Hyundai Matrix 2007 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2007, Model line: Matrix, Model: Hyundai Matrix 2007Pages: 232, PDF Size: 8.49 MB
Page 11 of 232
UW AUTO IN ÉÉN OOGOPSLAG
B255A02FC-GXT WAARSCHUWINGS- EN CONTROLELAMPEN OP HET INSTRUMENTENPANEEL * Een gedetailleerde uitleg van deze onderdelen treft u aan op pagina 1-46.
Onderhoudsindicatie (SRI) Van Airbagsysteem
Controlelamp Richting-aanwijzers
Controlelamp immobilizer (diefstalbeveiliging)
Traction Control Controlelampen (Indien gemonteerd)
Controlelampen Elektronisch Stabiliteitsprogramma (Indien gemonteerd)
Controlelamp Handrem/Remvloeistofpeil
Controlelamp Laadstroom
Controlelamp Overdrive (Alleen automatische transmissie)
Controlelamp Grootlicht
Controlelamp Benzine- Reserve
Controlelamp Geopende Achterklep Controlelamp Voor Niet Goed Gesloten Portieren
Controlelamp Oliedruk
Storingscontrolelamp
Controlelamp ABS (Indien gemonteerd)
Controlelamp Voorgloeien (Dieselmotor)
Waarschuwingslamp Water In Brandstoffilter (Dieselmotor)
Page 12 of 232
Brandstofvoorschriften ................................................. 1-2
Inrijden van uw nieuwe hyundai .................................... 1-3
Startblokkering .............................................................. 1-4Portiersloten(diefstalbeveiligingsinstallatie) ......... 1-7, 1-10
Elektrisch bediende portierruiten .................................1-13
Stoelinstelling ............................................................... 1-14
Veiligheidsgordels ........................................................ 1-21
Veiligheidssysteem voor kinderen ............................... 1-26
Airbagsysteem ............................................................. 1-35
Instrumentenpaneel en controlelampen ..... ..................1-42
Instrumentpannel ......................................................... 1-51
Boordcomputer ............................................................ 1-54
Multischakelaar(Richtingaan wijzers, groot en dimlicht) .......................1-56
Ruitewisser-/sproeierschakelaar .................................1-57
Schuifdak ..................................................................... 1-66
Motorkapontgrendeling ................................................ 1-74
Bediening verwarming en koeling................................ 1-82
Stereo geluidsinstallatie ............................................... 1-98
Antenne ..................................................................... 1-103
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
1
1
Page 13 of 232
1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
2
B010B01A-AXT Gasohol Gasohol (een mengsel van 90% loodvrije benzine en 10% ethanol) kan worden gebruikt in uw Hyundai. Alsechter problemen optreden in de werking van de motor, wordt het gebruik van uitsluitend benzine aangeraden.Brandstoffen met een onbekende hoeveelheid alcohol of een andere alco- hol dan ethanol mogen niet wordengebruikt.
B010A03O-GXT Tank uitsluitend loodvrije benzine Voor optimale prestaties van uw auto raden wij aan om ongelode benzine met een octaangetal (RON) hoger dan 95/AKI (Anti Knock Index) hoger dan 91 te tanken. U kan gebruik maken van ongelode benzine met een octaangetal(RON) 91~94 / AKI 87~90, maar hierdoor kunnen de prestaties van de auto iets minder worden.Het tanken van loodhoudende benzine heeft een onherstelbare beschadiging van de katalysator en een onvoldoendewerking van het emissieregelsysteem
tot gevolg. Bovendien kan dit hoge onderhoudskosten met zich
meebrengen. Om vergissingen bij het
!
BRANDSTOFVOORSCHRIFTEN
tanken te voorkomen past het vulpistool voor loodhoudende benzine niet in devulopening van uw Hyundai. Dieselbrandstof In Hyundai automobielen met dieselmotor moet dieselbrandstof met een cetaangetal van 52 tot 54 worden gebruikt.Wanneer de dieselbrandstof in zomer- en winterkwaliteit verkrijgbaar is, moet afhankelijk van de onderstaandetemperaturen de aangegeven kwaliteit worden gebruikt:
o Boven -5°C (23°F) .........Zomerkwaliteit dieselbrandstof
o Onder -5°C (23°F) ......... Winterkwaliteit dieselbrandstof
Zorg ervoor dat de brandstoftank niet leeg raakt. Als de motor door brandstoftekort afslaat, moeten de brandstofcircuits volledig wordenontlucht voordat de motor weer kan worden gestart. WAARSCHUWING:
Voorkom dat benzine of water in detank komt. Als dit toch het geval is moet de tank worden afgetapt en deleidingen worden doorgespoeld om te voorkomen dat de brandstofpomp vastloopt en daardoor de motorbeschadigd raakt.
ALLEEN
LOODVRIJE BENZINE
B010A02FC
Page 14 of 232
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
3
B010D01S-AXT Gebruik geen methanol Benzine die methanol bevat mag niet worden gebruikt voor uw Hyundai. Dezebenzine kan een vermindering van de motorprestaties tot gevolg nebben en onderdelen van het brandstofsysteembeschadigen. B010E01A-AXT Benzine voor een lagere belasting van het milieu Hyundai raadt het gebruik aan van ben- zine met detergerende toevoegingen,waardoor aanslag in de motor wordt voorkomen. Door gebruik van deze benzine wordt het milieu minder belast.Deze benzine houdt de motor schoner, waardoor de werking van het uitlaatgasregelsysteem wordt verbeterd.
!
LET OP:
Het gebruik van methanol of brandstoffen die methanol bevatten kan tot schade aan het brandstofsysteem en eenvermindering van de motorprestaties leiden; dit valt niet altijd onder de garantie. SB020A1-FX Gedurende de eerste 2000 km (Benzinemotor) Voor uw Hyundai geldt geen speciale inrijperiode. Voor een lange levensduuren optimale prestaties van uw Hyundai is het echter aan te bevelen gedurende de eerste 2000 km onderstaandeaanbevelingen op te volgen:
o Rijd niet sneller dan 90 km/h.
o Houd het motortoerental tijdens het
rijden tussen 2000 en 4000/min.
o Accelereer niet te fors. Druk het gaspedaal bij het starten niet volledig in.
o Vermijd gedurende de eerste 300 km krachtig afremmen.
o Schakel tijdig terug, teneinde te
voorkomen dat de motor overmatig wordt belast.
o Varieer uw snelheid.
o Laat de motor van een wagen met
katalysator niet langer dan 3 minuten stationair draaien.
o Rijd gedurende de eerste 2000 km
niet met een caravan of aanhanger.
B010F01A-AXT Rijden in het buitenland Overtuig u voor het maken van buitenlandse reizen van het volgende:
o Wordt voldaan aan de wettelijke
bepalingen.
o Is de geschikte benzine verkrijgbaar. INRIJDEN VAN UW NIEUWE HYUNDAI
Page 15 of 232
1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
4STARTBLOKKERING
B880A01A-GXT De startblokkering is een anti- diefstalvoorziening en is ontworpen om diefstal van de wagen tegen te gaan ente vertragen. B880B03A-GXT Sleutels Alle sloten van de auto kunnen met dezelfde sleutel worden bediend. Omdatde portieren zonder sleutel kunnen worden vergrendeld, moet worden voorkomen dat de sleutel in de autowordt gelaten als de portieren worden vergrendeld. N.B.: Met een zelf vervaardigde duplicaatsleutel kan het systeem niet worden uitgeschakeld of de motorworden gestart.AX10020A
B020B01FC-GXT Gedurende de eerste 1000 km (Dieselmotor) Voor uw Hyundai geldt geen speciale inrijperiode. Voor een lange levensduuren optimale prestaties van uw Hyundai is het echter aan te bevelen gedurende de eerste 1000 km onderstaandeaanbevelingen op te volgen:
o Houd tijdens het rijden het
motortoerental (omwentelingen per minuut) ongeveer op 3000/min.
o Rijd niet harder dan driekwart van de maximumsnelheid.
o Accelereer niet te fors. Druk het
gaspedaal bij het starten niet volledig in.
o Vermijd gedurende de eerste 300 km
krachtig afremmen.
o Schakel tijdig terug, teneinde te voorkomen dat de motor overmatigwordt belast.
o Varieer uw snelheid.
o Laat de motor van een wagen met katalysator niet langer dan 3 minuten stationair draaien.
o Rijd gedurende de eerste 1000 km
niet met een caravan of aanhanger.
Page 16 of 232
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
5
B880D02A-GXT Noodstartprocedure
Het sleutelnummer moet worden genoteerd en op een veilige plaatsworden bewaard, voor het geval nieuwe sleutels nodig zijn. Nieuwe sleutels kunnen bij elke Hyundai dealer wordenbesteld; hierbij moet het betreffende sleutelnummer worden vermeld. Voor de veiligheid moet de metalenstrip met het sleutelnummer van de sleutelring worden verwijderd, nadat de nieuwe auto aan u is afgeleverd.Bovendien kan de Hyundai dealer om veiligheidsredenen geen sleutelnummers verstrekken.Indien u extra sleutels nodig heeft of als sleutels zijn verloren, kan uw Hyundai dealer nieuwe sleutels maken. Als bij het aanzetten van het contact de controlelamp van de startblokkering gedurende vijf seconden knippert, is ereen storing in de startblokkering. Om de motor te starten moet een noodprocedure m.b.v. de contactsleutelworden uitgevoerd. Hierna volgt de beschrijving van de procedure om de motor in noodgevallente starten. (0, 1, 2, 3 als voorbeeldcode). N.B.: De noodcode wordt bij de aflevering van de auto aan u verstrekt. Raadpleeg uw Hyundai dealer als u niet over de noodcode beschikt.B880D03FCB880C02A-GXT Sleutelnummers
Het nummer van de autosleutels staat vermeld op een metalen strip die bij deaflevering van de auto aan de sleutels is bevestigd. AX10030A
Page 17 of 232
1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
6
LET OP:
o Als driemaal achter elkaar een poging tot het uitvoeren van de noodprocedure is mislukt, moetéén uur worden gewacht voordat opnieuw de noodprocedure kan worden uitgevoerd.
o Als ondanks de noodprocedure de motor niet kan worden gestart,moet de auto door een Hyundaidealer worden weggesleept.
!
1. Om de code in te voeren moet het
contact worden aangezet ("ON") en vervolgens weer uitgezet ("OFF"); het aantal keren is afhankelijk van het codecijfer. De controlelamp vande startblokkering knippert mee met de bediening van het contactslot. Bijvoorbeeld: bedien het contacteenmaal voor het cijfer "1" en tweemaal voor "2", enz. Voor het cijfer "0" moet het contactslot echter10 keer worden bediend.
2. Wacht na elk cijfer 3~10 seconden.
3. Herhaal dezelfde procedure voor de
overige cijfers van de code, "1", "2", "3".
4. Wanneer de vier codecijfers correct zijn ingevoerd, zet dan het contactaan "ON" en controleer of de controlelamp van de startblokkeringbrandt. Vanaf dit moment moet de motor binnen 30 seconden worden gestart. Na 30 seconden kan demotor niet meer worden gestart. N.B.: Wanneer de motor afslaat nadat hij m.b.v. de noodprocedure is gestart, kan de motor binnen 8 secondenzonder noodprocedure worden gestart.
5. Als de controlelamp van de
startblokkering gedurende vijf seconden knippert, moet denoodprocedure vanaf het begin worden herhaald.
Nadat van de noodprocedure gebruik isgemaakt, moet zo snel mogelijk uw Hyundai dealer worden geraadpleegd.
Page 18 of 232
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
7
HFC2009
B040C01FC-GXT Portieren van buitenaf afsluiten De portieren kunnen zonder sleutel worden vergrendeld. Druk hiertoe eerst devergrendelingsknop in de "LOCK"-stand, zodat de rode markering op de knop niet meer zichtbaar is, en sluit vervolgenshet portier. Het portier kan niet worden vergrendeld als bij gesloten voorportieren de sleutelzich nog in het contactslot bevindt. Dit is normaal. (Indien gemonteerd)
!
PORTIERSLOTEN
B040A02Y-AXT
WAARSCHUWING:
o Niet goed gesloten portieren kunnen gevaarlijk zijn. Controleer alvorens weg te rijden, vooral alszich kinderen in de wagen bevinden, of alle portieren goed zijn gesloten. Hierdoor wordtvoorkomen dat de portieren tijdens het rijden abusievelijk worden geopend. Bovendien wordt opdeze manier, in combinatie met het juiste gebruik van de veiligheidsgordels, voorkomendat inzittenden in geval van een ongeluk naar buiten worden geslingerd.
o Let er alvorens een portier te openen op dat geen verkeer vanachteren komt.
o Bij een ongeval wordt het portier automatisch ontgrendeld.(Indien gemonteerd) Ontgrendelen
Vergrendelen
HFC2004
B040B01A-AXT Portieren met behulp van sleutel afsluiten en openen.
o Het portier wordt vergrendeld en
ontgrendeld met behulp van een sleutel.
o Vergrendelen geschiedt door de
sleutel naar de voorzijde van dewagen te draaien en ontgrendelen door hem naar de achterzijde van de wagen te draaien.
Page 19 of 232
1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
8
Uw wagen is voorzien van kindersloten op de achterportieren. Bij ingeschakeldkinderslot kan het portier niet van binnenuit worden geopend. Om de kinderslotfunctie in te schakelen, zodat het portier niet van binnenuit kan worden geopend, de hendel in de stand "
" zetten en het portier sluiten.
Beweeg de hendel in de stand "
" om
terug te keren naar normale deurbediening. HFC2006
B040E04A-AXT Kindersloten Alleen Achterportieren
B040D01FC-GXT Portieren van binnenuit afsluiten Voor het afsluiten van de wagen van binnenuit is het voldoende het portier te sluiten en de vergendelingsknop in de"LOCK"-stand te drukken. Hierna is het niet meer mogelijk het portier met de binnen- of buitenhandgreep te openen. N.B.: Wanneer het portier is ontgrendeld, zijn het rode merkteken en het woord"LOCK" op de schakelaar zichtbaar.
HFC2005
Vergrendelen
N.B.:
o Let er hierbij op dat de sleutel niet
in de wagen achterblijft.
o Verwijder om diefstal te voorkomen, altijd de contactsleutel, sluit alle ruiten en vergrendel de portieren en deachterklep als de auto onbeheerd wordt achtergelaten.
Ontgrendelen
Page 20 of 232
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
9
B040H02L-GXT Snelheidsafhankelijke automatischeportiervergrendeling
(Indien gemonteerd)
Wanneer de snelheid gedurende 2~3 seconden boven 40 km/h is, worden voor de veiligheld van de bestuurder enpassagiers alle portieren vergrendeld. Als de contactsleutel wordt verwijderd worden alle portieren automatischontgrendeld.B040G02FC-GXT Centraal Vergrendelingss- ysteem (Indien gemonteerd)
De portieren worden centraal vergrendeld door de vergrendelingsknop van het bestuurdersportier naar voren of naar achteren te drukken. Als hetportier aan passagierszijde of de achterportieren zijn geopend terwijl de knop wordt ingedrukt, worden dezevergrendeld als ze worden gesloten. B040G01FCN.B.:
o Wanneer de schakelaar naar
achteren wordt gedrukt, worden alle portieren en de achterklepontgrendeld. Wanneer de schakelaar naar voren wordt gedrukt, worden alleportieren en de achterklep vergrendeld.
o Wanneer het portier is ontgrendeld, zijn het rodemerkteken en het woord "LOCK" op de schakelaar zichtbaar.
o De centrale portiervergrendeling wordt bediend door de sleutel naarde voor- of achterzijde van de autote draaien (met diefstalbeveiliging: bestuurders en passagiersportier, zonder diefstalbeveiliging: alleenbestuurdersportier).
o Als de portieren meerdere keren
snel achter elkaar worden ver- enontgrendeld met de sleutel of de slotschakelaar, dan is het mogelijk dat het systeem tijdelijk niet werkt.Hierdoor wordt het circuit beschermd en wordt beschadiging van componenten voorkomen.
Het portier kan van buitenaf met dehandgreep aan de buitenzijde wordengeopend.