijrichting op een achterzitplaats
bevestigt, moet u de voorstoel naar voren
schuiven en de rugleuning er van rechtop
zetten zodat er voldoende ruimte is voor het
kinderzitje en de benen van het kind.
(f )Een kinderzitje met steun mag nooit op de
middelste zitplaats achter worden bevestigd.
Ver wijder de hoofdsteun en berg hem
op alvorens een kinderzitje met een
rugleuning te bevestigen op een zitplaats.
Plaats de hoofdsteun terug zodra het
kinderzitje is verwijderd.
ISOFIX-bevestigingen
Uw auto voldoet aan de laatste ISOFIX-
normen .
De hieronder aangegeven zitplaatsen zijn
uitgerust met de voorgeschreven ISOFIX-
bevestigingen.
Deze ringen bevinden zich achter
afdekplaatjes (Berline) of ritssluitingen
(SW).
Om deze te bereiken:
F
M
aak het afdekplaatje los door het
naar voren te trekken en scharnier het
vervolgens omhoog (Berline).
F
T
rek de ritssluitingen omhoog om deze
te openen (SW).
U
Zitplaats geschikt voor de bevestiging
van een universeel gehomologeerd
kinderzitje met een veiligheidsgordel,
zowel "met de rug in de rijrichting" als
"met het gezicht in de rijrichting".
U (R) Als U, waarbij de stoel van de auto in de
hoogste stand en zo ver mogelijk naar
achteren moet staan.
X Zitplaats die niet geschikt is voor
een kinderzitje voor de aangegeven
gewichtscategorie.
(a) Universeel kinderzitje: kinderzitje dat in
alle auto's met de veiligheidsgordel kan
worden bevestigd.
(b) Groep 0: vanaf de geboorte tot 10
kg.
Reiswiegen en "autobedjes" mogen
niet op de voorpassagiersstoel worden
bevestigd.
(c) Raadpleeg de wettelijke bepalingen van
uw land alvorens een kinderzitje op deze
plaats te bevestigen.
(d) Als een kinderzitje "met de rug in de
rijrichting" op de voorpassagiersstoel
is bevestigd, moet de airbag vóór aan
passagierszijde worden uitgeschakeld.
Anders kan een kind bij het afgaan
van de airbag levensgevaarlijk gewond
raken.
Wanneer u een kinderzitje met
het gezicht in de rijrichting op de
voorpassagiersstoel plaatst, mag u de
airbag vóór aan passagierszijde niet
uitschakelen.Elke zitplaats is voorzien van drie
bevestigingsringen:
Twee bevestigingsringen A , die zich tussen de
rugleuning en de zitting van de zitplaats bevinden,
aangegeven met een ISOFIX-merkteken.
Veiligheid
Page 105 of 324

103
Gebruik niet de bevestigingsogen voor het
bagagenet (Berline) of de sjorogen (SW)
die zich aan de zijkanten van de vloer van
de bagageruimte bevinden.
Eén bevestigingsring B in de bagageruimte
(voorzien van een etiket) die TOP TETHER wordt
genoemd, voor de bevestiging van de bovenste
riem.
Aan deze bevestigingsring wordt de TOP TETHER
van kinderzitjes (indien aanwezig) vastgemaakt. Dit
systeem beperkt het naar voren kantelen van het
kinderzitje bij een frontale aanrijding.
De TOP TETHER bevindt zich op de vloer van de
bagageruimte, achter de rugleuningen.
Met de ISOFIX-bevestigingen kan een
kinderzitje veilig, degelijk en snel in uw auto
worden gemonteerd.
De ISOFIX-kinderzitjes beschikken over twee
sloten die eenvoudig aan de twee ringen A
kunnen worden verankerd. Kinderzitje vastmaken aan de TOP TETHER
:
-
v
er wijder de hoofdsteun en berg hem op
alvorens het kinderzitje op deze zitplaats
te bevestigen (plaats de hoofdsteun terug
zodra het kinderzitje is verwijderd),
-
v
oer de riem van het kinderzitje over
de rugleuning van de zitplaats, tussen
de openingen voor de pennen van de
hoofdsteun door,
-
b
evestig de aansluiting van de bovenste
riem aan het bevestigingsoog B ,
-
t
rek de bovenste riem strak.
Bij een onjuist geplaatst kinderzitje is
de bescherming van het kind bij een
aanrijding niet meer gewaarborgd.
Volg nauwkeurig de montagevoorschriften
in de handleiding die bij het kinderzitje is
geleverd.
Raadpleeg het overzicht voor de
bevestiging van ISOFIX-kinderzitjes
in uw auto, waarin staat vermeld
welke kinderzitjes voor uw auto zijn
gehomologeerd. Als uw auto is voorzien van een reser vewiel
met dezelfde afmetingen als de overige wielen
van de auto, moet u deze procedure volgen:
F
v
oer de riem en de haak via de opening
door de vloer van de bagageruimte,
F
t
il de vloer van de bagageruimte op,
F
v
er wijder de bovenste opbergbak die naast
het wiel is aangebracht,
F
z
et de haak vast aan de TOP TETHER
-ring,
F
p
laats de opbergbak en de vloer van de
bagageruimte terug.
Sommige kinderzitjes zijn bovendien voorzien
van een bovenste riem
die kan worden
vastgemaakt aan de ring B .
5
Veiligheid
Page 106 of 324

104
Aanbevolen ISOFIX-
kinderzitjes
Raadpleeg voor het aanbrengen en
verwijderen van het kinderzitje de
montage-instructies van de fabrikant.
" RÖMER Baby- Safe Plus met ISOFIX-
basis"
(lengtecategorie: E )
Groep 0+: vanaf geboor te tot 13
kg.
Dit kinderzitje wordt met de rug in de
rijrichting geplaatst met behulp van een ISOFIX-basis die aan de ogen A wordt bevestigd.
De basis is voorzien van een in hoogte
verstelbare steun die op de vloer van de auto rust.
Dit kinderzitje kan ook worden bevestigd met een veiligheidsgordel. In dat geval wordt het
zitje zonder basis met de driepuntsgordel op de zitplaats van de auto bevestigd. "
Baby P2C Midi met ISOFIX-basis "
(lengtecategorie: D, C, A, B, B1 )
Groep 1: 9 -18 kg
Dit kinderzitje wordt met de rug in de rijrichting
geplaatst met behulp van een ISOFIX-basis die aan de ogen A wordt bevestigd.
De basis is voorzien van een in hoogte
verstelbare steun die op de vloer van de auto rust.
Dit kinderzitje kan ook "met het gezicht in de rijrichting" worden geplaatst.
Dit kinderzitje kan niet met een
veiligheidsgordel worden vastgezet.
We adviseren u het zitje voor kinderen tot
3
jaar "met de rug in de rijrichting" te plaatsen.
RÖMER Duo Plus ISOFIX (lengtecategorie: B1 )
Groep 1: van 9 tot 18
kg
Dit zitje wordt uitsluitend met het gezicht in de rijrichting geplaatst.
Het wordt verankerd aan de ringen A en, met de bovenste riem, aan de ring B , de TOP
TETHER.
3 kantelstanden: rechtop, ruststand en ligstand.
Dit kinderzitje kan ook worden gebruikt op
zitplaatsen die niet zijn voorzien van ISOFIX- bevestigingspunten. In dat geval moet het
zitje met de driepuntsveiligheidsgordel op de stoel van de auto worden bevestigd. Stel de
voorstoel zo af dat de voeten van het kind de rugleuning niet kunnen raken.
Veiligheid
Page 107 of 324

105
Zitplaatsen geschikt voor ISOFIX-kinderzitjes
Overeenkomstig de Europese wetgeving geeft dit overzicht de mogelijkheden aan voor het bevestigen van een ISOFIX-kinderzitje op een plaats in de
auto voorzien van ISOFIX-bevestigingen.
Bij universele en semi-universele ISOFIX-kinderzitjes wordt de ISOFIX-maat op het kinderzitje naast het ISOFIX-logo aangegeven met een letter
(A t /m G ).
Gewicht van het kind/leeftijdsindicatie
Tot 10
kg
(groep 0)
Tot ongeveer 6
maandenTot 10
kg
(groep 0) Tot 13
kg
(groep 0+)
Tot ongeveer 1
jaar9-18
kg (groep 1)
Van 1 tot ongeveer 3
jaar
Type ISOFIX-kinderzitje Reiswiegrug in de rijrichting rug in de rijrichting gezicht in de rijrichting
ISOFIX-lengtecategorie F G C D E C D A B B1
Voorpassagiersstoel Geen ISOFIX
Berline
Buitenste zitplaatsen achter IL- SU
(a+b) IL- SU
(c) IL- SU
(a) IL- SU
(c) IL- SU
(a) IUF
IL- SU
Middelste zitplaats achter Geen ISOFIX
5
Veiligheid
Page 108 of 324

106
Raadpleeg de desbetreffende rubriek
voor meer informatie over de ISOFIX-
bevestigingen en -kinderzitjes, en met
name over de bovenste riem (Top Tether).
Ver wijder de hoofdsteun en berg hem
op alvorens een kinderzitje met een
rugleuning te bevestigen op een zitplaats.
Plaats de hoofdsteun terug zodra het
kinderzitje is verwijderd.
IUF
Zitplaats geschikt voor de bevestiging
met behulp van de bovenste riem van
een universeel ISOFIX-kinderzitje "met
het gezicht in de rijrichting".
IL- SU Zitplaats geschikt voor de bevestiging
van een semi-universeel ISOFIX-
kinderzitje:
-
"
met de rug in de rijrichting",
bevestigd met behulp van een
bovenste riem of een steun,
-
"
met het gezicht in de rijrichting",
bevestigd met behulp van een
steun,
-
r
eiswieg voorzien van een bovenste
riem of een steun. (a)
Zet de niet in hoogte verstelbare stoel 1
stand naar voren naar de middenstand
voor verstelling in lengterichting. De
in hoogte verstelbare stoel moet in de
hoogste stand worden gezet.
(b) Als een reiswieg op en buitenste zitplaats
wordt bevestigd, kunnen de andere twee
zitplaatsen achter niet meer gebruikt
worden.
(c) De in hoogte verstelbare stoel moet in
de hoogste stand worden gezet. Zet de
niet in hoogte verstelbare stoel 5 standen
naar voren vanaf de middenstand voor de
verstelling in lengterichting.
SW
Buitenste zitplaatsen achter IL- SU
(a+b) IL- SU
(c) IL- SU
(a) IL- SU
(c) IL- SU
(a) IUF
IL- SU
Middelste zitplaats achter Geen ISOFIX
Veiligheid
Page 109 of 324

107
Kinderslot
Beide achterportieren zijn voorzien van een
mechanisch systeem om het openen van
binnenuit te verhinderen.
De knop bevindt zich in de achterrand van
beide achterportieren en het kinderslot werkt
op elk portier afzonderlijk.
Vergrendelen
Ontgrendelen
F Draai de knop met de geïntegreerde sleutel tot de aanslag:
-
n
aar rechts bij het linker achterportier,
-
n
aar links het rechter achterportier.
F
D
raai de knop met de geïntegreerde sleutel
tot de aanslag:
-
n
aar links bij het linker achterportier,
-
n
aar rechts bij het rechter achterportier.
Veiligheidsvoorschriften
Bij een onjuist geplaatst kinderzitje is
de bescherming van het kind bij een
aanrijding niet meer gewaarborgd.
Controleer of er geen veiligheidsgordel of
gesp van de veiligheidsgordel onder het
kinderzitje zit; dat zou de stabiliteit van het
zitje in gevaar kunnen brengen.
Zorg ervoor dat de veiligheidsgordels
of het tuigje van het kinderzitje, zelfs bij
korte ritten, worden vastgemaakt waarbij
de speling ten opzichte van het lichaam
van het kind zoveel mogelijk moet worden
beperkt.
Zorg er bij het bevestigen van het
kinderzitje met de veiligheidsgordel voor
dat de veiligheidsgordel correct tegen het
kinderzitje is gespannen en dat de gordel
het kinderzitje stevig op zijn plaats houdt.
Schuif de passagiersstoel, wanneer deze
versteld kan worden, indien nodig naar
voren.
Verwijder de hoofdsteun alvorens
een kinderzitje met een rugleuning te
plaatsen op een passagiersstoel.
Berg de hoofdsteun zorgvuldig op om te
voorkomen dat de hoofdsteun door de
auto vliegt bij krachtig afremmen. Plaats
de hoofdsteun terug zodra het kinderzitje
is verwijderd.
Kinderzitje achterin
Laat bij de achterzitplaatsen altijd voldoende
ruimte tussen de voorstoel en:
-
e
en kinderzitje dat met de rug in de
rijrichting wordt geplaatst,
-
d
e voeten van het kind wanneer het
kinderzitje in de rijrichting wordt geplaatst.
Schuif daartoe de voorstoel naar voren en zet
de rugleuning er van, indien nodig, rechter op.
Voor een optimale bevestiging van het
kinderzitje met "het gezicht in de rijrichting"
is het noodzakelijk dat de afstand tussen
de rugleuning van het kinderzitje en de
rugleuning van de stoel van de auto zo klein
mogelijk is.
Kinderen voorin
De regelgeving met betrekking tot
het ver voer van kinderen op de
voorpassagiersstoel verschilt per land.
Houd u aan de regels die gelden in het
land waar u zich bevindt.
Schakel de airbag vóór aan
passagierszijde uit zodra een kinderzitje
met de rug in de rijrichting op de
voorpassagiersstoelen wordt geplaatst.
Anders kan een kind bij het afgaan van de
airbag levensgevaarlijk gewond raken.
5
Veiligheid
Page 110 of 324

108
Plaatsen van een stoelverhoger
Het bovenste gedeelte van de
veiligheidsgordel moet over de schouder
van het kind liggen zonder de hals te
raken.
Controleer of de heupgordel goed over de
bovenbenen van het kind ligt.
Er wordt aanbevolen een stoelverhoger
met rugleuning te gebruiken voorzien
van een gordelgeleider ter hoogte van de
schouder.
Extra beveiliging
Gebruik de kinderbeveiliging om te
voorkomen dat de portieren en de
portierruiten achter per ongeluk geopend
worden.
Zorg er voor dat de achterzijruiten niet
verder dan voor 1/3 deel worden geopend.
Plaats zonneschermen op de achterste
zijruiten om jonge kinderen tegen de zon
te beschermen.
Laat uit veiligheidsoverwegingen:
-
g
een kinderen zonder toezicht achter
in een auto,
-
n
ooit een kind of een dier in een auto
achter wanneer alle ruiten gesloten zijn
en de auto in de zon staat,
-
d
e sleutels nooit binnen bereik van de
kinderen achter in de auto.
Veiligheid