JEEP CHEROKEE 2019 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: JEEP, Model Year: 2019, Model line: CHEROKEE, Model: JEEP CHEROKEE 2019Pages: 380, PDF Size: 6.59 MB
Page 251 of 380

WAARSCHUWING!
werkzaamheid uit te voeren, breng dan
uw auto naar een vakkundige monteur.
• Het niet correct inspecteren en onder-
houden van uw auto kan tot gevolg heb-
ben dat een onderdeel niet correct func-
tioneert, wat de rijeigenschappen en
prestaties nadelig beïnvloedt. Dit kan
een aanrijding tot gevolg hebben.
Intensief gebruik van het voertuig
Ververs de motorolie en vervang het motorolie-
filter elke 7500 km (4500 mijl) of elke
12 maanden wanneer u uw auto onder één van
de volgende zware omstandigheden gebruikt:
• Ritten met veelvuldig stoppen en optrek-
ken.
• Rijden in stoffige omgevingen.
• Korte ritten van minder dan 16 km
(10 mijl).
• Trekken van een aanhanger.
• Taxi, politie of besteldiensten (gebruik als
bedrijfswagen).
• Rijden in het terrein of de woestijn.
Gepland onderhoud — dieselmotor
Uw auto is uitgerust met een automatische
indicator voor olieverversing. De indicator
voor olieverversing herinnert u eraan dat de
motorolie van uw auto moet worden ververst.
Afhankelijk van de bedrijfsomstandigheden
van de motor wordt het bericht voor olie
verversen weergegeven. Dit betekent dat uw
auto een onderhoudsbeurt nodig heeft. Om-
standigheden zoals frequente korte ritten,
gebruik van de trekhaak, zeer hoge of lage
omgevingstemperaturen zijn van invloed op
de weergave van het bericht "Oil Change
Required" (olieverversing vereist). Bij zware
bedrijfsomstandigheden kan het bericht voor
olie verversen eerder gaan branden dan vol-
gens de specificaties. Laat het onderhoud zo
snel mogelijk, binnen 805 km (500 mijl),
uitvoeren.
Om u de beste rijervaring te bieden heeft de
fabrikant een specifiek onderhoudsschema
opgesteld aan de hand waarvan u kunt zorgen
dat uw auto goed en veilig blijft rijden.De fabrikant raadt aan deze onderhoudsbeur-
ten te laten uitvoeren bij de dealer waar u de
auto heeft aangeschaft. De monteurs bij de
dealer kennen uw auto het beste en hebben
toegang tot informatie van fabrieksgetrainde
specialisten, originele onderdelen van Mopar
en speciaal ontworpen elektronisch en me-
chanisch gereedschap waarmee kostbare re-
paraties in de toekomst kunnen worden voor-
komen.
OPMERKING:
•Het feitelijke interval voor het verversen van
de olie en vervangen van het motoroliefilter is
afhankelijk van de gebruiksomstandigheden
van de auto. Het wordt aangegeven door het
waarschuwingslampje of bericht in de instru-
mentengroep. In geen geval mag twee jaar
worden overschreden. Als de auto hoofdzake-
lijk wordt gebruikt voor rijden in de stad,
vervangt u de motorolie en het filter elk jaar.
•Koelsysteem doorspoelen en koelvloeistof
verversen na 120 maanden of 240.000 km
(150.000 mijl), afhankelijk van wat eerst
komt.
249
Page 252 of 380

•Ongeacht het aantal gereden kilometers moe-
ten de distributieriem en hulpaandrijfriemen
bij gebruik onder bijzonder zware omstandig-
heden (koud klimaat, stadsverkeer, langdurig
stationair draaien) om de 4 jaar worden ver-
vangen, en in alle overige gevallen ten minste
om de 6 jaar. Deze onderhoudsintervallen
mogen onder geen beding worden
overschreden.
Eenmaal per maand of voor een lange rit
• Oliepeil controleren.
• Niveau van de ruitensproeiervloeistof con-
troleren.
• Controleer de bandenspanning en let op
ongewone slijtage of beschadigingen. Rou-
leer banden bij de eerste tekenen van on-
gelijkmatige slijtage, zelfs voordat de indi-
cator voor olie verversen gaat branden.• Controleer de vloeistofniveaus van het koel-
vloeistofreservoir en de hoofdremcilinder
en vul indien nodig vloeistof bij.
• De werking van alle lampen binnen en
buiten controleren.
• Controle en herstel van additiefpeil voor
AdBlue voor dieselemissies (UREUM) (in-
dien aanwezig)
Bij elke olieverversing
• Motoroliefilter vervangen.
• Remslangen en -leidingen controleren.
• Controleren op de aanwezigheid van water
in de
brandstoffilter/waterafscheidereenheid.
Gebruik van de auto onder zware omstandig-
heden
• Herstel het additiefpeil voor AdBlue voor
dieselemissies (UREUM) (indien aanwe-
zig), wanneer het lampje brandt of hetbericht wordt weergegeven in het
instrumentenpaneel.
LET OP!
Als noodzakelijk onderhoud achterwege
wordt gelaten, kan dit leiden tot schade
aan uw auto.
Onderhoudsschema — Dieselmotor
OPMERKING:
Zodra u de laatste taak in de tabel hebt
uitgevoerd, gaat u verder met het geplande
onderhoud, waarbij u de aangegeven fre-
quentie in het schema aanhoudt door elke
bewerking te voorzien van een markering in
de vorm een punt of een specifieke opmer-
king. Als u het onderhoud opnieuw aanvat
vanaf het begin van het schema, kan het
toegestane interval voor sommige bewerkin-
gen worden overschreden.
SERVICE EN ONDERHOUD
250
Page 253 of 380

Afstand of verstreken tijd (wat het eerst komt)12.500
25.000
37.500
50.000
62.500
75.000
87.500
100.000
112.500
125.000
137.500
150.000
162.500
175.000
187.500
Of aantal jaar: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
Of kilometer:
20.000
40.000
60.000
80.000
100.000
120.000
140.000
160.000
180.000
200.000
220.000
240.000
260.000
280.000
300.000
Extra controles
Motorolie verversen en motoroliefilter vervangen. (*)
Additief voor emmisievermindering (AdBlue/Ureum), indien aan-
wezig, controleren en indien nodig bijvullen. (°)XX X X X X X X X X X X X X X
Homokinetische koppelingen controleren. X X X X X X X
Ophanging vóór, stofhoezen en spoorstangeinden controleren en
indien nodig vervangen.XXX X X X X
Visuele controle uitvoeren van: carrosserie, bodemplaatbescher-
ming, pijpen en leidingen (uitlaat - brandstof - remmen), rubber-
delen (hoezen, bussen, manchetten enz.).XXX X X X X
Bij gebruik van de auto in een stoffige omgeving of in het terrein:
luchtfilter inspecteren en indien nodig vervangen.XX X X X X X X X X X X X X X
Remvoeringen en werking van de handrem controleren. X X X X X X X
Vloeistofniveaus controleren en indien nodig bijvullen. X X X X X X X X X X X X X X X
Extra onderhoud
Luchtfilter van motor vervangen. X X X X X X X
Airconditioning-/interieurluchtfilter vervangen. X X X X X X X
Remvloeistof om de 24 maanden verversen bij gebruik van DOT
4-remvloeistof. (**)XXX X X X X
Brandstoffilter van motor vervangen. X X X X X X X
Hulpaandrijfriem controleren. X X X
251
Page 254 of 380

Afstand of verstreken tijd (wat het eerst komt)12.500
25.000
37.500
50.000
62.500
75.000
87.500
100.000
112.500
125.000
137.500
150.000
162.500
175.000
187.500
Of aantal jaar: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
Of kilometer:
20.000
40.000
60.000
80.000
100.000
120.000
140.000
160.000
180.000
200.000
220.000
240.000
260.000
280.000
300.000
Hulpaandrijfriem vervangen. (***) X X
Vloeistof voor de handgeschakelde versnellingsbak verversen bij:
trekken van aanhanger, zware belasting, gebruik als taxi of politie-
wagen, besteldienst, terreinrijden, gebruik in de woestijn, of als
meer dan 50% van de tijd met hoge snelheid wordt gereden bij
temperaturen hoger dan 32°C (90°F).XX X
Koelsysteem doorspoelen en koelvloeistof verversen na 10 jaar of
240.000 km (150.000 mijl), afhankelijk van wat eerst komt.XX
Distributieriem inspecteren. (***) X X X
Distributieriem vervangen. (***) X X
(*) Het feitelijke interval voor het verversen
van de olie en vervangen van het motorolie-
filter is afhankelijk van de gebruiks-
omstandigheden van de auto. Het wordt aan-
gegeven door het waarschuwingslampje of
bericht in de instrumentengroep. In geen
geval mag twee jaar worden overschreden.
Als de auto hoofdzakelijk wordt gebruikt voor
rijden in de stad, vervangt u de motorolie en
het filter elk jaar.(**) het remvloeistofinterval wordt uitgedrukt
in tijd, niet in kilometers.
(***) Ongeacht het aantal gereden kilometers
moeten de distributieriem en hulpaandrijfrie-
men bij gebruik onder bijzonder zware om-
standigheden (koud klimaat, stadsverkeer,
langdurig stationair draaien) om de vier jaarworden vervangen, en in alle overige gevallen
ten minste om de zes jaar. Deze onderhouds-
intervallen mogen onder geen beding worden
overschreden.
(°) Verbruik van additief is afhankelijk van de
gebruiksconditie van de auto en wordt aange-
geven met een LED en/of een bericht op het
instrumentenpaneel.
SERVICE EN ONDERHOUD
252
Page 255 of 380

WAARSCHUWING!
• U kunt ernstig letsel oplopen tijdens het
werken aan of bij een motorvoertuig.
Voer alleen werkzaamheden uit waarvan
u kennis hebt en waarvoor u over het
juiste gereedschap beschikt. Als u twij-
felt over uw kunde om een bepaalde
werkzaamheid uit te voeren, breng dan
uw auto naar een vakkundige monteur.
• Het niet correct inspecteren en onder-
houden van uw auto kan tot gevolg heb-
ben dat een onderdeel niet correct func-
tioneert, wat de rijeigenschappen en
prestaties nadelig beïnvloedt. Dit kan
een aanrijding tot gevolg hebben.
253
Page 256 of 380

MOTORCOMPARTIMENT
2,0-liter motor
1 — Luchtfilter 5 — Reservoir ruitensproeiervloeistof
2 — Olievuldop 6 — Accu
3 — Reservoir remvloeistof 7 — Reservoir motorkoelvloeistof
4 — Stroomverdeelkast (zekeringen) 8 — Peilstok motorolie
SERVICE EN ONDERHOUD
254
Page 257 of 380

2.4-liter motor
1 — Luchtfilter 5 — Reservoir ruitensproeiervloeistof
2 — Olievuldop 6 — Accu
3 — Reservoir remvloeistof 7 — Reservoir motorkoelvloeistof
4 — Stroomverdeelkast (zekeringen) 8 — Peilstok motorolie
255
Page 258 of 380

3.2-liter motor
1 — Luchtfilter 6 — Accu
2 — Deksel oliefilter 7 — Reservoir motorkoelvloeistof
3 — Reservoir remvloeistof 8 — Peilstok motorolie
4 — Stroomverdeelkast (zekeringen) 9 — Vulopening motorolie
5 — Reservoir ruitensproeiervloeistof
SERVICE EN ONDERHOUD
256
Page 259 of 380

2.2-liter dieselmotor
1 — Reservoir koelvloeistof 5 — Accu
2 — Vulopening motorolie 6 — Reservoir ruitensproeiervloeistof
3 — Reservoir remvloeistof 7 — Peilstok motorolie
4 — Stroomverdeelkast (zekeringen) 8 — Luchtfilter
257
Page 260 of 380

Oliepeil controleren
WAARSCHUWING!
• Rook nooit tijdens werkzaamheden in de
motorruimte: deze kan gas en ontvlam-
bare dampen bevatten, met het risico
van brand.
• Wees zeer voorzichtig bij werkzaamhe-
den in de motorruimte wanneer de motor
heet is: u zou brandwonden kunnen op-
lopen. Kom niet te dicht bij de radiateur-
ventilator: de elektrische ventilator kan
starten; verwondingsgevaar. Sjaals,
stropdassen en andere losse kleding-
stukken kunnen worden gegrepen door
bewegende onderdelen.
LET OP!
• Zorg dat u de verschillende soorten
vloeistoffen niet met elkaar verwisselt
wanneer u deze bijvult: ze zijn niet on-
derling compatibel! Als u bijvult met een
ongeschikte vloeistof, kan uw auto ern-
stig beschadigd raken.
LET OP!
• Het oliepeil mag nooit de MAX-
markering overschrijden.
• Vul altijd motorolie bij met dezelfde spe-
cificaties als de olie die al aanwezig is in
de motor.
• Wacht bij het bijvullen van de motorolie
tot de motor is afgekoeld voordat u de
vuldop losmaakt, met name bij auto's
met een aluminium dop. WAARSCHU-
WING: verbrandingsgevaar!
• Als het carter met te veel of te weinig
motorolie wordt gevuld, kan aëratie of
verlies van oliedruk optreden. Dit kan
leiden tot motorschade.
Om een optimale smering van de motor te
waarborgen, moet het juiste motoroliepeil
gehandhaafd blijven. Controleer het oliepeil
daarom regelmatig, bijvoorbeeld bij elke
tankstop. Het ideale tijdstip voor een controle
van het motoroliepeil is ongeveer vijf minuten
nadat een volledig opgewarmde motor is uit-
geschakeld.Controleer het oliepeil als de auto op een
vlakke ondergrond staat. De meting is dan
nauwkeuriger.
Er zijn drie mogelijke peilstoksoorten,
• Gearceerde zone.
• Gearceerde zone met markering SAFE.
• Kruisarcering met woord MIN aan de onder-
grens en MAX aan de bovengrens.
OPMERKING:
Handhaaf het motoroliepeil altijd binnen de
kruisarcering op de peilstok.
Als het oliepeil tot het onderste deel van de
peilstok komt en u vult 1,0 liter (1 quart) olie
bij, neemt het oliepeil toe tot het bovenste
merkteken.
LET OP!
Als het carter met te veel of te weinig
motorolie wordt gevuld, kan aëratie of ver-
lies van oliedruk optreden. Dit kan leiden
tot motorschade.
SERVICE EN ONDERHOUD
258