TOYOTA AURIS 2016 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2016, Model line: AURIS, Model: TOYOTA AURIS 2016Pages: 640, PDF Size: 23.63 MB
Page 251 of 640

2514-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HB_EE (OM12J21E)
4
Rijden
WAARSCHUWING
■Waarschuwingen met betrekking tot de ondersteunende functies van
het systeem
Het Pre-Crash Safety-systeem is bedoeld om de bestuurder met behulp
van waarschuwingen en het remfunctieregelsysteem te helpen om aanrij-
dingen te voorkomen via KIJKEN-BEOORDELEN-HANDELEN. Het sys-
teem kan slechts in beperkte mate ondersteuning bieden, dus let op de
volgende belangrijke punten:
● De bestuurder helpen om op de weg te letten
Het Pre-Crash Safety-systeem kan alleen voertuigen signaleren die zich
direct vóór uw auto bevinden en alleen binnen een beperkt bereik. Het
systeem is niet bedoeld om zorgeloos of roekeloos rijgedrag te rechtvaar-
digen en kan de bestuurder ook niet helpen tijdens het rijden bij slecht
zicht. De bestuurder moet daarom nog steeds goed op de omgeving rond
de auto letten.
● De bestuurder ondersteunen bij het maken van een juiste beoordeling
Wanneer geprobeerd wordt de kans op een aanrijding in te schatten,
beschikt het Pre-Crash Safety-systeem alleen over gegevens van voertui-
gen die het systeem direct voor uw auto heeft gesignaleerd. Het is daarom
strikt noodzakelijk dat de bestuurder alert blijft en zelf bepaalt of er op enig
moment kans op een aanrijding bestaat.
● De bestuurder helpen actie te ondernemen
Het Pre-Crash Brake Assist en het Pre-Crash Brake-systeem zijn ontwor-
pen om aanrijdingen te helpen voorkomen of de ernst van een aanrijding
te helpen beperken en treden alleen in werking wanneer het systeem oor-
deelt dat de kans op een frontale aanrijding groot is. Dit systeem kan niet
zelf automatisch een aanrijding voorkomen of de auto veilig tot stilstand
brengen zonder een juiste bediening door de bestuurder. Daarom moet de
bestuurder in gevaarlijke situaties direct zelf actie ondernemen om de vei-
ligheid van alle betrokkenen te garanderen.
OPMERKING
■Storingen in het systeem voorkomen
Schakel in de volgende situaties het Pre-Crash Safety-systeem uit. Het sys-
teem werkt mogelijk, zelfs als er geen kans op een aanrijding is.
● Tijdens controle van de auto met een rollentestbank, zoals een vermo-
gensbank of snelheidsmetertester, of bij gebruik van een wielstabilisator
● Bij het vervoeren van de auto op een boot, vrachtwagen of een vergelijk-
baar vervoermiddel
● Wanneer de voorzijde van de auto is verhoogd of verlaagd, bijvoorbeeld
als er banden van een ander formaat dan voorgeschreven zijn gemon-
teerd of als de onderdelen van de wielophanging zijn gewijzigd
● Wanneer de auto wordt gesleept
UK AURIS_HB_OM_EE_OM12J21E.book Page 251 Monday, March 16, 2015 12:05 PM
Page 252 of 640

2524-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HB_EE (OM12J21E)
Bij het rijden op een weg met rijstrookmarkering herkent dit systeem
de rijstroken met behulp van een als sensor werkende camera die de
bestuurder waarschuwt als van de rijstrook wordt afgeweken.
Als het systeem vaststelt dat de auto afwijkt van zijn rijstrook, waar-
schuwt het de bestuurder door middel van een zoemer en meldingen
op het multi-informatiedisplay.
Sensor voor
Wanneer het systeem vaststelt
dat de koers van de auto afwijkt
van de rijstrook, klinkt er een
waarschuwingszoemer en knip-
pert de rijstrookmarkering aan de
zijde waar de auto de rijstrook ver-
laat op het multi-informatiedisplay.
Wanneer de waarschuwingszoe-
mer klinkt, controleer dan de situ-
atie op de weg om u heen en
stuur de auto voorzichtig terug
naar het midden tussen de witte
(of gele) rijstrookmarkeringen.
LDA (Lane Depar ture Alert)
Overzicht van de functie
Werking Lane Departure Alert
: Indien aanwezig
UK AURIS_HB_OM_EE_OM12J21E.book Page 252 Monday, March 16, 2015 12:05 PM
Page 253 of 640

2534-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HB_EE (OM12J21E)
4
Rijden
Druk op de toets LDA om het sys-
teem te activeren.
Het controlelampje LDA gaat bran-
den.
Druk nogmaals op de toets om het
LDA-systeem uit te schakelen.
Ook wanneer het contact AAN
wordt gezet, blijft het LDA-systeem
in- of uitgeschakeld.
●Wanneer de rijsnelheid ongeveer 50 km/h of hoger is
● Wanneer de rijstrook meer dan ongeveer 3 m breed is
● Bij het rijden op een rechte weg of het nemen van een bocht met
een straal van meer dan ongeveer 150 m
Inschakelen van het LDA-systeem
Voorwaarden voor inschakelen van systeem
UK AURIS_HB_OM_EE_OM12J21E.book Page 253 Monday, March 16, 2015 12:05 PM
Page 254 of 640

2544-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HB_EE (OM12J21E)
Wanneer beide rijstrookmarkerin-
gen volledig wit worden:
Geeft aan dat zowel de rechter als
de linker rijstrookmarkering wordt
herkend.
Als de auto van de rijstrook afwijkt,
gaat de rijstrookmarkering aan de
zijde die de auto verlaat geel knip-
peren.
Wanneer een van de rijstrookmar-
keringen volledig wit wordt:
Geeft aan dat de rijstrookmarke-
ring aan de witgekleurde zijde
wordt herkend.
Als de auto van de rijstrook afwijkt
aan de zijde met de herkende rij-
strookmarkering, gaat die marke-
ring geel knipperen.
Wanneer beide rijstrookmarkerin-
gen wit omlijnd zijn:
Dit geeft aan dat er geen rijstrook-
markering wordt herkend of dat
het LDA-systeem tijdelijk is uitge-
schakeld.
Weergave op het multi-informatiedisplay
UK AURIS_HB_OM_EE_OM12J21E.book Page 254 Monday, March 16, 2015 12:05 PM
Page 255 of 640

2554-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HB_EE (OM12J21E)
4
Rijden
■Als “Check LDA system” (controleer LDA-systeem) wordt weergegeven
op het multi-in formatiedisplay
Als het controlelampje LDA niet gaat branden wanneer de toets LDA wordt
ingedrukt om het systeem in te schakelen, is er mogelijk een storing aanwe-
zig in het systeem. Laat uw auto direct controleren door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
■ Tijdelijk uitschakelen van de functies van het LDA-systeem
In de volgende gevallen worden de functies van het LDA-systeem tijdelijk uit-
geschakeld. De functies zullen weer ingeschakeld worden nadat de noodza-
kelijke bedrijfstoestanden hersteld zijn.
●De richtingaanwijzerschakelaar wordt bediend.
● De rijsnelheid wijkt af van het werkingsgebied van het LDA-systeem.
● Als de rijstrookmarkeringen niet kunnen worden herkend als de auto rijdt.
● Wanneer de Lane Departure Warning klinkt.
De Lane Departure Warning-functie zal enige seconden na activering niet
weer in werking treden, ook al verlaat de auto weer de rijstrook.
■ De Lane Departure Warning
Afhankelijk van het geluidsniveau van het audiosysteem of het geluid dat de
ventilator van de airconditioning maakt terwijl het audiosysteem of de aircon-
ditioning is ingeschakeld, is het waarschuwingsgeluid mogelijk moeilijk \
te
horen.
■ Nadat de auto in de zon heeft gestaan
Het LDA-systeem is mogelijk niet beschikbaar en er wordt gedurende een
bepaalde tijd na het wegrijden een waarschuwingsmelding weergegeven. Als
de temperatuur in het interieur daalt en de temperatuur rondom de sensor
voor ( Blz. 252) weer geschikt is voor de werking ervan, wordt het systeem
geactiveerd.
■ Als er slechts aan één zijde van de auto rijstrookmarkeringen aanwezig
zijn
De Lane Departure Warning-functie zal niet werken voor de zijde waar geen
rijstrookmarkeringen konden worden herkend.
■ Omstandigheden waaronder de functie mogelijk niet goed werkt
In de volgende situaties kan de sensor voor de rijstrookmarkeringen mogelijk
niet herkennen, waardoor de Lane Departure Warning-functie niet goed
werkt. Dit duidt echter niet op een storing.
●Bij een tolhuisje, zebrapad of kaartautomaat, enz.
● Bij het nemen van een scherpe bocht
● Wanneer de rijstrookmarkeringen zeer smal of breed zijn
● Wanneer de auto naar een kant overhelt als gevolg van een zware belading
of een onjuiste bandenspanning
● Wanneer de afstand tot uw voorligger zeer kort is
UK AURIS_HB_OM_EE_OM12J21E.book Page 255 Monday, March 16, 2015 12:05 PM
Page 256 of 640

2564-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HB_EE (OM12J21E)●
Wanneer de rijstrookmarkeringen geel zijn (het systeem herkent deze
mogelijk minder goed dan de witte markeringen)
● Bij onderbroken rijstrookmarkeringen, kattenogen (verhoogde rijstrookmar-
keringen) of bij stenen
● Wanneer de rijstrookmarkeringen op een stoeprand zijn aangebracht, enz.
● Wanneer de rijstrookmarkeringen (deels) onzichtbaar zijn door zand, vuil,
enz.
● Bij schaduwen op de weg die parallel lopen aan rijstrookmarkeringen of als
de rijstrookmarkeringen door een schaduw niet zichtbaar zijn
● Bij het rijden over een zeer helder wegoppervlak, zoals beton
● Bij het rijden op een wegoppervlak dat helder is als gevolg van gereflec-
teerd licht
● Wanneer u ergens rijdt waar het licht heel snel verandert, bijvoorbeeld bij
het in- of uitrijden van een tunnel
● Wanneer zonlicht of de koplampen van tegenliggers rechtstreeks in de sen-
sor voor schijnt
● Bij het rijden op wegen die zich splitsen of die samenkomen
● Bij het rijden op een nat wegdek als gevolg van regen, plassen op de weg\
,
enz.
● Wanneer de auto wordt blootgesteld aan sterke op- en neergaande bewe-
gingen, zoals bij het rijden over onverharde wegen of naden in het wegdek
● Wanneer de koplampen in het donker minder helder zijn als gevolg van vuil
op de lenzen of wanneer de koplampen niet goed zijn uitgelijnd
● Wanneer u op bochtige wegen of hobbelige wegen rijdt
● Tijdens het rijden op onverharde wegen
■ Als de banden zijn gewisseld
Afhankelijk van de gebruikte banden zijn de prestaties mogelijk niet als voor-
heen.
■ Waarschuwingsmeldinge n voor het LDA-systeem
Waarschuwingsmeldingen worden gebruikt om een storing in het systeem
aan te geven of om de bestuurder tijdens het rijden te waarschuwen.
UK AURIS_HB_OM_EE_OM12J21E.book Page 256 Monday, March 16, 2015 12:05 PM
Page 257 of 640

2574-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HB_EE (OM12J21E)
4
Rijden
WAARSCHUWING
■Voordat u het LDA-systeem gebruikt
Vertrouw niet uitsluitend op het LDA-systeem. Het LDA-systeem zorgt er
niet voor dat de auto automatisch rijdt en zorgt er ook niet voor dat u zelf
minder hoeft op te letten. De bestuurder dient als zodanig volledige verant-
woordelijkheid te nemen voor het overzien van zijn/haar omgeving, voor het
bedienen van het stuurwiel om de rijlijn te corrigeren en voor het veilig rij-
den.
Onjuist of nalatend rijgedrag kan resulteren in een ongeval.
■ Onbedoelde werking van de LDA vermijden
Schakel het LDA-systeem uit met de toets LDA wanneer u het systeem niet
gebruikt.
■ Situaties die niet geschikt zijn voor gebruik van het LDA-systeem
Gebruik het LDA-systeem niet in de volgende situaties.
Anders werkt het systeem mogelijk niet correct wat kan leiden tot een aan-
rijding.
● Als wordt gereden met sneeuwkettingen, een reservewiel of soortgelijke
uitrusting
● Als zich objecten of constructies naast de weg bevinden die gezien zou-
den kunnen worden als rijstrookmarkeringen (bijvoorbeeld vangrails,
stoepranden, reflectorpalen, enz.)
● Tijdens rijden op besneeuwde wegen
● Wanneer rijstrookmarkeringen moeilijk te zien zijn door regen, sneeuw,
mist, zand, vuil, enz.
● Wanneer tijdelijke wegmarkeringen zichtbaar zijn of wanneer oude rij-
strookmarkeringen nog deels zichtbaar zijn op de weg
● Wanneer u op een weg rijdt die gedeeltelijk is afgesloten als gevolg van
onderhoud of wanneer u op een tijdelijke rijstrook rijdt
OPMERKING
■Voorkomen van schade aan of een onjuiste werking van het LDA-sys-
teem
● Breng geen wijzigingen aan de koplampen aan en plak geen stickers op
het lampglas.
● Wijzig de wielophanging niet. Neem voor de reparatie van uw wielop-
hanging contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
● Monteer of plaats geen voorwerpen op de motorkap of de grille. Monteer
ook geen accessoires aan de voorzijde van de auto (bullbars, enz.).
UK AURIS_HB_OM_EE_OM12J21E.book Page 257 Monday, March 16, 2015 12:05 PM
Page 258 of 640

2584-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HB_EE (OM12J21E)
Duw de hendel van u af terwijl de
lichtschakelaar in de stand
staat.
Het controlelampje van het Auto-
matic High Beam-systeem gaat
branden als de koplampen auto-
matisch worden ingeschakeld om
aan te geven dat het systeem is
ingeschakeld.
Als aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan, wordt het groot-
licht automatisch ingeschakeld:
●De rijsnelheid is hoger dan ongeveer 40 km/h.
● Het gebied voor de auto is niet verlicht.
● Er zijn geen tegenliggers of v oorliggers met ingeschakelde koplam-
pen of achterlichten.
● Er bevinden zich weinig straatlantaarns op de weg voor u.
Als aan een van onderstaande voorwaarden is voldaan, wordt het
grootlicht automatisch uitgeschakeld:
● De rijsnelheid wordt lager dan ongeveer 30 km/h.
● Het gebied voor de auto is verlicht.
● Er zijn tegenliggers of voorligge rs met ingeschakelde koplampen of
achterlichten.
● Er bevinden zich veel straatlantaarns op de weg voor u.
Automatic High Beam-systeem
Het Automatic High Beam-systeem maakt gebruik van een inge-
bouwde sensor voor om de helderheid van bijvoorbeeld de
straatverlichting en de verlichting van tegenliggers en voorlig-
gers te meten, en schakelt indien nodig automatisch het groot-
licht in of uit.
Inschakelen van het Automatic High Beam-systeem
Voorwaarden voor het automatisch in- of uitschakelen van het
grootlicht
: Indien aanwezig
UK AURIS_HB_OM_EE_OM12J21E.book Page 258 Monday, March 16, 2015 12:05 PM
Page 259 of 640

2594-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HB_EE (OM12J21E)
4
Rijden
■Dimlicht inschakelen
Trek de hendel naar u toe,
zodat deze in de oorspronke-
lijke stand terugkomt.
Het controlelampje van het
automatische grootlichtsysteem
dooft.
Duw de hendel van u af om het
Automatic High Beam-systeem
weer in te schakelen.
■
Grootlicht inschakelen
Zet de lichtschakelaar in stand .
Het controlelampje van het
Automatic High Beam-systeem
dooft en het controlelampje van
het grootlicht gaat branden.
■Het Automatic High Beam-systeem kan ingeschakeld worden als
Het contact AAN staat.
■ Detectie-informatie sensor voor
●In de volgende omstandigheden wordt het grootlicht mogelijk niet automa-
tisch uitgeschakeld:
• Als plotseling een tegenligger uit een bocht opdoemt
• Als plotseling een andere auto voor de eigen auto invoegt
• Als tegenliggers of voorliggers aan het zicht zijn onttrokken als gevolg
van een reeks bochten, wegafscheidingen of bomen langs de weg
● Het grootlicht kan automatisch worden uitgeschakeld als een tegenligger
wel de mistlampen vóór, maar niet de koplampen heeft ingeschakeld.
● Het grootlicht kan automatisch worden uitgeschakeld door de aanwezigheid
van huisverlichting, straatverlichting, verkeerslichten of verlichte rec\
lame-
borden.
Handmatig in- en uitschakelen van het grootlicht
UK AURIS_HB_OM_EE_OM12J21E.book Page 259 Monday, March 16, 2015 12:05 PM
Page 260 of 640

2604-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HB_EE (OM12J21E)●
De volgende factoren kunnen invloed hebben op de reactietijd van het sys-
teem:
• De helderheid van koplampen, mistlampen en achterlichten van tegenlig-
gers en voorliggers
• De beweging en richting van tegenliggers en voorliggers
• Als de verlichting van een tegenligger of voorligger slechts aan één kant werkt
• Als een tegenligger of voorligger een voertuig op twee wielen betreft
• De toestand van de weg (stijgingspercentage, bochten, toestand van het wegdek, enz.)
• Het aantal inzittenden en de hoeveelheid bagage
● Het grootlicht kan op voor de bestuurder onverwachte momenten worden
in- en uitgeschakeld.
● In de volgende omstandigheden is het mogelijk dat het systeem de helder-
heid van het omgevingslicht niet corr ect detecteert, waardoor het grootlicht
kan gaan knipperen of voetgangers worden blootgesteld aan het grootlicht.
Het is daarom raadzaam om het grootlicht handmatig in en uit te schakelen
in plaats van blindelings te vertrouwen op het Automatic High Beam-sys-
teem.
• Bij slecht weer (regen, sneeuw, mist, zandstormen, enz.)
• Het zicht door de voorruit wordt belemmerd door mist, wasem, ijs, vuil, enz.
• De voorruit is gebarsten of beschadigd.
• De sensor voor is vervormd of vuil.
• De temperatuur van de sensor voor is extreem hoog.
• De helderheid van het omgevingslicht komt overeen met die van koplam- pen, achterlichten of mistlampen.
• Tegenliggers hebben de koplampen of voorliggers hebben de achterlich-
ten niet ingeschakeld of de lampen zijn vuil, hebben een andere kleur of
zijn niet correct afgesteld.
• In gebieden waar lichte en donkere stukken elkaar afwisselen.
• Als geregeld en herhaaldelijk over stijgende en dalende wegen wordt gereden, of over wegen met een slecht of oneffen wegdek (zoals klinker-
wegen, grindpaden, enz.).
• Als geregeld en herhaaldelijk over bochtige wegen wordt gereden.
• Er bevindt zich een sterk spiegelend voorwerp, zoals een spiegel, voor de auto.
• De achterzijde van een voorligger is sterk spiegelend, zoals een contai- ner op een truck.
• De koplampen van de auto zijn beschadigd of vuil.
• De auto helt naar één kant over door bijvoorbeeld een lekke band of ligt aan de achterzijde lager doordat een aanhanger is aangekoppeld.
• De bestuurder meent dat andere bestuurders of voetgangers last hebben
van het grootlicht.
UK AURIS_HB_OM_EE_OM12J21E.book Page 260 Monday, March 16, 2015 12:05 PM