sensor TOYOTA RAV4 2016 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2016, Model line: RAV4, Model: TOYOTA RAV4 2016Pages: 732, PDF Size: 41.98 MB
Page 193 of 732

193
4Rijden
RAV4_OM_OM42A45E_(EE)4-1. Voordat u gaat rijden
Rijden met de auto ............ 194
Lading en bagage .............. 206
Rijden met een aanhangwagen ................ 208
4-2. Rijprocedures Contactslot (auto's zonder Smart entry-
systeem en startknop) ..... 221
Startknop (auto's met Smart entry-
systeem en startknop) ..... 224
Automatische transmissie (met S-modus) ................. 231
Automatische transmissie (met M-modus) ................ 237
Multidrive CVT ................... 245
Handgeschakelde transmissie ...................... 253
Richtingaanwijzer- schakelaar ....................... 257
Parkeerrem ........................ 258
DPF-roetfilter (Diesel Particulate Filter)/DPNR-
katalysator (Diesel
Particulate-NOx
Reduction) ....................... 259
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Lichtschakelaar.................. 261
Automatic High Beam- systeem ........................... 266
Schakelaar mistlampen ..... 270
Ruitenwissers en -sproeiers......................... 272
Achterruitenwisser en -sproeier .......................... 276 4-4. Tanken
Openen van de tankdop .... 278
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Toyota Safety Sense ......... 281
PCS (Pre-Crash Safety- systeem) .......................... 290
LDA (Lane Departure Alert met stuurregeling) ... 305
RSA (Road Sign Assist)..... 313
Dynamic Radar Cruise Control-systeem .............. 318
Cruise control..................... 331
Snelheidsbegrenzer ........... 335
Toyota Parking Assist-sensor ................... 338
Schakelaar permanente vierwielaandrijving
(AWD-uitvoeringen) ......... 347
Stop & Start-systeem ......... 348
Downhill Assist Control ...... 360
BSM (Blind Spot Monitor) .. 362 • De Blind Spot Monitor-functie ............................ 367
• De Rear Crossing
Traffic Alert-functie ........ 370
Ondersteunende systemen ......................... 373
4-6. Rijtips Tips voor rijden in de winter .......................... 380
Voorzorgsmaatregelen bij terreinauto's ................ 384
RAV4_OM_OM42A45E_(EE).book Page 193 Tuesday, October 20, 2015 11:26 AM
Page 261 of 732

261
4
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Rijden
RAV4_OM_OM42A45E_(EE)
Lichtschakelaar
Draai aan het uiteinde van de hendel om de verlichting als volgt in te
schakelen:
Met sensor koplampregelingDe parkeerlichten voor,
achterlichten, kenteken-
plaat- en dashboardver-
lichting gaan branden.
De koplampen en alle hier-
boven genoemde verlich-
ting gaan branden.
De koplampen, dagrijver-
lichting ( →Blz. 264) en alle
verlichting die hierboven
genoemd is, worden auto-
matisch in- en uitgescha-
keld.
Wanneer het contact AAN
staat.
De dagrijverlichting wordt ingeschakeld. ( →Blz. 264)
De koplampen kunnen handmatig of automatisch worden
bediend.
Bedieningsinstructies
1
2
3
4
RAV4_OM_OM42A45E_(EE).book Page 261 Tuesday, October 20, 2015 11:26 AM
Page 262 of 732

2624-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
RAV4_OM_OM42A45E_(EE)
Zonder sensor koplampregelingDe parkeerlichten voor,
achterlichten, kenteken-
plaat- en dashboardver-
lichting gaan branden.
De koplampen en alle hier-
boven genoemde verlich-
ting gaan branden.
De dagrijverlichting wordt
ingeschakeld. ( →Blz. 264)
Druk bij ingeschakelde koplam-
pen de hendel van u af om het
grootlicht in te schakelen.
Door de hendel weer in de midden-
stand te zetten, wordt het grootlicht
weer uitgeschakeld.
Trek de hendel naar u toe en
laat deze meteen weer los om
één keer met het grootlicht te
knipperen.
U kunt lichtsignalen geven met de koplampen in- of uitgeschakeld.
1
2
3
Inschakelen van grootlicht
1
2
RAV4_OM_OM42A45E_(EE).book Page 262 Tuesday, October 20, 2015 11:26 AM
Page 264 of 732

2644-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
RAV4_OM_OM42A45E_(EE)
Dankzij dit systeem kunnen de koplampen gedurende 30 seconden
worden ingeschakeld wanneer het contact UIT wordt gezet.
Trek, nadat het contact UIT is
gezet, de hendel naar u toe en
laat hem los terwijl de lichtschake-
laar in de stand of staat.
Trek de hendel naar u toe en laat
hem weer los om de verlichting uit
te schakelen.
■Dagrijverlichting
Om uw auto overdag beter zichtbaar te maken voor andere weggebruikers,
wordt de dagrijverlichting automatisch ingeschakeld als de motor wordt
gestart en de parkeerrem wordt gedeactiveerd met de lichtschakelaar uit of in
de stand . (Brandt helderder dan de parkeerlichten voor.) Dagrijverlichting
is niet ontworpen voor gebruik in het donker.
■ Sensor koplampregeling (indien aanwezig)
Follow Me Home-systeem
De werking van de sensor kan in nega-
tieve zin beïnvloed worden als er iets over
de sensor heen geplaatst wordt of als er
iets op de ruit wordt aangebracht waar-
door de sensor wordt afgeschermd.
Hierdoor kan de sensor niet op de juiste
manier de hoeveelheid omgevingslicht
signaleren, waardoor het automatische
koplampsysteem mogelijk onjuist functio-
neert.
RAV4_OM_OM42A45E_(EE).book Page 264 Tuesday, October 20, 2015 11:26 AM
Page 265 of 732

2654-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
4
Rijden
RAV4_OM_OM42A45E_(EE)■
Automatisch uitschakelsysteem verlichting
Type A
● Wanneer de lichtschakelaar in de stand of staat:
De koplampen en de mistlampen vóór gaan uit als het contact UIT wordt
gezet.
● Wanneer de lichtschakelaar in de stand staat:
De verlichting gaat uit als het contact UIT wordt gezet.
Type B
● De koplampen en de mistlampen vóór gaan uit als het contact UIT wordt
gezet.
Zet om de verlichting weer in te sc hakelen het contact AAN of draai de licht-
schakelaar eenmaal uit en daarna terug naar stand of .
■ Zoemer verlichting
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop
Er klinkt een zoemer wanneer het contact UIT wordt gezet, de sleutel wordt
verwijderd en het bestuurdersportier wordt geopend terwijl de verlichting is
ingeschakeld.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Er klinkt een zoemer als het contact UIT wordt gezet en het bestuurderspor-
tier wordt geopend terwijl de verlichting is ingeschakeld.
■ Automatische verticale koplampverstelling (indien aanwezig)
De koplamphoogte wordt automatisch geregeld op basis van het aantal
passagiers in de auto en de mate van belading om verblinding van andere
weggebruikers door de koplampen te voorkomen.
■ Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen (bijv. gevoeligheid lichtsensor) kunnen worden gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen:
→Blz. 706)
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de accu
Laat de verlichting niet langer branden dan noodzakelijk is als de motor\
niet
draait.
RAV4_OM_OM42A45E_(EE).book Page 265 Tuesday, October 20, 2015 11:26 AM
Page 266 of 732

2664-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
RAV4_OM_OM42A45E_(EE)
Automatic High Beam-systeem∗
Duw de hendel van u af terwijl de
lichtschakelaar in de stand
staat.
Het controlelampje van het Auto-
matic High Beam-systeem gaat
branden als de koplampen auto-
matisch worden ingeschakeld om
aan te geven dat het systeem is
ingeschakeld.
∗: Indien aanwezig
Het Automatic High Beam-systeem maakt gebruik van een inge-
bouwde camerasensor om de he lderheid van bijvoorbeeld de
straatverlichting en de verlichting van tegenliggers en voorlig-
gers te meten, en schakelt indien nodig automatisch het groot-
licht in of uit.
WAARSCHUWING
■ Beperkingen van het Automatic High Beam-systeem
Vertrouw niet uitsluitend op het Automatic High Beam-systeem. Rijd altijd
voorzichtig, houd hierbij de omgeving in de gaten en schakel indien nodig
handmatig het grootlicht in of uit.
■ Voorkomen van onjuiste werking van het Automatic High Beam-sys-
teem
Voorkom overbelading van uw auto.
Inschakelen van het Automatic High Beam-systeem
RAV4_OM_OM42A45E_(EE).book Page 266 Tuesday, October 20, 2015 11:26 AM
Page 268 of 732

2684-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
RAV4_OM_OM42A45E_(EE)
■Voorwaarden voor het automatisch in - of uitschakelen van het grootlicht
● Als aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan, wordt het grootlicht
automatisch ingeschakeld:
• De rijsnelheid is hoger dan ongeveer 40 km/h.
• Het gebied voor de auto is niet verlicht.
• Er zijn geen tegenliggers of voorliggers met ingeschakelde koplampen of
achterlichten.
• Er bevinden zich weinig straatlantaarns op de weg voor u.
● Als aan een van onderstaande voorwaarden is voldaan, wordt het grootlicht
automatisch uitgeschakeld:
• De rijsnelheid wordt lager dan ongeveer 30 km/h.
• Het gebied voor de auto is verlicht.
• Tegenliggers of voorliggers hebben de koplampen of achterlichten inge-
schakeld.
• Er bevinden zich veel straatlantaarns op de weg voor u.
■ Informatie werking camerasensor
●In de volgende situaties wordt het grootlicht mogelijk niet automatisch uitge-
schakeld:
• Als plotseling een tegenligger uit een bocht opdoemt
• Als plotseling een andere auto voor de eigen auto invoegt
• Als tegenliggers of voorliggers aan het zicht zijn onttrokken als gevolg
van een reeks bochten, wegafscheidingen of bomen langs de weg
• Wanneer tegenliggers opdoemen uit de rechter tegemoetkomende rij-
strook op een brede weg
• Wanneer er tegenliggers of voorliggers met uitgeschakelde verlichting zijn
● Het grootlicht wordt mogelijk uitgeschakeld als een tegenligger wordt gesig-
naleerd die zijn mistlampen aan heeft terwijl zijn koplampen uit zijn.
● Door de aanwezigheid van huisverlichting, straatverlichting, verkeerslichten
of verlichte billboards of verkeersborden wordt mogelijk geschakeld van
grootlicht naar dimlicht of blijft het dimlicht mogelijk ingeschakeld.
● De volgende factoren kunnen van invloed zijn op de reactietijd voor het in-
of uitschakelen van het grootlicht:
• De helderheid van koplampen, mistlampen en achterlichten van tegenlig-
gers en voorliggers
• De beweging en richting van tegenliggers en voorliggers
• Als de verlichting van een tegenligger of voorligger slechts aan één kant werkt
• Als een tegenligger of voorligger een voertuig op twee wielen betreft
• De toestand van de weg (stijgingspercentage, bochten, toestand van het wegdek, enz.)
• Het aantal inzittenden en de hoeveelheid bagage
● Het grootlicht kan op voor de bestuurder onverwachte momenten worden
in- en uitgeschakeld.
RAV4_OM_OM42A45E_(EE).book Page 268 Tuesday, October 20, 2015 11:26 AM
Page 269 of 732

2694-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
4
Rijden
RAV4_OM_OM42A45E_(EE)●
Fietsen of vergelijkbare objecten worden mogelijk niet gesignaleerd.
● In de onderstaande situaties kan het systeem de helderheid van het omge-
vingslicht mogelijk niet juist signaleren. Hierdoor blijven de dimlichten moge-
lijk branden of zorgt het grootlicht mogelijk voor problemen bij voetgangers,
tegenliggers of voorliggers of anderen. In dergelijke gevallen moet handma-
tig worden geschakeld tussen grootlicht en dimlicht.
• Bij slecht weer (regen, mist, sneeuw, zandstormen, enz.)
• Het zicht door de voorruit wordt belemmerd door mist, wasem, ijs, vuil,
enz.
• De voorruit is gebarsten of beschadigd.
• De camerasensor is vervormd of vuil.
• De temperatuur van de camerasensor is extreem hoog.
• De helderheid van het omgevingslicht komt overeen met die van koplam- pen, achterlichten of mistlampen.
• Tegenliggers hebben de koplampen niet ingeschakeld of de koplampen
zijn vuil, hebben een andere kleur of zijn niet correct afgesteld.
• In gebieden waar lichte en donkere stukken elkaar afwisselen.
• Als geregeld en herhaaldelijk over stijgende en dalende wegen wordt
gereden, of over wegen met een slecht of oneffen wegdek (zoals klinker-
wegen, zandwegen, enz.)
• Als geregeld en herhaaldelijk over bochtige wegen wordt gereden.
• Er bevindt zich een sterk spiegelend voorwerp, zoals een spiegel, voor de auto.
• De achterzijde van een voorligger is sterk spiegelend, zoals een contai-
ner op een truck.
• De koplampen van de auto zijn beschadigd of vuil.
• De auto helt naar één kant over door bijvoorbeeld een lekke band of ligt
aan de achterzijde wat lager doordat een aanhangwagen is aangekop-
peld.
• Er wordt herhaaldelijk en op een abnormale manier geschakeld tussen
dimlicht en grootlicht.
• De bestuurder meent dat andere bestuurders of voetgangers last hebben van het grootlicht.
• Wanneer men door een lange tunnel rijdt.
■ Als een waarschuwingsmelding van het Automatic High Beam-systeem
wordt weergegeven
Dit kan duiden op een storing in het systeem. Neem contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Persoonlijke voorkeursinstellingen
Het Automatic High Beam-systeem kan worden uitgeschakeld.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen:
→Blz. 706)
RAV4_OM_OM42A45E_(EE).book Page 269 Tuesday, October 20, 2015 11:26 AM
Page 273 of 732

2734-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
4
Rijden
RAV4_OM_OM42A45E_(EE)
Gelijktijdig inschakelen ruiten-
sproeier en ruitenwisser
De ruitenwissers zullen automa-
tisch een aantal slagen maken als
de ruitensproeiers worden inge-
schakeld.
Auto's met koplampsproeiers: Als
de koplampen aan zijn, werken de
koplampsproeiers één keer. Ver-
volgens zullen de koplampsproei-
ers elke vijfde keer dat u de hendel
bedient werken.
Ruitenwissers met regensensor
Stand AUTO
Lage snelheid
Hoge snelheid
Enkele slag
In de stand AUTO werken de rui-
tenwissers automatisch wanneer
de sensor signaleert dat het
regent. De wissnelheid wordt auto-
matisch afgestemd op de hoeveel-
heid neerslag en de rijsnelheid.
In de stand AUTO kan de sensorgevoeligheid worden ingesteld.Verhoogt de gevoeligheid
Verlaagt de gevoeligheid
7
1
2
3
4
5
6
RAV4_OM_OM42A45E_(EE).book Page 273 Tuesday, October 20, 2015 11:26 AM
Page 274 of 732

2744-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
RAV4_OM_OM42A45E_(EE)
Gelijktijdig inschakelen ruiten-
sproeier en ruitenwisser
De ruitenwissers zullen automa-
tisch een aantal slagen maken als
de ruitensproeiers worden inge-
schakeld.
Auto's met koplampsproeiers: Als
de koplampen aan zijn, werken de
koplampsproeiers één keer. Ver-
volgens zullen de koplampsproei-
ers elke vijfde keer dat u de hendel
bedient werken.
■De ruitenwissers en ruitensproeiers kunnen worden bediend als
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
■ Regensensor (auto's met ruitenwisser met regensensor)
●Als de ruitenwisserschakelaar in de stand AUTO wordt gezet terwijl het con-
tact AAN staat, werken de ruitenwissers één keer om aan te geven dat de
stand AUTO is geactiveerd.
● Als de ruitenwisser gevoeliger wordt afgesteld, kan de wisser één keer wer-
ken om aan te geven dat de gevoeligheid is gewijzigd.
● Als de temperatuur van de regensensor 90 °C of hoger is, of -15 °C of lager
is, werkt de automatische functie mogelijk niet. Zet de ruitenwisserschake-
laar in dat geval in een andere stand dan AUTO.
■ Als er geen ruitensproeiervloe istof op de ruit terechtkomt
Controleer of er ruitensproeiervloeistof in het reservoir aanwezig is en contro-
leer als dat het geval is of de sproeierkoppen niet verstopt zijn.
■ Sproeierkopverwarming (indien aanwezig)
De sproeierkopverwarming treedt in werking om te voorkomen dat de sproei-
erkop bevriest. Hij treedt in werking wanneer de buitentemperatuur 5 °C of
lager is en het contact AAN staat.
7
● De regensensor registreert de hoeveel-
heid neerslag.
RAV4_OM_OM42A45E_(EE).book Page 274 Tuesday, October 20, 2015 11:26 AM