Alfa Romeo Giulia 2017 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: ALFA ROMEO, Model Year: 2017, Model line: Giulia, Model: Alfa Romeo Giulia 2017Pages: 232, PDF Size: 3.89 MB
Page 181 of 232

HET VOERTUIG OPKRIKKEN
Als de auto opgeheven moet worden,
neem dan contact op met het Alfa Romeo
Servicenetwerk dat uitgerust is met
garagekrikken of hefbruggen.
De hefpunten van het voertuig zijn
gemarkeerd op de zijskirts met de
symbolen
(zie afbeelding in fig. 169 ).
WIELEN EN BANDEN
164) 165) 166)
SNEEUWKETTINGEN
80)
Versies met achterwielaandrijving en
vierwielaandrijving
7-mm sneeuwkettingen kunnen gebruikt
worden op alle banden. Er kunnen ook
kettingen van 9 mm worden gebruikt
voor banden met een breedte van
225 mm of minder (205/60R16,
225/55R16, 225/50R17, 225/45R18).
Er worden sneeuwkettingen aanbevolen
die verkrijgbaar zijn bij het
servicenetwerk van Alfa Romeo.
Waarschuwingen
Het gebruik van sneeuwkettingen moet
aan de plaatselijke voorschriften in elk
land voldoen. In bepaalde landen worden
banden gemarkeerd met de M+S (Mud
and Snow) beschouwd als
winteruitrusting; het gebruik hiervan is
gelijkwaardig aan dat van de
sneeuwkettingen.
De sneeuwkettingen mogen alleen op de
achterwielen gemonteerd worden.
Controleer de spanning van de
sneeuwkettingen na enkele tientallen
meters rijden.
BELANGRIJK Het gebruik van
sneeuwkettingen met banden met
niet-originele afmetingen kunnen het
voertuig beschadigen.
BELANGRIJK Het gebruik van
verschillende maten of typen (M+S,
winter-, enz.) banden op de voor- en
achterassen kan de bestuurbaarheid van
de auto benadelen, met het risico van
controleverlies over het voertuig en
bijgevolg ongevallen.
TIPS VOOR HET OMWISSELEN VAN DE
BANDEN
De voor- en achterbanden zijn onderhevig
aan verschillende belastingen en
spanningen die te wijten zijn aan
stuurbewegingen, manoeuvres en
remmen. Daarom kunnen ze
ongelijkmatig verslijten.
Om dit probleem op te lossen, moeten de
banden op het juiste moment worden
verwisseld (10000/15000 km). De
banden omwisselen betekent ze naar
verschillende posities verplaatsen aan
dezelfde kant van de auto (voor naar
achter en omgekeerd).
BELANGRIJK De banden kruisen is niet
raadzaam, dus een band op een
verschillende as aan de andere zijde van
de auto plaatsen is onmogelijk.
16909056S0001EM
179
Page 182 of 232

BELANGRIJK Bij auto's met verschillende
banden (andere bandenmaten op de
voor- en achteras, bijv. bij de
Quadrifoglio) mogen deze banden niet
worden omgewisseld.
Het omwisselen van banden draagt bij tot
het handhaven van de grip en
tractieprestaties op natte, modderige of
besneeuwde wegen, waarbij optimale
bestuurbaarheid van het voertuig wordt
gegarandeerd. In geval van
onregelmatige slijtage van de banden de
oorzaak hiervan opsporen en het
probleem zo snel mogelijk verhelpen,
door contact op te nemen met het Alfa
Romeo Servicenetwerk.
Uitvoeringen met vierwielaandrijving
(AWD)
Aanbevolen wordt situaties te vermijden
waarbij er een groot verschil in slijtage
bestaat tussen de voorbanden en de
achterbanden en zich streng te houden
aan het gebruik van winterbanden van de
in de tabel “Bijgeleverde velgen en
banden” aangeduide afmetingen.
Het AWD-systeem en de banden van
eerste uitrusting zijn tegelijk ontwikkeld
om de beste prestaties van het voertuig
te garanderen. Daarom wordt aanbevolen
bij de vervanging van de banden, het
vervangen met banden die ook “AR”
gemarkeerd zijn, om het behoudt van hetprestatie- en duurzaamheidsniveau van
de onderdelen te garanderen.
BELANGRIJK
164)De wegligging van de auto is in grote
mate afhankelijk van een juiste
bandenspanning.
165)Als de bandenspanning te laag is, kan
de band oververhit raken en als gevolg
daarvan ernstig beschadigd raken.
166)Voer bij lichtmetalen velgen nooit
spuitwerkzaamheden uit die een
temperatuur vereisen boven 150°C. Dit kan
de mechanische eigenschappen van de
wielen in gevaar brengen.
BELANGRIJK
80)Beperk uw snelheid wanneer er
sneeuwkettingen gemonteerd zijn;
overschrijd de 50 km/h (of het equivalent in
mijlen) niet. Vermijd putdeksels, rijd niet over
treden of trottoirs en rijd geen lange
afstanden over wegen zonder sneeuw, om
beschadigingen aan zowel het voertuig als
het wegoppervlak te voorkomen.
CARROSSERIE
TIPS VOOR HET BEHOUD VAN DE
CARROSSERIE
Lak
81)7)
Werk beschadigingen van de laklaag,
zoals krassen en schuurplekken,
onmiddellijk bij om roestvorming te
voorkomen.
Sommige delen van het voertuig kunnen
zijn voorzien zijn van een matte lak die,
om intact te blijven, speciale zorg vereist:
zie de aanwijzingen in de waarschuwing
aan het eind van deze paragraaf
82)
Volg onderstaande aanwijzingen om het
voertuig correct te wassen:
als voor het wassen van het voertuig
hogedrukreinigers worden gebruikt, houd
dan een afstand van minimaal 40 cm t.o.v.
de carrosserie aan om beschadiging of
aantasting te voorkomen. Stagnerend
water kan op lange termijn leiden tot
schade aan het voertuig;
om het gemakkelijker te maken elke
afzetting van vuil te verwijderen in de
zone waar de bladen normaal geplaatst
zijn, wordt aanbevolen de ruitenwissers
verticaal te plaatsen (Service Position),
voor meer informatie raadpleeg de
180
ONDERHOUD EN ZORG
Page 183 of 232

"Onderhoudsprocedures" paragraaf in dit
hoofdstuk.
Als u het voertuig wilt wassen bij een
wasstraat waarbij deze tijdens de
werkzaamheden bewogen wordt, moet
bij voertuigen met automatische
versnelling als volgt te werk worden
gegaan:
controleren of de auto op een
horizontaal vlak staat en of de
automatische inschakeling van de
parkeerrem is uitgeschakeld bij het
stilzetten van de motor (voor de
uitschakeling raadpleeg de paragraaf
“elektrische parkeerrem” in het
hoofdstuk “Starten en rijden”);
bij stilstaande auto, de versnelling in N
(vrijstand) en rempedaal omhoog: druk op
de startknop.De auto blijft 15 minuten in
N (Vrijstand), waarna P (Parkeerstand)
wordt ingeschakeld.
BELANGRIJK
81)Om de esthetische eigenschappen van
de lak te behouden, mogen er geen schuur-
en/of polijstmiddelen voor het reinigen van
het voertuig worden gebruikt.82)Niet wassen met rollen en/of borstels in
autowasstraten. Was het voertuig
uitsluitend met de hand en gebruik
pH-neutrale reinigingsmiddelen; droog af
met een vochtige leren zeem. Schuur- en/of
polijstmiddelen mogen niet gebruikt worden
om het voertuig schoon te maken. Vogelpoep
moet zo snel en zo goed mogelijk verwijderd
worden, omdat hierin bijzonder agressieve
zuren aanwezig zijn. Vermijd (indien mogelijk)
om het voertuig onder bomen te parkeren;
verwijder plantaardige harsen onmiddellijk
omdat deze, als ze drogen, alleen verwijderd
kunnen worden met schuur- en/of
polijstmiddelen die ten zeerste afgeraden
worden omdat ze de karakteristieke matheid
van de lak kunnen aantasten. Gebruik geen
onverdunde ruitensproeiervloeistof om de
voorruit en achterruit te reinigen; verdun dit
met minstens 50% water. Gebruik alleen
onverdunde ruitensproeiervloeistof wanneer
de buitentemperaturen dit vereisen.
BELANGRIJK
7)Schoonmaakmiddelen verontreinigen het
milieu. Was het voertuig daarom op een
plaats waar het afvalwater direct wordt
opgevangen en gezuiverd.
181
Page 184 of 232

182
Deze pagina is opzettelijk blanco gelaten
Page 185 of 232

Alles dat u nuttig kunt vinden om te begrijpen hoe uw voertuig is
gemaakt en hoe het werkt is in dit hoofdstuk vermeld en wordt
toegelicht met gegevens, tabellen en grafieken.
Voor de liefhebbers en de monteurs, maar ook gewoon voor
degenen die elk detail van hun voertuig willen kennen.
TECHNISCHE GEGEVENS
IDENTIFICATIEGEGEVENS........................184
MOTOR....................................185
VELGEN EN BANDEN...........................187
AFMETINGEN................................190
GEWICHTEN................................191
TANKEN...................................192
VLOEISTOFFEN EN SMEERMIDDELEN................193
PRESTATIES................................196
BRANDSTOFVERBRUIK . . .......................198
CO -EMISSIE................................200
RICHTLIJNEN VOOR DE BEHANDELING VAN HET
VOERTUIG AAN HET EINDE VAN DE LEVENSDUUR.........201
Page 186 of 232

IDENTIFICATIEGEGEVENS
VOERTUIGIDENTIFICATIENUMMER
Het Voertuigidentificatienummer (VIN) is
gestanst op een plaatje in de hoek
linksvoor op het dashboard fig. 170, het
is zichtbaar vanaf de buitenkant van het
voertuig door de voorruit.Dit nummer is ook geprint op het chassis
op de schokdemper linksvoor en is te zien
bij het openen van de motorkap fig. 171.
PLAATJE
VOERTUIGINDENTIFICATIENUMMER
(VIN)
Dit plaatje bevinden zich op de stijl van
het bestuurdersportier fig. 172 en bevat
de volgende gegevens:
1: correcte waarde van de
absorptiecoëfficiënt van de rookgassen
(voor dieselmotoren);
2: naam van de fabrikant,
typegoedkeuringsnummer,
voertuigidentificatienummer, max.
toegestane gewichten;
3: motor-identificatiecode,
Type-Variant-Uitvoering,
onderdeelnummer, kleurcode, extra
informatie.
17010016S0001EM
17110016S0002EM
17210016S0003EM
184
TECHNISCHE GEGEVENS
Page 187 of 232

MOTOR
Motor 2.0 T4 MAir 200 pk 280 pk
CyclusOtto Otto
Aantal
en opstelling cilinders 4 in lijn 4 in lijn
Boring en slag zuigers (mm) 84/ 90 84/ 90
Cilinderinhoud (cm³) 1995 1995
Compressieverhouding 10 ± 0,4 10 ± 0,4
Maximum vermogen (ECE) (kW) 147 206
Maximum vermogen (ECE) (pk) 200 280
Overeenkomstig motortoerental (tpm) 4500 5250
Maximum koppel (ECE) (Nm) 330 400
Maximum koppel (ECE) (kgm) 33,7 40,8
Overeenkomstig motortoerental (tpm) 1750 2250
BrandstofLoodvrije benzine 95 R.O.N. (EN 228-specificaties)
185
Page 188 of 232

2.2 JTD-motor 136 pk 150 pk 180 pk 210 pk
Cyclus Diesel Diesel Diesel Diesel
Aantal en opstelling cilinders 4 in lijn 4 in lijn 4 in lijn 4 in lijn
Boring en slag zuigers (mm) 83/ 99 83/ 99 83/ 99 83/ 99
Cilinderinhoud (cm³) 2143 2143 2143 2143
Compressieverhouding 15,5 ± 0,4 15,5 ± 0,4 15,5 ± 0,4 15,5 ± 0,4
Maximum vermogen (ECE) (kW) 100 110 132 154
Maximum vermogen (ECE) (pk) 136 150 180 210
Overeenkomstig motortoerental (tpm) 4000 4250 3750 3750
Maximum koppel (ECE) (Nm) handgeschakelde versnellingsbak 380 380 380 –
Maximum koppel (ECE) (kgm) handgeschakelde versnellingsbak 38,75 38,75 38,75 –
Overeenkomstig motortoerental (tpm) 1500 1500 1500 –
Maximum koppel (ECE) ( ) automatische versnellingsbak 450 450 450 470
Maximumkoppel (ECE) (kgm) automatische versnellingsbak 45,89 45,89 45,89 47,9
Overeenkomstig motortoerental (tpm) 1750 1750 1750 1750
Brandstof Diesel voor motorvoertuigen (specificatie EN590 en EN16734)
186
TECHNISCHE GEGEVENS
Nm
Page 189 of 232

VELGEN EN BANDEN
BIJGELEVERDE VELGEN EN BANDEN
167)
Versie Velgen Banden
Motor 2.0 T4 MAir
2.2 JTD-motor16x7J205/60R16 92V
225/55 R16 95W
17x7,5J 225/50 R17 94W
18x8J 225/45 R18 91W
VOOR
18x8J(*)VOOR
225/45 R18 91W(*)
ACHTER
18x9J(*)ACHTER
255/40 R18 95W(*)
19x8J 225/40 R19 89W
VOOR
19x8J
(+)VOOR
225/40 R19 89W(+)
ACHTER
19x9J(+)ACHTER
255/35 R19 92W(+)
(*) Passende velgen/banden
(+) Passende velgen/banden
OPMERKING In samenwerking met Pirelli heeft Alfa Romeo specifiek voor Alfa Romeo Giulia een assortiment winterbanden,
voorzien van de markering “AR” ontwikkeld. De banden “AR” waarborgen de beste prestaties en veiligheid van het voertuig. Ze zijn
verkrijgbaar in de maten 205/60 R16 96H, 225/50 R17 94H en 225/45 R18 91H.
Controleer in het handboek van het voertuig welke maten geïnstalleerd kunnen worden.
187
Page 190 of 232

BANDENSPANNING IN KOUDE TOESTAND
Bij warme banden moet de bandenspanning 0,3 bar hoger zijn dan de aanbevolen waarde. Controleer de bandenspanning nogmaals
als de banden koud zijn.
Als het voertuig opgekrikt moet worden, raadpleeg dan de paragraaf "Opkrikken van het voertuig" in het hoofdstuk "Noodgevallen".
Motoren 2.0 T4 MAir en 2.2 JTD
BandenOnbelast/gemiddelde belasting Bij vollast
Voor Achter Voor Achter
205/60 R16
2,7(*)2,9(*)2,7(*)2,9(*)
225/55 R16 2,2 2,4 2,7 3,0
225/50 R17
2,2
(*)2,4(*)2,7(*)3,0(*)
225/45 R18
2,2(*)2,4(*)2,7(*)3,0(*)
225/45 R18 2,0 — 2,4 —
255/40 R18 — 2,2 — 2,6
225/40 R19 2,4 2,6 2,7 3,0
225/40 R19 2,4 — 2,7 —
255/35 R19 — 2,3 — 2,9
(*) Bandenspanningen geschikt voor alle soorten banden (zomer en winter)
188
TECHNISCHE GEGEVENS