JEEP WRANGLER UNLIMITED 2021 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: JEEP, Model Year: 2021, Model line: WRANGLER UNLIMITED, Model: JEEP WRANGLER UNLIMITED 2021Pages: 344, PDF Size: 9.41 MB
Page 181 of 344

179
ParkSense in- en uitschakelen
ParkSense vóór en achter kan worden in- en
uitgeschakeld met de ParkSense-schakelaar.Wanneer de ParkSense schake -
laar wordt ingedrukt om het
systeem uit te schakelen, wordt
op het display van de instrumen -
tengroep gedurende ongeveer vijf
seconden de melding "PARKSENSE OFF"
(parkeerhulp uitgeschakeld) weergegeven.
Raadpleeg de paragraaf "Display in de instru -
mentengroep" in het hoofdstuk "Uw Instru -
mentenpaneel leren kennen" voor meer
informatie hierover.
Als de schakelhendel in de stand REVERSE
wordt gezet en het systeem is uitgeschakeld,
wordt op het display van de instrumenten -
groep de melding "PARKSENSE OFF"
(parkeerhulp uitgeschakeld) weergegeven
zolang de schakelhendel in REVERSE staat.
OPMERKING:
ParkSense is ook niet beschikbaar wanneer
het voertuig in 4LO staat.
De LED in de ParkSense schakelaar gaat aan
als ParkSense is uitgeschakeld of service
vereist. De LED in de ParkSense schakelaar
gaat uit als het systeem is ingeschakeld. Als de ParkSense schakelaar wordt ingedrukt, en
het systeem service vereist, knippert de LED
in de ParkSense schakelaar kort en blijft de
LED vervolgens branden.
Onderhoud van ParkSense
parkeerhulpsysteem
Tijdens het starten van het voertuig, wanneer
het ParkSense systeem een storing heeft
gedetecteerd, brengt de instrumentengroep
eenmaal per contactcyclus een enkel
geluidssignaal voort en wordt de melding
"PARKSENSE UNAVAILABLE WIPE REAR
SENSORS" (ParkSense niet beschikbaar,
achtersensoren reinigen), "PARKSENSE
UNAVAILABLE WIPE FRONT SENSORS"
(ParkSense niet beschikbaar, voorsensoren
reinigen) of "PARKSENSE UNAVAILABLE
SERVICE REQUIRED" (ParkSense niet
beschikbaar, onderhoud noodzakelijk) weer
-
gegeven. Als de schakelhendel in de stand
REVERSE wordt gezet en het systeem een
storing heeft gedetecteerd, wordt op het
display van de instrumentengroep een
afbeelding van het voertuig weergegeven met
de mededeling "Wipe Off" (reinigen) of
"Service". In dit geval werkt ParkSense niet.
Raadpleeg de paragraaf "Display in de instru -
mentengroep" in het hoofdstuk "Uw Instru -mentenpaneel leren kennen" voor meer
informatie hierover.
Als de melding "PARKSENSE
UNAVAILABLE WIPE REAR SENSORS"
(ParkSense niet beschikbaar, achtersen
-
soren reinigen) of "PARKSENSE
UNAVAILABLE WIPE FRONT SENSORS"
(ParkSense niet beschikbaar, voorsensoren
reinigen) wordt weergegeven op het display
in de instrumentengroep, moet u ervoor
zorgen dat het achterpaneel/de achter -
bumper en/of het voorpaneel/de voorbumper
van de auto vrij is van sneeuw, ijs, modder,
vuil of andere obstakels en vervolgens het
contact opnieuw inschakelen. Als het bericht
nog steeds wordt weergegeven, breng dan
een bezoek aan uw erkende dealer.
Als de melding "PARKSENSE
UNAVAILABLE SERVICE REQUIRED" (Park -
Sense niet beschikbaar, onderhoud noodza -
kelijk) wordt weergegeven in het display in
de instrumentengroep, neem dan contact op
met een erkende dealer.
ParkSense systeem reinigen
Reinig de ParkSense sensoren met water,
een schoonmaakmiddel voor auto's en een
zachte doek. Gebruik geen ruwe of harde
doeken. In autowasstraten moet u de
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book Page 179
Page 182 of 344

STARTEN EN RIJDEN
180
sensoren snel reinigen. Houd de hoge-
drukspuit ten minste 10 cm (4 inch) van de
sensoren. Maak de sensoren voorzichtig
schoon (niet hard drukken of borstelen).
Anders kunnen de sensoren beschadigd
raken.
Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van
ParkSense
OPMERKING:
Houd de voor- en achterbumper vrij van
sneeuw, ijs, modder, stof en vuil om te
zorgen dat het ParkSense systeem correct
werkt.
Drilboren, grote vrachtwagens en andere
bronnen van trillingen kunnen de werking
van ParkSense nadelig beïnvloeden.
Wanneer u het ParkSense-systeem
uitschakelt, wordt op het display van de
instrumentengroep gedurende twee
seconden de melding "PARKSENSE OFF"
(ParkSense uit) weergegeven. Zodra u
ParkSense uitschakelt, blijft het systeem bovendien uitgeschakeld totdat u het weer
inschakelt, zelfs als u het contact uit- en
inschakelt.
Als u de schakelhendel in REVERSE zet
en ParkSense is uitgeschakeld, wordt op
het display in de instrumentengroep de
melding "PARKSENSE OFF" (ParkSense
uitgeschakeld) weergegeven. Deze
melding wordt weergegeven zolang het
voertuig in de stand REVERSE staat.
OPMERKING:
De melding "PARKSENSE OFF" (ParkSense
uit) wordt niet weergegeven wanneer de auto
in de stand 4LO staat.
ParkSense, indien ingeschakeld, zal het
volume van de radio verlagen wanneer het
systeem een geluidssignaal voortbrengt.
Reinig de ParkSense sensoren regelmatig,
maar let daarbij op dat u geen krassen of
andere schade toebrengt. De sensoren
mogen niet bedekt zijn met ijs, sneeuw,
modder, vuil of afval. Verontreiniging van
de sensoren kan ertoe leiden dat het
systeem niet goed werkt. Mogelijk kan het ParkSense systeem hierdoor obstakels
voor of achter de auto niet detecteren, of
geeft het systeem foutieve melding van
een obstakel voor of achter de auto.
Gebruik de ParkSense schakelaar om het
ParkSense systeem uit te schakelen
wanneer voorwerpen, zoals fietsendragers,
trekhaken enz., op minder dan 30 cm
vanaf de achterkant/achterbumper worden
geplaatst. Als dit wel het geval is, zal het
systeem een nabijgelegen object mogelijk
interpreteren als een sensorprobleem en
verschijnt de melding "PARKSENSE
UNAVAILABLE SERVICE REQUIRED"
(ParkSense niet beschikbaar, onderhoud
noodzakelijk) op het display in de instru
-
mentengroep.
ParkSense moet worden uitgeschakeld
wanneer de achterklep open is. Een open
achterklep zou ten onrechte kunnen
worden aangezien voor een obstakel achter
de auto.
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book Page 180
Page 183 of 344

181
PARKVIEW
ACHTERUITRIJCAMERA —
INDIEN AANWEZIG
Met de ParkView achteruitrijcamera kunt u
het gebied achter het voertuig op het scherm
zien wanneer de schakelhendel in de stand
REVERSE is gezet. Het beeld wordt op het
aanraakscherm van de radio weergegeven,
samen met een waarschuwing dat u op de
hele omgeving moet blijven letten. Na vijf
seconden verdwijnt deze waarschuwing. DeParkView camera bevindt zich aan de achter
-
zijde van het voertuig in het midden van de
reserveband.
Handmatige activering van de achteruitrijca -
mera
1. Kies de schermtoets "Controls" (bedie -
ningselementen) onder in het Uconnect
scherm.
2. Kies de schermtoets "Backup Camera" (achteruitrijcamera) om het achteruitrij -
camerasysteem in te schakelen.
Als u uit de stand REVERSE schakelt (met
cameravertraging uitgeschakeld), wordt de
achteruitrijcamera uitgeschakeld en wordt
opnieuw het vorige scherm weergegeven.
Als u uit de stand REVERSE schakelt (met
cameravertraging ingeschakeld), wordt het
camerabeeld van de achterzijde gedurende
10 seconden weergegeven, tenzij de voer -
tuigsnelheid hoger is dan 13 km/u (8 mph),
de schakelhendel in de stand "PARK" wordt
gezet, het contact wordt uitgeschakeld, of op
het aanraakscherm de knop “X” voor
uitschakeling van het beeld van de achteruit -
rijcamera wordt ingedrukt.
Wanneer het beeld van de achteruitrijcamera
wordt geactiveerd via de knop "Backup
WAARSCHUWING!
Ga altijd voorzichtig te werk tijdens het
achteruitrijden, ook als u ParkSense
gebruikt. Controleer het gebied achter de
auto altijd zorgvuldig, kijk naar achteren
en wees bedacht op voetgangers, dieren,
andere voertuigen, obstakels en dode
hoeken, voordat u achteruitrijdt. U bent
verantwoordelijk voor de veiligheid en
dient uw aandacht voortdurend op de
omgeving te richten. Anders bestaat er
een risico op ernstig of zelfs dodelijk
letsel.
Het wordt sterk aanbevolen de afneem -
bare trekhaak te verwijderen voordat u
ParkSense gaat gebruiken, wanneer u de
trekhaak niet nodig heeft. Als u dit niet
doet, kan persoonlijk letsel of schade
aan voertuigen ontstaan doordat de trek-
haakkogel zich veel dichter bij het
obstakel bevindt dan de achterkant van
de auto, wanneer via de luidspreker een
continue toon klinkt. Afhankelijk van de
afmetingen en vorm van de trekhaak is
het ook mogelijk dat de sensoren de trek-
haak detecteren en abusievelijk
aangeven dat er een obstakel achter de
auto aanwezig is.
LET OP!
ParkSense is uitsluitend bedoeld als
hulpmiddel tijdens het parkeren en is
niet in staat ieder voorwerp, inclusief
kleine obstakels, waar te nemen. Stoe-
pranden worden mogelijk tijdelijk of
helemaal niet gedetecteerd. Op kleine
afstanden worden obstakels boven of
onder de sensoren niet gedetecteerd.
Bij gebruik van ParkSense moet u lang-
zaam rijden, zodat u tijdig kunt stoppen
wanneer een obstakel wordt gedetec-
teerd. Het is raadzaam om over uw
schouder te kijken, ook wanneer u
gebruik maakt van ParkSense.
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book Page 181
Page 184 of 344

STARTEN EN RIJDEN
182
(Vervolgd)
Camera" (achteruitrijcamera) in het menu
"Controls” (bedieningselementen) en de
snelheid van het voertuig hoger is dan of
gelijk is aan 13 km/h (8 mph), dan wordt een
displaytimer voor het beeld gestart. Het
beeld blijft weergegeven totdat de display-
timer hoger wordt dan 10 seconden.
OPMERKING:
Als de rijsnelheid lager blijft dan 13 km/u
(8 mph), wordt het beeld van de achteruit -
rijcamera continu weergegeven totdat het
wordt uitgeschakeld via de schermtoets
"X", de transmissie in de stand PARK
wordt geschakeld of het contact wordt
uitgeschakeld.
ALLEEN als niet in de stand REVERSE is
geschakeld, is een schermtoets "X"
beschikbaar waarmee de weergave van het
camerabeeld kan worden uitgeschakeld.
Wanneer ze zijn ingeschakeld, worden
actieve richtlijnen op het camerabeeld
geprojecteerd ter verduidelijking van de
breedte van het voertuig en de verwachte
rijrichting op basis van de stand van het
stuurwiel. Een stippellijn in het midden geeft
het midden van het voertuig aan als hulp -
middel bij parkeren of het uitlijnen van het
voertuig voor een aanhanger. Wanneer ze zijn ingeschakeld, worden vaste
richtlijnen op het camerabeeld geprojecteerd
ter verduidelijking van de breedte van het
voertuig.
Zones met verschillende kleuren geven de
afstand tot de achterzijde van het voertuig
aan.
OPMERKING:
Wanneer de cameralens bedekt is met
sneeuw, ijs, modder of ander vuil, moet de
lens worden gereinigd, met water worden
gespoeld en met een zachte doek worden
gedroogd. U mag de lens niet afdekken.BRANDSTOF TANKEN
Brandstofvuldop
De brandstofvuldop bevindt zich aan de
bestuurderszijde van het voertuig. Als de
brandstofvuldop zoekgeraakt of beschadigd
is, moet de vervangende dop geschikt zijn
voor dit voertuig.
WAARSCHUWING!
Bestuurders moeten altijd voorzichtig
achteruit rijden, ook wanneer gebruik
wordt gemaakt van de ParkView
achteruitrijcamera. Controleer het gebied
achter de auto altijd zorgvuldig, kijk naar
achteren en wees bedacht op voetgangers,
dieren, andere voertuigen, obstakels en
dode hoeken, voordat u achteruitrijdt. U
bent verantwoordelijk voor de veiligheid
van uw omgeving en moet blijven opletten
als u achteruitrijdt. Anders bestaat er een
risico op ernstig of zelfs dodelijk letsel.
LET OP!
Om voertuigschade te voorkomen mag
ParkView alleen worden gebruikt als
parkeerhulp. De ParkView camera kan
niet elk obstakel of voorwerp zien.
Om voertuigschade te voorkomen moet u
langzaam rijden bij gebruik van Park-
View, zodat u tijdig kunt stoppen als een
obstakel wordt waargenomen. Het is
raadzaam om tijdens het achteruitrijden
over uw schouder te kijken, ook wanneer
u gebruik maakt van ParkView.
LET OP! (Vervolgd)
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book Page 182
Page 185 of 344

183
BrandstofvulklepBrandstofvuldop OPMERKING:
Wanneer het mondstuk aan de vulslang
klikt of afsluit, is de brandstoftank vol.
Draai de brandstofvuldop ongeveer een
kwartslag vast totdat u één klik hoort. De
klik geeft aan dat de dop goed is vastge-
draaid.
Als de brandstofvuldop niet goed is dicht
-
gedraaid, gaat het storingslampje
branden. Zorg ervoor dat de dop iedere
keer dat u bijtankt, goed wordt dichtge-
draaid.
WAARSCHUWING!
Houd brandende sigaretten en vuur uit
de buurt van de auto wanneer de vulklep
is geopend of tijdens het tanken.
Vul nooit brandstof bij wanneer de motor
draait. Dit is in strijd met de richtlijnen
in de meeste landen en kan ertoe leiden
dat het storingslampje gaat branden.
Breng geen object/dop dat/die niet
specifiek voor de auto is geleverd aan op
het uiteinde van de vulleiding. Het
gebruik van niet-compatibele objecten/
doppen kan leiden tot een drukverhoging
in de tank, waardoor gevaarlijke situaties
kunnen ontstaan.
Er kan brand ontstaan als u een jerrycan
die in een auto staat met brandstof vult.
Dit kan leiden tot brandwonden. Plaats
een jerrycan altijd op de grond alvorens
deze te vullen.
LET OP!
Bij gebruik van een ongeschikte brand -
stofvuldop kan schade aan het brand -
stofsysteem of aan het
emissieregelsysteem ontstaan. Door een
slecht passende dop kan vuil in het
brandstofsysteem terechtkomen. Door
een slecht passende, achteraf aange-
schafte brandstofvuldop kan het
storingslampje gaan branden, omdat er
brandstofdampen uit het systeem
ontsnappen.
Voorkom morsen en overlopen van
brandstof.
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book Page 183
Page 186 of 344

STARTEN EN RIJDEN
184
Bericht brandstofvuldop los
Na het tanken kan het diagnosesysteem van
de auto vaststellen of de brandstofvuldop
loszit, onjuist is aangebracht of is bescha-
digd. Wanneer het systeem een storing waar -
neemt, verschijnt de melding “gASCAP”
(brandstofvuldop) op het display van de kilo -
meterteller. Draai de brandstofvuldop vast
tot u een "klikgeluid" hoort. De klik geeft aan
dat de brandstofvuldop goed is vastgedraaid.
Druk op de resetknop van de kilometerteller
om de melding te wissen. Als het probleem
zich opnieuw voordoet, verschijnt de melding
de volgende keer dat de auto wordt gestart
opnieuw. Dit kan op een defecte vuldop
duiden. Als het probleem tweemaal
achtereen wordt vastgesteld, zal het systeem
het storingslampje laten branden. Nadat het
probleem is verholpen, gaat het storings -
lampje uit.
BRANDSTOF TANKEN —
DIESEL
De brandstofvuldop bevindt zich aan de
bestuurderszijde van het voertuig. Als de
brandstofvuldop zoekgeraakt of beschadigd
is, moet de vervangende dop geschikt zijn
voor dit voertuig. Brandstofvulklep
Vulopening brandstof en AdBlue® (UREUM)
1 — Vulopening dieselbrandstof
2 — Vulopening AdBlue® (UREUM)
WAARSCHUWING!
Houd brandende sigaretten en vuur uit
de buurt van de auto wanneer de vulklep
is geopend of tijdens het tanken.
Vul nooit brandstof bij wanneer de motor
draait. Dit is in strijd met de richtlijnen
in de meeste landen en kan ertoe leiden
dat het storingslampje gaat branden.
Breng geen object/dop dat/die niet
specifiek voor de auto is geleverd aan op
het uiteinde van de vulleiding. Het
gebruik van niet-compatibele objecten/
doppen kan leiden tot een drukverhoging
in de tank, waardoor gevaarlijke situaties
kunnen ontstaan.
Er kan brand ontstaan als u een jerrycan
die in een auto staat met brandstof vult.
Dit kan leiden tot brandwonden. Plaats
een jerrycan altijd op de grond alvorens
deze te vullen.
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book Page 184
Page 187 of 344

185
OPMERKING:
Wanneer het mondstuk aan de vulslang
klikt of afsluit, is de brandstoftank vol.
Draai de brandstofvuldop ongeveer een
kwartslag vast totdat u één klik hoort. De
klik geeft aan dat de dop goed is vastge-
draaid.
Als de brandstofvuldop niet goed is dicht-
gedraaid, gaat het storingslampje
branden. Zorg ervoor dat de dop iedere
keer dat u bijtankt, goed wordt dichtge-
draaid.
AdBlue® (UREUM) — indien aanwezig
De auto is uitgerust met een AdBlue®
UREUM-inspuitsysteem en selectieve kataly -
tische reductie om te voldoen aan de emis -
sienormen. Deze twee systemen zorgen voor
naleving van de diesel-emissie-eisen; zij
zorgen tegelijkertijd voor efficiënt brandstof -
verbruik, rijgedrag, koppel en vermogen.
Raadpleeg de paragraaf "Waarschuwings -
lampjes en meldingen" in het hoofdstuk "Uw
Instrumentenpaneel leren kennen", voor
berichten en systeemwaarschuwingen.
AdBlue® is een zeer stabiel product met een lange houdbaarheid. Als het bewaard wordt
bij temperaturen LAGER dan 90°F (32°C),
heeft het een houdbaarheid van minstens
één jaar. Voor meer informatie over de
AdBlue®-vloeistof, zie de paragraaf "Vloei
-
stoffen en smeermiddelen" in het hoofdstuk
"Technische specificaties". De auto is uitge -
rust met een automatisch AdBlue®-verwar -
mingssysteem zodra de motor aanslaat,
hetgeen maakt dat systeem correct werkt bij
temperaturen lager dan 12°F (-11°C).
OPMERKING:
AdBlue® bevriest bij temperaturen lager dan
12°F (-11°C).
AdBlue®-opslag
AdBlue® wordt beschouwd als een zeer
stabiel product met een lange houdbaarheid.
Als AdBlue® wordt bewaard bij tempera -
turen tussen -12 °C en 32 °C (10 ° en 90 °F)
is het ten minste één jaar houdbaar.
AdBlue® kan bij lage temperaturen
bevriezen. AdBlue® kan bijvoorbeeld
bevriezen bij een temperatuur van of onder
-11 °C (12 °F). Het systeem is ontworpen
voor gebruik in deze omgeving.
LET OP!
Bij gebruik van een ongeschikte brand -
stofvuldop kan schade aan het brand -
stofsysteem of aan het
emissieregelsysteem ontstaan. Door een
slecht passende dop kan vuil in het
brandstofsysteem terechtkomen. Door
een slecht passende, achteraf aange-
schafte brandstofvuldop kan het
storingslampje gaan branden, omdat er
brandstofdampen uit het systeem
ontsnappen.
Voorkom morsen en overlopen van
brandstof.
LET OP!
Gebruik voor dieselmotoren uitsluitend
diesel voor motorvoertuigen conform de
EN 590 Europese specificaties. Het
gebruik van andere producten of mengsels
kan onherstelbare schade toebrengen aan
de motor en daarmee de garantie ongeldig
maken vanwege de veroorzaakte schade.
Als u per ongeluk andere soorten brandstof
in de tank stopt, start de motor niet. Maak
de tank leeg. Ook als de motor slechts zeer
kort heeft gedraaid, moet behalve de
brandstoftank ook het gehele
brandstofcircuit worden afgetapt.
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book Page 185
Page 188 of 344

STARTEN EN RIJDEN
186
OPMERKING:
Bij het werken met AdBlue® is het belangrijk
te weten dat:
Alle containers of onderdelen die in
contact komen met AdBlue®, moeten
AdBlue® compatibel (kunststof of roest-
vrij staal) zijn. Koper, messing, alumi -
nium, ijzer of niet-roestvrij staal moet
worden vermeden, omdat ze onderhevig
zijn aan corrosie door AdBlue®.
Als AdBlue® wordt gemorst, moet het
volledig worden opgeveegd.
AdBlue® bijvullen
Randvoorwaarden
AdBlue® bevriest bij temperaturen lager dan
12°F (-11°C). Als de auto langere tijd bij
deze temperatuur stilstaat, kan bijvullen
moeilijk zijn. Daarom wordt aangeraden om
de auto in een garage en/of verwarmde omge -
ving te parkeren en te wachten totdat het
UREUM weer vloeibaar geworden is alvorens
bij te vullen. Ga als volgt te werk:
Parkeer de auto op een vlakke ondergrond
en stop de motor door de contactschake-
laar in de OFF-stand te draaien.
Open de brandstofvulklep, draai de
(blauwe) dop van de AdBlue®-vulopening
los en verwijder die.
Bijvullen met mondstukken
U kunt bij elke AdBlue®-leverancier
bijvullen.
Ga als volgt te werk:
Steek het AdBlue®-mondstuk in de vulo-
pening, start met bijvullen en stop met
bijvullen bij de eerste afschakeling (de
afschakeling geeft aan dat de
AdBlue®-tank vol is). Ga niet verder met
vullen, om morsen van AdBlue® te voor -
komen.
Verwijder het mondstuk. Bijvullen met een jerrycan
Ga als volgt te werk:
Controleer de vervaldatum.
Lees de gebruiksinstructies op het label
voordat u de inhoud van de jerrycan in de
AdBlue®-tank giet.
Raadpleeg de paragraaf "Waarschuwings
-
lampjes en meldingen" in het hoofdstuk
"Uw instrumentenpaneel leren kennen"
voor meer informatie, als systemen voor het
bijvullen gebruikt worden, die niet vastge -
schroefd kunnen worden (bijv. vaten),
nadat de indicatie verschijnt op het display
van het instrumentenpaneel, vul de
AdBlue®-tank met niet meer dan 2 gallon
(8 liter).
Als een jerrycan wordt gebruikt, die op de
vulopening kan worden geschroefd, dan is
het reservoir vol wanneer de AdBlue® in
de jerrycan niet meer eruit stroomt. Ga
dan niet meer verder.
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book Page 186
Page 189 of 344

187
Handelingen na het bijvullen
Ga als volgt te werk:
Plaats de dop weer op de AdBlue®-vulo-
pening door hem rechtsom te draaien en
schroef hem volledig vast.
Draai het contactslot tot de stand RUN
(het is niet nodig om de motor te starten).
Wacht totdat de indicatie op het instru-
mentenpaneel uitgaat, voordat u de auto
in beweging zet. De indicatie kan enkele
seconden tot ongeveer een halve minuut
zichtbaar blijven. Indien de motor wordt
gestart en de auto in beweging wordt
gezet, blijft de indicatie langer zichtbaar.
Dit heeft geen consequenties voor de
motorwerking.
Wacht twee minuten alvorens de motor te
starten, indien de AdBlue® werd bijgevuld
toen de tank leeg was.
OPMERKING:
Indien AdBlue® uit de vulhals gemorst
wordt, maak dan het gebied goed schoon
en ga dan verder met vullen. Indien de
vloeistof kristalliseert, veeg het dan weg
met een spons en warm water.
OVERSCHRIJD HET MAXIMALE NIVEAU
NIET: dit kan schade aan het reservoir
veroorzaken. AdBlue® bevriest bij tempe-
raturen lager dan 12°F (-11°C). Hoewel
het systeem ontworpen is om onder het
vriespunt van de AdBlue® te werken, is
het raadzaam de tank niet verder te vullen
dan het maximumpeil want als de
AdBlue® bevriest, kan het systeem
beschadigd raken. Volg de instructies in
deze paragraaf.
Als de AdBlue® wordt gemorst op gelakte
oppervlakken of aluminium, reinig dat
gebied dan onmiddellijk met water en
gebruik absorberend materiaal om de
vloeistof op te vangen die op de grond
gemorst werd.
Probeer de motor niet te starten als per
ongeluk AdBlue® aan de dieselbrandstof -
tank werd toegevoegd. Dit kan leiden tot
ernstige motorschade. Neem in dat geval
contact op met een erkende dealer.
Voeg geen additieven of andere vloei -
stoffen aan AdBlue® toe. Als u dit toch
doet, kan het systeem beschadigd raken.
Het gebruik van verkeerde of aangetaste
AdBlue® kan leiden tot het verschijnen
van indicaties op het display van het
instrumentenpaneel. Raadpleeg de para-
graaf "Waarschuwingslampjes en
meldingen" in het hoofdstuk "Uw Instru -
mentenpaneel leren kennen" voor meer
informatie hierover.
Giet nooit AdBlue® in een andere
jerrycan: die kan verontreinigd zijn.
Als de AdBlue® opraakt, raadpleeg dan de
paragraaf "Waarschuwingslampjes en
meldingen" in het hoofdstuk "Uw instru -
mentenpaneel leren kennen" voor meer
informatie om de auto normaal te blijven
gebruiken.
BELADING VAN DE AUTO
Gewichtslabel
Volgens de plaatselijke voorschriften heeft
uw auto een gewichtslabel op het bestuur -
dersportier of de stijl aan bestuurderszijde.
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book Page 187
Page 190 of 344

STARTEN EN RIJDEN
188
Gewichtslabel (voorbeeld)
Dit label bevat:
1. De bedrijfsnaam van de fabrikant
2. Het volledige typegoedkeuringsnummer van het voertuig
3. Het chassisnummer (VIN)
4. Maximaal toelaatbaar totaalgewicht (GVWR)
5. Maximaal toelaatbaar treingewicht (GCWR)
6. Maximaal toelaatbare voorasbelasting (FGAWR)
7. Maximaal toelaatbare achterasbelasting (RGAWR) OPMERKING:
Voor specifieke markten kan het label
verschillen van het label dat in de afbeelding
wordt getoond: het GVWR, GAWR voor en
achter.
Maximaal toelaatbaar totaalgewicht (GVWR)
GVWR staat voor het maximaal toelaatbare
totaalgewicht van de auto inclusief de
bestuurder, passagiers, de auto, opties en
lading. Op het label wordt ook de maximaal
toelaatbare asbelasting (GAWR) van de voor-
en achteras vermeld. De totale last moet
worden beperkt zodat het GVWR en de
GAWR voor en achter niet worden over
-
schreden.
Laadvermogen
Het laadvermogen van een auto is het toege -
stane laadgewicht dat een wagen kan
dragen, inclusief het gewicht van de
bestuurder, alle passagiers, opties en lading.
Maximaal toelaatbare asbelasting (GAWR)
GAWR staat voor de maximaal toelaatbare
belasting op de voor- en achterassen. De
lading moet goed worden verdeeld in de
laadruimte, zodat de GAWR van iedere as
niet wordt overschreden. De GAWR van iedere as wordt bepaald door
de onderdelen in het systeem die het laagste
draagvermogen hebben (as, veren, banden of
wielen). Zwaardere assen of onderdelen van
de vering, die soms door kopers worden
aangeschaft voor een grotere duurzaamheid,
leiden niet per definitie tot een hoger maxi
-
maal toelaatbaar totaalgewicht (GVWR) van
de auto.
Leeggewicht
Het leeggewicht van een auto is het totale
gewicht van een rijklare auto met alle vloei -
stoffen, inclusief brandstof, zonder inzit -
tenden of lading. Het leeggewicht voor en
achter wordt vastgesteld door de auto op een
weegbrug te wegen voordat de inzittenden of
lading worden toegevoegd.
Beladen
Het feitelijke totaalgewicht en het gewicht
van de voor- en achterkant van de auto op de
grond kan het best worden vastgesteld door
de auto te wegen als deze beladen is en klaar
voor gebruik.
De hele auto moet eerst gewogen worden op
een commerciële weegsschaal om ervoor te
zorgen dat de GVWR niet overschreden
wordt. Het gewicht van de voor- en achter -
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book Page 188