reset TOYOTA PROACE CITY VERSO 2021 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2021, Model line: PROACE CITY VERSO, Model: TOYOTA PROACE CITY VERSO 2021Pages: 269, PDF Size: 57.66 MB
Page 8 of 269

8
te zorgen dat de stikstofoxide-uitstoot van uw auto weer aan de voorschriften voldoet.Laat bij het tanken het vulpistool niet meer dan drie keer afslaan; zo voorkomt u dat brandstof uit de tank stroomt.U zult bij een nieuwe auto merken dat pas na 3.000 km het gemiddelde brandstofverbruik zich stabiliseert.
ECO-modus
Met deze modus kunt u de instellingen van de verwarming en airconditioning optimaliseren om het brandstofverbruik te beperken.
Inschakelen/uitschakelen
► U kunt deze modus in- of uitschakelen door op deze toets te drukken.Het lampje brandt als de modus is ingeschakeld.
Eco-coaching
Deze functie voorziet de bestuurder van advies en informatie om hem te helpen zuiniger en milieuvriendelijker te rijden.
De functie houdt hierbij rekening met parameters zoals het optimaliseren van het remmen, gas geven en schakelen, de bandenspanning, het gebruik van verwarmings-/airconditioningfuncties, enz.
Informatie op het instrumentenpaneel
Door het tabblad “Eco-coaching” van het centrale matrixdisplay van het instrumentenpaneel te selecteren, kunt u uw rijstijl in realtime in de gaten houden met de rem- en acceleratie-indicator.
Informatie op het touchscreen
De vier tabbladen “Traject”, “Airconditioning”, “Onderhoud” en “Rijden” voorzien u van advies om uw rijstijl te optimaliseren.Informatie met betrekking tot uw rijstijl kan ook in realtime worden weergegeven.Het tabblad “Rapport” toont een beoordeling van uw rijstijl per dag en geeft een totaalscore over de gehele week.U kunt dit rapport op elk willekeurig moment resetten door op “Reset” te drukken.Met TOYOTA Connect Radio
► Selecteer in het menu “Connect-App” de optie “Eco-coaching”.Met TOYOTA Connect Nav► Selecteer het menu “Connect-App”, vervolgens het tabblad “Voertuigapps” en dan “Eco-coaching”.
Page 10 of 269

10
Met instrumentenpaneel met matrixdisplay
1.Instellingen van cruise control of snelheidsbegrenzer.
2.Schakeladviesindicator.Ingeschakelde versnelling bij automatische transmissie.
3.Digitale snelheidsmeter (km/h of mph) met instrumentenpaneel met LCD-tekstdisplay.Weergavezone bij instrumentenpaneel met matrixdisplay: waarschuwingsmeldingen of mel-ding over de status van functies, boordcompu-
ter, digitale snelheidsmeter (km/h of mph), enz.
4.Onderhoudsindicator, vervolgens kilometerteller (km of mijl) en dagteller (km of mijl).Weergavezone bij instrumentenpaneel met LCD-tekstdisplay: waarschuwingsmelding of melding over de status van de functies, boord-computer, enz.
5.Koelvloeistoftemperatuurmeter.
6.Controlelampje motoroliepeil.
7.Brandstofmeter.
Bedieningstoetsen
Met instrumentenpaneel met LCD-pictogrammendisplay
A.Dimmer verlichting.Lang indrukken van SET: wijzigen van de inge-stelde tijden en eenheden.
B.Herinnering aan onderhoudsinformatie of de actieradius met het SCR-systeem en AdBlue®.Resetten van de geselecteerde functie (onder-houdsindicator en dagteller).Lang indrukken: wijzigen van de ingestelde tij-den en eenheden.
Met instrumentenpaneel met LCD-tekstdisplay
Met instrumentenpaneel met matrixdisplay
A.Tijdelijke herinnering aan onderhoudsinformatie
of herinnering aan de actieradius met het SCR-systeem en AdBlue®.Afhankelijk van de uitvoering: terugkeren naar het bovenliggende niveau of annuleren van de actuele werking.
B.Dimmer verlichting.Afhankelijk van de uitvoering: bladeren door een menu of lijst of wijzigen van een waarde.
C.Resetten van de dagteller (lang indrukken).Resetten van de onderhoudsindicator.Afhankelijk van de uitvoering: openen van het configuratiemenu en bevestigen van een keuze (kort indrukken).
Page 17 of 269

17
Instrumenten
1
OnderhoudssleutelGaat tijdelijk branden als het contact AAN wordt gezet.De afstand tot de eerstvolgende onderhoudsbeurt is tussen de 3000 en 1000 km.Blijft branden wanneer het contact AAN wordt gezet.De onderhoudsbeurt moet binnen 1000 km worden uitgevoerd.Laat zo spoedig mogelijk een onderhoudsbeurt aan uw auto uitvoeren.
Onderhoudssleutel knippertKnippert en blijft vervolgens branden, als het contact AAN wordt gezet.(Bij dieselmotoren, in combinatie met het onderhoudswaarschuwingslampje.)Het onderhoudsinterval is overschreden.Laat uw auto zo snel mogelijk onderhouden.
NOTIC E
De weergegeven afstand (in kilometers of mijlen) wordt berekend op basis van de afgelegde afstand en de verstreken tijd sinds de laatste onderhoudsbeurt.De waarschuwing kan ook worden weergegeven als het einde van het onderhoudsinterval in tijd nadert.
Resetten van de onderhoudsindicator
De onderhoudsindicator moet na elke onderhoudsbeurt worden gereset.► Zet het contact UIT.
► Houd deze toets ingedrukt.► Zet het contact AAN; het display van de kilometerteller begint met aftellen.► Laat de toets los wanneer =0 wordt weergegeven; de moersleutel verdwijnt.
NOTIC E
Als u na deze handeling de accu wilt loskoppelen, vergrendel dan de auto en wacht ten minste 5 minuten totdat de reset is voltooid.
Opvragen van onderhoudsinformatie
U kunt op elk moment de onderhoudsinformatie weergeven.► Druk op deze toets.
De onderhoudsinformatie wordt enkele seconden weergegeven en verdwijnt vervolgens weer.
Display instrumentenpaneel
Gebruik, als de auto stilstaat, de linker draaiknop op het stuur of de toets “SET” op het instrumentenpaneel om door de menu's te navigeren voor het configureren van bepaalde voertuiginstellingen.Bediening draaiknop:
– Indrukken: openen van het hoofdmenu; bevestigen van uw keuze.– Draaien (buiten menu om): scrollen door de lijst van beschikbare actieve functies.– Draaien (in het menu): omhoog of omlaag gaan in het menu.
Page 18 of 269

18
Kilometerteller en dagteller
De kilometerteller en dagteller worden gedurende 30 seconden weergegeven bij het uitzetten van het contact, bij het openen van het bestuurdersportier en bij het vergrendelen en ontgrendelen van de auto.
Kilometerteller
Deze teller geeft de totale kilometerstand van de auto aan sinds de eerste registratie.
Dagteller
Deze teller geeft de afgelegde afstand aan sinds de laatste keer dat de bestuurder de teller heeft gereset.Resetten van de dagteller
► Druk, wanneer het contact AAN staat, op de toets totdat er nullen worden weergegeven.
Koelvloeistoftemperatuur
Als bij draaiende motor de wijzer of het staafdiagram (afhankelijk van de uitvoering) zich:
– in zone A bevindt, is de koelvloeistoftemperatuur in orde;– in zone B bevindt, is de koelvloeistoftemperatuur te hoog. Het waarschuwingslampje hoge koelvloeistoftemperatuur en het waarschuwingslampje STOP gaan branden, in combinatie met een geluidssignaal en een waarschuwingsmelding.Stop zo snel mogelijk op een veilige plaats.Wacht enkele minuten voordat u de motor uitzet.Neem contact op met een TOYOTA-dealer of een gekwalificeerde werkplaats.
Controle
De temperatuur en de druk in het koelsysteem beginnen na enkele minuten rijden te stijgen.Bijvullen van koelvloeistof:► laat de motor ten minste een uur afkoelen;► draai de dop twee slagen los om de druk te laten dalen;► verwijder de dop zodra de druk is gedaald;► vul bij tot aan het merkteken “MAX”.Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer
informatie over het controleren van de niveaus.
WARNI NG
Wees voorzichtig bij het bijvullen van de koelvloeistof: kans op brandwonden. Vul niet bij tot boven het maximumniveau (aangegeven op het reservoir).
Page 22 of 269

22
Dagteller resetten
De reset wordt uitgevoerd wanneer de dagteller wordt weergegeven.► Druk ten minste twee seconden op de toets op het uiteinde van de ruitenwisserschakelaar.► Druk ten minste twee seconden op de knop op het stuurwiel.
► Druk ten minste 2 seconden op deze toets.
Enkele definities...
Actieradius
(km of mile)De actieradius geeft aan hoeveel kilometer u nog met de resterende hoeveelheid brandstof kunt rijden (berekend op basis van het gemiddelde verbruik over de laatste afgelegde kilometers).
NOTIC E
Deze waarde kan fluctueren door een wijziging in rijstijl of het rijden op een helling, waardoor het actuele brandstofverbruik aanzienlijk kan wijzigen.
Als de actieradius kleiner wordt dan 30 km, verschijnen streepjes op het scherm.Na het tanken van minimaal 5 liter brandstof wordt de actieradius opnieuw berekend en weergegeven als deze meer dan 100 km bedraagt.
WARNI NG
Neem contact op met een TOYOTA-dealer of een gekwalificeerde werkplaats als tijdens het rijden de streepjes continu worden weergegeven.
Actueel brandstofverbruik
(l/100 km, km/l of mpg)Berekend over de laatste seconden.
NOTIC E
Deze functie wordt alleen weergegeven bij snelheden vanaf 30 km/h.
Gemiddeld brandstofverbruik
(l/100 km, km/l of mpg)Berekend sinds de laatste keer resetten van de trajectgegevens.
Gemiddelde snelheid
(km/h of mph)Berekend sinds de laatste keer resetten van de trajectgegevens.
Afgelegde afstand
(km of mile)Berekend sinds de laatste keer resetten van de trajectgegevens.
Tijdteller Stop & Start
(minuten/seconden of uren/minuten)
Als uw auto is uitgerust met Stop & Start houdt een teller bij hoelang de STOP-stand tijdens een rit is geactiveerd.De tijdteller wordt telkens wanneer u het contact opnieuw AAN zet gereset.
Page 26 of 269

26
Advies
WARNI NG
AfstandsbedieningDe afstandsbediening is een sensitief, hoogfrequent apparaat. Bedien de afstandsbediening niet terwijl deze in uw zak zit, om per ongeluk ontgrendelen van de auto te voorkomen.
Druk niet op de toetsen van de afstandsbediening als deze zich buiten het bereik van de auto bevindt, anders loopt u het risico dat de afstandsbediening niet meer werkt. In dat geval moet deze gereset worden.De afstandsbediening werkt niet als de sleutel in het contactslot zit, zelfs niet als het contact UIT staat.
WARNI NG
InbraakbeveiligingBreng geen wijzigingen aan de elektronische startblokkering aan, omdat dit kan leiden tot storingen.Vergeet bij auto's met een contactslot niet de sleutel te verwijderen en het stuurwiel te draaien om het stuurslot te activeren.
WARNI NG
Vergrendelen van de autoAls u met vergrendelde portieren rijdt, kan het voor de hulpdiensten in een noodgeval moeilijker zijn om zich toegang tot de auto te verschaffen.Verwijder om veiligheidsredenen de sleutel altijd of neem de elektronische sleutel altijd mee als u de auto verlaat, zelfs voor een korte tijd.
NOTIC E
Aanschaf van een tweedehandsautoLaat de sleutelcodes door een TOYOTA-dealer in het geheugen opslaan om er zeker van te zijn dat de sleutels die u in uw bezit hebt de enige zijn waarmee de auto kan worden gestart.
WARNI NG
Vuil (vocht, stof, modder, zout, enz.) aan de binnenzijde van de portiergreep kan het signaleren van de sleutel negatief beïnvloeden.Als na het reinigen van de binnenzijde van de portiergreep met een doek het signaleren niet verbetert, neem dan contact op met een TOYOTA-dealer of een gekwalificeerde werkplaats.Plotseling contact met water (waterstraal, hogedrukreiniger, enz.) kan door het systeem worden beschouwd als een verzoek om de auto te ontgrendelen.
Ontgrendelen
NOTIC E
Het ontgrendelen wordt aangegeven door het gedurende enkele seconden snel knipperen van
de richtingaanwijzers.Afhankelijk van de uitvoering worden de buitenspiegels uitgeklapt en wordt het alarm uitgeschakeld.
Page 150 of 269

150
Vermoeidheids-
herkenningssysteem
Lees de algemene adviezen over het gebruik van de rij- en parkeerhulpsystemen.Het is raadzaam om een pauze te nemen wanneer u zich moe voelt. Pauzeer in elk geval elke twee uur.Afhankelijk van de uitvoering bevat de functie alleen het systeem “Coffee Break Alert” of daarnaast ook het systeem “Driver Attention Warning”.
WARNI NG
Deze systemen zijn niet bedoeld om de bestuurder wakker te houden of om te voorkomen dat de bestuurder achter het stuur in slaap valt. Het blijft de verantwoordelijkheid van de bestuurder om een pauze in te lassen als hij vermoeid is.
Inschakelen/uitschakelen
Deze functie kan worden in- of uitgeschakeld via het configuratiemenu van de auto.De status van de functie wordt opgeslagen in het geheugen als het contact UIT wordt gezet.
Coffee Break Alert
Dit systeem geeft een waarschuwing zodra het detecteert dat de bestuurder langer dan twee uur heeft gereden met een snelheid van meer dan 65 km/h zonder dat hij de rit met een pauze heeft onderbroken.Deze waarschuwing bestaat uit een melding die de bestuurder adviseert een pauze te nemen, in combinatie met een geluidssignaal.Als de bestuurder dit advies niet opvolgt, wordt de waarschuwing elk uur herhaald tot de auto wordt stilgezet.Het systeem wordt gereset als aan een van de volgende voorwaarden is voldaan:– de auto staat gedurende meer dan 15 minuten stil met draaiende motor,– het contact is enkele minuten UIT geweest,– de veiligheidsgordel van de bestuurder is losgemaakt en het portier is geopend.
NOTIC E
Zodra de rijsnelheid lager is dan 65 km/h, gaat het systeem over op stand-by.De rijtijd wordt opnieuw berekend zodra de snelheid hoger is dan 65 km/h.
Driver Attention Warning
Afhankelijk van de uitvoering kan het systeem “Coffee Break Alert” worden gecombineerd met het systeem “Driver Attention Warning”.
Met behulp van een bovenaan de voorruit geplaatste camera beoordeelt het systeem de waakzaamheid van de bestuurder door afwijkingen in de koers van de auto ten opzichte van de rijstrookmarkeringen te detecteren.Dit systeem is vooral geschikt voor auto(snel)wegen (snelheden van meer dan 65 km/h).
Bij het eerste waarschuwingsniveau wordt de bestuurder gewaarschuwd door de melding “Voorzichtig!”, in combinatie met een geluidssignaal.Na drie waarschuwingen van het eerste niveau activeert het systeem een nieuwe waarschuwing met de melding “Doorrijden risicovol: las een rustpauze in”, in combinatie met een luider klinkend geluidssignaal.
Page 198 of 269

198
WARNI NG
Probeer nooit om een bevroren accu op te laden: risico van explosie!Als de accu bevroren is geweest, laat hem dan nakijken door een TOYOTA-dealer of een gekwalificeerde werkplaats. Deze zal controleren of de interne onderdelen niet zijn beschadigd en of de behuizing niet is gescheurd waardoor er een giftig en bijtend zuur zou kunnen lekken.
De accu losnemen
Om ervoor te zorgen dat de accu voldoende geladen blijft om de motor te kunnen starten, raden we aan de accu los te nemen als de auto langere tijd niet wordt gebruikt.Vóór het losnemen van de accu:► sluit alle portieren, ruiten, de achterklep en het schuifdak,► schakel alle stroomverbruikers uit (audiosysteem, ruitenwissers, koplampen, enz.),
► zet het contact UIT en wacht vier minuten.Neem bij de accu alleen de pluspool (+) los.
Accupoolklem met snelsluiting
Losnemen van de pluspool (+)
► Trek hendel A helemaal omhoog om accupoolklem B te ontgrendelen.► Beweeg accupoolklem B omhoog om hem te verwijderen.Weer aansluiten van de pluspool (+)
► Trek hendel A helemaal omhoog.► Plaats de geopende accupoolklem B op de pluspool (+).► Druk de accupoolklem B volledig omlaag.► Beweeg hendel A omlaag om accupoolklem B te vergrendelen.
WARNI NG
Forceer de hendel niet door erop te duwen, aangezien de accupoolklem niet kan worden vergrendeld als deze niet correct is geplaatst; herhaal de procedure.
Nadat de accu weer is aangesloten
Na het aansluiten van de accu moet u het contact AAN zetten en vervolgens 1 minuut wachten alvorens de motor te starten, om de elektronische systemen te initialiseren.Neem contact op met een TOYOTA-dealer of een gekwalificeerde werkplaats als zich hierna nog problemen blijven voordoen.Raadpleeg het desbetreffende hoofdstuk voor het resetten van bepaalde systemen, zoals:– de sleutel met afstandsbediening of de elektronische sleutel (afhankelijk van de uitvoering),– de elektrisch bedienbare ruiten,– de elektrisch bedienbare deuren,– de datum en tijd,
– de voorkeuzezenders.
Page 230 of 269

230
Een nieuw nummer bellen
Druk op Telefoon om de hoofdpagina weer te geven. Voer het telefoonnummer in via het digitale toetsenbord.Druk op “Bellen” om het gesprek te starten.
Een contact bellen
Druk op Telefoon om de hoofdpagina weer te geven. Of houd de
toets TEL op het stuurwiel ingedrukt.
Druk op “Contacten”.Selecteer het gewenste contact in de weergegeven lijst.Druk op “Bellen”.
Een recent gebruikt nummer
bellen
Druk op Telefoon om de hoofdpagina weer te geven.OfHoud de
toets op het stuurwiel ingedrukt.
Druk op “Gesprekkenlijst”.
Selecteer het gewenste contact in de weergegeven lijst.
NOTIC E
U kunt altijd direct via de telefoon bellen; breng echter wel voor de veiligheid de auto eerst tot stilstand.
Instellen van de beltoon
Druk op Telefoon om de hoofdpagina weer te geven. Druk op de toets “OPTIES” om de secundaire pagina weer te geven.Druk op “Volume beltoon:” om het staafdiagram van het volume weer te geven.Druk op de pijlen of verplaats de cursor om het volume van de beltoon in te stellen.
Instellingen
Configureren van profielen
Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven.Druk op “Profielen”.
Selecteer “Profiel 1”, “Profiel 2”, “Profiel 3” of “Gemeensch.prof.”.Druk op deze toets om met het virtuele toetsenbord een naam voor het profiel in te voeren.
Druk op “OK” om op te slaan.
Druk op de pijl “Terug” om te bevestigen.
Druk op deze toets om het profiel te activeren.Druk nogmaals op de pijl “Terug” om te bevestigen.Druk op deze toets om het geselecteerde profiel te resetten.
Aanpassen van de
lichtsterkte
Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven.Druk op Lichtsterkte.
Verplaats de cursor om de lichtsterkte van het scherm en/of het instrumentenpaneel (afhankelijk van de uitvoering) in te stellen.Druk op het gearceerde gedeelte om te bevestigen.
Systeeminstellingen wijzigen
Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven.Druk op “Configuratie” om de secundaire pagina weer te geven.Druk op “Systeemconfiguratie”.
Page 233 of 269

233
TOYOTA Connect Radio
11
► Gebruik originele USB-kabels om de compatibiliteit te waarborgen.Het geluid van de aangesloten Bluetooth-telefoon is niet hoorbaar.Het geluidsvolume is afhankelijk van het systeem en de telefoon.► Verhoog het volume van het audiosysteem, indien nodig tot maximaal, en verhoog indien nodig het volume van de telefoon.Omgevingsgeluiden hebben invloed op de geluidskwaliteit van een telefoongesprek.► Beperk het omgevingsgeluid (ruiten sluiten, aanjager lager zetten, snelheid verminderen, enz.).De contacten worden niet in alfabetische volgorde weergegeven.Sommige telefoons hebben speciale weergave-opties. Afhankelijk van de instellingen kunnen contacten in een bepaalde volgorde worden overgenomen.► Verander de instellingen voor de weergave van contacten in de telefoon.
Instellingen
Na het instellen van de lage en hoge tonen wordt de geluidssfeer gedeselecteerd.Na het instellen van de geluidssfeer worden de instellingen voor de lage en hoge tonen gereset.Elke instelling van de geluidssfeer is gekoppeld aan een bepaalde instelling van de lage en hoge tonen en andersom.
► Wijzig de instelling van de lage en hoge tonen of de geluidssfeer om de gewenste geluidskwaliteit te verkrijgen.Na het instellen van de balans worden de instellingen van de geluidsverdeling gedeselecteerd.Na het instellen van de geluidsverdeling worden de instellingen van de balans gedeselecteerd.Elke instelling van de geluidsverdeling is gekoppeld aan een bepaalde instelling van de balans en andersom.► Wijzig de instelling van de balans of de geluidsverdeling om de gewenste geluidskwaliteit te verkrijgen.Er is een verschil in geluidskwaliteit tussen de verschillende audiobronnen.Voor een optimale geluidskwaliteit kunnen de geluidsinstellingen voor de verschillende audiobronnen afzonderlijk worden aangepast. Dit leidt ertoe dat bij het veranderen van de audiobron verschillen hoorbaar kunnen zijn.► Controleer of de geluidsinstellingen zijn aangepast aan de audiobronnen waarnaar
wordt geluisterd. Zet de geluidsinstellingen in de middelste stand.Wanneer de motor is uitgezet, wordt het systeem na enkele minuten uitgeschakeld.Als de motor is uitgezet, werkt het systeem zolang de ladingstoestand van de accu dat toestaat.Het uitschakelen is normaal: het systeem schakelt automatisch over naar de spaarstand en wordt uitgeschakeld zodat de laadtoestand van de accu
voldoende blijft.
► Start de motor om de accu bij te laden.