sensor TOYOTA CAMRY 2020 Instructieboekje (in Dutch)
Page 300 of 648
3004-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
CAMRY_HV_EE
In de stand AUTO kan de gevoeligheid van de sensor als volgt worden inge-
steld door de schakelaarring te draaien.
Verhoogt de gevoeligheid van de
ruitenwisser met regensensor
Verlaagt de gevoeligheid van de
ruitenwisser met regensensor
Gelijktijdig inschakelen rui-
tensproeiers en ruitenwis-
sers
Door aan de hendel te trekken treden
de ruitenwissers en -sproeiers in wer-
king.
De ruitenwissers zullen automatisch
een aantal slagen maken als de ruiten-
sproeiers worden ingeschakeld.
(Na enkele slagen volgt een pauze en
maken de wissers nog een slag om de
laatste druppels te verwijderen. Als de
auto rijdt, wordt de wisslag om de laat-
ste druppels te verwijderen niet
gemaakt.)
Als het contact AAN staat, de koplampen zijn ingeschakeld en u de hendel naar u
toe trekt, werken de koplampsproeiers één keer. Daarna werken d e koplampsproei-
ers elke vijfde keer dat u de hendel naar u toe trekt.
■ De ruitenwissers en ruitensproe iers kunnen worden bediend als
Het contact AAN staat.
■ Effecten van de rijsnelheid op de ruitenwisserwerking
De rijsnelheid heeft invloed op de intervalwerking.
5
6
7
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33E11E .book Page 300 Monday, October 7, 2019 12:19 PM
Page 301 of 648
3014-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
CAMRY_HV_EE
4
Rijden
■Regensensor
●Als de ruitenwisserschakelaar in de stand AUTO wordt gezet terwijl het contact AAN
staat, werken de ruitenwissers één keer om aan te geven dat de stand AUTO is
geactiveerd.
● Als de temperatuur van de regensensor 85 °C of hoger is, of -30° C of lager is, werkt
de automatische functie mogelijk niet. Zet de ruitenwisserschak elaar in dat geval in
een andere stand dan AUTO.
■ Als er geen vloeistof uit de ruitensproeiers komt
Controleer of er ruitensproeiervloeistof in het reservoir aanwe zig is en controleer als
dat het geval is of de sproeierkoppen niet verstopt zijn.
■ Functie aan het openen van het v oorportier gekoppeld onderbreken van de rui-
tenwissers voor
Als, terwijl de auto stilstaa t, een voorportier wordt geopend wanneer AUTO is geselec-
teerd en de ruitenwissers voor werken, wordt de werking van de ruitenwissers voor
onderbroken om te voorkomen dat iemand in de buurt van de auto natgespetterd
wordt. Als het voorportier wordt gesloten, wordt de werking van de ruitenwissers her-
vat.
■ Bij het uitzetten van de motor in een noodgeval tijdens het rij den
Als de ruitenwissers voor werken wanneer het hybridesysteem wor dt uitgezet, zullen
ze op hoge snelheid werken. Zodra de auto stilstaat, wordt de w erking weer normaal
als het contact AAN wordt gezet, of stopt de werking als het be stuurdersportier wordt
geopend. ● De regensensor registreert de hoeveelheid
neerslag.
De auto is voorzien van een optische sen-
sor. Deze werkt mogelijk niet goed als zon-
licht van de opkomende of ondergaande zon
af en toe op de voorruit valt of als er insecten
o.i.d. op de voorruit zitten.
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33E11E .book Page 301 Monday, October 7, 2019 12:19 PM
Page 302 of 648
3024-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
CAMRY_HV_EE
WAARSCHUWING
■Waarschuwing met betrekking tot het gebruik van de ruitenwissers in de stand
AUTO
De ruitenwissers voor kunnen onverwacht in werking treden als d e sensor wordt
aangeraakt of als de voorruit aan trillingen wordt blootgesteld terwijl de ruitenwissers
in de stand AUTO staan. Let erop dat u zich niet kunt bezeren a ls de ruitenwissers in
werking treden.
■ Waarschuwing met betrekking tot het gebruik van ruitensproeierv loeistof
Gebruik bij koud weer de ruitensproeiervloeistof pas wanneer de voorruit warm is.
De vloeistof kan anders op de voorruit bevriezen en zo het zich t belemmeren. Dit
kan leiden tot een ongeval waarbij ernstig letsel kan ontstaan.
OPMERKING
■ Als de voorruit droog is
Gebruik de ruitenwissers niet als de voorruit droog is omdat hi erdoor de voorruit
beschadigd kan worden.
■ Als het sproeierreservoir leeg is
Als u de hendel gedurende langere tijd naar u toe getrokken hou dt, kan de sproeier-
pomp beschadigd raken.
■ Wanneer een sproeier verstopt raakt
Neem in dit geval contact op met een erkende Toyota-dealer of h ersteller/reparateur
of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun dige.
Probeer als een sproeierkop verstopt is geraakt deze niet schoo n te maken met een
naald of iets dergelijks. Hierdoor kan de sproeierkop beschadig d raken.
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33E11E.book Page 302 Monday, October 7, 2019 12:19 PM
Page 310 of 648
3104-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE
Twee soorten sensoren, die zich achter de grille en de voorruit bevinden, sig-
naleren informatie die nodig is voor de werking van de ondersteunende sys-
temen.
Radarsensor
Camera voor
Sensoren
1
2
WAARSCHUWING
■Voorkomen van storingen in de radarsensor
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Als u dat niet doet, werkt de radarsensor mogelijk niet goed, hetgeen kan leiden tot
een ongeval waarbij ernstig letsel kan ontstaan.
● Houd de radarsensor en de afdekki ng van de radarsensor altijd schoon.
● Bevestig geen accessoires, (doorzichtige) stickers of andere za ken op de radar-
sensor, de afdekking van de radarsensor of het omliggende gebie d.
● Stel de radarsensor en de omgeving van de sensor niet bloot aan krachtige schok-
ken.
Laat de auto nakijken door een erkende Toyota-dealer of herstel ler/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundig e als de radar-
sensor, de grille of de voorbumper is blootgesteld aan krachtig e schokken.
● Haal de radarsensor niet uit elkaar.
● Wijzig of spuit de radarsensor of de kap van de radarsensor nie t.
Radarsensor
Afdekking radarsensor
Reinig de voorzijde van de radarsensor of
de voor- of achterzijde van afdekking van
de radarsensor als ze vuil zijn of als er
waterdruppels, sneeuw, enz. op zit(ten).
Reinig de radarsensor en de kap van de
radarsensor met een zachte doek om te
voorkomen dat er beschadigingen ontstaan.1
2
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33E11E .book Page 310 Monday, October 7, 2019 12:19 PM
Page 311 of 648
3114-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE
4
Rijden
WAARSCHUWING
●In de volgende gevallen moet de radarsensor opnieuw worden geka libreerd. Neem
voor meer informatie contact op met een erkende Toyota-dealer o f hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
• Als de radarsensor of de grille is verwijderd en geplaatst of vervangen
• Als de voorbumper is vervangen
■ Storingen in de camera voor voorkomen
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Als u dat niet doet, werkt de camera voor mogelijk niet goed, h etgeen kan leiden tot
een ongeval waarbij ernstig letsel kan ontstaan.
● Houd de voorruit te allen tijde schoon.
• Reinig de voorruit als deze vuil is of als er een dun olielaag je, waterdruppels,
sneeuw, enz. op zit(ten).
• Als er een ruitencoating op de voorruit is aangebracht, moeten waterdruppels
e.d. nog steeds met de ruitenwissers voor worden verwijderd van het gedeelte
van de voorruit vóór de camera voor.
• Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/re parateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige al s de binnen-
zijde van de voorruit waar de camera voor is geplaatst vuil is.
B: Ongeveer 20 cm (ongeveer 10 cm naar links en rechts vanuit he t midden van
de camera voor)
● Als de voorruit vóór de camera voor is beslagen of wanneer er c ondens of ijs op de
voorruit zit, gebruik dan de voorruitverwarming om de condens v an de voorruit te
verwijderen of de voorruit te ontdooien. ( →Blz. 430)
● Vervang het ruitenwisserrubber of het ruitenwisserblad als de r uitenwissers vóór de
waterdruppels niet goed kunnen verwijderen van het gedeelte van de voorruit vóór
de camera vóór.
● Plak geen ruitfolie op de voorruit.
● Vervang de voorruit als deze beschadigd is of als er een barst in zit.
Na vervanging van de voorruit moet de camera voor opnieuw worden gekalibreerd.
Neem voor meer informatie contact op met een erkende Toyota-dea ler of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
● Zorg ervoor dat er geen vloeistoffen op de camera voor terechtkomen.
●Bevestig geen voorwerpen, zoals (doorzich-
tige) stickers e.d. op de buitenzijde van de
voorruit vóór de camera voor (het grijze
gebied in de afbeelding).
A: Vanaf de bovenzijde van de voorruit tot
ongeveer 1 cm onder de onderzijde van
de camera voor
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33E11E .book Page 311 Monday, October 7, 2019 12:19 PM
Page 319 of 648
3194-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE
4
Rijden
■Als een waarschuwingsmelding wordt weergegeven op het multi-inf ormatiedis-
play
Een van de systemen is mogelijk tijdelijk niet beschikbaar of e r is mogelijk sprake van
een storing in het betreffende systeem.
● Voer in de volgende situaties de in de tabel aangegeven acties uit. Als wordt gesig-
naleerd dat weer aan de normale w erkingsvoorwaarden wordt voldaan, verdwijnt de
melding en werkt het systeem weer normaal.
Neem, als de melding niet verdwijnt, contact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerd e en uitgeruste des-
kundige.
SituatieActie
Als het gedeelte rondom een sensor
bedekt is met vuil, vocht (condens, ijs,
enz.) of andere verontreinigingen
Maak om het gedeelte van de voorruit
voor de camera voor te reinigen gebruik
van de ruitenwissers of de voorruitver-
warming van het airconditioningsysteem
(→ Blz. 430).
Als de temperatuur rondom de camera
voor niet binnen het werkingsbereik ligt,
bijvoorbeeld doordat de auto in de zon of
een zeer koude omgeving staatAls de camera voor heet is, bijvoorbeeld
doordat de auto in de zon heeft gestaan,
maak dan gebruik van de airconditioning
om het gedeelte rondom de camera voor
af te koelen.
Als bij het parkeren van de auto gebruik
is gemaakt van een zonnescherm, kan
bij bepaalde typen zonnescherm door
het zonlicht dat door het oppervlak ervan
wordt gereflecteerd de temperatuur van
de camera voor extreem hoog oplopen.
Als de camera voor koud is, bijvoorbeeld
doordat de auto in een zeer koude
omgeving heeft gestaan, maak dan
gebruik van het airconditioningsysteem
om het gedeelte rondom te camera voor
op te warmen.
Het gedeelte vóór de camera voor wordt
afgedekt, bijvoorbeeld doordat de motor-
kap is geopend of doordat een sticker op
het gedeelte van de voorruit vóór de
camera voor is geplakt. Sluit de motorkap, verwijder de sticker,
enz., zodat de camera voor niet meer
wordt afgedekt.
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33E11E
.book Page 319 Monday, October 7, 2019 12:19 PM
Page 321 of 648
3214-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE
4
Rijden◆Pre-Crash-waarschuwing
Wanneer het systeem oordeelt dat
een aanrijding aan de voorzijde
waarschijnlijk is, klinkt er een zoe-
mer en wordt er een waarschu-
wingsmelding weergegeven op het
multi-informatiedisplay om de be-
stuurder aan te sporen om uit te
wijken.
◆Pre-Crash Brake Assist
Wanneer het systeem oordeelt dat een aanrijding aan de voorzijde waar-
schijnlijk is, past het een grotere remkracht toe in relatie tot de kracht
waarmee het rempedaal wordt ingetrapt.
◆Pre-Crash Brake-functie
Als het systeem vaststelt dat de kans op een frontale aanrijdin g groot is,
waarschuwt het systeem de bestuurder. Als het systeem vaststelt dat de
kans op een frontale aanrijding zeer groot is, worden de remmen automa-
tisch geactiveerd om de aanrijding te helpen voorkomen of de sn elheid
waarmee de aanrijding plaatsvindt te beperken.
PCS (Pre-Crash Safety-systeem)
Het Pre-Crash Safety-systeem maakt gebruik van een radarsensor en
een camerasensor om voertuigen en voetgangers voor uw auto te sig-
naleren. Wanneer het systeem oordeelt dat een aanrijding aan de voor-
zijde met een voertuig of een voetganger waarschijnlijk is, wor dt een
waarschuwing geactiveerd om de b estuurder aan te sporen om uit te
wijken en wordt de potentiële re mdruk verhoogd om de bestuurder te
helpen een aanrijding te voork omen. Wanneer het systeem oordeel t dat
een aanrijding aan de voorzijde met een voertuig of een voetgan ger
zeer waarschijnlijk is, worden d e remmen automatisch bekrachtig d om
te helpen een aanrijding te voork omen of om de impact van een aanrij-
ding te helpen verminderen.
Het Pre-Crash Safety-systeem kan worden in-/uitgeschakeld en he t waar-
schuwingstijdstip kan worden gewijzigd. (→ Blz. 324)
CTH45BT030NL
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33E11E.book Page 321 Monday, October 7, 2019 12:19 PM
Page 328 of 648
3284-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE• Als de auto wordt geraakt door water, sneeuw, stof, enz. dat w
ordt opgeworpen
door een voorligger
• Bij het rijden door stoom of rook
• Als er patronen of verf op de weg of op een muur aanwezig zijn /is die kunnen/kan
worden aangezien voor een voertuig of voetganger
• Wanneer dicht bij een object wordt gereden dat radiogolven weerkaatst, zoals een grote vrachtwagen of een vangrail
• Als wordt gereden in de buurt van een televisiezendmast, radiozender, elektrici-
teitscentrale of andere locatie waar sterke radiogolven of elek tromagnetische vel-
den aanwezig zijn
■ Situaties waarin het systeem mogelijk niet goed werkt
● In bepaalde situaties, zoals onderstaande, wordt een voertuig m ogelijk niet gesigna-
leerd door de radarsensor en de camerasensor, waardoor het syst eem niet goed
werkt:
• Als een tegenligger de auto nadert
• Als de voorligger een motorfiets of fiets is
• Bij het naderen van de zijkant of voorkant van een voertuig
• Als de achterzijde van de voorligger smal is, zoals een lege t ruck
• Als een voorligger een lading vervoert die uitsteekt voorbij d e achterbumper
• Bij het rijden door of onder objecten die in
contact kunnen komen met de auto, zoals
hoog gras, boomtakken of een spandoek
• Als een voorligger een lage achterzijde heeft, zoals een oprijwagen
• Als een voorligger een extreem grote bodemvrijheid heeft
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33E11E .book Page 328 Monday, October 7, 2019 12:19 PM
Page 329 of 648
3294-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE
4
Rijden
• Als een voorligger een onregelmatige vorm heeft, zoals een tractor of een zijspan
• Als de zon of ander licht rechtstreeks op een voorligger schijnt
• Als een voertuig de auto snijdt of plotseling opdoemt van naas t een ander voertuig
• Als de voorligger een abrupte beweging maakt (zoals een uitwij kmanoeuvre, plot-
seling versnellen of afremmen)
• Bij het plotseling invoegen vlak achter een voorligger
• Bij slecht weer zoals bij hevige regen, mist, sneeuw of een zandstorm
• Als de auto wordt geraakt door water, sneeuw, stof, enz. dat w ordt opgeworpen
door een voorligger
• Bij het rijden door stoom of rook
• Bij het rijden in een omgeving waarbij de helderheid van het omgevingslicht plot-
seling verandert, zoals bij het in- of uitrijden van een tunnel
• Wanneer een zeer fel licht, bijvoorbeeld de zon of de koplampe n van tegemoetko-
mend verkeer, rechtstreeks in de camerasensor schijnt
• Als er weinig omgevingslicht is, zoals tijdens de schemering, of 's nachts of in een tunnel
• Nadat het hybridesysteem gestart is, is er gedurende een bepaa lde tijd niet met
de auto gereden
• Bij het afslaan naar links/rechts en gedurende een paar seconden na het afslaan
naar links/rechts
• Tijdens het rijden in een bocht en gedurende enkele seconden na het rijden in een bocht
• Wanneer uw auto slipt
• Als de wielen niet goed zijn uitgelijnd
• Als een ruitenwisserblad de camerasensor blokkeert
• De auto schommelt
• Er wordt gereden met extreem hoge snelheden
• Als op een helling wordt gereden
• Wanneer de radarsensor of de camerasensor niet goed is uitgeli jnd
• Als de voorligger zich niet direct voor uw
auto bevindt
• Als de voorzijde van de auto omhoog of omlaag staat
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33E11E .book Page 329 Monday, October 7, 2019 12:19 PM
Page 330 of 648
3304-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE●
In sommige situaties, zoals de onderstaande, kan wellicht onvol doende remkracht
worden gerealiseerd, waardoor het systeem mogelijk niet goed we rkt:
• Als de remmen niet op volle sterkte kunnen werken, bijvoorbeel d wanneer de
onderdelen van het remsysteem extreem koud, extreem heet of nat zijn
• Als de auto niet volgens de voorschriften is onderhouden (remmen of banden zijn in verregaande mate versleten, onjuiste bandenspanning, enz.)
• Als er met de auto gereden wordt op grind of een andere gladde ondergrond
● Sommige voetgangers, zoals onderstaande, worden mogelijk niet gesignaleerd door
de radarsensor en de camerasen sor, waardoor het systeem niet go ed werkt:
• Voetgangers kleiner dan ongeveer 1 m of groter dan ongeveer 2 m
• Voetgangers die ruimvallende kleding (een regenjas, lange rok, enz.) dragen
waardoor hun silhouet vaag wordt
• Voetgangers die grote voorwerpen dragen, een paraplu vasthouden, enz. waar- door een deel van hun lichaam niet zichtbaar is
• Voetgangers die vooroverbuigen of gehurkt zitten
• Voetgangers die een wandelwagentje, rolstoel, fiets of ander v oertuig voortduwen
• Groepen voetgangers die dicht bij elkaar lopen
• Voetgangers die witte kleding dragen en er extreem licht uitzien
• Voetgangers in het donker, bijvoorbeeld 's nachts of in een tunnel
• Voetgangers waarvan de kleding ongeveer dezelfde kleur of helderheid heeft als de omgeving
• Voetgangers vlak bij muren, hekken, vangrails of grote objecte n
• Voetgangers die zich op de weg op een metalen object (putdekse l, stalen plaat,
enz.) bevinden
• Voetgangers die snel lopen
• Voetgangers die plotseling van snelheid veranderen
• Voetgangers die van achter een voertuig of een groot object ko men rennen
• Voetgangers die zich heel dicht bij de zijkant van de auto (bu itenspiegel, enz.)
bevinden
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33E11E .book Page 330 Monday, October 7, 2019 12:19 PM