TOYOTA YARIS HYBRID 2017 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2017, Model line: YARIS HYBRID, Model: TOYOTA YARIS HYBRID 2017Pages: 508, PDF Size: 34 MB
Page 71 of 508

711-1. Voor een veilig gebruik
1
Veiligheid en beveiliging
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
Auto's met bagageafdekking: Verwijder de bagageafdekking.
( → Blz. 313)
Verwijder de hoofdsteun. ( →Blz. 156)
Maak het baby- of kinderzitje
vast met de veiligheidsgordel of
met het ISOfix-bevestigingssys-
teem.
Open het klepje van de bevesti-
gingssteun, zet de haak vast
aan de bevestigingssteun en
trek de bovenste gordel aan.
Controleer of de bovenste gordel
goed vastzit.
Auto's met bagageafdekking: Plaats de bagageafdekking weer teru g.
■Wanneer u een baby- of kinderzitj e plaatst met een veiligheidsgordel
Voor het plaatsen van een baby- of kinderzitje met een veilighe idsgordel is
een speciale blokkeerclip nodig. Volg de aanwijzingen van de fa brikant van
het baby- of kinderzitje. Als uw zitje niet over een blokkeerclip beschikt, kunt
u deze kopen bij een erkende Toyota-dealer of hersteller/repara teur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige:
Blokkeerclip voor baby- of kinderzitje
(onderdeelnr. 73119-22010)
Baby- en kinderzitjes met een bovenste gordel
1
2
3
4
5
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 71 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM
Page 72 of 508

721-1. Voor een veilig gebruik
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
WAARSCHUWING
■Als er een baby- of kinderzitje wordt geplaatst
Volg de aanwijzingen in de montagehandleiding van het baby- of kinderzitje
en zet het zitje goed vast.
Als het baby- of kinderzitje niet goed wordt vastgezet, kan het kind of een
andere passagier bij plotseling remmen, een uitwijkmanoeuvre of een aan-
rijding ernstig letsel oplopen.
● Als het kinderzitje niet goed gemon-
teerd kan worden omdat de bestuur-
dersstoel in de weg zit, moet het
kinderzitje rechts achterin (auto's met
linkse besturing) of links achterin (auto's
met rechtse besturing) worden gemon-
teerd.
● Verstel de voorpassagiersstoel zodanig
dat deze geen contact maakt met het
baby- of kinderzitje.
● Als er een in de rijrichting geplaatst
baby- of kinderzitje op de voorpassa-
giersstoel wordt geplaatst, moet de
stoel zo ver mogelijk naar achteren wor-
den geschoven.
Als dat niet gedaan wordt, kan er ern-
stig letsel ontstaan als de airbags geac-
tiveerd worden.
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 72 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM
Page 73 of 508

731-1. Voor een veilig gebruik
1
Veiligheid en beveiliging
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
WAARSCHUWING
■Als er een baby- of kinderzitje wordt geplaatst
● Gebruik nooit een tegen de rijrichting in
geplaatst baby- of kinderzitje op de
voorpassagiersstoel als de aan/uit-
schakelaar voor de airbag in stand ON
staat. ( →Blz. 53)
Bij een ongeval kan het kind ernstig let-
sel oplopen door de kracht waarmee de
voorpassagiersairbag wordt geacti-
veerd.
●
Een waarschuwingslabel op de zonne-
klep aan passagierszijde geeft aan dat
het niet is toegestaan om een tegen de
rijrichting in geplaatst baby- of kinderzitje
op de voorpassagiersstoel te plaatsen.
In onderstaande afbeelding is het label
in detail te zien.
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 73 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM
Page 74 of 508

741-1. Voor een veilig gebruik
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
WAARSCHUWING
■Als er een baby- of kinderzitje wordt geplaatst
●
Als er in het land waarin u woont regels zijn voor baby- en kin derzitjes,
neem dan contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige
voor het plaatsen van het baby- of kinderzitje.
●Controleer als er een zitkussen geplaatst is altijd of de schou dergordel over
het midden van de schouder van het kind loopt. De gordel mag ni et langs de
nek van het kind lopen, maar mag ook niet van de schouder van h et kind
vallen. Als de gordel niet goed ov er de schouder ligt, kan het kind bij plotse-
ling remmen of uitwijken of bij een aanrijding ernstig letsel o plopen.
●Controleer of de gesp goed in de gordelsluiting is vergrendeld en of de vei-
ligheidsgordel niet gedraaid is.
●Beweeg het baby- of kinderzitje naar links en naar rechts en na ar voren en
naar achteren om te controler en of het goed is geplaatst.
●Verstel de rugleuning niet meer nadat het baby- of kinderzitje is geplaatst.
●Volg bij het plaatsen van een baby- of kinderzitje altijd de ge bruiksaanwij-
zing van de fabrikant.
●Plaats de hoofdsteun niet wanneer e r een baby- of kinderzitje met een lus
aan de bovenzijde is geplaatst. De hoofdsteun kan de bovenste l us belem-
meren, waardoor het baby- of ki nderzitje niet goed vastgezet kan worden.
●Berg de verwijderde hoofdsteun op een veilige plaats op wanneer u een
baby- of kinderzitje op de achterstoel plaatst.
■ Het correct vastzetten van het z itje aan de bevestigingspunten
Controleer bij het gebruik van de onderste bevestigingspunten o f er geen
vreemde voorwerpen rond de bevestigingspunten aanwezig zijn en of de
gordel niet klem zit achter het baby- of kinderzitje. Controleer of het zitje
goed vastzit. Als het zitje niet stevig vastzit, kan het kind o f een andere pas-
sagier bij plotseling remmen of uitwijken of bij een aanrijding ernstig letsel
oplopen.
●Laat niemand plaatsnemen op de mid-
delste zitplaats als de rechter achterstoel
voor een kinderzitje wordt gebruikt. De
werking van de veiligheidsgordel kan
verminderd zijn omdat deze bijvoorbeeld
te hoog geplaatst is of te los zit, hetgeen
bij plotseling remmen of bij een aanrij-
ding ernstig letsel kan veroorzaken.
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 74 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM
Page 75 of 508

751-1. Voor een veilig gebruik
1
Veiligheid en beveiliging
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
Belangrijke voorzorgsmaatregelen
in verband met uitlaatgassen
Uitlaatgassen bevatten stoffen die schadelijk zijn bij inademing.
WAARSCHUWING
Uitlaatgassen bevatten het schadelijke koolmonoxide (CO). Dit is een kleur-
loos en reukloos gas. Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Als u deze voorzorgsmaatregelen niet in acht neemt, kunnen er u itlaatgassen
in de auto terechtkomen waardoor de bestuurder duizelig kan wor den en een
ongeval kan veroorzaken, of waardoor de gezondheid van de inzit tenden ern-
stig kan worden geschaad.
■ Belangrijke punten tijdens het rijden
● Zorg ervoor dat de achterklep gesloten is.
● Als u uitlaatgassen ruikt in de auto, zelfs als de achterklep g esloten is,
moet u de ruiten openzetten en de auto zo snel mogelijk laten n akijken
door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Tijdens het parkeren
●
Als de auto zich in een slecht geventileerde omgeving of een af gesloten
ruimte bevindt, zoals een garage, moet u het hybridesysteem uitschakelen.
●Laat bij stilstaande auto het hybridesysteem niet langdurig ingeschakeld.
Als dat niet anders kan, parkeer de auto dan op een open plek e n zorg
ervoor dat er geen uitlaatgassen in het interieur terecht kunne n komen.
● Laat het hybridesysteem niet draaien op een plaats waar sneeuw de
afvoer van de uitlaatgassen zou kunnen hinderen. Als sneeuw de afvoer
van uitlaatgassen hindert wanneer het hybridesysteem in werking is, kun-
nen er uitlaatgassen in de auto terechtkomen.
■ Uitlaatpijp
Het uitlaatsysteem dient regelmatig te worden gecontroleerd. La at uw auto
nakijken en repareren door een erkende Toyota-dealer of herstel ler/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige
bij gaten of scheuren als gevolg van corrosie of beschadigingen aan verbin-
dingsstukken, of bij een abnormaal geluid aan het uitlaatsystee m.
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 75 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM
Page 76 of 508

761-2. Hybridesysteem
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
Kenmerken hybridesysteem
De afbeelding dient slechts ter illustratie en wijkt mogelijk af van de
werkelijkheid.
Benzinemotor
Elektromotor (tractiemotor)
Uw auto is een hybridevoertuig. De eigenschappen van uw auto
zijn anders dan die van conventi onele auto's. Zorg ervoor dat u
de eigenschappen van uw auto goed leert kennen en gebruik de
functies voorzichtig.
Bij het hybridesysteem werken een benzinemotor en een elek-
tromotor (tractiemotor) samen, afhankelijk van de rijomstandig-
heden, om het brandstofverbrui k en de uitlaatgasemissie te
verlagen.
1
2
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 76 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM
Page 77 of 508

771-2. Hybridesysteem
1
Veiligheid en beveiliging
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
◆Bij stilstand/tijdens wegrijden
Wanneer de auto stilstaat, wordt de benzinemotor uitgeschakeld
*.
Bij het wegrijden wordt de auto aangedreven door de elektromoto r
(tractiemotor). Bij het rijden met lage snelheid of bij het afr ijden van
een flauwe helling wordt de b enzinemotor uitgeschakeld
* en wordt
de elektromotor (tractie motor) ingeschakeld.
Wanneer de selectiehendel in stand N staat, wordt het batterijp ak-
ket (tractiebatterij) niet opgeladen.
*: Wanneer het batterijpakket (tractiebatterij) moet worden opgel aden of
wanneer de motor aan het opwarmen is, enz., wordt de benzinemot or niet
automatisch uitgeschakeld. ( →Blz. 78)
◆Tijdens normaal rijden
De auto wordt voornamelijk aangedreven door de benzinemotor.
De elektromotor (tractiemotor) laadt zo nodig het batterijpakke t
(tractiebatterij) op.
◆Tijdens sterk accelereren
Wanneer het gaspedaal volledig wordt ingetrapt, wordt de energi e
van het batterijpakket (tractiebatterij) toegevoegd aan de ener gie
die de benzinemotor levert via de elektromotor (tractiemotor).
◆Tijdens het remmen ( regeneratief remmen)
De wielen drijven de elektromotor (tractiemotor) aan, waardoor
energie wordt opgewekt en het ba tterijpakket (tractiebatterij) wordt
opgeladen.
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 77 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM
Page 78 of 508

781-2. Hybridesysteem
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
■Regeneratief remmen
In de volgende situaties wordt kinetische energie omgezet in elektrische
energie en wordt er een afremmingskracht gegenereerd terwijl tegelijkertijd
het batterijpakket (tractiebatterij) wordt opgeladen.
●
Het gaspedaal wordt losgelaten terwijl de selectiehendel in sta nd D of B staat.
●Het rempedaal wordt ingetrapt terwijl de selectiehendel in stand D of B staat.
■Controlelampje EV-modus
■ Omstandigheden waarin de benz inemotor mogelijk niet wordt
uitgeschakeld
De benzinemotor wordt automatisch gestart en uitgeschakeld. De benzine-
motor stopt echter mogelijk niet automatisch onder de volgende omstandig-
heden:
● Tijdens de opwarmfase van de benzinemotor
● Tijdens het opladen van het batterijpakket (tractiebatterij)
● Als de temperatuur van het batterijpakket (tractiebatterij) hoo g of laag is
● Als de verwarming is ingeschakeld
■ Opladen van het batterijpakket (tractiebatterij)
Omdat het batterijpakket (tractiebatterij) indien nodig door de benzinemotor
wordt opgeladen, hoeft het niet door een externe bron te worden opgeladen.
Als de auto echter gedurende lange tijd wordt geparkeerd, wordt het batte-
rijpakket (tractiebatterij) langzaam ontladen. Daarom moet u ervoor zorgen
dat er elke paar maanden gedurende minimaal 30 minuten of 16 km met de
auto gereden wordt. Als het batterijpakket (tractiebatterij) vo lledig ontladen
raakt en u het hybridesysteem niet meer kunt starten, neem dan contact op
met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een a ndere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Opladen van de 12V-accu
→Blz. 459 Het controlelampje EV-modus gaat bran-
den wanneer de auto alleen door de
elektromotor (tractiemotor) wordt aange-
dreven of de benzinemotor niet draait.
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 78 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM
Page 79 of 508

791-2. Hybridesysteem
1
Veiligheid en beveiliging
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E■
Als de 12V-accu leeg is, vervange n is of verwijderd is geweest.
De benzinemotor stopt mogelijk niet, ook niet als de auto door het batterijpak-
ket (tractiebatterij) wordt aangedreven. Als dit een paar dagen aanhoudt,
neem dan contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller /reparateur
of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Geluiden en trillingen die kenme rkend zijn voor een hybrideauto
Mogelijk zijn er geen motorgeluiden hoorbaar of trillingen voel baar terwijl de
auto wel kan rijden en het controlelampje READY brandt. Activee r na het par-
keren uit veiligheidsoverwegingen de parkeerrem en zet de selec tiehendel in
stand P.
De volgende geluiden of trillingen kunnen hoorbaar of voelbaar zijn als het
hybridesysteem in werking is en deze duiden niet op een defect:
● Er kunnen motorgeluiden hoorbaar zijn uit het motorcompartiment .
● Bij het inschakelen of uitschakelen van het hybridesysteem kan er geluid
hoorbaar zijn dat afkomstig is van het batterijpakket (tractieb atterij) achter
de achterstoelen.
● Bij het inschakelen of uitschakelen van het hybridesysteem zijn er mogelijk
werkingsgeluiden van het relais te horen, zoals een klik of een vaag geram-
mel, dat afkomstig is van het batterijpakket (tractiebatterij) achter de achter-
stoelen.
● Als de achterklep open is, kunnen er geluiden van het hybridesy steem hoor-
baar zijn.
● Als de benzinemotor start of stopt, bij rijden met lage snelhed en of als de
motor met stationair toerental draait, kunnen er geluiden hoorb aar zijn van
de transmissie.
● Bij sterk accelereren kunnen er motorgeluiden hoorbaar zijn.
● Als het rempedaal wordt ingetrapt of het gaspedaal wordt losgel aten, kun-
nen er geluiden hoorbaar zijn die worden veroorzaakt door het r egeneratief
remmen.
● Als de benzinemotor start of stopt, kunnen trillingen voelbaar zijn.
● U kunt via de ventilatieopening onder aan de zijkant van de lin ker achter-
stoel geluid horen dat afkomstig is van de koelventilator.
■ Onderhoud, reparatie, recycling en afvoer
Neem voor onderhoud, reparatie, recycling en afvoer contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere na ar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige. Voer de auto niet zelf af.
■ Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen (bijvoorbeeld het in- of uitschakelen van het controlelampje
EV-modus) kunnen worden gewijzigd. (Systemen met mogelijkheden voor
persoonlijke voorkeursinstellingen →Blz. 481)
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 79 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM
Page 80 of 508

801-2. Hybridesysteem
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
Voorzorgsmaatregelen hybridesysteem
De afbeelding dient slechts ter illustratie en wijkt mogelijk af van de
werkelijkheid.
Wees voorzichtig met het hybridesysteem, aangezien dit een
hoogspanningssysteem (max. o ngeveer 520 V) bevat, evenals
onderdelen die extreem heet worden als het hybridesysteem in
werking is. Volg de aanwijzing en op de waarschuwingslabels op.
Waarschuwingslabel
Servicestekker
Aircocompressor
Elektromotor (tractiemotor) Vermogensregeleenheid
Batterijpakket (tractiebatterij)
Hoogspanningskabels
(oranje)1
2
3
4
5
6
7
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book
Page 80 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM