YAMAHA TRICITY 2016 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2016, Model line: TRICITY, Model: YAMAHA TRICITY 2016Pages: 86, PDF Size: 2.56 MB
Page 11 of 86
Veilighei dsinformatie
1-4
1
In de han del verkrij gbare on der delen,
accessoires en aanpassin gssets
Hoewel er producten verkrijgbaar zijn die
qua ontwerp en kwaliteit sterk lijken op ori-
ginele Yamaha accessoires, dient u te be-
seffen dat sommige in de handel
verkrijgbare accessoires of aanpassings-
sets niet geschikt zijn vanwege mogelijke
veiligheidsrisico’s voor uzelf of anderen.
Het monteren van in de handel verkrijgbare
producten of het verrichten van aanpassin-
gen die de ontwerp- of bedieningskenmer-
ken van uw machine wijzigen kan het risico
op ernstig letsel of overlijden van uzelf of
anderen vergroten. U bent verantwoordelijk
voor letsel dat voortvloeit uit wijzigingen
aan de machine.
Volg bij de montage van accessoires de on-
derstaande richtlijnen en die vermeld onder
het kopje “Beladen”. Monteer nooit accessoires en vervoer
nooit bagage als deze een nadelige in-
vloed hebben op de prestaties van uw
machine. Inspecteer het accessoire
zorgvuldig alvorens het te gebruiken
om te waarborgen dat het de grond-
speling of de hellinghoek op geen en-
kele manier vermindert, de veerweg, de stuuruitslag of de bediening niet
beperkt en geen lampen of reflectors
afdekt.
• Accessoires die aan of nabij het stuur of de voorvork zijn gemon-
teerd zullen mogelijk instabiliteit
veroorzaken door een foutieve ge-
wichtsverdeling of door aerodyna-
mische effecten. Accessoires aan
het stuur of nabij de voorvork moe-
ten zo licht mogelijk zijn en tot een
minimum worden beperkt.
• Omvangrijke accessoires kunnen door hun aerodynamische effect
sterk van invloed zijn op de rijstabi-
liteit van de machine. De machine
kan door rijwind worden opgetild of
bij zijwind instabiel worden. Zulke
accessoires kunnen ook instabiliteit
veroorzaken terwijl u grote voertui-
gen inhaalt of door deze wordt in-
gehaald.
• Sommige accessoires dwingen de
bestuurder om een andere dan de
normale zitpositie in te nemen. Zo’n
verkeerde zitpositie beperkt de be-
wegingsvrijheid van de bestuurder
en kan een comfortabele bediening
hinderen, zodat we dergelijke ac-
cessoires sterk afraden.
Wees voorzichtig bij het aanbrengen
van elektrische accessoires. Als elek-
trische accessoires de capaciteit van
het elektrische systeem van de machi-
ne te boven gaan, kan zich een ge-
vaarlijke elektrische storing voordoen
waardoor de verlichting of de motor
uitvalt.
In de han del verkrij gbare ban den en vel-
g en
De banden en velgen die bij uw machine
werden geleverd zijn ontworpen om de mo-
gelijkheden van de machine te ondersteu-
nen en bieden de beste combinatie van
rijprestaties, remvermogen en comfort. An-
dere banden, velgen, maten of combinaties
zijn mogelijk niet geschikt. Zie pagina 6-16
voor bandenspecificaties en meer informa-
tie over het vervangen van uw banden.
Transport van de machine
Volg de onderstaande instructies als u de
machine in een ander voertuig wilt vervoe-
ren. Verwijder alle loszittende voorwerpen
van de machine.
Zorg dat de voorwielen recht naar vo-
ren wijzen op de aanhanger of de
laadvloer en zet de wielen vast in een
goot om beweging te voorkomen.
U2CMD2D0.book Page 4 Monday, August 24, 2015 3:11 PM
Page 12 of 86
Veilighei dsinformatie
1-5
1
Zet de machine vast met spanbanden
of andere geschikte banden aan stevi-
ge delen van de machine, zoals het
frame of de bovenste voorvorkklem
(en niet aan, bijvoorbeeld, het stuur,
de richtingaanwijzers of onderdelen
die kunnen afbreken). Kies de plaats
voor de spanbanden zorgvuldig om te
voorkomen dat deze tijdens het trans-
port schuurplekken op de lak veroor-
zaken.
Zorg indien mogelijk dat de vering iets
door de spanbanden wordt ingedrukt,
zodat de machine tijdens het trans-
port niet overmatig kan stuiteren.
DAU60590
Andere aan dachtspunten voor
veili g rij den Geef duidelijk richting aan wanneer u
een bocht neemt.
Op een nat wegdek kan remmen ui-
terst lastig zijn. Ve rmijd te hard rem-
men, hierdoor zou de machine kunnen
slippen. Bedien de remmen rustig
wanneer u op een nat wegdek wilt
stoppen.
Minder snelheid bij het naderen van
een bocht of een afslag. Trek lang-
zaam op nadat u de bocht hebt geno-
men.
Wees voorzichtig bij het passeren van
geparkeerde auto’s. Een bestuurder
merkt u mogelijk niet op en kan het
portier openslaan in uw rijrichting.
Spoorwegovergangen, tramrails, ijze-
ren platen gebruikt in de wegenbouw
en putdeksels worden in natte toe-
stand zeer glad. Minder snelheid en
passeer ze voorzichtig. Houd de ma-
chine recht, anders kan deze gaan
schuiven.
De remblokken of remvoeringen kun-
nen nat worden bij het wassen van de
machine. Controleer na het wassen
van de machine de remmen voordat u
gaat rijden.
Draag steeds een helm, handschoe-
nen, een lange broek (taps toelopend
bij de enkel/omslag, om flapperen te
voorkomen), en een felgekleurd jack.
Vervoer niet te veel bagage op uw ma-
chine. Een overbeladen machine is in-
stabiel. Gebruik degelijke snelbinders
om bagage aan de bagagedrager vast
te binden (indien het voertuig is voor-
zien van een bagagedrager). Losse
bagage beïnvloedt de stabiliteit van
de machine en kan uw aandacht aflei-
den van het verkeer. (Zie pagina 1-3.)
U2CMD2D0.book Page 5 Monday, August 24, 2015 3:11 PM
Page 13 of 86
Beschrijving
2-1
2
DAU10411
Aanzicht linkerzij de
1
23 4
5
678910
1. Bagagehaak (pagina 3-16)
2. Voetsteun voor passagiers (pagina 3-15)
3. Opbergcompartiment (pagina 3-15)
4. Luchtfilterelement (pagina 6-13)
5. Vuldop versnellingsbakolie (pagina 6-11)
6. Aftapplug versnellingsbakolie (pagina 6-11)
7. Olieaftapplug A (pagina 6-10)
8. Luchtfilterelement in V- snaarbehuizing (pagina 6-13) 9. Olieaftapplug B (pagina 6-10)
10.Koelvloeistofreservoir (pagina 6-12)
U2CMD2D0.book Page 1 Monday, August 24, 2015 3:11 PM
Page 14 of 86
Beschrijving
2-2
2
DAU10421
Aanzicht rechterzijde
1
3
4,5
6
2
8
7
1. Boordgereedschapsset (pagina 6-2)
2. Voetsteun voor passagiers (pagina 3-15)
3. Tankdop (pagina 3-12)
4. Hoofdzekering (pagina 6-27)
5. Zekeringenkastje (pagina 6-27)
6. Accu (pagina 6-26)
7. Bougie (pagina 6-8)
8. Olievuldop (pagina 6-10)U2CMD2D0.book Page 2 Monday, August 24, 2015 3:11 PM
Page 15 of 86
Beschrijving
2-3
2
DAU10431
Bedienin gen en instrumenten
1
9
23 7 8
65
4
1. Achterremhendel (pagina 3-10)
2. Schakelaargroep linkerstuurzijde (pagina 3-9)
3. Vloeistofreservoir achterrem (pagina 6-20)
4. Multifunctionele meter (pagina 3-5)
5. Vloeistofreservoir voorrem (pagina 6-20)
6. Startknop (pagina 3-9)
7. Voorremhendel (pagina 3-10)
8. Gasgreep (pagina 6-16) 9. Contactslot/stuurslot (pagina 3-1)
U2CMD2D0.book Page 3 Monday, August 24, 2015 3:11 PM
Page 16 of 86
Werking van de bed ienin gselementen en instrumenten
3-1
3
DAUN0264
Contactslot/stuurslotMW125
MW125A
Via het contactslot/stuurslot worden het
ontstekingssysteem en de verlichtingssy-
stemen bediend en wordt het stuur ver-
grendeld. De diverse standen van het
contactslot worden hierna beschreven.
OPMERKINGHet contactslot/stuurslot is voorzien van
een afdekplaatje van het sleutelgat. (Zie pa-
gina 3-2 voor het openen en sluiten van het
afdekplaatje van het sleutelgat.)
DAUT1972
ON
Alle elektrische circuits worden voorzien
van stroom; de instrumentenverlichting, het
achterlicht en het parkeerlicht gaan bran-
den en de motor kan worden gestart. De
sleutel kan niet worden uitgenomen.OPMERKINGDe koplamp gaat automatisch branden
wanneer de motor wordt gestart en blijft
aan totdat de sleutel naar “OFF” wordt ge-
draaid of de zijstandaard omlaag wordt be-
wogen.
DAU10662
OFF
Alle elektrische systemen zijn uitgescha-
keld. De sleutel kan worden uitgenomen.
WAARSCHUWING
DWA10062
Draai nooit d e sleutel naar “OFF” of
“LOCK” terwijl de machine rij dt. Hier-
d oor wor den de elektrische systemen uit
geschakel d, wat mo gelijk kan lei den
tot verlies van de controle of een on ge-
val.
DAU10687
LOCK
Het stuur is vergrendeld en alle elektrische
systemen zijn uitgeschakeld. De sleutel kan
worden uitgenomen.
Om het stuur te vergrendelenMW125
LOCK
OFF
ON
LOCK OFF
ON
1. Drukken.
2. Draaien.12
U2CMD2D0.book Page 1 Monday, August 24, 2015 3:11 PM
Page 17 of 86
Werking van de bed ienin gselementen en instrumenten
3-2
3
MW125A
1. Draai het stuur helemaal naar links.
2. Druk de sleutel in de “OFF”-stand in en draai deze dan naar “LOCK”.
3. Neem de sleutel uit.OPMERKINGAls het stuur niet wordt vergrendeld, pro-
beer het dan iets terug naar rechts te draai-
en.
Om het stuur te ontgrendelenMW125
MW125A
1. Steek de sleutel in.
2. Druk de sleutel in de “LOCK”-stand in en draai deze dan naar “OFF”.
DAUN0353
Afdekplaatje van het sleutel gatMW125
MW125A
1. Drukken.
2. Draaien.12
1. Drukken.
2. Draaien.
1. Drukken.
2. Draaien.1212
1. Knop “PUSH SHUT”
2. Sleutelkapje
1. Knop “PUSH SHUT”
2. Sleutelkapje
1
2
1
2
U2CMD2D0.book Page 2 Monday, August 24, 2015 3:11 PM
Page 18 of 86
Werking van de bed ienin gselementen en instrumenten
3-3
3
Om het afdekplaatje van het sleutelgat teopenenSteek de sleutelkop in het gat van het af-
dekplaatje zoals afgebeeld en draai dan de
sleutel naar rechts om het afdekplaatje te
openen.
Om het afdekplaatje van het sleutelgat tesluitenDruk op de knop “PUSH SHUT” om het af-
dekplaatje van het sleutelgat te sluiten.
DAU49398
Controlelampjes en waarschu-
win gslampjes
DAU11032
Controlelampjes
richtin gaanwijzers“” en“”
Elk controlelampje ga at knipperen wanneer
de bijbehorende richtingaanwijzer knippert.
DAU11081
Controlelampje grootlicht “ ”
Dit controlelampje brandt terwijl de kop-
lamp is ingeschakeld voor grootlicht.
DAU11447
Waarschuwin gslampje
koelvloeistoftemperatuur “ ”
Dit waarschuwingslampje gaat branden als
de motor oververhit raakt. Zet in zo’n geval
de motor onmiddellijk af en geef deze de
tijd om af te koelen.
Het elektrisch circuit voor het waarschu-
wingslampje controleert u door de sleutel
naar “ON” te draaien. Het waarschu-
wingslampje moet enkele seconden oplich-
ten en dan uitgaan.
Licht het waarschuwingslampje niet met-
een op wanneer u de sleutel naar “ON”
draait of blijft het lampje branden, laat het
elektrisch circuit dan door een Yamaha
dealer controleren.LET OP
DCA10022
Laat de motor niet draaien terwijl deze
oververhit is.
1. Controlelampje linker richtingaanwijzers “ ”
2. ABS-waarschuwingslampje “ ” (voor mo- dellen met ABS)
3. Waarschuwingslampje koelvloeistoftemperatuur “ ”
4. Controlelampje grootlicht “ ”
5. Waarschuwingslampje motorstoring “ ”
6. Controlelampje rechter richtingaanwijzers “ ”
1
2
3
4
5
6ABS
U2CMD2D0.book Page 3 Monday, August 24, 2015 3:11 PM
Page 19 of 86
Werking van de bed ienin gselementen en instrumenten
3-4
3
OPMERKING Bij machines met een of meer radia-
torkoelvinnen schakelt de radiator-
koelvin automatisch in of uit op basis
van de koelvloeistoftemperatuur in de
radiator.
Als de motor oververhit raakt, staan
op pagina 6-33 nadere instructies ver-
meld.
DAU11506
Waarschuwin gslampje
motorstorin g“”
Dit waarschuwingslampje gaat branden of
knipperen wanneer er een probleem wordt
aangegeven in het elektrisch circuit dat de
motor controleert. Vraag in dat geval een
Yamaha dealer het zelfdiagnosesysteem te controleren. (Zie pagina 3-5 voor uitleg over
de werking van het zelfdiagnosesysteem.)
Het elektrisch circuit voor het waarschu-
wingslampje controleert u door de sleutel
naar “ON” te draaien. Het waarschu-
wingslampje moet enkele seconden oplich-
ten en dan uitgaan.
Licht het waarschuwingslampje niet met-
een op wanneer u de sleutel naar “ON”
draait of blijft het lampje branden, laat het
elektrisch circuit dan door een Yamaha
dealer controleren.
DAUU1960
ABS-waarschuwin gslampje “ ” (voor
mo dellen met ABS)
Onder normale omstandigheden gaat het
ABS-waarschuwingslampje branden als de
sleutel naar “ON” wordt gedraaid en uit als
met een snelheid van 10 km/h (6 mi/h) of
hoger wordt gereden.
Als het ABS-waarschuwingslampje: niet gaat branden wanneer de sleutel
naar “ON” wordt gedraaid
gaat branden of knipperen tijdens het
rijden
niet uitgaat wanneer met een snelheid
van 10 km/h (6 mi/h) of hoger wordt
gereden
Werkt het ABS-systeem mogelijk niet goed.
Vraag als een van de bovenstaande geval-
len zich voordoet zo snel mogelijk een
Yamaha dealer het systeem te controleren.
(Zie pagina 3-11 voor uitleg over de wer-
king van het ABS-systeem.)
WAARSCHUWING
DWA16041
Als het ABS-waarschuwin gslampje niet
uit gaat zo dra met een snelhei d van 10
km/h (6 mi/h) of ho ger wor dt g ere den, of
als het waarschuwin gslampje tij dens
het rij den gaat bran den of knipperen,
keert het remsysteem teru g naar con-
ventioneel remmen. Als een van de bo-
venstaan de gevallen zich voor doet, of als het waarschuwin
gslampje helemaal
niet gaat bran den, rij d an extra voorzich-
ti g om te voorkomen d at de remmen in
noo dsituaties blokkeren. Laat het rem-
systeem en de elektrische circuits zo
snel mo gelijk door een Yamaha d ealer
controleren.
OPMERKINGHet ABS-waarschuwingslampje kan gaan
branden wanneer er gas wordt gegeven
terwijl de machine op de middenbok staat.
Er is dan echter geen sprake van een sto-
ring.
ABS
U2CMD2D0.book Page 4 Monday, August 24, 2015 3:11 PM
Page 20 of 86
Werking van de bed ienin gselementen en instrumenten
3-5
3
DAU12096
Zelf dia gnosesysteem Dit model is uitgerust met een zelfdiagno-
sesysteem voor diverse elektrische circuits.
Indien er in een van deze circuits een pro-
bleem wordt gedetecteerd, gaat het waar-
schuwingslampje voor motorstoring
branden of knipperen. Als dit zich voordoet,
vraag dan een Yamaha-dealer de machine
te controleren.LET OP
DCA11171
Neem als d it geb eurt direct contact op
met een Yamaha d ealer, om mogelijke
motorscha de te voorkomen.
DAUU1731
Multifunctionele meter
WAARSCHUWING
DWA12423
Zor g d at de machine stilstaat voor dat u
wijzi gin gen in d e instellin gen van de
multifunctionele meter gaat aan bren- g
en. Het aan bren gen van wijzi gin gen tij-
d ens het rij den kan u aflei den en
ver groot het risico op een on geval.
De multifunctionele meter biedt de volgen-
de voorzieningen:
een snelheidsmeter
een brandstofniveaumeter
een klok
een buitenluchttemperatuurdisplay
een kilometerteller
twee rittellers
een ritteller brandstofreserve
een ritteller olieverversing
een ritteller V-snaarvervanging
een indicator olieverversing
een indicator V-snaarvervangingOPMERKINGVergeet niet de sleutel naar “ON” te
draaien voordat u de “SELECT”- en
“RESET”-toets gebruikt.
Voor Verenigd Koninkrijk: Om te wis-
selen tussen de kilometer- en mijlen-
weergave van de snelheidsmeter en
de kilometertelle r/ritteller houdt u de
“SELECT”-toets een seconde lang in-
gedrukt.
Als het waarschuwingslampje koel-
vloeistoftemperatuur en het waar-
schuwingslampje mo torstoring in de
1. Klok
2. “SELECT”-toets
3. Waarschuwingsindicator
brandstofniveau “ ”
4. Brandstofniveaumeter
5. Snelheidsmeter
6. “RESET”-toets
7. Buitenluchttemperatuurdisplay
8. Kilometerteller/rittellers
9. Indicator olieverversing “OIL CHANGE”
10.Indicator V-snaarvervanging “V-BELT”12345 6
8
910 7
U2CMD2D0.book Page 5 Monday, August 24, 2015 3:11 PM