CITROEN BERLINGO ELECTRIC 2017 Instructieboekjes (in Dutch)
Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2017, Model line: BERLINGO ELECTRIC, Model: CITROEN BERLINGO ELECTRIC 2017Pages: 328, PDF Size: 11.99 MB
Page 51 of 328

49
BERLINGO-2-VU_NL_CHAP03_PRET-A-PARTIR_ED01-2015BERLINGO-2-VU_NL_CHAP03_PRET-A-PARTIR_ED01-2015
STOP & START- S y STEEM
Het stop & start-systeem zet de motor
tijdelijk af (ST OP-stand) als u stopt
(bij rood licht, opstoppingen enz.).
De motor wordt automatisch gestart
(START-stand) als u weer weg wilt
rijden. Het starten gebeurt direct, snel
en stil.
Het
s top & s tart-systeem zorgt
met name inde stad voor een lager
brandstofverbruik, minder uitstoot van
schadelijke stoffen en een aangename
rust in het interieur tijdens het wachten.
Werking
Overgang naar de STOP-stand van
de motor
Het verklikkerlampje "ECO"
op het instrumentenpaneel
gaat branden en de motor
wordt afgezet:
-
bij een handgeschakelde
versnellingsbak,
bij snelheden
beneden 20
km/h, wanneer u de
versnellingsbak in zijn vrij zet en u
de koppeling loslaat,
-
bij
een gestuurde handgeschakelde
6-versnellingsbak, bij snelheden
beneden 8
km/h, wanneer u op het
rempedaal trapt of wanneer u de
selectiehendel in de stand N zet.Als uw auto is uitgerust met een teller,
wordt de duur van de momenten dat
de motor in de
sto P-stand staat,
opgeteld en weergegeven. e lke keer
als u het contact opnieuw aanzet,
wordt deze teller op 0 gezet.
Is uw auto uitgerust met een
gestuurde handgeschakelde
versnellingsbak en u parkeert
uw auto, dan is - ten behoeve van uw
eigen comfort - de sto P-stand de
eerste seconden na het uitschakelen
van de achteruit niet beschikbaar.
Als de sto P-stand geactiveerd is,
blijven alle andere componenten zoals
de remmen en de stuurbekrachtiging
enz. normaal functioneren.
tank nooit als de motor door het s top & s tart-systeem is afgezet;
zet in dat geval altijd het contact
met de sleutel af. Bijzonderheden: STOP-stand niet
beschikbaar
De
sto P-stand wordt niet geactiveerd
als:
-
het bestuurderportier geopend is,
-
de veilig
heidsgordel van de
bestuurder los is,
-
de auto sinds de laatste start met
de sleutel niet harder dan 10
km/h
heeft gereden,
-
de klimaatregeling in het interieur
dat niet toelaat,
-
de ruitontwaseming is
ingeschakeld,
-
bepaalde bijzondere
omstandigheden (laadtoestand
accu, motortemperatuur
,
rembekrachtiging,
buitentemperatuur enz.) dat niet
toelaten.
In dit geval knippert het
verklikkerlampje "ECO"
enkele seconden om
vervolgens te doven.
Dit is volkomen normaal.
VoorDAt u GAAt rIjDen
3
stop & start
Page 52 of 328

50
BERLINGO-2-VU_NL_CHAP03_PRET-A-PARTIR_ED01-2015BERLINGO-2-VU_NL_CHAP03_PRET-A-PARTIR_ED01-2015
Overgang naar de START-stand van
de motor
Het verklikkerlampje "ECO"
gaat uit en de motor wordt
gestart:
-
bij een handgeschakelde
versnellingsbak,
trapt u het
koppelingspedaal volledig in,
-
bij een gestuurde
handgeschakelde
6-versnellingsbak
:
●
met de selectiehendel in stand
A
of M, wanneer u het rempedaal
loslaat.
●
of met de selectiehendel in
stand N en het rempedaal los,
wanneer u de selectiehendel in
stand A of M zet,
●
of wanneer u de achteruitversnel
-
ling inschakelt.
Als u bij een auto met een
handgeschakelde versnellingsbak
in de
sto P-stand een versnelling
inschakelt maar daarbij het
koppelingspedaal niet volledig intrapt,
gaat er een verklikkerlampje branden
of wordt er een melding weergegeven
met het verzoek het koppelingspedaal
helemaal in te trappen, omdat anders
de motor niet gestart kan worden. Bijzonderheden: automatisch
activeren van de START-stand
Voor uw veiligheid of comfort wordt de
stA
rt
-stand automatisch geactiveerd
als:
-
u het bestuurderportier opent,
-
de veilig
heidsgordel van de
bestuurder los wordt gemaakt,
-
de snelheid van de auto
hoger is dan 25
km/h bij een
handgeschakelde versnellingsbak
en hoger dan 11
km/h bij een
gestuurde handgeschakelde
6-versnellingsbak,
-
bepaalde bijzondere
omstandigheden (laadtoestand
accu, motortemperatuur
,
rembekrachtiging,
buitentemperatuur enz.) dit niet
toelaten.
In dit geval knippert het
lampje "ECO" enkele
seconden om vervolgens te
doven.
Dit is volkomen normaal.Uitschakelen
u kunt deze functie op
elk wille keurig moment
uitschakelen door de
schakelaar "ECO OFF" in te
drukken.
Het verklikkerlampje in de schakelaar
gaat branden en er verschijnt een
bericht op het display.
Als u het systeem met de motor in de
st
o
P-stand uitschakelt, dan wordt de
motor direct weer gestart.
stop & start
Page 53 of 328

51
BERLINGO-2-VU_NL_CHAP03_PRET-A-PARTIR_ED01-2015BERLINGO-2-VU_NL_CHAP03_PRET-A-PARTIR_ED01-2015
Opnieuw inschakelen
Druk nogmaals op de schakelaar
"ECO OFF".
Het systeem is dan opnieuw actief; het
verklikkerlampje in de schakelaar gaat
uit en er verschijnt een melding op het
instrumentenpaneel.
Het systeem wordt automatisch
opnieuw ingeschakeld zodra u het
contact weer aanzet.
Storingen
bij een storing in het systeem
gaat het verklikkerlampje in
de schakelaar
"ECO OFF"
eerst knipperen en brandt
vervolgens permanent.
Laat het systeem door het
c I tro Ë n -
netwerk of door een gekwalificeerde
werkplaats controleren.
Als er in de
sto P-stand een storing
zou optreden, kan het zijn dat de
motor niet meer wil aanslaan of direct
afslaat. Alle verklikkerlampjes op het
instrumentenpaneel gaan dan branden.
Zet in dat geval het contact af en start
de auto met behulp van de sleutel.
Onderhoud
schakel het stop & start-systeem
altijd uit als u handelingen onder
de motorkap wilt verrichten, om
letsel door het automatisch activeren
van de
st
A
rt
-stand te voorkomen.
Dit systeem heeft specifieke
kenmerken en maakt gebruik van een
speciale accu (raadpleeg voor meer
informatie het
c I tro Ë n -netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats).
Het gebruik van een andere dan de
door
c I tro Ë n voorgeschreven accu's
kan leiden tot storingen in het systeem.
Het
s top & s tart-systeem maakt
gebruik van geavanceerde
technologie. Laat eventuele
werkzaamheden aan dit type accu
uitsluitend uitvoeren door een
officiële CITROËN-dealer of door een
gekwalificeerde werkplaats.
VoorDAt u GAAt rIjDen
3
stop & start
Page 54 of 328

52
BERLINGO-2-VU_NL_CHAP03_PRET-A-PARTIR_ED01-2015BERLINGO-2-VU_NL_CHAP03_PRET-A-PARTIR_ED01-2015
Gebruiksvoorschrift: stoppen Gebruiksvoorschrift: starten
Verklikkerlampje
voorgloeien dieselmotor
Als de motor voldoende
op temperatuur is, gaat
het lampje na minder dan
1
seconde uit en kunt u de
motor direct starten.
Wacht bij koud weer tot dit lampje
uitgaat en zet vervolgens de startmotor
in werking (stand "Starten") tot de
motor aanslaat. Verklikkerlampje geopend
portier
controleer als dit lampje brandt of de
portieren, achterdeuren, schuifdeuren
en de motorkap goed zijn gesloten!
Ontzien van de motor en de
versnellingsbak
Laat de motor voordat u het contact
afzet enkele seconden draaien om
het toerental van de turbocompressor
(dieselmotor) te laten dalen.
Geef geen gas bij het afzetten van het
contact.
Het inschakelen van alleen een
versnelling bij het parkeren van de
auto is niet afdoende.
STARTEN EN AFZETTEN
Stand "AAN" en "Accessoires".
Verdraai terwijl u de contactsleutel
omdraait het stuurwiel iets (zonder
te forceren) om het stuurslot te
ontgrendelen. In deze stand kunnen
verschillende accessoires functioneren.
Stand "Starten".
De startmotor wordt in werking gezet.
Laat de sleutel los zodra de motor is
aangeslagen.
Stand STOP: stuurslot.
Het contact is afgezet. Draai het
stuurwiel tot het stuurslot wordt
vergrendeld. Haal de sleutel uit het
contact.
starten en stoppen
Page 55 of 328

53
BERLINGO-2-VU_NL_CHAP03_PRET-A-PARTIR_ED01-2015BERLINGO-2-VU_NL_CHAP03_PRET-A-PARTIR_ED01-2015
HILL START A SSIST
W
erking
Als u het rempedaal en het
koppelingspedaal hebt ingetrapt,
hebt u zodra u het rempedaal loslaat
ongeveer 2
seconden de tijd om,
zonder dat de auto de helling af begint
te rollen, gas te geven en weg te rijden.
b
ij het wegrijden wordt de functie
automatisch gedeactiveerd door de
remdruk geleidelijk te laten afnemen.
Gedurende deze fase is het mogelijk
dat de remmen hoorbaar zijn, het
teken dat de auto in beweging komt.
Storing
De Hill start Assist wordt
gedeactiveerd onder de volgende
omstandigheden:
-
als u het koppelingspedaal laat
opkomen,
-
als de handrem wordt
aangetrokken,
-
als de motor wordt afgezet,
-
als de motor afslaat.
In het geval van een storing
in het systeem gaat dit
verklikkerlampje branden
in combinatie met een
geluidssignaal en een melding
ter bevestiging op het display. Laat het
systeem controleren door het
c I tro Ë n -
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Deze aan de dynamische stabiliteitscontrole
gekoppelde functie (ook bekend onder
de naam HHC (Hill Holder Control))
vereenvoudigt het wegrijden op een helling.
Het systeem wordt geactiveerd onder de
volgende omstandigheden:
- de auto moet stilstaan met draaiende
motor en het rempedaal ingetrapt,
-
de hellin
g moet steiler zijn dan 5%,
-
bij het omhoog rijden op een
helling moet de versnellingsbak
in de neutraalstand staan of moet
een andere versnelling dan de
achteruitversnelling zijn ingeschakeld,
-
bij het afdalen van een hellin
g
moet de achteruitversnelling zijn
ingeschakeld.
De Hill
s tart Assist is een voorziening
om het rijcomfort te vergroten en kan
niet gebruikt worden als elektrisch
bediende handrem.
VoorDAt u GAAt rIjDen
3
starten en stoppen
Page 56 of 328

54
BERLINGO-2-VU_NL_CHAP03_PRET-A-PARTIR_ED01-2015BERLINGO-2-VU_NL_CHAP03_PRET-A-PARTIR_ED01-2015
ENkELE RIJADVIEZEN
Houd u altijd aan de verkeersregels en
let onder alle omstandigheden goed
op.
r
icht uw aandacht op het verkeer en
houd uw handen op het stuurwiel,
zodat u snel kunt reageren op
onverwachte situaties.
Las tijdens een lange rit om de twee
uur een pauze in.
r
ijd bij slecht weer defensief, rem
eerder af en houd meer afstand tot uw
voorligger.
Rijden op een overstroomde
weg
Probeer het rijden over overstroomde
wegen zo veel mogelijk te vermijden,
want het water kan de motor,
versnellingsbak en het elektrische
systeem van uw auto ernstig
beschadigen.
b
ent u genoodzaakt over een
overstroomd weggedeelte te rijden,
doe dan het volgende:
-
kijk of het water niet meer dan
15
cm diep is, houd daarbij
rekening met golfen die door
andere weggebruikers kunnen
worden veroorzaakt,
-
schakel het
s top & s tart-systeem
uit,
- rijd zo langzaam mogelijk zonder
de motor te laten afslaan.
r ijd in
elk geval niet sneller dan 10 km/h,
-
zet de auto niet stil en zet de motor
niet af.
Als u het overstroomde weggedeelte
achter u hebt gelaten, rem dan,
zodra de verkeerssituatie dat toelaat,
meerdere keren licht af om de
remschijven en remblokken te drogen.
Als u twijfels hebt over de staat
van uw auto, neem dan contact op
met het
c I tro Ë n -netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
r
ijd nooit met aangetrokken
handrem - k ans op oververhitting
en beschadiging van het
remsysteem!
Parkeer uw auto niet en zet uw auto
niet met draaiende motor stil op een
plaats waar brandbaar materiaal
(droog gras, afgevallen blad, ...) in
contact kan komen met het warme
uitlaatsysteem - k ans op brand!
Laat de auto nooit onbewaakt
met draaiende motor achter. Als
u uw auto met draaiende motor
moet verlaten, trek dan de handrem
aan en zet de versnellingsbak in
de neutraalstand of in de stand
N of P, afhankelijk van het type
versnellingsbak.
Belangrijk!
starten en stoppen
Page 57 of 328

55
Berlingo-2-VU_nl_Chap04_Ergonomie_ed01-2015
RICHTINGAANWIJZERS
Functie "snelweg"
Duw de schakelaar één keer omhoog
of omlaag om de richtingaanwijzer aan
de desbetreffende zijde driemaal te
laten knipperen.
VERLICHTING
Links: omlaag duwen tot
voorbij het zware punt.
Rechts: omhoog duwen tot
voorbij het zware punt.
Verlichting vóór en achter
Lichten uit
Automatische verlichting
ParkeerlichtenDimlicht (groen)
Grootlicht (blauw)
Overschakelen van dim- naar
grootlicht
trek de hendel helemaal naar u toe.
Zie in rubriek 3
het gedeelte
"
c
ockpit" voor meer informatie
over de verklikkerlampjes.
knipperlichten
Draai deze ring om
de verlichting in te
schakelen. Vergeten verlichting
Wanneer u het contact afzet en
de follow me home-verlichting is
ingeschakeld, doven alle lichten
behalve de dimlichten.
u
bedient de verlichting
door deze ring in de stand
"0" (verlichting uit) te
zetten en vervolgens in de
stand van uw keuze.
Als de verlichting aanstaat en er een
voorportier wordt geopend, klinkt er
een geluidssignaal.
stuurkolomschakelaars
erGonoMIe en coMFort
4
Page 58 of 328

56
Berlingo-2-VU_nl_Chap04_Ergonomie_ed01-2015
Bij een storing in de
lichtsensor gaat de
verlichting branden en
wordt het pictogram service
weergegeven in combinatie
met een geluidssignaal en een melding
op het display.
r
aadpleeg het c I tro Ë n -netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
Mistachterlichten
(amberkleurig, draai de ring
2
standen naar voren).
Mistlampen vóór (groen, draai
de ring 1
stand naar voren).
Mistlampen vóór/mistachterlicht
Deze branden in combinatie met
parkeer- en dimlicht.
Draai de ring twee
standen naar achteren
om achtereenvolgens
het mistachterlicht en
de mistlampen vóór te
doven.
Automatisch inschakelen van
de verlichting
bij mist of sneeuwval kan de
lichtsensor voldoende licht
waarnemen.
Hierdoor zullen de lichten niet
automatisch worden ingeschakeld.
s
chakel indien nodig het dimlicht
handmatig in. Dek de lichtsensor, die zich achter
de binnenspiegel op de voorruit
bevindt, niet af. Deze sensor dient
voor de regeling van de automatische
verlichting en ruitenwissers.
Inschakelen
Draai de ring in de stand AUTO. b ij het
inschakelen van de functie verschijnt
een melding op het display.
Het parkeerlicht
en het dimlicht
worden automatisch
ingeschakeld als de
lichtsterkte van de
omgeving onvoldoende is en als de
ruitenwissers wissen. De verlichting
wordt uitgeschakeld als de lichtsterkte
van de omgeving weer voldoende is of
het wissen is gestopt.
Als in de daarop volgende 30
minuten
niet wordt ingegrepen, treedt de eco-
mode in werking. om te voorkomen
dat de accu leeg raakt. De functies
komen dan in een standby-stand en
het acculampje knippert.
De eco-mode heeft geen effect op het
branden van de parkeerlichten.
Zie in rubriek 8
het gedeelte
"Accu".
Deze worden
ingeschakeld door deze
ring naar voren te draaien
en uitgeschakeld door
de ring naar achteren te
draaien.
Het branden van de mistlampen wordt
aangegeven door een verklikkerlampje
op het instrumentenpaneel.
b
ij helder of regenachtig weer,
zowel overdag als 's nachts, is het
mistachterlicht verblindend voor
medeweggebruikers en daarom niet
toegestaan.
Vergeet niet de mistlampen uit te
zetten zodra ze niet meer nodig zijn.
De automatische verlichting schakelt
het mistachterlicht uit, maar de
mistlampen vóór blijven branden. Uitschakelen
Draai de ring naar voren of naar
achteren. b ij het uitschakelen van de
functie verschijnt een melding op het
display.
De functie wordt tijdelijk uitgeschakeld
als de verlichting met de
lichtschakelaar wordt bediend.
stuurkolomschakelaars
Page 59 of 328

57
Berlingo-2-VU_nl_Chap04_Ergonomie_ed01-2015
Follow me home-verlichting
Deze functie zorgt ervoor dat bij
afgezet contact de dimlichten even
blijven branden om het uitstappen in
het donker te vergemakkelijken.
kOPLAMPVERSTELLING
Afhankelijk van de belading van de
auto kan het noodzakelijk zijn om de
koplampen in hoogte te verstellen.
0- Geen belading.
1- Gedeeltelijke belading.
2- Gemiddelde belading.
3- Maximaal toegestane belading.
Handmatige bediening
-
Geef binnen 1
minuut na het
afzetten van het contact een
"lichtsignaal".
De follow me home-verlichting wordt
na een bepaalde tijd automatisch
uitgeschakeld.
Automatische werking
r
aadpleeg in rubriek 10
het
gedeelte "Menustructuur display". Activeer de functie via het
configuratiemenu van de auto.
Stand 0: basisinstelling.
STATISCHE
BOCHTVERLICHTINGtijdens het rijden met dim- of grootlicht
wordt de mistlamp vóór ingeschakeld
om de binnenkant van de bocht extra
te verlichten bij snelheden tot 40
km/h
(handig in de stad, op bochtige wegen,
kruispunten, parkeergarages enz.).
Statische bochtverlichting ingeschakeldDe bochtverlichting wordt in de
volgende gevallen ingeschakeld:
-
bij het inschakelen van een
richtingaanwijzer
,
of
-
als het stuurwiel ver genoeg wordt
verdraaid.
Statische bochtverlichting werkt niet
De verlichting werkt in de volgende
gevallen niet:
-
bij een geringe stuuruitslag,
-
bij snelheden boven 40
km/h,
-
als de achteruit is ingeschakeld.
Programmeren
u
kunt de statische bochtverlichting
desgewenst uitschakelen via het
configuratiemenu van de auto.
s
tandaard is de statische
bochtverlichting ingeschakeld. Reizen naar het buitenland
Wanneer u uw auto gaat
gebruiken in een land waarin het
verkeer aan de andere kant van de
weg rijdt, moet de afstelling van de
dimlichten worden gewijzigd om te
voorkomen dat tegemoetkomend
verkeer wordt verblind.
r
aadpleeg het c I tro Ë n -netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
stuurkolomschakelaars
erGonoMIe en coMFort
4
Page 60 of 328

58
Berlingo-2-VU_nl_Chap04_Ergonomie_ed01-2015
2 Hoge snelheid (hevige neerslag).
1 n ormale snelheid (matige
regenval).
I
Interval.
0
u it.
â
e én keer wissen
(omlaag duwen).
In de
Intervalstand wordt de snelheid
van de wissers aangepast aan de
rijsnelheid.
RUITENWISSERS
HandbedieningAls het contact langer dan één minuut
is afgezet terwijl de schakelaar in
de stand 2, 1
of I stond, dient de
schakelaar weer geactiveerd te
worden.
-
Zet de schakelaar in een
wille
keurige stand.
-
Zet de schakelaar vervolgens in de
gewenste stand. Dek de regensensor
, die zich
achter de binnenspiegel op de
voorruit bevindt, niet af. Inschakelen
Duw de hendel omlaag.
b ij het
inschakelen van de automatische
ruitenwissers verschijnt een melding
op het display.
Deactiveren/uitschakelen
Zet de schakelaar in de stand I, 1 of 2.
LAls de functie wordt uitgeschakeld,
verschijnt er een melding op het
display.
In het geval van een storing in
de werking van de automatische
ruitenwissers werken de ruitenwissers
in de intervalstand.
r
aadpleeg het c I tro Ë n -netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats om het
systeem te laten controleren. De ruitenwissers werken automatisch
in de stand AUTO, waarbij de snelheid
van de wissers aan de hoeveelheid
neerslag wordt aangepast.
De werking van de ruitenwissers in andere
standen dan de stand AUTO komt overeen
met die van de handbediende ruitenwissers.
Als het contact meer dan 1 minuut
afgezet is geweest, moet de automatische
werking van de ruitenwissers opnieuw
worden geactiveerd door de schakelaar
één keer omlaag te bewegen.
Zet het contact uit als de auto
gewassen wordt in een wasstraat, om
te voorkomen dat de automatische
ruitenwissers worden ingeschakeld.
Wacht 's winters met het inschakelen
van het automatisch wissen tot de
voorruit ontdooid is.
Automatisch wissen
stuurkolomschakelaars