CITROEN C-ELYSÉE 2016 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 261 of 330

18
Onderhoud


Star ten geblokkeerd

Elke keer dat het contact wordt aangezet, gaan de
verklikkerlampjes SERVICE en zelfdiagnose motor
branden en knippert het verklikkerlampje UREA in
combinatie met een geluidssignaal en de tijdelijk
op het instrumentenpaneel weergegeven melding
"NO START IN" en de afstand 0 km of mijl - ("NO
START IN 0 km" betekent dat het starten van de
motor is geblokkeerd).
Om de motor weer te kunnen starten, is het
noodzakelijk dat u contact opneemt met het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.



U hebt de limiet van de geautoriseerde rijfase
overschreden: het startblokkerringssysteem
voorkomt dat de motor opnieuw wordt gestart.


Als een storing in het SCR-systeem wordt gedetecteerd



Als een storing wordt gedetecteerd

De verklikkerlampjes UREA, SERVICE en
zelfdiagnose motor gaan branden in combinatie
met een geluidssignaal en de melding "Storing
emissieregeling".
De waarschuwing wordt tijdens het rijden
gegeven als de storing voor de eerste keer
wordt gedetecteerd en vervolgens steeds bij
het aanzetten van het contact zolang de storing
niet is verholpen.

Tijdens de geautoriseerde rijfase

(tussen 1100 km en 0 km)

Als een storing in het SCR-systeem is
bevestigd (nadat 50 km is gereden ter wijl
de melding van de storing permanent wordt
weergegeven), gaan de verklikkerlampjes
SERVICE en zelfdiagnose motor branden
en knippert het verklikkerlampje UREA
in combinatie met een geluidssignaal en
de tijdelijk op het instrumentenpaneel
weergegeven melding "NO START IN" en een
afstand die aangeeft hoeveel kilometer of mijl
u nog met de resterende hoeveelheid additief
kunt rijden voordat het starten van de motor
wordt geblokkeerd - (bijv.: "NO START IN
600 km" betekent dat na 600 km het starten
van de motor wordt geblokkeerd). Er wordt automatisch een startblokkeringssysteem geactiveerd als meer dan 1100 km is gereden nadat een storing in het SCR-systeem is
bevestigd. Laat het systeem zo snel mogelijk controleren door het CITROËN-netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.

In het geval van een tijdelijke storing
verdwijnt de waarschuwing tijdens
de volgende rit na controle van de
zelfdiagnose van het SCR-systeem. Tijdens het rijden wordt deze melding elke
30 seconden weergegeven zolang de storing in
het SCR-systeem niet is verholpen.
De waarschuwing wordt opnieuw weergegeven
zodra het contact wordt aangezet.
Neem zo snel mogelijk contact op met het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Als u dit niet doet, kan de motor niet meer worden gestart.

Page 262 of 330

19
10
Onderhoud







Bevriezing van het additief AdBlue®





Het additief AdBlue
®

bevriest bij
temperaturen lager dan ongeveer -11°C.
Het SCR-systeem is voorzien van een
voorver warmingssysteem voor het
AdBlue
®
-reservoir waardoor u ook
in zeer koude omstandigheden kunt
blijven rijden.







Bijvullen van het additief AdBlue®





Gebruiksvoorschriften


Gebruik uitsluitend additief AdBlue®

dat aan de
norm ISO 22241 voldoet.

De verpakking in flacons met een
antidruppelsysteem vergemakkelijkt het
bijvullen. De flacons met een inhoud van
1,89 liter (1/2 gallon) zijn verkrijgbaar bij het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.

Bewaar AdBlue
®

buiten het bereik van
kinderen, in de originele flacon.
Als het AdBlue
®

niet in de originele
flacon wordt bewaard, verliest het zijn
zuiverheid.
Verdun het additief nooit met water.
Giet nooit additief in de brandstoftank.

Vul nooit AdBlue®

bij vanuit een
vulsysteem dat is bedoeld voor
vrachtwagens.

Het AdBlue
®

-reservoir moet bij elke periodieke
onderhoudscontrole worden gevuld door het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Vanwege de inhoud van het reservoir kan
het echter noodzakelijk zijn om het reser voir
tussentijds bij te vullen, zeker als u hier door
een waarschuwing (verklikkerlampjes en
melding) op wordt geattendeerd.
Dit kunt u laten uitvoeren door het CITROËN-
netwerk of door een gekwalificeerde
werkplaats.
Als u zelf het reser voir wilt bijvullen, lees dan
eerst aandachtig de volgende waarschuwingen. Het additief AdBlue
®

is een oplossing op
ureumbasis. Deze vloeistof is onontvlambaar,
kleurloos en geurloos (indien koel bewaard).
Als het additief in contact komt met de huid,
moet u de huid wassen met kraanwater en met
zeep. Als additief in de ogen komt, spoel de
ogen dan onmiddellijk en grondig gedurende
ten minste 15 minuten met kraanwater of met
een oogspoelmiddel. Raadpleeg een arts bij
een branderig gevoel of blijvende irritatie.
Als additief AdBlue wordt ingeslikt, spoel
de mond dan met schoon water en drink
ver volgens een ruime hoeveelheid water.
Onder bepaalde omstandigheden (bijvoorbeeld
bij een hoge omgevingstemperatuur) kan het
risico van het vrijkomen van ammoniakdampen
niet worden uitgesloten: adem deze niet in.
Deze ammoniakdampen werken irriterend op
de slijmvliezen (ogen, neus en keel).

Page 263 of 330

20
Onderhoud

Voorschriften voor opslag

Procedure voor bijvullen




)
Zet het contact af en ver wijder de sleutel.




)
Ver wijder voor toegang tot het AdBlue ®
-
reser voir de vloerbekleding van de
bagageruimte en vervolgens het reservewiel
of de opbergbak (volgens uitvoering).





)
Draai de zwarte dop een kwart
omwenteling linksom zonder er druk op uit
te oefenen en trek hem omhoog om hem te
ver wijderen.




)
Draai de blauwe dop een zesde
omwenteling linksom.

)
Trek de knop omhoog om hem te
ver wijderen.

Bewaar de flacons AdBlue®

niet in uw
auto.
Controleer voor het bijvullen of de auto op een
vlakke en horizontale ondergrond staat.
Controleer 's winters of de
omgevingstemperatuur van de auto hoger
is dan -11°C. Als het kouder is, bevriest het
AdBlue
®
waardoor u het niet in het reser voir
kunt gieten. Laat uw auto enkele uren op een
warmere plaats staan en vul ver volgens het
reser voir bij.
AdBlue
®

bevriest bij temperaturen lager dan
ongeveer -11°C en verliest zijn kwaliteit bij
temperaturen vanaf 25°C. Het is raadzaam
de flacons koel en buiten direct zonlicht te
bewaren.
Onder deze omstandigheden is het additief ten
minste één jaar houdbaar.
Additief dat bevroren is geweest, kan
weer worden gebruikt nadat het bij
kamertemperatuur volledig is ontdooid.

Page 264 of 330

21
10
Onderhoud



)
Pak een flacon AdBlue®

. Controleer de
houdbaarheidsdatum en lees vervolgens
aandachtig de gebruiksaanwijzing op het
etiket voordat u de inhoud van de flacon in
het AdBlue
®
-reservoir van uw auto giet.



)
Veeg nadat u de flacon leeg hebt gegoten
met behulp van een vochtige doek
eventuele vloeistofsporen van de rand van
de vulopening van het reservoir.




)
Breng de blauwe dop aan op de vulopening
van het reser voir en draai de dop een
zesde omwenteling rechtsom tot hij stuit.

)
Breng de zwarte dop aan en draai hem
een kwart omwenteling rechtsom zonder
er druk op uit te oefenen. Zorg er voor dat
het merkteken op de dop in lijn staat met
merkteken op de steun.

)
Leg het reser vewiel en/of de opbergbak
(volgens uitvoering) terug op de bodem van
de bagageruimte.

)
Plaats de vloerbekleding van de
bagageruimte terug en sluit de achterklep.


Belangrijk:
als het AdBlue
®

-
reser voir van uw auto helemaal leeg
is - dit wordt aangegeven door de
waarschuwingsmeldingen en u kunt in
dat geval de motor niet meer starten -
moet u het reservoir vullen met
minimaal 3,8 liter additief (twee flacons
van 1,89 liter).
Spoel gemorst additief onmiddellijk weg
met koud water of veeg het weg met
een vochtige doek.
Als het additief is gekristalliseerd,
ver wijder het dan met een spons en
warm water.

Belangrijk: als u additief hebt
bijgevuld nadat het reser voir
leeg is geraakt
, dient u ongeveer
5 minuten te wachten voordat u het
contact weer aanzet, zonder het
bestuurderspor tier te openen, de
auto te ontgrendelen en de sleutel in
het contactslot te steken
.
Zet vervolgens het contact aan en start
na 10 seconden wachten de motor.


Voer de lege AdBlue
®

-flacons niet als
huisvuil af, maar deponeer ze in de
daartoe bestemde containers of breng
de flacons naar uw verkooppunt.

Page 265 of 330

23
11
Technische gegevens
C-Elysee-add_nl_Chap11_caracteristiques-techniques_ed01-2014
MotorenPureTech 72V T i 115PureTech 82PureTech 82 S&S
Versnellingsbak Handgeschakeld (5 versnellingen)
ETG (Elektronisch gestuurd 5 versnellingen)
Handgeschakeld (5 versnellingen) Automaat (4 versnellingen) Handgeschakeld (5 versnellingen)
ETG (Elektronisch gestuurd 5 versnellingen)
Type Variant Uitvoering: DD... HMY0 HMY0/P NFP0 NFP6 NFP9 HMZ6 HMZ6/PS
- Ledig gewicht 980 109 0 980 980
- Gewicht rijklaar * 1055 11 6 5 1055 1055
- Maximum technisch toegestane massa totaal 1459 1467 1524 1559 1470 149 0
- Maximum toegestaan treingewicht helling max. 12% 19 09 1917 2 2 74 2309 1920 19 9 0
- Aanhanger geremd (binnen max. toegestaan treingewicht) helling max. 10% of 12% 450 750 450 450
- Aanhanger geremd ** (met verminderde belading auto, binnen max. toegestaan treingewicht) 720 1010 720 720
- Aanhanger ongeremd 450 580 600 450 450
- Aanbevolen kogeldruk 55 55 55 55
* Het gewicht rijklaar staat gelijk aan het ledig gewicht + bestuurder (75 kg). ** Het totale gewicht van de aanhanger kan, binnen het maximaal toegestane treingewicht, worden verhoogd indien de belading van de auto wordt verminderd. Houd er in dat geval rekening mee dat het trekken van een aanhanger met een licht beladen auto een negatieve invloed heeft op het weggedrag.
Het maximaal toegestane treingewicht en de aanhangergewichten gelden tot een hoogte van maximaal 1000 meter; het opgegeven aanhangergewicht dient voor elke extra 1000 meter met 10% te worden verminderd. Bij het trekken van een aanhanger mag niet harder worden gereden dan 100 km/h of de plaatselijk geldende snelheidslimiet (in Nederland wettelijk 90 km/h). Bij hoge buitentemperaturen kunnen de prestaties van de auto minder worden om de motor te beschermen. Als de buitentemperatuur meer dan 37°C
bedraagt, moet het treingewicht worden verminderd.
Gewichten (benzine) (kg)

Page 266 of 330

Audio en telematica
4
Autoradio / Bluetooth® met geïntegreerd display


Inhoudsopgave
Basisfuncties 5
Stuurkolomschakelaars 6
Radio 7
Media 9
Te l e f o o n 13
Audio-instellingen 16
Confi guratie 17
Menustructuur/menustructuren display(s) 18
Veelgestelde vragen 19

Om veiligheidsredenen mag de bestuurder handelingen die zijn
volledige aandacht vragen uitsluitend uitvoeren bij stilstaande
auto.
Als de motor is afgezet schakelt het systeem zichzelf, na het
inschakelen van de eco-mode, uit om te voorkomen dat de accu
ontladen raakt.

Page 267 of 330

.
Audio en telematica
5
Basisfuncties



Aan/uit, volumeregeling.



Selecteren van de geluidsbron: - Lang
indrukken: -toegang tot het logboek
gesprekken van de gekoppelde telefoon. -of
beëindigen van het telefoongesprek.
Radio: FM1, FM2, AM, CD, USB, AUX,
Streaming.
Telefoon: een binnenkomend gesprek
aannemen.
Telefoon, ingedrukt houden: beëindigen
van het telefoongesprek, toegang tot het
gesprekkenlogboek van de gekoppelde
telefoon.


Weergave van de lijst met
radiozenders, de nummers van een
CD/USB.
Ingedrukt houden: lijst met
voorkeuzezenders wijzigen.
Automatisch zoeken naar zenders in
aflopende volgorde.
Selecteren van het vorige nummer
van de CD, USB.
Zoeken in een lijst.
Ingedrukt houden: versneld
terugspoelen.


Automatisch zoeken naar zenders in
oplopende volgorde.
Selecteren van het volgende nummer van
de CD, USB.
Zoeken in een lijst.
Ingedrukt houden: versneld vooruitspoelen.


Instellen van de geluidsweergave :
klankkleur, hoge tonen, bassen,
loudness, balans, fader,
automatische volumeregeling.
Huidige bewerking annuleren.
Omhoog in de menustructuur
(menu of afspeellijst).
Selecteren van een opgeslagen
voorkeuzezender.
Radio, ingedrukt houden: opslaan
van een zender als voorkeuzezender.
Andere geluidsbron: zie de
desbetreffende hoofdstukken.

Uitwerpen van de CD.

Toegang tot het algemene menu.

Page 268 of 330

Audio en telematica
6
Stuurkolomschakelaars







Radio: selecteren van de vorige/
volgende voorkeuzezender.
CD/USB : selecteren van het genre/
de artiest/de index/de map in het
overzicht van de mappenstructuur.
Selecteren van het vorige/volgende
onderdeel van een menu.

Volume verlagen.
Radio: automatisch zoeken naar
zenders in oplopende volgorde.
CD/MP3/USB: selecteren van het
volgende nummer.
CD/USB: continu indrukken: versneld
vooruitspoelen.

Mute: geluid onderbreken door
gelijktijdig indrukken van de
volumetoetsen.
Geluid weer inschakelen: indrukken
van een van de twee volumetoetsen.

Radio: automatisch zoeken naar
zenders in aflopende volgorde.
CD/MP3/USB: selecteren van het
vorige nummer.
CD/USB: ingedrukt houden: versneld
terugspoelen.

Wijzigen van de geluidsbron.
Bevestigen van een selectie.
Telefoon opnemen/ophangen.
Ingedrukt houden: toegang tot het
gesprekkenlogboek.
Volume verhogen.

Page 269 of 330

.
Audio en telematica
7
Radio






Opslaan van een radiozender

Selecteren van een
radiozender
LIST-functie
Invoeren van een frequentie


Druk een paar keer achter elkaar op
SRC/TEL
om het golfbereik FM1,
FM2 of AM te selecteren.

Houd de gewenste toets ingedrukt
om de zender waarnaar u luistert
onder deze toets op te slaan.
De naam van de zender wordt
weergegeven en er klinkt een
geluidssignaal om te bevestigen dat
de zender is opgeslagen.

Druk op een toets om de
desbetreffende opgeslagen zender te
beluisteren.

Selecteer "Radio"
.

Selecteer "Invoer freq."
.

Druk op +
,

of

druk op -
om de gewenste frequentie
te selecteren.
Druk kort op een van de toetsen om
naar de volgende of vorige letter te
gaan.

Houd LIST
even ingedrukt om de lijst
met zenders samen te stellen of bij
te werken; de radio-ontvangst wordt
dan tijdelijk onderbroken.

Druk op LIST
voor een overzicht
van de opgeslagen zenders in
alfabetische volgorde.

Selecteer met een van de toetsen de
gewenste zender.

Bevestig met "OK"
.

Bevestig met "OK"
.

De omgeving waarin u rijdt (bergen,
hoge gebouwen, bruggen, tunnels
enz.) kan leiden tot een slechte
ontvangst, ook als de RDS-functie
is ingeschakeld. Dit is een normaal
verschijnsel en heeft niets te maken
met een storing in de radio.

Druk op MENU
.

Page 270 of 330

Audio en telematica
8

Selecteer "Radio"
.
Selecteer "Radio"
.

Selecteer "Radio"
.

Vink "RDS"
aan of uit om het RDS-
systeem in of uit te schakelen.
Vink "TXT"
aan of uit om de
weergave van tekstberichten in of uit
te schakelen.

Vink "TA"
aan of uit om de ontvangst
van verkeersinformatie in- of uit te
schakelen.

Bevestig uw keuze door op "OK"
te
drukken.

Bevestig uw keuze met "OK"
.


Bevestig uw keuze met "OK"
.







Ver keersinfor matie beluisteren

RDS
Tekstberichten weergeven


De functie TA (Traffic Announcement)
geeft voorrang aan het luisteren naar
verkeersberichten TA. Om te worden
geactiveerd moet deze functie een
radiozender die deze berichten uitzendt, goed
kunnen ontvangen. Zodra een verkeersbericht
wordt uitgezonden, wordt de geluidsbron die
op dat moment wordt weergegeven (Radio,
CD, USB, ...) automatisch onderbroken en
wordt het verkeersbericht weergegeven
TA. Zodra het verkeersbericht is afgelopen,
wordt de weergave van de oorspronkelijke
geluidsbron hervat.

Als de RDS-functie is ingeschakeld,
zoekt de radio steeds naar de sterkste
frequentie van een zender, zodat u
ernaar kunt blijven luisteren. Sommige
RDS-zenders zijn echter niet in het
hele land te ontvangen, omdat de
frequenties van de zender niet het
hele land dekken. Dit verklaart dat de
zender tijdens het rijden kan wegvallen.

Tekstberichten worden door een
radiozender tijdens het luisteren naar
de muziek meegestuurd.


Druk op MENU
als de geluidsbron
FM1 of FM2 is geselecteerd.
Druk als de radiogegevens op het
scherm worden weergegeven op
MENU
.



Druk op, selecteer " MENU
"

.

Page:   < prev 1-10 ... 221-230 231-240 241-250 251-260 261-270 271-280 281-290 291-300 301-310 ... 330 next >