key CITROEN JUMPER SPACETOURER 2020 Instructieboekjes (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2020, Model line: JUMPER SPACETOURER, Model: CITROEN JUMPER SPACETOURER 2020Pages: 324, PDF Size: 11 MB
Page 33 of 324
31
Elektronische sleutel met
afstandsbediening en
ingebouwde fysieke sleutel,
Als een van de portieren of de
achterklep geopend is of als een van de
elektronische sleutels van het Keyless
entrée and start-systeem zich in de auto
bevindt, werkt de centrale vergrendeling
niet.
Als de auto echter is uitgerust met het
alarmsysteem, wordt dit na ongeveer 45
seconden ingeschakeld.
Als de auto wordt ontgrendeld en de
portieren en de achterklep gesloten
blijven, wordt de auto na ongeveer
30
seconden automatisch weer
vergrendeld. Het alarm (indien aanwezig)
wordt automatisch weer ingeschakeld.
Het automatisch in- en uitklappen van de
buitenspiegels kan worden uitgeschakeld
door het CITROËN-netwerk of door een
gekwalificeerde werkplaats. Als een portier of deur, of de
achterklep niet goed is gesloten
(behalve de rechter achterdeur):
-
g
aat, bij stilstaande auto en
draaiende motor, dit lampje
branden in combinatie met
een waarschuwingsmelding
die enkele seconden wordt
weergegeven,
-
b
randt tijdens het rijden
(wagensnelheid hoger dan
10 km/h) dit verklikkerlampje
in combinatie met een
geluidssignaal en een
waarschuwingsmelding die
gedurende enkele seconden
wordt weergegeven.
Sleutel met
afstandsbediening
Met de sleutel met afstandsbediening kunt
de auto ontgrendelen of vergrendelen door
de centrale vergrendeling te bedienen via het
portierslot of met de afstandsbediening. De knoppen van de afstandsbediening
werken niet meer als het contact aan
staat.
Uitklappen/inklappen van de
sleutel
Wanneer deze knop niet wordt ingedrukt,
kan de afstandsbediening beschadigd
raken.
Keyless entrée and start
F Druk op deze knop om de sleutel uit of in te
klappen.
Hiermee kunt u de centrale vergrendeling
bedienen om de auto op afstand te
ontgrendelen of vergrendelen.
De afstandsbediening dient tevens voor de
lokalisatie en het starten van de auto en maakt
deel uit van de diefstalbeveiliging.
Verlaat om veiligheidsredenen de auto
nooit, zelfs niet voor een korte tijd, zonder
de elektronische sleutel van het Keyless
entrée and start-systeem mee te nemen.
Wees bedacht op diefstal van de auto
als de sleutel zich binnen een van de
detectiezones bevindt ter wijl uw auto
ontgrendeld is.
De sleutel met afstandsbediening dient tevens
voor de lokalisatie van de auto, het openen
en sluiten van de tankdop en het starten of
afzetten van de motor, en maakt deel uit van de
diefstalbeveiliging.
2
Toegang tot de auto
Page 34 of 324
32
Geïntegreerde sleutel
Hiermee kan de auto vergrendeld en
ontgrendeld worden als de afstandsbediening
niet werkt:
-
l
ege batterij, accu ontladen of losgekoppeld,
...
-
a
uto bevindt zich in een omgeving met veel
elektromagnetische straling.
F
T
rek aan de knop 1 om de sleutel 2 uit de
Als het inbraakalarm is geactiveerd,
zal het geluidssignaal dat klinkt bij
het met de sleutel (geïntegreerd in de
afstandsbediening) openen van een
portier, bij het aanzetten van het contact
stoppen.
Keyless entrée and start met de
elektronische sleutel op zak
Met dit systeem kunt u de auto ontgrendelen,
vergrendelen en starten terwijl u de
afstandsbediening op zak houdt in het
detectiegebied " A".
De functie handsfree-toegang werkt
niet en de portieren kunnen niet worden
geopend als het contact A AN (stand
Accessoires) is gezet met de knop
"START/STOP".
Raadpleeg de desbetreffende rubriek
voor meer informatie over het star ten en
afzetten van de motor, Keyless entrée
and star t en in het bijzonder de stand
"contact aan".
Lokaliseren van de auto
behuizing te verwijderen. Met deze functie kunt u uw auto op afstand
lokaliseren zonder de auto te ontgrendelen.
F
D
ruk op deze knop.
De plafonniers worden ingeschakeld en de
richtingaanwijzers knipperen ca. 10 seconden.
Verlichting inschakelen met
de afstandsbediening
Afhankelijk van de uitvoering van de auto. Druk kort op deze knop om de
verlichting via de afstandsbediening
in te schakelen (inschakelen van
het parkeerlicht, het dimlicht en de
kentekenplaatverlichting).
Door de knop een tweede keer in
te drukken ter wijl de verlichting
nog brandt, wordt de verlichting
via de afstandsbediening weer
uitgeschakeld.
Toegang tot de auto
Page 36 of 324
34
Het gescheiden ontgrendelingssysteem
tussen de cabine en de laadruimte is een
veiligheidsmaatregel.
Het dient om de toegang te beletten tot het
deel van de auto waar de bestuurderzich
niet bevindt.
Activeren/deactiveren
Standaard is de selectiviteit tussen
cabine en laadruimte ingeschakeld.
Ontgrendelen/Volledig
ontgrendelen
F Voor het activeren van de
selectiviteit tussen de cabine
en de laadruimte of om deze
selectiviteit te deactiveren en
terug te keren naar volledig
ontgrendelen, moet u het contact
aanzetten en deze toets langer
dan twee seconden indrukken.
Er klinkt een geluidssignaal en afhankelijk van
de uitvoering verschijnt er een melding ter
bevestiging dat het verzoek is uitgevoerd. Het ontgrendelen wordt aangegeven door
het gedurende enkele seconden snel
knipperen van de richtingaanwijzers.
Afhankelijk van de uitvoering worden de
buitenspiegels uitgeklapt en wordt het
alarmsysteem uitgeschakeld.
Met de sleutel
F Draai de sleutel in het slot van het
bestuurdersportier in de richting van de
voorzijde van de auto om de auto volledig
te ontgrendelen.
Het alarmsysteem (indien aanwezig) wordt niet
gedeactiveerd. Het alarm wordt geactiveerd
als een portier wordt geopend en kan worden
uitgeschakeld door het contact aan te zetten.
Met de afstandsbediening
F Druk op een van deze toetsen om de auto te ontgrendelen
(afhankelijk van de uitvoering).
Met de afstandsbediening bij
uitvoeringen met elektrisch
bedienbare schuifdeur(en)
F Om de auto volledig te
ontgrendelen en de schuifdeur
te openen, moet u deze knop
ingedrukt houden totdat de
schuifdeur opengaat.
Met de Keyless entry and start
-afstandsbediening op zak
Voor het ontgrendelen van de auto moet
de afstandsbediening in detectiegebied A
aanwezig zijn.
F
A
ls u de auto volledig wilt ontgrendelen,
legt u uw hand achter een van de
portiergrepen (voorportier(en),
handbediende schuifdeur(en) of linker
achterdeur. Trek ver volgens aan de
portiergreep om de betreffende deur te
openen.
Toegang tot de auto
Page 37 of 324
35
Met elektrisch bedienbare
schuifdeur(en)
Met achterklepMet te openen achterruit (achterklep)
F Als u Keyless entry and start op zak hebt,
drukt u om de auto te ontgrendelen op de
ontgrendeling van de achterruit van de
achterklep. De achterruit wordt gedeeltelijk
geopend; til de ruit ver volgens op om deze
volledig te openen.
F
A
ls u de Keyless entrée and start-
afstandsbediening op zak hebt, legt u uw
hand achter de portiergreep om de auto
te ontgrendelen. Trek ver volgens aan de
portiergreep en laat hem weer los. Deze
handeling activeert tevens het openen van
de desbetreffende deur.
F
A
ls u de Keyless entrée and start-
afstandsbediening op zak hebt, trekt
u om de auto te ontgrendelen aan de
achterklepgreep en tilt u deze op om de
achterklep te openen.
Selectief ontgrendelen
Het ontgrendelen wordt aangegeven door
het gedurende enkele seconden snel
knipperen van de richtingaanwijzers.
Afhankelijk van de uitvoering worden de
buitenspiegels uitgeklapt en wordt het
alarmsysteem uitgeschakeld.
Met de afstandsbediening
F Druk eenmaal op deze knop
om alleen de portieren van de
cabine te ontgrendelen.
F
Druk nogmaals op deze knop
om de deuren van de laadruimte
(schuifdeuren en achterdeuren)
te ontgrendelen.
Als uw auto is uitgerust met deze functie: F
D
ruk op deze knop om alleen de
laadruimte te ontgrendelen.
Met de afstandsbediening,
uitvoeringen met elektrisch
bedienbare schuifdeur(en)
F Druk om alleen de laadruimte
te ontgrendelen zonder de
schuifdeur te openen op de
knop van de desbetreffende
schuifdeur of houd de knop
ingedrukt om de schuifdeur te
openen.
2
Toegang tot de auto
Page 38 of 324
36
Vergrendelen
Met de sleutel
F Draai de sleutel in het slot van het bestuurdersportier naar de achterzijde van
de auto om deze volledig te vergrendelen.
Het alarmsysteem (indien aanwezig) wordt niet
ingeschakeld.
Met de afstandsbediening
F Druk op deze knop om de auto volledig te vergrendelen.
Met Keyless entrée and start met
de elektronische sleutel op zak
F Als u alleen de cabine wilt ontgrendelen,
legt u uw hand achter een portiergreep van
het portier linksvoor of rechtsvoor. Trek
ver volgens aan de portiergreep om het
portier te openen.
De vergrendelingsstatus van de deuren
van de laadruimte blijft ongewijzigd.
F
A
ls u alleen de laadruimte wilt ontgrendelen
ter wijl u de afstandsbediening op zak hebt
binnen detectiezone A, B of C , legt u uw
hand achter de handgreep van een van de
deuren van de laadruimte. Trek ver volgens
aan de handgreep om de desbetreffende
deur te openen. Afhankelijk van de uitvoering worden de
buitenspiegels alleen uitgeklapt wanneer
de cabine wordt ontgrendeld en het
alarmsysteem is uitgeschakeld.
Met elektrisch bedienbare
schuifdeur(en)
Met achterklep
Het ontgrendelen wordt aangegeven door
het gedurende enkele seconden snel
knipperen van de richtingaanwijzers.
F
A
ls u de Keyless entrée and start-
afstandsbediening op zak hebt, legt u
uw hand achter de portiergreep van een
voorportier om de auto te ontgrendelen.
Trek ver volgens aan de portiergreep en laat
hem weer los. Door deze handeling wordt
tevens het betreffende portier geopend. F
A
ls u de Keyless entrée and start-
afstandsbediening op zak hebt, trekt u aan
de handgreep van de achterklep en tilt u
deze op om de laadruimte te ontgrendelen.
Toegang tot de auto
Page 39 of 324
37
Met de Keyless Entry and
Start-afstandsbediening op
zak
Voor vergrendelen van de auto met de
afstandsbediening in detectiegebied A.
Met elektrisch bedienbare
schuifdeur(en)
F Als u de Keyless entrée and start-
afstandsbediening op zak hebt, drukt
u op het merkteken van een van de
voorportiergrepen om de auto volledig te
vergrendelen.
Met achterklep
F Als u de Keyless entrée and start- afstandsbediening op zak hebt, drukt u op
de vergrendelknop van de achterklep om de
auto te vergrendelen.
Als u een van de
vergrendelknoppen ingedrukt
houdt, worden de ruiten gesloten
(afhankelijk van de uitvoering).
De ruit stopt zodra de knop wordt
losgelaten.
Let erop dat niets of niemand het correcte
sluiten van de ruiten in de weg staat.
Wees extra alert op kinderen, zodat deze
zich tijdens het bedienen van de ruiten
niet kunnen bezeren.Supervergrendeling
F Als u de auto wilt vergrendelen, drukt u op de merktekens van een van
de portiergrepen (voorportier(en),
handbediende schuifdeur(en) of linker
achterdeur). De supervergrendeling schakelt de buiten-
en binnenportiergrepen uit en de knop
voor de centrale vergrendeling op het
dashboard.
De claxon blijft werken.
Schakel daarom nooit de
supervergrendeling in als er zich iemand
in de auto bevindt.Met de sleutel
F Draai de sleutel in het slot van het
bestuurdersportier naar de achterzijde van
de auto om de super vergrendeling in te
schakelen.
F
Draai binnen vijf seconden de sleutel
nogmaals in de richting van de achterzijde.
Met de afstandsbediening
F Druk op deze knop om de supervergrendeling in te
schakelen.
F
Druk binnen 5 seconden na het
vergrendelen nogmaals op deze
knop.
Als de auto niet is uitgerust met een
alarmsysteem, wordt het vergrendelen
bevestigd door het gedurende ongeveer
twee seconden blijven branden van de
richtingaanwijzers.
Afhankelijk van de uitvoering van de auto,
worden de buitenspiegels tegelijkertijd
ingeklapt.
Het rijden met vergrendelde portieren
kan in noodgevallen de toegang tot
het interieur voor de hulpdiensten
bemoeilijken.
Verlaat om veiligheidsredenen de auto
nooit, zelfs niet voor een korte tijd, zonder
de afstandsbediening mee te nemen.
Tegelijkertijd worden, afhankelijk van de
uitvoering, de buitenspiegels elektrisch
ingeklapt.
2
Toegang tot de auto
Page 40 of 324
38
Met elektrisch bedienbare
schuifdeur(en)
F Als u de Keyless entrée and start-afstandsbediening op zak hebt, drukt
u op het merkteken van een van de
voorportiergrepen om de auto volledig te
vergrendelen.
Met achterklep
Noodprocedures
Sleutels, afstandsbediening
of elektronische sleutel
verloren
Ga met het kentekenbewijs van de auto,
uw legitimatiebewijs en indien mogelijk het
label met de sleutelcode naar het CITROËN-
netwerk.
Het CITROËN-netwerk kan de speciale code
van de sleutel en de transponder opzoeken en
een nieuwe bestellen.
De auto volledig
ontgrendelen/vergrendelen
met de sleutel
Gebruik in de volgende situaties deze
procedures:
-
l
ege batterij van de afstandsbediening;
-
s
toring van de afstandsbediening;
-
a
uto is in een gebied met sterke
elektromagnetische straling.
In het eerste geval moet u de batterij van de
afstandsbediening vervangen.
In het tweede geval kunt u het probleem
mogelijk verhelpen door de afstandsbediening
te synchroniseren.
Raadpleeg de desbetreffende rubrieken.
F
A
ls u de Keyless entrée and start-
afstandsbediening op zak hebt, drukt u op
de vergrendelknop van de achterklep om de
auto volledig te vergrendelen.
F
Druk
binnen 5 seconden nogmaals op
de knop om de super vergrendeling in te
schakelen.
F
S
teek de sleutel in het portierslot.
F
D
raai de sleutel in de richting van de
voorzijde/achterzijde om de auto te
vergrendelen/ontgrendelen.
Met Keyless entry and start met
de afstandsbediening op zak
Voor het vergrendelen van de auto moet
de afstandsbediening zich bevinden in
detectiegebied A .
F
A
ls u de auto volledig wilt vergrendelen,
drukt u op de merktekens van een
van de portiergrepen (voorportier(en),
handbediende schuifdeur(en) of linker
achterdeur).
F
Druk binnen vijf seconden nogmaals op
de merktekens om de supervergrendeling in
te schakelen. Als de auto niet is voorzien van het
alarmsysteem, wordt het inschakelen van
de supervergrendeling bevestigd door het
gedurende ongeveer 2 seconden branden
van de richtingaanwijzers.
Als de auto niet is voorzien van het
alarmsysteem, wordt het inschakelen van
de supervergrendeling bevestigd door het
gedurende ongeveer 2 seconden branden
van de richtingaanwijzers.
F
Druk
binnen vijf seconden nogmaals op
de merktekens om de supervergrendeling in
te schakelen.
Toegang tot de auto
Page 41 of 324
39
F Draai binnen 5 seconden de sleutel nogmaals richting de achterzijde van de
auto om de super vergrendeling van de
auto in te schakelen (bevestigd door het
knipperen van de richtingaanwijzers).
Als de auto is uitgerust met een
alarmsysteem, wordt het alarm niet
ingeschakeld bij het vergrendelen met de
sleutel.
Als het alarmsysteem is ingeschakeld,
klinkt de sirene bij het openen van het
portier. De sirene stopt als het contact
wordt aangezet.Centrale vergrendeling
werkt niet
Gebruik in de volgende situaties deze
procedures:
-
s
toring van de centrale vergrendeling;
-
a
ccu losgekoppeld of ontladen.
In het geval van een defect van het
centrale vergrendelingssysteem, moet
de accu worden losgekoppeld om de
achterklep te vergrendelen, zodat de auto
volledig is vergrendeld.
Bestuurdersportier
F Draai de sleutel in de richting van de achterzijde van de auto om deze te
vergrendelen, of in de richting van de
voorzijde om de auto te ontgrendelen.
Als de auto wordt ontgrendeld met de
sleutel in het slot nadat vergrendelen
met behulp van de afstandsbediening
of de Keyless entrée and star t heeft
plaatsgevonden, dan worden alle te
openen carrosseriedelen ontgrendeld.
Als de auto wordt ontgrendeld met de
sleutel in het slot nadat vergrendelen
met behulp van de sleutel heeft
plaatsgevonden, dan worden alleen de
portieren ontgrendeld (voorportieren,
schuifdeur(en)). De deuren met scharnier
en de achterklep worden niet ontgrendeld.
Deze worden ontgrendeld door het contact
aan te zetten.
Voorportier aan passagierszijde
en schuifdeur
Ontgrendelen
F
T rek aan de handgreep aan de binnenzijde.
Vergrendelen
F
O
pen het portier.
F
C
ontroleer of de kinderbeveiliging van
de schuifdeur niet geactiveerd is. Zie de
desbetreffende rubriek. Voorportier aan passagierszijde
Schuifdeur
F
V
er wijder de zwarte dop op de zijkant van
het portier met behulp van de sleutel.
F
S
teek de sleutel voorzichtig in de opening
en duw zonder de sleutel te verdraaien de
pal naar de binnenzijde van het portier.
F
V
er wijder de sleutel en breng de zwarte dop
aan.
F
S
luit de portieren en controleer van buitenaf
of de auto goed is vergrendeld.Achterdeuren
Ontgrendelen
F G ebruik de binnenportiergreep.
Vergrendelen
F
C
ontroleer of de elektrische
kinderbeveiliging (indien aanwezig) niet is
ingeschakeld.
F
O
pen de linker achterdeur.
2
Toegang tot de auto
Page 42 of 324
40
Ontgrendelen van de
achterklep
F Steek de sleutel (zonder te forceren) in het vergrendelingssysteem op de zijkant van de
deur en schuif het geheel omhoog.
F
V
erwijder de sleutel.
F
S
luit de deur en controleer van buitenaf of
de auto correct is vergrendeld.
Wanneer de achterklep weer wordt
gesloten, wordt deze weer vergrendeld als
het probleem niet is verholpen.
F
S
teek vanuit het interieur van de auto een
kleine schroevendraaier in opening A van
het slot om de achterklep te ontgrendelen.
F
V
erplaats de nok naar links.
Vervangen van de batterij
Als de batterij is ontladen, gaat dit
lampje branden in combinatie met
een geluidssignaal en een melding.
Zonder Keyless entr y and star t
Batterij, ref.: CR1620/3 V.
Met Keyless entr y and star t
Batterij, ref.: CR2032/3 V. F
W
ip het deksel met een kleine
schroevendraaier bij de uitsparing los en zet
de deksel omhoog.
F V er wijder de lege batterij uit de behuizing.
F
P
laats de nieuwe batterij op de juiste wijze
terug, let daarbij op de polariteit en klik het
deksel op de behuizing.
F
S
ynchroniseer de afstandsbediening.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over het synchroniseren van
de afstandsbediening .
Gooi de lege batterijen van de
afstandsbediening niet weg: ze bevatten
metalen die schadelijk zijn voor het
milieu. Lever lege batterijen in bij een
speciaal verzamelpunt.
Synchroniseren van de
afstandsbediening
Na het ver vangen van de batterij of in het geval
van een storing moet de afstandsbediening
gesynchroniseerd worden. Raadpleeg zo snel mogelijk het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats als de storing niet is verholpen.
Toegang tot de auto
Page 43 of 324
41
Zonder Keyless entry and start
Met Keyless entry and start
F Zet het contact aan door op de knop "START/STOP " te drukken.
F
Z
et bij een auto met een
handgeschakelde versnellingsbak
de versnellingshendel in de
neutraalstand en trap het
koppelingspedaal volledig in.
F
S
electeer bij een auto met een
automatische transmissie stand
P
en trap ver volgens het rempedaal
stevig in.
F
S
electeer bij een auto met
een elektronisch gestuurde
versnellingsbak stand N en trap
ver volgens het rempedaal stevig in.
Neem als de storing na het synchroniseren
niet is verholpen zo snel mogelijk contact op
het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
F
Z
et het contact af.
F
D
raai de sleutel terug in de stand 2
(contact A AN) .
F
D
ruk direct gedurende enkele seconden op
de knop met het gesloten hangslot.
F
Z
et het contact uit en ver wijder de sleutel uit
het contactslot.
De afstandsbediening werkt nu weer volledig. F
S
teek de mechanische sleutel
(ondergebracht in de afstandsbediening) in
het slot om de auto te ver- of ontgrendelen.
F
H
oud de elektronische sleutel tegen de
noodsleutellezer op de stuurkolom tot het
contact aan wordt gezet.
Centrale vergrendeling/
ontgrendeling
Handmatig
F Druk op deze toets om de centrale vergrendeling van de auto (portieren,
achterklep en achterdeuren) vanuit het
interieur te bedienen. Het lampje van de
toets gaat branden.
F
D
ruk nogmaals op de toets om de auto
volledig te ontgrendelen. Het lampje in de
toets gaat uit.
Dit lampje gaat ook uit als één of meer
te openen carrosseriedelen afzonderlijk
worden ontgrendeld.
De centrale vergrendeling werkt niet als
een van de portieren is geopend.
2
Toegang tot de auto