Hyundai Grand Santa Fe 2015 Handleiding (in Dutch)
Page 131 of 710
Kenmerken van uw auto
32
4
De elektrisch bedienbare achterklep
resetten
Als de accu ontladen is geweest of de accukabels zijn losgenomen, of als de
desbetreffende zekering is vervangen of
verwijderd en de elektrisch bedienbare
achterklep niet goed werkt, kan de
elektrische bediening als volgt wordengereset:
1. Zet de selectiehendel in stand P (parkeren).
2. Druk de toets op de achterklepgreep en de toets elektrisch bedienbare
achterklep sluiten gelijktijdiggedurende langer dan 3 seconden in
(de zoemer klinkt).
3. Sluit de achterklep handmatig.
Als de elektrisch bedienbare achterklep
niet goed werkt na het uitvoeren van
bovenstaande procedure, adviseren weu contact op te nemen met een officiële
HYUNDAI-dealer.
✽✽ AANWIJZING
Als de elektrisch bedienbare achterklep
niet normaal werkt, controleer dan
eerste het volgende alvorens de
achterklep te bedienen.
Controleer bij een auto met
automatische transmissie of de
selectiehendel in stand P (parkeren)
staat.Voorkeursinstelling hoogte geopende elektrisch bedienbare achterklep
De bestuurder kan volgens
onderstaande instructie de hoogte van
de volledig geopende achterklepinstellen.
1. Zet de achterklep handmatig in de gewenste hoogte.
2. Druk langer dan 3 seconden op de toets elektrisch bedienbare achterklep sluiten.
3. Sluit de achterklep handmatig nadat de zoemer heeft geklonken.
De achterklep zal opengaan tot dehoogte die de bestuurder heeft ingesteld.
ONCNCO2006
Page 132 of 710
433
Kenmerken van uw auto
Smart Tailgate
(intelligente achterklep)
(indien van toepassing)
Bij auto's met het Smart Key-systeem
kan de achterklep dankzij het Smart
Tailgate-systeem worden geopend
zonder dat de achterklep aangeraakt
hoeft te worden.Gebruik van de Smart Tailgate-functie
De achterklep kan worden geopend
zonder hem aan te raken als aan alle
onderstaande voorwaarden is
voldaan.
15 seconden nadat alle portieren zijngesloten en vergrendeld
De gebruiker bevindt zich gedurende meer dan 3 seconden in de
detectiezone.
✽✽ AANWIJZING
De Smart Tailgate-functie werkt niet als:
- De Smart Key continu wordtgesignaleerd binnen 15 seconden
nadat de portieren zijn gesloten en
vergrendeld.
- De Smart Key wordt gesignaleerd op
minder dan 1,5 m van de
voorportiergrepen en binnen 15
seconden nadat de portieren zijn
gesloten en vergrendeld (auto's die
zijn voorzien van welkomstlicht).
- Een van de portieren niet is
vergrendeld of gesloten.
- De Smart Key bevindt zich in de
auto.
WAARSCHUWING - Uitlaatgassen
Als u met een geopende achterklep
rijdt, worden gevaarlijkeuitlaatgassen in het interieur
gezogen, hetgeen kan leiden tot
ernstig letsel. Wanneer het
noodzakelijk is met een geopende
achterklep te rijden, houd dan de
uitstroomopeningen en alle ruiten
open, zodat extra frisse lucht in het
interieur stroomt.
WAARSCHUWING
- Bagageruimte
Passagiers dienen niet plaats te
nemen in de bagageruimte, waar
geen veiligheidsgordels aanwezig
zijn. Om bij een aanrijding ofplotseling remmen letsel te
voorkomen, dienen inzittenden
altijd hun veiligheidsgordel op de
juiste manier te dragen.ONC045077
Page 133 of 710
Kenmerken van uw auto
34
4
1. Instelling
Ga, om de Smart Tailgate te activeren,
naar de Modus gebruikersinstellingen en
selecteer Smart Tailgate op het LCD-
display. ❈ Zie "LCD-display" in dit hoofdstuk voor
meer informatie.
2. Detectie en waarschuwing
Als u zich in de detectiezone (ongeveer
50 - 100 cm achter de auto) bevindt
terwijl u de Smart Key bij u draagt,
knipperen de alarmknipperlichten en
klinkt de zoemer gedurende ongeveer 3
seconden om te waarschuwen dat de
Smart Key is gesignaleerd en dat de
achterklep open zal gaan.✽✽AANWIJZING
Kom niet in de detectiezone als u niet
wilt dat de achterklep opengaat. Als u
onbedoeld in de detectiezone komt en de
alarmknipperlichten en de zoemer in
werking treden, verlaat dan de
detectiezone met de Smart Key. De
achterklep zal gesloten blijven.
ONC045078
Page 134 of 710
435
Kenmerken van uw auto
3. Automatisch openen
De alarmknipperlichten knipperen en de
zoemer klinkt tweemaal en vervolgens
gaat de achterklep langzaam open.
Uitschakelen van de Smart Tailgate-functie met de Smart Key
1. Portieren vergrendelen
2. Portieren ontgrendelen
3. Achterklep openen
Als u op een willekeurige toets van de
Smart Key drukt tijdens de detectie- en
waarschuwingsfase, wordt de Smart
Tailgate-functie gedeactiveerd. Zorg
ervoor dat u op de hoogte bent van de
procedure voor het deactiveren van de
Smart Tailgate-functie, voor het geval
zich een noodsituatie voordoet.
ONC045079
WAARSCHUWING
Controleer of de achterklep gesloten is voordat u met de auto gaat rijden.
Zorg ervoor dat er zich geen personen of voorwerpen in de
buurt van de achterklep bevinden
als deze wordt geopend of
gesloten.
Zorg ervoor dat de voorwerpen in de bagageruimte niet uit de auto
kunnen vallen als de achterklep
wordt geopend terwijl de auto op
een helling staat. Dit kan ernstig
letsel tot gevolg hebben.
Zorg ervoor dat u de Smart Tailgate-functie deactiveert
voordat u de auto gaat wassen.
Anders kan de achterklep per
ongeluk opengaan.
Bewaar de Smart Key buiten het bereik van kinderen. Kinderen
kunnen de intelligente achterklep
per ongeluk openen als ze achterde auto spelen.
ODMECO3030
■
Smart key
Page 135 of 710
Kenmerken van uw auto
36
4
✽✽
AANWIJZING
Als u op ontgrendelknop (2) drukt, wordt de Smart Tailgate-functie
tijdelijk gedeactiveerd. Als u
vervolgens binnen 30 seconden geen
enkel portier opent, wordt de Smart
Tailgate-functie weer geactiveerd.
Als u de knop voor het openen van de achterklep (3) langer dan 1 seconde
ingedrukt houdt, wordt de achterklep
geopend.
Als u op de vergrendeltoets voor de portieren (1) of op de toets voor het
openen van de achterklep (3) drukt
terwijl de Smart Tailgate-functie zich
niet in de detectie- en
waarschuwingsfase bevindt, wordt de
functie Smart Tailgate-functie niet
gedeactiveerd.
Als u de Smart Tailgate-functie hebt gedeactiveerd door op een toets van de
Smart Key te drukken en een portier
te openen, kan de Smart Tailgate-
functie weer worden geactiveerd door
alle portieren te sluiten en
vergrendelen.Detectiezone
Als de Smart Key wordt gedetecteerdop 50 - 100 cm van de achterklep,
werkt de Smart Tailgate-functie door
een welkomstwaarschuwing te geven.
Als de Smart Key tijdens de detectie- en waarschuwingsfase buiten de
detectiezone wordt gebracht, stopt de
waarschuwing onmiddellijk.
✽✽ AANWIJZING
Onder de volgende omstandigheden werkt de Smart Tailgate-functie niet:
- De Smart Key bevindt zich in debuurt van een andere zender
(bijvoorbeeld van een radiostation of
een luchthaven), waardoor de
normale werking van de
afstandsbediening verstoord kan
worden.
- De Smart Key bevindt zich dicht bij
een zend- en ontvangstinstallatie of
een mobiele telefoon.
- Dicht bij uw auto wordt de Smart Key van een andere auto gebruikt.
Het detectiebereik kan in de volgende gevallen af- of toenemen:
- De auto is aan één zijde opgekriktom een wiel te verwisselen of de auto
te controleren.
- De auto staat schuin geparkeerd op
een hellende of onverharde weg, enz.
ODM044510K
Page 136 of 710
437
Kenmerken van uw auto
Noodontgrendeling achterklep
Uw auto is uitgerust met een
ontgrendelknop aan de onderzijde van
de achterklep om de achterklep in geval
van nood vanaf de binnenzijde van de
auto te kunnen openen. Als iemand perongeluk ingesloten is in de
bagageruimte, de achterklep kan
geopend worden door de volgende
handelingen uit te voeren:
1. Verwijder de afdekkap.
2. Druk de ontgrendelhendel naarrechts.
3. Druk de achterklep omhoog.
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat u weet waar deze ontgrendelknop zich bevindt,
zodat u zich in noodgevallen kunt
bevrijden uit de bagageruimte.
Vervoer nooit personen in de bagageruimte van de auto. De
bagageruimte is een uiterst
gevaarlijke plek in geval van eenaanrijding.
Gebruik de ontgrendelknop alleen in noodgevallen. Wees
uiterst voorzichtig bij het
gebruiken van deze knop, vooraltijdens het rijden.
ONCNCO2004
Page 137 of 710
Kenmerken van uw auto
38
4
(1) Schakelaar ruitbediening
bestuurdersportier
(2) Schakelaar ruitbediening passagiersportier
(3) Schakelaar ruitbediening achterportier (links)
(4) Schakelaar ruitbediening achterportier (rechts)
(5) Ruiten openen en sluiten
(6) Automatische ruitbediening*
(7) Blokkeerschakelaar ruitbediening
* : indien van toepassing
✽✽ AANWIJZING
In een koud en nat klimaat werken de
elektrisch bedienbare ruiten mogelijk
niet door bevriezingsverschijnselen.
RUITEN
OANNCO43005
Page 138 of 710
439
Kenmerken van uw auto
Elektrisch bedienbare ruiten
Om de ruiten elektrisch te kunnen bedienen moet het contact in stand ONstaan.
Ieder portier is voorzien van een
schakelaar voor de bediening van de
desbetreffende ruit. Het
bestuurdersportier beschikt over een
hoofdschakelaar, waarmee alle ruiten
van de auto kunnen worden bediend. De
bestuurder beschikt ook over een
blokkeerschakelaar waarmee de
ruitbediening van de schakelaars op de
overige portieren uitgeschakeld kan
worden.
De ruiten kunnen worden bediend tot ca. 30 seconden nadat het contact in stand
ACC of LOCK is gezet of de
contactsleutel is verwijderd. Wanneer de
voorportieren geopend zijn, kunnen de
ruiten niet bediend worden, zelfs niet
binnen de periode van 30 seconden.✽✽AANWIJZING
Wanneer tijdens het rijden de
achterruiten geopend zijn of het schuif-
/kanteldak (gedeeltelijk) geopend is,
ondervindt u mogelijk hinderlijk
windgeruis. Dit is normaal en kan
worden verminderd of verholpen door
het volgende te doen. Wanneer
windgeruis optreedt terwijl een
achterruit geopend is of beide
achterruiten geopend zijn, kunt u beide
voorruiten een paar centimeter laten
zakken. Wanneer u windgeruis
ondervindt terwijl het schuif-/kanteldak
geopend is, kunt u het dak een iets
sluiten.Ruiten openen en sluiten
Type A
Druk de desbetreffende schakelaar aan
de voorzijde in of trek deze omhoog om
een ruit te openen of te sluiten tot het
eerste zware punt (5).
ODM042020
Page 139 of 710
Kenmerken van uw auto
40
4
Type B
Automatische ruitbediening
(indien van toepassing)
Door de schakelaar kortstondig in te
drukken tot de tweede stand (6), wordt
de ruit automatisch geheel geopend,
zelfs als de schakelaar wordt losgelaten.
Om de ruitbeweging te stoppen, kan de
schakelaar kortstondig omhoog worden
getrokken. Type C
Automatische ruitbediening
(indien van toepassing)
Door de schakelaar kortstondig in te
drukken of omhoog te trekken tot de
tweede stand (6), wordt de ruitautomatisch helemaal geopend of
gesloten, zelfs als de schakelaar wordt
losgelaten. Om de ruitbeweging te
stoppen, trekt u de schakelaar omhoog
of drukt hem omlaag en laat hem dan
los.
✽✽
AANWIJZING
Als de elektrisch bedienbare ruit niet
goed werkt, kan de elektrische
ruitbediening als volgt worden gereset:
1. Zet het contact in stand ON.
2. Sluit de ruit van het bestuurdersportier en houd de
schakelaar van de ruit nog minstens 1
s omhoog nadat de ruit volledig
gesloten is.
ODM042021ODMECO2001
Page 140 of 710
441
Kenmerken van uw auto
Klembeveiliging
Als er tijdens de opwaartse beweging
van de ruit een voorwerp of lichaamsdeel
tussen de ruit en het portier komt, wordt
de extra weerstand opgemerkt door het
systeem en zal de ruit stoppen.
Vervolgens zal de ruit ongeveer 30 cm
zakken, zodat het voorwerp kan worden
verwijderd.
Als de ruit weerstand ondervindt terwijl
de schakelaar ruitbediening
omhooggetrokken blijft, stopt de
omhooggaande beweging van de ruit en
zakt de ruit ongeveer 2,5 cm Als de
schakelaar opnieuw omhoog getrokken
wordt binnen 5 s nadat de ruitautomatisch naar beneden is gegaan,
zal de klembeveiliging niet werken.
✽✽AANWIJZING
De klembeveiliging voor de portierruit
werkt alleen als de automatische
sluitfunctie wordt geactiveerd door de
schakelaar geheel omhoog te trekken.
De automatische omkeerfunctie werkt
niet als de ruit handmatig, met de
schakelaar ruitbediening in de eerste
stand, wordt bediend.Blokkeertoets ruitbediening
De bestuurder kan de schakelaars voor
de ruitbediening van de achterportieren
uitschakelen door de blokkeerschakelaar
voor de ruitbediening in te drukken.
Als de blokkeerschakelaar van de
ruitbediening is ingedrukt:
Kunnen alle elektrisch bedienbare ruiten worden bediend met de
hoofdschakelaar in het
bestuurdersportier.
Kan de elektrisch bedienbare ruit in het voorpassagiersportier worden
bediend met de schakelaar in het
voorpassagiersportier.
Kunnen de elektrisch bedienbare ruiten in de achterportieren niet
worden bediend met de schakelaar in
de achterportieren.
WAARSCHUWING
Controleer altijd of er niets tussen
de ruit en het portier aanwezig is
alvorens een ruit te sluiten om
letsel en schade aan de auto te
voorkomen. Als een voorwerp meteen diameter kleiner dan 4 mmtussen de ruit en de sponning
terechtkomt, wordt de extra weer
-stand mogelijk niet opgemerkt,
waardoor de klembeveiliging nietwerkt.
OUN026013
ODM042022