YAMAHA XJR 1300 2016 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2016, Model line: XJR 1300, Model: YAMAHA XJR 1300 2016Pages: 98, PDF Size: 2.5 MB
Page 41 of 98

Gebruik en belan grijke rij-informatie5-1
5
DAU15952
Lees de gebruikersha ndleiding zorgvuldig
door om u vertrouwd te maken met alle be-
dieningselementen. Als u de werking van
een functie of bedieningselement niet be-
grijpt, vraag dan uw Yamaha dealer om uit-
leg.
WAARSCHUWING
DWA10272
Een onvol doen de vertrouw dhei d met de
b ed ienin gselementen kan lei den tot ver-
lies van d e controle, met mo gelijk een
on geval of letsel tot g evolg.
DAU48712
OPMERKINGDit model is uitgerust met:
een hellingshoeksensor, waarbij de
motor afslaat bij kanteling. In dit geval
geeft het display foutcode 30 weer,
maar dit is geen storing. Draai de sleu-
tel naar “OFF” en vervolgens naar
“ON” om de foutcode te wissen. Als u
dat niet doet zal de motor niet starten,
ondanks dat de motor wordt aange-
zwengeld als u op de startknop drukt.
een automatische motorstop. De mo-
tor stopt automatisch als deze 20 mi-
nuten stationair draait. Als de motor
stopt, druk dan simpelweg op de
startknop om de motor opnieuw te
starten.
DAU3372A
Starten van d e motorDoor het startspersysteem is starten alleen
mogelijk als aan een van de volgende voor-
waarden is voldaan:
De versnellingsbak staat in de vrij-
stand.
De versnellingsbak staat in een ver-
snelling geschakeld terwijl de koppe-
lingshendel is ingetrokken en de
zijstandaard is opgeklapt.
Zie pagina 3-21 voor meer informatie.
1. Draai de contactsleutel naar “ON” en controleer of de noodstopschakelaar
op “ ” is gezet.
De volgende waarschuwingslampjes
en het controlelampje moeten enkele
seconden oplichten en dan uitgaan.
Waarschuwingslampje olieni-
veau
Waarschuwingslampje motor-
storing
Controlelampje startblokkeringLET OP
DCA11834
Als een waarschuwin gs- of controle-
lampje niet gaat bran den wanneer de
sleutel naar “ON” wor dt ged raai d, of
wanneer een waarschuwin gs- of contro-
lelampje niet d ooft, zie dan pag ina 3-3
U2PND1D0.book Page 1 Tuesday, December 22, 2015 3:04 PM
Page 42 of 98

Gebruik en belan grijke rij-informatie
5-2
5
voor een controle van het circuit van het
betreffen de waarschuwin gs- of contro-
lelampje.2. Schakel de versnellingsbak in de vrij- stand. Het vrijstandcontrolelampje
moet gaan branden. Als dit niet ge-
beurt, vraag dan een Yamaha dealer
het elektrische circuit na te kijken.
3. Start de motor door de startknop in te drukken.
Als de motor niet wil starten, laat dan
de startknop los, wacht een paar se-
conden en probeer het dan opnieuw.
Iedere startpoging moet zo kort mo-
gelijk duren om de accu te sparen.
Laat de startmotor nooit langer dan 10
seconden achtereen draaien.LET OP
DCA11043
Trek nooit snel op terwijl de motor no g
kou d is, dit verkort de levens duur van d e
motor!
DAU16673
SchakelenDoor de versnellingen te schakelen kunt u
het beschikbare motorvermogen doseren
bij het wegrijden, optrekken, tegen een hel-
ling oprijden etc.
De schakelstanden worden getoond in de
afbeelding.OPMERKINGOm de versnellingsbak in de vrijstand te
schakelen wordt het schakelpedaal enkele
malen ingetrapt totdat het einde van de
slag bereikt is, waarna het pedaal iets
wordt opgetrokken.
LET OP
DCA10261
Rijd niet lang e tijd met af gezette
motor, ook niet met de versnel-
lin gsb ak in de vrijstan d, en sleep d e
motorfiets niet over lan ge afstan-
d en. De versnellin gsb ak wor dt al-
leen af doen de gesmeer d terwijl de
motor draait. Door onvol doen de
smerin g kan de versnellin gsb ak
wor den bescha digd.
Gebruik altij d d e koppelin g om de
versnelling sb ak te schakelen om zo
scha de aan d e motor, de versnel-
lin gsb ak en de aan dri jvin
g t
e voor-
komen; door hun constructie zijn
d eze niet b estand te gen de schok-
ken die optre den bij belast schake-
len.
1. Schakelpedaal
2. Vrijstand
1
N
2 3
4
5
1
2
U2PND1D0.book Page 2 Tuesday, December 22, 2015 3:04 PM
Page 43 of 98

Gebruik en belan grijke rij-informatie5-3
5
DAU16811
Tips voor een zuini g b ran dstof-
ver bruikHet brandstofverbruik is vooral afhankelijk
van uw rijstijl. Hierna volgen enkele tips om
het brandstofverbruik te verlagen:
Schakel snel en soepel door en ver-
mijd hoge toerentallen terwijl u accele-
reert.
Geef geen gas tijdens het terugscha-
kelen en voorkom dat de motor onbe-
last met een hoog toerental draait.
Laat de motor niet langdurig stationair
draaien maar zet hem af (bijvoorbeeld
in files, bij stoplichten of bij spoorweg-
overgangen).
DAU16842
Inrijperiod eDe belangrijkste periode in de levensduur
van het motorblok is de tijd tussen 0 en
1600 km (1000 mi). Lees daarom de vol-
gende informatie aandachtig door.
Omdat het motorblok gloednieuw is, mag
dit de eerste 1600 km (1000 mi) niet te
zwaar worden belast. De verschillende on-
derdelen van de motor slijten op elkaar in
totdat de juiste bedrijfsspelingen zijn be-
reikt. Rijd tijdens deze periode nooit lang-
durig volgas en vermijd ook andere
manoeuvres die tot oververhitting van de
motor kunnen leiden.
DAU17094
0–1000 km (0–600 mi)
Laat de motor niet langer dan 4800 tpm
achtereen draaien. LET OP: Na 1000 km
(600 mi) moet de motorolie wor den ver-
verst en moet de oliefilterpatroon of het
oliefilterelement word en vervangen.[DCA10303]1000–1600 km (600–1000 mi)
Laat de motor niet langer dan 5700 tpm
achtereen draaien. 1600 km (1000 mi) en ver
der
De machine kan nu normaal worden ge-
bruikt.
LET OP
DCA10311
Voer het toerental niet zover op dat
d e toerenteller in d e rode zone
wijst.
Als tij dens de inrijperio de motor-
scha de optree dt, vraa g d an direct
een Yamaha dealer de machine te
controleren.
U2PND1D0.book Page 3 Tuesday, December 22, 2015 3:04 PM
Page 44 of 98

Gebruik en belan grijke rij-informatie
5-4
5
DAU17214
ParkerenZet om te parkeren de motor af en neem
dan de sleutel uit het contactslot.
WAARSCHUWING
DWA10312
De motor en het uitlaatsysteem
kunnen zeer heet wor den, parkeer
d us op een plek waar voet gan gers
of kin deren niet g emakkelijk met
d eze on der delen in aanrakin g kun-
nen komen en bran dwon den kun-
nen oplopen.
Parkeer nooit op een helling of een
zachte on der gron d, hier door kan
d e machine kantelen met mo gelijk
b ran dstoflekka ge en bran d tot ge-
vol g.
Parkeer niet na bij gras of an dere
b ran dbare materialen d ie vlam zou-
d en kunnen vatten.
U2PND1D0.book Page 4 Tuesday, December 22, 2015 3:04 PM
Page 45 of 98

Periodiek on derhoud en afstelling
6-1
6
DAU17246
Door periodiek inspecties, afstellingen en
smeerbeurten uit te laten voeren, zorgt u
ervoor dat uw machine in zo veilig en effi-
ciënt mogelijke conditie blijft. De eige-
naar/bestuurder van de machine is
verplicht de optimale veiligheid te waarbor-
gen. Op de volgende pagina's wordt de be-
langrijkste informatie met betrekking tot
inspecties, afstellingen en smeerbeurten
gegeven.
De intervalperioden vermeld in de periodie-
ke onderhoudsschema's moeten worden
beschouwd als een algemene richtlijn on-
der normale rijcondities. Het is echter mo-
gelijk dat de intervalperioden voor
onderhoud moeten worden verkort afhan-
kelijk van het weer, het terrein, de geografi-
sche locatie en individueel gebruik.
WAARSCHUWING
DWA10322
Het niet of onjuist uitvoeren van on der-
hou d aan de machine ver groot het risico
op letsel of overlij den tij dens het uitvoe-
ren van on derhou d of het rij den met d e
machine. Als u niet b ekend b ent met
voertui gon derhou d, laat het on derhou d
d an uitvoeren door uw Yamaha dealer.
WAARSCHUWING
DWA15123
Zet voor het uitvoeren van on derhou d d e
motor af tenzij an ders aan geg even.
Een draaien de motor heeft bewe-
g en de delen die lichaams delen of
kle din g kunnen grijpen en elektri-
sche on der delen die schokken of
b ran d kunnen veroorzaken.
Het laten d raaien van de motor tij-
d ens het uitvoeren van ond erhoud
kan lei den tot oo gletsel, bran dwon-
d en, bran d of koolmonoxi dever gif-
ti g in g, mo gelijk met de dood tot
g evol g. Zie pa gina 1-2 voor meer in-
formatie over koolmonoxi de.
WAARSCHUWING
DWA15461
Remschijven, -klauwen, -trommels en
-voering en kunnen tij dens het g eb ruik
zeer heet wor den. Laat on der delen van
het remsysteem afkoelen alvorens d eze
aan te raken.
DAU17303
Emissiecontroles zorgen niet alleen voor
een betere luchtkwaliteit, maar zijn ook zeer
belangrijk voor een juiste werking van de
motor en om maximale prestaties te beha-
len. In de volgende periodieke onderhouds-
schema’s is het emissiecontrole-
onderhoud apart gegroepeerd. Dit onder-
houd vereist gespecialiseerde gegevens,
kennis en gereedschap. Onderhoud, ver-
vanging, of reparatie van emissiecontrole-
apparatuur en -systemen kan door elke
gecertificeerde reparateur worden uitge-
voerd (indien van toepassing). Yamaha
dealers beschikken over de training en het
gereedschap om dit onderhoud uit te voe-
ren.
U2PND1D0.book Page 1 Tuesday, December 22, 2015 3:04 PM
Page 46 of 98

Periodiek on derhou d en afstelling
6-2
6
DAU17382
Boor dgereed schapssetDe boordgereedschapsset is te vinden on-
der het zadel. (Zie pagina 3-15.)
De onderhoudsinformatie in deze handlei-
ding en het gereedschap in de boordge-
reedschapsset zijn bedoeld om u te
ondersteunen bij het uitvoeren van preven-
tief onderhoud en kleinere reparaties. Voor
de correcte uitvoering van bepaalde onder-
houdswerkzaamheden kan echter het ge-
bruik van extra gereedschap zoals een
momentsleutel vereist zijn.OPMERKINGLaat een Yamaha dealer onderhoud ver-
richten als u niet beschikt over het gereed-
schap of de ervaring die voor bepaalde
werkzaamheden vereist zijn.1. Boordgereedschapsset
1
U2PND1D0.book Page 2 Tuesday, December 22, 2015 3:04 PM
Page 47 of 98

Periodiek on derhoud en afstelling
6-3
6
DAU46862
OPMERKINGDe jaarlijkse controles horen eenmaal per jaar te word en uitgevoer d, b ehalve wanneer in plaats daarvan een on derhou ds-
b eurt op kilometer basis of, voor Groot-Brittannië, op mijl basis wor dt verricht.
Herhaal de onderhoudsintervallen vanaf 50000 km (30000 mi), beginnend vanaf 10000 km (6000 mi).
Werkzaamheden gemarkeerd met een asterisk horen te worden ui tgevoerd door een Yamaha dealer, omdat hiertoe speciaal ge-
reedschap, technische gegevens en vakmanschap vereist zijn.
DAU46912
Period iek onderhou dsschema voor het uitstootcontrolesysteemNR. ITEM CONTROLE OF ONDERHOUDS-
BEURT KILOMETERSTAND
JAARLIJK-
SE CON-TROLE
1000 km
(600 mi) 10000 km
(6000 mi) 20000 km
(12000 mi) 30000 km
(18000 mi) 40000 km
(24000 mi)
1 *Bran dstoflei din g • Controleer de brandstofslangen
op scheurtjes of beschadigingen. √√√√√
2 *Bou gies • Controleer de conditie.
• Reinigen en elektrodenafstand af-
stellen. √√
• Vervangen. √√
3 *Ventielen • Controleer de klepspeling.
• Afstellen.
Elke 20000 km (12000 mi)
4 *Bran
dstofinjectiesy-
steem • Stel de synchronisatie af.
√√√√√√
5 *Uitlaat
demper en
uitlaatpijp • Controleer of de schroef-
klem(men) goed vastzit(ten). √√√√√
U2PND1D0.book Page 3 Tuesday, December 22, 2015 3:04 PM
Page 48 of 98

Periodiek on derhou d en afstelling
6-4
6
6 *Luchtinlaatsysteem • Controleer de luchtafsluitklep, de
membraanklep en de slang op
beschadiging.
• Vervang beschadigde onderde- len indien nodig. √√√√√
NR. ITEM
CONTROLE OF ONDERHOUDS-
BEURT KILOMETERSTAND
JAARLIJK-
SE CON-TROLE
1000 km
(600 mi) 10000 km
(6000 mi) 20000 km
(12000 mi) 30000 km
(18000 mi) 40000 km
(24000 mi)
U2PND1D0.book Page 4 Tuesday, December 22, 2015 3:04 PM
Page 49 of 98

Periodiek on derhoud en afstelling
6-5
6
DAU1770M
Algemeen smeer- en on derhou dsschemaNR. ITEM CONTROLE OF ONDERHOUDS-
BEURT KILOMETERSTAND
JAARLIJK-
SE CON-TROLE
1000 km
(600 mi) 10000 km
(6000 mi) 20000 km
(12000 mi) 30000 km
(18000 mi) 40000 km
(24000 mi)
1 Luchtfilterelement • Vervangen. √
2 *Koppelin g • Controleer de werking en het
vloeistofniveau en controleer de
machine op vloeistoflekkage. √√√√√
3 *Voorrem • Controleer de werking en het
vloeistofniveau en controleer de
machine op vloeistoflekkage. √√√√√√
• Vervang de remblokken. Wanneer de slijtagelimiet is bereikt
4 *Achterrem • Controleer de werking en het
vloeistofniveau en controleer de
machine op vloeistoflekkage. √√√√√√
• Vervang de remblokken. Wanneer de slijtagelimiet is bereikt
5 *Remslan gen • Controleer op scheurtjes en be-
schadigingen.
• Zorg voor een correcte plaatsing van slang(en) en klem(men). √√√√√
• Vervangen. Elke 4 jaar
6 *Remvloeistof • Verversen. Elke 2 jaar
7 *Wielen • Controleer de speling en contro-
leer op beschadigingen. √√√√
8 *Ban den • Controleer op slijtage en bescha-
digingen.
• Vervang indien nodig.
• Controleer de bandspanning.
• Corrigeer indien nodig. √√√√√
U2PND1D0.book Page 5 Tuesday, December 22, 2015 3:04 PM
Page 50 of 98

Periodiek on derhou d en afstelling
6-6
6
9 *Wiella gers • Controleer de lagers op speling of
beschadigingen. √√√√
10 *Achter bru g • Controleer op een correcte wer-
king en overmatige speling. √√√√
• Smeren met lithiumvet. Elke 50000 km (30000 mi)
11 Aan drijfkettin g • Controleer de spanning, uitlijning
en conditie van de aandrijfketting.
• Stel de ketting af en smeer deze grondig met een speciale smering
voor o-ringkettingen. Elke 1000 km (600 mi) en nadat de motorfie
ts is gewassen of ermee in de regen
of vochtige gebieden is gereden
12 *Balhoof dla gers • Controleer de lagers op speling
en oppervlakteruwheid. √√√√√
• Smeren met lithiumvet. Elke 20000 km (12000 mi)
13 *Frame
bevesti gin-
g en • Controleer of alle moeren, bouten
en schroeven stevig zijn vastge-
zet. √√√√√
14 Scharnieras van
remhen
del • Smeren met siliconenvet.
√√√√√
15 Scharnieras van
rempe
daal • Smeren met lithiumvet.
√√√√√
16 Scharnieras van
koppelin
gshen del • Smeren met siliconenvet.
√√√√√
17 Scharnieras van
schakelpe
daal • Smeren met lithiumvet.
√√√√√
18 Zijstan daar d • Controleer de werking.
• Smeren met lithiumvet.
√√√√√
NR. ITEM
CONTROLE OF ONDERHOUDS-
BEURT KILOMETERSTAND
JAARLIJK-
SE CON-TROLE
1000 km
(600 mi) 10000 km
(6000 mi) 20000 km
(12000 mi) 3
0000 km
(18000 mi) 40000 km
(24000 mi)
U2PND1D0.book Page 6 Tuesday, December 22, 2015 3:04 PM