TOYOTA MIRAI 2022 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2022, Model line: MIRAI, Model: TOYOTA MIRAI 2022Pages: 578, PDF Size: 99.29 MB
Page 41 of 578
39
1
Handleiding_Europa_M62060_nl
1-1. Voor een veilig gebruik
Veiligheid en beveiliging■Plaats van de airbags
Airbags voorBestuurdersairbag/voorpassagiersairbag
Helpen het hoofd en de borst van de bestuurder en de voorpassagier te
beschermen tegen contact met onderdelen van het interieur
Knie-airbag
Helpt de bestuurder te beschermen
Side airbags en curtain airbagsSide airbags voor
Helpen het bovenlichaam van de v oorste inzittenden te beschermen
Curtain airbags
Helpen het hoofd van de passagiers op de buitenste zitplaatsen voor en achter
te beschermen
Airbags
De airbags worden geactiveerd als de auto betrokken raakt bij bepaalde
soorten zware aanrijdingen, die zouden kunnen leiden tot ernstig letsel
voor de inzittenden. Ze werken samen met de veiligheidsgordels om de
kans op ernstig letsel te beperken.
SRS-airbagsysteem
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 39 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 42 of 578
40
Handleiding_Europa_M62060_nl
1-1. Voor een veilig gebruik
■Onderdelen SRS-airbagsysteemSensoren frontale aanrijding
Aan/uit-schakelaar airbag (indien aanwezig)
Voorpassagiersairbag
Curtain airbags
Sensoren aanrijding opzij (voorportier)
Gordelspanners en spankrachtbegrenzers
Side airbags voor
Waarschuwingslampje SRS
Bestuurdersairbag
Sensoren aanrijding opzij (achter)
Sensoren aanrijding opzij (voor)
Airbag-ECU
Schakelaar veiligheidsgordel passagiersstoel
Knie-airbag
Controlelampje PASSENGER AIRBAG
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 40 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 43 of 578
41
1
Handleiding_Europa_M62060_nl
1-1. Voor een veilig gebruik
Veiligheid en beveiliging
De belangrijkste onderdelen van het SRS-airbagsysteem zijn hierboven afgebeeld.
Het SRS-airbagsysteem wordt aangestuurd door de airbag-ECU. Bij het activeren
van de airbags zorgt een chemische reacti e in de ontstekingsmechanismen ervoor
dat de airbags snel gevuld worden met niet-giftig gas om de beweging van de inzit-
tenden te helpen beperken.
■Als de airbags worden geactiveerd
●U kunt lichte schaafplekken, brandwonden,
kneuzingen, e.d. oplopen als gevolg van de
zeer hoge snelheid waarmee de airbags
worden geactiveerd door hete gassen.
●Er is een luide knal hoorbaar en er komt
wit poeder vrij.
●Gedurende enkele minuten na het active-
ren van de airbags kunnen de onderdelen
van de airbagmodule (stuurwielnaaf,
afdekkap airbag en ontstekingsmecha-
nisme) evenals de voorstoelen, delen van
de voor- en achterstijlen en de daklijstbe-
kleding nog heet zijn. De airbag zelf kan
ook heet zijn.
●De voorruit kan barsten.
●Het brandstofcelsysteem wordt gestopt en
de waterstoftoevoer wordt afgesloten door
de kleppen van de waterstoftanks.
( → Blz. 98)
●Alle portieren worden ontgrendeld.
(→ Blz. 134)
●Het remsysteem en de remlichten worden
automatisch aangestuurd. ( →Blz. 322)
●De interieurverlichting gaat automatisch
branden. ( →Blz. 348)
●De alarmknipperlichten worden automa-
tisch ingeschakeld. ( →Blz. 414)
Auto's met eCall: Als een van de volgende
situaties zich voordoet, verstuurt het systeem
automatisch een noodoproep
* naar het eCall-
controlecentrum. De locatie van de auto
wordt doorgegeven (zonder dat de toets SOS
hoeft te worden ingedrukt) en een medewer-
ker zal proberen om met de inzittenden te
praten om de ernst van de situatie vast te
stellen en te bepalen of hulp nodig is. Als de
inzittenden niet in staat zijn om te communi-
ceren, behandelt de medewerker de oproep
automatisch als een noodgeval en schakelt
hij of zij de noodzakel ijke hulpdiensten in.
( → Blz. 67) • Een airbag is geactiveerd.
• Een gordelspanner is geactiveerd.
• De auto is betrokken bij een ernstige aan-
rijding van achteren.
*: In sommige gevallen kan er geen oproep
worden verzonden. ( →Blz. 68)
■Voorwaarden voor activering van de
airbags (airbags voor)
●De airbags voor worden geactiveerd als
een bepaalde drempelwaarde wordt over-
schreden (vergelijkbaar met een frontale
aanrijding met een snelheid van ongeveer
20 - 30 km/h tegen een muur die niet kan
bewegen of vervormen).
Deze drempelsnelheid kan in de volgende
situaties echter veel hoger liggen:
• Wanneer de auto iets raakt dat kan bewe- gen en/of vervormen, zoals een gepar-
keerde auto of lantaarnpaal
• Wanneer de auto betrokken raakt bij een ongeval waarbij de neus van de auto onder
een vrachtwagen terechtkomt
●Afhankelijk van het type aanrijding worden
mogelijk alleen de gordelspanners geacti-
veerd.
■Voorwaarden voor activering van de air-
bags (side airbags en curtain airbags)
●De side airbags en curtain airbags worden
geactiveerd als een bepaalde drempel-
waarde wordt overschreden (vergelijkbaar
met ter plaatse van het passagierscompar-
timent aangereden worden met een snel-
heid van ongeveer 20 - 30 km/h door een
ongeveer 1.500 kg wegend voertuig,
komend vanuit een richting die haaks staat
op de positie van de auto).
●Beide curtain airbags worden mogelijk ook
geactiveerd bij een zware frontale aanrij-
ding.
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 41 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 44 of 578
42
Handleiding_Europa_M62060_nl
1-1. Voor een veilig gebruik
■Omstandigheden waarbij de airbags
geactiveerd kunnen worden, anders
dan bij een aanrijding
De airbags voor, de side airbags en de cur-
tain airbags kunnen ook geactiveerd worden
bij zware stoten tegen de onderkant van de
auto. Zie de afbeelding voor een aantal voor-
beelden.
●Raken van een stoeprand of een ander
hard voorwerp
●In of over een diepe kuil rijden
●Hard neerkomen
■Soorten aanrijdingen waarbij de airbags
soms niet geactiveerd worden (airbags
voor)
De airbags voor worden over het algemeen
niet geactiveerd bij aanrijdingen van opzij of
van achteren, als de auto over de kop slaat of
bij een frontale aanrijding op lage snelheid.
Maar wanneer een aanrijding voldoende
voorwaartse deceleratie veroorzaakt, worden
de airbags voor mogelijk geactiveerd.
●Aanrijding van opzij
●Aanrijding van achteren
●Over de kop slaan
■Soorten aanrijdingen waarbij de side
airbags en de curtain airbags mogelijk
niet worden geactiveerd
De side airbags en curtain airbags treden
mogelijk niet in werking bij aanrijdingen van
opzij onder een bepaalde hoek of bij aanrij-
dingen van opzij waarbij het passagierscom-
partiment niet wordt geraakt.
●Aanrijding van opzij waarbij het passa-
gierscompartiment niet wordt geraakt
●Aanrijding van opzij onder een hoek
De side airbags treden over het algemeen
niet in werking bij aanrijdingen van voren of
van achteren, als de auto over de kop slaat of
bij een aanrijding van opzij op lage snelheid.
●Aanrijding van voren
●Aanrijding van achteren
●Over de kop slaan
De curtain airbags treden over het algemeen
niet in werking bij aanrijdingen van achteren,
als de auto over de kop slaat of bij een aanrij-
ding van opzij of bij een frontale aanrijding op
lage snelheid.
●Aanrijding van achteren
●Over de kop slaan
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 42 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 45 of 578
43
1
Handleiding_Europa_M62060_nl
1-1. Voor een veilig gebruik
Veiligheid en beveiliging
■Wanneer moet u contact opnemen met
een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige
In de volgende gevallen zal controle en/of
reparatie van de auto nodig zijn. Neem zo
snel mogelijk contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige.
●Nadat een of meer airbags zijn geactiveerd.
●De voorzijde van de auto is beschadigd of
vervormd of de auto was betrokken bij een
ongeval dat niet van zodanige aard was
dat de airbags vóór werden geactiveerd.
●Bij beschadiging of vervorming van een
gedeelte van een portier of het omliggende
gebied, wanneer er een gat in is gemaakt
of bij een ongeval dat niet van zodanige
aard was dat de side airbags en curtain air-
bags werden geactiveerd.
●Bij krassen, scheuren of andere beschadi-
gingen aan het stuurwielkussen of het
dashboard bij de voorpassagiersairbag of
het onderste gedeelte van het instrumen-
tenpaneel.
●Bij krassen, scheuren of andere beschadi-
gingen aan de zijkant van de leuning van
een voorstoel met een side airbag.
●Bij krassen, scheuren of andere beschadi-
gingen in het deel van de voor- en achter-
stijl en de daklijstbekleding met de curtain
airbags.
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 43 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 46 of 578
44
Handleiding_Europa_M62060_nl
1-1. Voor een veilig gebruik
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen airbags
Neem met betrekking tot de airbags de
volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan ernstig letsel tot gevolg
hebben.
●Alle inzittenden dienen hun veiligheids-
gordel op de juiste manier te dragen.
De airbags zijn aanvullende middelen
die samen met de veiligheidsgordels
gebruikt moeten worden.
●De bestuurdersairbag wordt met een
aanzienlijke kracht geactiveerd, waar-
door ernstig letsel kan ontstaan, vooral
wanneer de bestuurder zich erg dicht bij
de airbag bevindt.
Het gevaarlijkst bij de activering van de
airbag zijn de eerste 50 - 75 mm; door een
afstand van minimaal 250 mm tot het
stuurwiel aan te houden, hanteert u een
veilige marge. Dit is de afstand gemeten
vanaf het midden van het stuurwiel tot aan
uw borstbeen. Als u nu minder dan 250
mm van de airbag zit, kunt u uw zitpositie
op verschillende manieren wijzigen:
• Plaats uw stoel zo ver mogelijk naar achteren terwijl de pedalen nog goed
kunnen worden bediend.
• Zet de rugleuning iets achterover. Hoewel auto's verschillen, verkrijgen
veel bestuurders, zelfs met de bestuur-
dersstoel helemaal naar voren, de
afstand van 250 mm door simpelweg de
rugleuning iets achterover te zetten. Als
u door het achterover zetten van uw
stoel de weg niet goed meer kunt zien,
kunt u een stevig, niet-glad kussen
gebruiken om hoger te zitten, of uw
stoel hoger zetten wanneer uw auto
deze mogelijkheid biedt.
• Als het stuurwiel verstelbaar is, kantel het dan naar beneden. Hierdoor wijst de
airbag naar uw borst in plaats van naar
uw hoofd en nek.
De stoel dient te worden afgesteld zoals
hierboven aanbevolen, terwijl de pedalen
en het stuurwiel nog steeds goed bediend
kunnen worden en u het instrumenten-
paneel nog goed kunt zien.
●De voorpassagiersairbag wordt ook met
een aanzienlijke kracht geactiveerd
waardoor ernstig letsel kan ontstaan,
vooral wanneer de voorpassagier zich
erg dicht bij de airbag bevindt. De voor-
passagiersstoel dient zo ver mogelijk
van de airbag af te staan, met de rug-
leuning rechtop.
●Kinderen die niet goed op de stoel zitten
en/of niet goed vastzitten, kunnen ern-
stig letsel oplopen door een geacti-
veerde airbag. Gebruik de veiligheids-
gordels nooit voor baby's of kleine kin-
deren, maar zet hen goed vast in een
baby- of kinderzitje. Toyota beveelt ten
zeerste aan dat alle kinderen op de ach-
terstoelen plaatsnemen en op de juiste
wijze vastzitten. Achterin zitten kinderen
veiliger dan op de voorpassagiersstoel.
( → Blz. 51)
●Ga niet op het puntje van de stoel zitten
en leun niet op het dashboard.
●Laat een kind niet op de voorpassagiers-
stoel staan of bij een voorpassagier op
schoot zitten.
●Sta niet toe dat voorpassagiers voor-
werpen op hun knieën vasthouden.
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 44 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 47 of 578
45
1
Handleiding_Europa_M62060_nl
1-1. Voor een veilig gebruik
Veiligheid en beveiliging
WAARSCHUWING
●Leun niet tegen het portier, de dakzijrail
en de voor-, midden- en achterstijl.
●Laat niemand knielen op de passagiers-
stoel in de richting van het portier of
hoofd en handen buiten de auto steken.
●Bevestig niets aan en laat niets rusten
tegen componenten als het dashboard,
het stuurwielkussen of het onderste
deel van het dashboard.
Dergelijke voorwerpen kunnen als een
projectiel worden gelanceerd als de
bestuurdersairbag, de voorpassagiers-
airbag en de knie-airbags worden geac-
tiveerd.
●Bevestig niets aan het portier, de voor-
ruit, de zijruiten, de voor- en achterstijl,
de dakzijrail of de handgreep. (Behalve
het label voor de snelheidsbeperking:
→Blz. 440)
●Hang geen kleerhangers of harde voor-
werpen aan de kledinghaakjes. Derge-
lijke voorwerpen kunnen als een projec-
tiel gelanceerd worden en ernstig letsel
veroorzaken wanneer de curtain airbags
geactiveerd worden.
●Zorg ervoor dat het gedeelte waar de
knie-airbag wordt geactiveerd niet door
iets wordt afgedekt.
●Gebruik geen accessoires op de stoelen
die het gedeelte van de stoel waarin de
side airbags aanwezig zijn afdekken
omdat dat een negatieve invloed kan
hebben op een juiste werking van de
side airbags. Derge lijke accessoires
kunnen tot resultaat hebben dat de side
airbags niet op de juiste wijze geacti-
veerd worden, helemaal niet geacti-
veerd worden of per ongeluk geacti-
veerd worden, waardoor ernstig letsel
kan ontstaan.
●Oefen geen overmatige kracht uit op
delen waarin onderdelen van het airbag-
systeem aanwezig zijn of op de voorpor-
tieren. Als dat wel gebeurt, kunnen er
storingen aan de airbags ontstaan.
●Raak onderdelen va n het airbagsysteem
niet aan direct nadat de airbags geacti-
veerd zijn, omdat deze heet kunnen zijn.
●Als u na het activeren van de airbags
moeilijkheden met de ademhaling
ondervindt, open dan een portier of
zijruit om frisse lucht binnen te laten of
verlaat de auto als u dat op een veilige
manier kunt doen. Als er poederdeeltjes
op uw huid zijn terechtgekomen, was
deze er dan zo snel mogelijk af om huid-
irritatie te voorkomen.
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 45 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 48 of 578
46
Handleiding_Europa_M62060_nl
1-1. Voor een veilig gebruik
Sensoren
Motorkap
Hefsysteem
WAARSCHUWING
●Als de delen van de auto waarin airbags
ondergebracht zijn, zoals het stuurwiel-
kussen en de bekleding van de voor- en
achterstijlen, beschadigd of gescheurd
zijn, laat deze dan vervangen door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
■Wijzigingen aan en afvoeren van
onderdelen van het airbagsysteem
Voer uw auto niet af en voer geen van
onderstaande veranderingen uit zonder
eerst een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige te raadplegen. De airbags
kunnen defect raken of per ongeluk wor-
den geactiveerd, waardoor ernstig letsel
kan ontstaan.
●Plaatsen, verwijderen, demonteren en
repareren van de airbags
●Reparatie, aanpassing, verwijdering of
vervanging van stuurwiel, instrumenten-
paneel, dashboard, stoelen of stoelbe-
kleding, voor-, midden- en achterstijlen,
dakzijrails, voorportierpanelen, voorpor-
tierbekleding of luidsprekers in de voor-
portieren
●Aanpassing van het voorportierpaneel
(bijvoorbeeld een gat erin maken)
●Reparaties of wijzigingen aan het voor-
spatbord, de voorbumper of de zijkant
van het passagierscompartiment
●Plaatsen van een bullbar, sneeuwploeg
of lier
●Wijzigingen aan de wielophanging van
de auto
●Plaatsen van elektronische apparatuur
als een mobiele tweewegradio (zend-/
ontvanginstallatie) of CD-speler
Actieve motorkap
Bij een frontale aanrijding met een
lichaam, bijvoorbeeld een voet-
ganger, zorgt het systeem van de
actieve motorkap ervoor dat de
motorkap omhoogkomt om het
risico op een harde klap op het
hoofd e.d. van de voetganger te
verminderen door de speling van
de ruimte van de brandstofcel-
module te vergroten.
Wanneer de sensoren achter de
voorbumper contact met een
lichaam, bijvoorbeeld een voet-
ganger, vaststellen dat voldoet
aan of hoger is dan de drempel-
waarde terwijl er met de auto
wordt gereden binnen het snel-
heidsbereik waarbij het systeem
in werking treedt, zal het systeem
geactiveerd worden.
Systeemonderdelen
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 46 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 49 of 578
47
1
Handleiding_Europa_M62060_nl
1-1. Voor een veilig gebruik
Veiligheid en beveiliging
■Voorzorgsmaatregelen actieve motorkap
●Neem vóór het afvoeren van uw auto con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
●Het systeem van de actieve motorkap kan
niet opnieuw worden gebruikt wanneer
deze geactiveerd is geweest. Laat het ver-
vangen door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige
■Aan het PCS gekoppelde regeling voor
de werking van de actieve motorkap
Als het PCS (Pre-Crash Safety-systeem) oor-
deelt dat een aanrijding met een voetganger
of fietser waarschijnlijk is, wordt de actieve
motorkap voorbereid om in werking te treden.
■Werkingsvoorwaarden actieve motorkap
De actieve motorkap treedt in werking wan-
neer de auto een botsing signaleert zoals
hieronder omschreven:
●De voorbumper signaleert een frontale
aanrijding met bijvoorbeeld een voetgan-
ger of iets groters terwijl er met de auto
wordt gereden met een snelheid van onge-
veer 25 - 55 km/h. (Het systeem wordt
bediend bij een aanrijding die overeenkomt
met de drempelwaarde of hoger, zelfs bij
een minder grote aanrijding die geen spo-
ren achterlaat op de voorbumper. Ook
treedt het systeem, afhankelijk van de
omstandigheden van de aanrijding en de
rijsnelheid, mogelijk in werking bij een aan-
rijding met een licht of klein voorwerp of
een klein dier.)
●In andere gevallen treedt het systeem
mogelijk in werking wanneer tegen het
onderste deel van de auto of de voorbum-
per wordt gestoten, bijvoorbeeld:
• Tegen een stoeprand botsen
• In een diepe kuil rijden
• Hard neerkomen
• Het raken van de helling van een parkeer- plaats, een glooiende weg, een uitstekend
of vallend voorwerp
■Omstandigheden waaronder de actieve
motorkap mogelijk niet juist werkt
●Als een voetganger in botsing komt met de
rechter- of linkerhoek van de voorbumper
of de zijkant van de auto. Het systeem
werkt mogelijk niet doordat dergelijke bot-
singen niet goed kunnen worden gesigna-
leerd.
●Als de rijsnelheid niet juist wordt gesigna-
leerd, bijvoorbeeld wanneer de auto zij-
waarts glipt, werkt het systeem mogelijk
niet goed.
■Omstandigheden waaronder de actieve
motorkap niet werkt
De actieve motorkap werkt in de volgende
situaties niet:
●Een botsing met een liggende persoon
●Een frontale stoot tegen de voorbumper bij
een rijsnelheid die niet binnen het bereik
ligt waarbij het systeem in werking treedt
●Een aanrijding van opzij of van achteren
●Over de kop slaan van de auto (bij som-
mige aanrijdingen treedt de actieve motor-
kap mogelijk in werking)
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 47 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 50 of 578
48
Handleiding_Europa_M62060_nl
1-1. Voor een veilig gebruik
WAARSCHUWING
■Wanneer de actieve motorkap wordt
geactiveerd
●Trek de ontgrendelingshendel van de
motorkap niet naar u toe. Wanneer u dit
doet nadat de actieve motorkap in wer-
king is getreden, zal de motorkap verder
omhoogkomen en mogelijk letsel veroor-
zaken. Rijd niet met een motorkap die
omhoog is gekomen, anders wordt het
zicht van de bestuurder mogelijk gehin-
derd, wat een ongeval kan veroorzaken.
●Druk niet met kracht op de motorkap.
De omhooggekomen motorkap kan niet
met de hand in de oorspronkelijke posi-
tie worden teruggebracht. Als u dat wel
doet, kan de motorkap vervormd raken
of letsel veroorzaken.
●Laat de actieve motorkap, als deze is
geactiveerd, vervangen door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige. Breng, als de actieve motorkap is
geactiveerd, de auto onmiddellijk op
een veilige plaats tot stilstand en neem
contact op met een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
●Raak direct nadat de actieve motorkap
in werking is getreden het hefsysteem
niet aan, omdat dit heet kan zijn en
brandwonden kan veroorzaken.
OPMERKING
■Voorzorgsmaatregelen actieve
motorkap
●Sluit de motorkap voordat u gaat rijden,
aangezien het systeem mogelijk niet
goed werkt wanneer de motorkap niet
volledig is gesloten.
●Controleer ook of alle banden de voor-
geschreven maat en spanning hebben.
Als banden met een verschillende maat
worden gebruikt, werkt het systeem
mogelijk niet goed.
●Als iets het gebied rond de voorbumper
heeft geraakt, raken de sensoren moge-
lijk beschadigd, zelfs wanneer de
actieve motorkap niet is geactiveerd.
Laat de auto nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
●Verwijder of repareer de onderdelen of
bedrading van de actieve motorkap niet.
Anders kan het systeem onbedoeld
worden geactiveerd of werkt het sys-
teem mogelijk niet goed. Als reparatie of
vervanging noodzakelijk is, neem dan
contact op met een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
●Verwijder onderdelen als de voorbum-
per, motorkap of wielophanging niet en
vervang ze niet door niet-originele
onderdelen. Anders werkt het systeem
mogelijk niet goed.
●Plaats niks op de voorbumper of de
motorkap. Anders kunnen de sensoren
een aanrijding mogelijk niet goed waar-
nemen of werkt het systeem mogelijk
niet goed.
●Sluit de motorkap niet met kracht en
oefen geen belasting uit op het hefsys-
teem. Anders kan dat systeem bescha-
digd raken en werkt het mogelijk niet
goed.
●Breng geen wijzigingen aan de wielop-
hanging aan, aangezien veranderingen in
de wagenhoogte ervoor kunnen zorgen
dat het systeem niet goed werkt.
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 48 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM