reset Peugeot Boxer 2002.5 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2002.5, Model line: Boxer, Model: Peugeot Boxer 2002.5Pages: 182, PDF Size: 2.81 MB
Page 17 of 182

16-09-2002
Op 0 zetten
Uw PEUGEOT-servicepunt zet de onderhoudsintervalindicator na elkeonderhoudsbeurt weer op 0. Als u zelf de onderhoudscontrole van uw auto heeft uitgevoerd, kan deonderhoudsintervalindicator op de vol-gende wijze op 0 gezet worden: ☞Zet het contact af.
☞ Druk op de resetknop van de dagteller en houd deze inge-drukt.
☞ Zet het contact aan.
De afstand tot de eerstvolgendeonderhoudscontrole knippert. ☞
Houd de resetknop van de dagtel- ler ingedrukt tot de onderhoudsin-tervalindicator "=0"aangeeft en
de onderhoudssleutel verdwijnt.
Belangrijk: Als u na deze handeling
de accu wilt loskoppelen, vergrendeldan de auto en wacht minimaal vijfminuten. Het resetten van de onder-houdsintervalindicator zal andersniet worden opgeslagen. ONDERHOUD VAN SLIJTAGE-ONDERDELEN EN CONTROLE VAN VERBRUIKTE ARTIKELEN Bepaalde belangrijke onderdelen van uw auto vragen specifieke onderhoud- scontroles: -
De remvloeistof dient elke 60.000 km of elke 2 jaar vervangen te worden.
- De koelvloeistof dient elke 120.000 km of elke 5 jaar vervangen te worden bij
uitvoeringen met direct ingespoten HDI/TED dieselmotor.
- Het pollenfilter dient bij elk bezoek aan het PEUGEOT-servicepunt (onder-
houdscontroles en tussentijdse controles) of, afhankelijk van de omgeving
(stof, vervuiling, enz.), vakergecontroleerd te worden.
-V oor de HDI Turbo diesel motoren met roetfilter moet het PEUGEOT-servi-
cepunt elke 80.000 km het filter onderhouden en het additiefreservoirbij-
vullen.
-V ervangen van de distributieriem: raadpleeg een PEUGEOT-servicepunt.
- De airbags en de pyrotechnische gordelspanners dienen elke 10 jaar door
een PEUGEOT-servicepunt gecontroleerd te worden.
- De bandenspanning moet minstens eens per maand bij koude banden
gecontroleerd worden.
DE PEUGEOT-ONDERHOUDSCONTROLES 21
Page 46 of 182

UW BOXER IN DETAIL
52
MENUFUNCTIES VAN DE AUTORADIO Druk op de toets Nom naar het menu te gaan.
Op het display verschijnt de aanduiding "MENU", gevolgd door de melding "MENU REG-ON".
Druk op de toetsen Jen Lom door de functies van het menu te lopen:
- REG (Voor het beluisteren van regionale programma's).
- EQ SET * (Persoonlijke instelling equalizer).
- PRESET/USER/CLASSIC/ROCK/JAZZ * (Inschakelen/uitschakelen van de equalizer, selecteren van equalizerinstellin- gen).
- HICUT (Reductie van hoge tonen).- PHONE (Instellen van het volume van de telefoon).- RM ** (Naar de radio luisteren tijdens het terugspoelen van een cassette).- CD NAME * (Naam van de geplaatste CD).- SVC * (Automatische volumeregeling aan de hand van de wagensnelheid).- SENS DX/LO (Gevoeligheid automatisch zoeken naar zenders).- CD * (Programmeren van de weergegeven informatie van de CD-speler).
Druk vervolgens op de toetsen Ken Mom de geselecteerde functie in te schakelen, uit te schakelen of
te wijzigen.
* Uitsluitend van toepassing op autoradio/CD-speler.
** Uitsluitend van toepassing op autoradio/cassettespeler.
16-09-2002
Page 58 of 182

16-09-2002
UW BOXER IN DETAIL
62
Automatische equalizer in-/uitschakelen (Equalizer) Met deze functie kunt u een equalizerinstelling selecteren voor het type muziek waarnaar u luistert. Selecteer in het menu "Audio Setup"de functie "Equalizer" door aan de draaiknop Hte draaien. Druk vervolgens op deze
draaiknop om uw keuze te bevestigen.Draai aan de draaiknop Hom de gewenste instelling te selecteren: "PRESET", "ROCK" , "JAZZ" , "CLASSIC" of "USER" .
Druk na het instellen op de draaiknop Hom de instelling te bevestigen.
Opmerking: Standaard is de instelling "PRESET"geselecteerd. U kunt de equalizer zelf instellen door "USER"te selecteren.
Handmatig instellen van de equalizer (Equal. Man.) Met deze functie kunnen de vijf frequentiebanden van de equalizer worden ingesteld en kunnen de regelingen van de bassen en hoge tonen uitgeschakeld worden. Selecteer in het menu "Audio Setup"de functie "Equal. Man." door aan de draaiknop Hte draaien. Druk vervolgens op
deze draaiknop om uw keuze te bevestigen.Selecteer een frequentieband door aan de draaiknop Hte draaien. Druk vervolgens op deze draaiknop om uw keuze te
bevestigen. Zet de aanwijzer in de middelste stand voor een normale instelling.Draai aan de draaiknop Hom de frequentieband in te stellen.
Druk na het instellen op de draaiknop Hom de instelling te bevestigen.
Herhaal dit voor elke frequentieband en selecteer vervolgens "OK"om alle instellingen op te slaan.
Automatische volumeregeling in-/uitschakelen (SDV) Met deze functie wordt het volume automatisch aangepast aan het geluidsniveau ten gevolge van de snelheid van de auto. Selecteer in het menu "Audio Setup"de functie "SDV"door aan de draaiknop Hte draaien. Druk vervolgens op deze
draaiknop om uw keuze te bevestigen.Draai aan de draaiknop Hom de functie in te schakelen door een instelling tussen "Zeer zwak"en "Zeer sterk" te selec-
teren of door "OFF"te selecteren om de functie uit te schakelen.
Druk na het instellen op de draaiknop Hom de instelling te bevestigen.
Regeling van de geluidsverdeling rechts/links en voor/achter (Bal/Fader) Selecteer in het menu "Audio Setup"de functie "Bal/Fader" door aan de draaiknop Hte draaien. Druk vervolgens op deze
draaiknop om uw keuze te bevestigen. Selecteer de functie "Balance"door aan de draaiknop Hte draaien. Druk vervolgens op deze draaiknop om uw keuze te
bevestigen.Draai aan de draaiknop Hom de geluidsverdeling links/rechts te regelen.
Druk na het instellen op de draaiknop Hom de instelling te bevestigen.
Herhaal dit voor de functie "Fader".
Selecteer vervolgens "OK"om beide instellingen op te slaan.
Page 107 of 182

16-09-2002
UW BOXER IN DETAIL
114
Herprogrammeren van de afstandsbediening ☞Zet het contact uit.
☞ Zet het contact weer aan.
☞ Druk meteen op de knop A.
☞ Zet het contact uit en verwijder de sleutel uit het contactslot. Deafstandsbediening werkt nu
weer.
Codekaart
Deze kaart heeft uw PEUGEOT-ser- vicepunt nodig bij werkzaamhedenaan de startblokkering. Op deze kaart staat: -een identificatiecode 1, bestaande
uit vijf cijfers, die nodig is voor de noodstartprocedure.
- een code 2voor het bijbestellen
van uw sleutels door uw PEU-
GEOT-servicepunt.
Deze codes zijn afgedekt, verwijderde film alleen als dit strikt noodzake-lijk is. Bewaar de codekaart op een veili- ge plaats buiten de auto.
W aarschuwingssignaal sleutel
Als het bestuurdersportier wordtgeopend terwijl de sleutel nog in hetcontact steekt, klinkt er een geluids-signaal. Batterij van afstandsbediening vervangen Als het lampje op de sleutel slechts ŽŽn keer brandt of helemaal nietbrandt als op de knop wordt gedrukt,vervang dan de batterij. Wip hiervoor het huis met een muntstuk bij het oog los om bij debatterij te komen (CR 2032/3 V). Als de afstandsbediening na het ver- vangen van de batterij niet werktmoet deze gereset worden.
ELEKTRONISCHE
STARTBLOKKERING Deze diefstalbeveiliging blokkeert het motormanagementsysteemzodra het contact wordt afgezet envoorkomt zo het starten van demotor bij een inbraak. In de sleutel is een chip aange- bracht die over een specifieke codebeschikt. Bij het aanzetten van hetcontact moet de code van de sleutelworden herkend door de startblok-kering, waarna de motor gestart kanworden. Bij een storing in het systeem
zal,
als het contact wordt aangezet (2e stand van de sleutel), het verklikker-lampje van de elektronische start-blokkering op het instrumentenpa-neel snel gaan knipperen. De auto kan dan niet gestart wor- den. Raadpleeg zo snel mogelijk een
PEUGEOT-servicepunt. Als het verklikkerlampje van de elek- tronische startblokkering nadat hetcontact is aangezet (2e stand vande sleutel) blijft branden , contro-
leer dan of u de juiste sleutelgebruikt. Is dit het geval, raadpleeg dan zo
spoedig mogelijk een PEUGEOT-servicepunt.
Page 109 of 182

16-09-2002
UW BOXER IN DETAIL
114
Herprogrammeren van de afstandsbediening ☞Zet het contact uit.
☞ Zet het contact weer aan.
☞ Druk meteen op de knop A.
☞ Zet het contact uit en verwijder de sleutel uit het contactslot. Deafstandsbediening werkt nu
weer.
Codekaart
Deze kaart heeft uw PEUGEOT-ser- vicepunt nodig bij werkzaamhedenaan de startblokkering. Op deze kaart staat: -een identificatiecode 1, bestaande
uit vijf cijfers, die nodig is voor de noodstartprocedure.
- een code 2voor het bijbestellen
van uw sleutels door uw PEU-
GEOT-servicepunt.
Deze codes zijn afgedekt, verwijderde film alleen als dit strikt noodzake-lijk is. Bewaar de codekaart op een veili- ge plaats buiten de auto.
W aarschuwingssignaal sleutel
Als het bestuurdersportier wordtgeopend terwijl de sleutel nog in hetcontact steekt, klinkt er een geluids-signaal. Batterij van afstandsbediening vervangen Als het lampje op de sleutel slechts ŽŽn keer brandt of helemaal nietbrandt als op de knop wordt gedrukt,vervang dan de batterij. Wip hiervoor het huis met een muntstuk bij het oog los om bij debatterij te komen (CR 2032/3 V). Als de afstandsbediening na het ver- vangen van de batterij niet werktmoet deze gereset worden.
ELEKTRONISCHE
STARTBLOKKERING Deze diefstalbeveiliging blokkeert het motormanagementsysteemzodra het contact wordt afgezet envoorkomt zo het starten van demotor bij een inbraak. In de sleutel is een chip aange- bracht die over een specifieke codebeschikt. Bij het aanzetten van hetcontact moet de code van de sleutelworden herkend door de startblok-kering, waarna de motor gestart kanworden. Bij een storing in het systeem
zal,
als het contact wordt aangezet (2e stand van de sleutel), het verklikker-lampje van de elektronische start-blokkering op het instrumentenpa-neel snel gaan knipperen. De auto kan dan niet gestart wor- den. Raadpleeg zo snel mogelijk een
PEUGEOT-servicepunt. Als het verklikkerlampje van de elek- tronische startblokkering nadat hetcontact is aangezet (2e stand vande sleutel) blijft branden , contro-
leer dan of u de juiste sleutelgebruikt. Is dit het geval, raadpleeg dan zo
spoedig mogelijk een PEUGEOT-servicepunt.