cruise control Lancia Delta 2010 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2010, Model line: Delta, Model: Lancia Delta 2010Pages: 276, PDF Size: 5.83 MB
Page 6 of 276

1
WEGWIJS IN UW AUTO5
Dashboard.................................................. 6
Instrumentenpaneel en instrumenten ........... 7
Display ....................................................... 20
Menuopties.................................................. 24
Tripcomputer.............................................. 34
Symbolen.................................................... 36
Lancia code-systeem................................... 37
De sleutels ................................................... 38
Diefstalalarm .............................................. 41
Start-/contactslot ........................................ 44
Zitplaatsen ................................................. 45
Hoofdsteun ................................................ 48
Stuurwiel ................................................... 49
Spiegels ...................................................... 49
Klimaatbeheersing....................................... 51
Airconditioning, handbediend ..................... 52
Airconditioning, automatisch
met gescheiden regeling .............................. 54
Buitenverlichting......................................... 60
Ruiten reinigen ............................................ 63
Cruise-control............................................. 66
Interieurverlichting...................................... 68
Bedieningsorganen...................................... 70Brandstoftoevoeronderbreking ..................... 73
Interieuruitrusting....................................... 74
Opendak..................................................... 79
Portieren ..................................................... 82
Ruitbediening ............................................. 85
Bagageruimte.............................................. 89
Motorkap.................................................... 97
Imperiaal/skidrager..................................... 99
Koplampen................................................. 100
DST-systeem............................................... 102
SPORT-functie ............................................ 102
Reactive Suspension System ........................ 104
Driving Advisor........................................... 105
ESP 2-systeem............................................ 110
EOBD-systeem............................................ 115
Elektrische stuurbekrachtiging „Dualdrive” .. 115
TPMS-Systeem............................................ 117
Parkeersensoren.......................................... 120
Magic Parking............................................. 123
Extra accessoires ......................................... 137
Tanken........................................................ 138
Bescherming van het milieu......................... 141
001-142 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:46 Pagina 5
Page 21 of 276

20WEGWIJS IN UW AUTO
Dagverlichting/dimlicht (groen)
Het lampje gaat branden als de dagverlichting
of het dimlicht wordt ingeschakeld.
Follow me home
Het lampje gaat branden als dit systeem wordt gebruikt
(zie „Follow me home” in hoofdstuk „1”).
Op het display verschijnt de bijbehorende melding.
3
Grootlicht (blauw)
Het lampje gaat branden als het grootlicht
wordt ingeschakeld.
1
Cruise-control
(snelheidsregelaar) (groen)
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Als u de contactsleutel in stand MAR draait, gaat
het lampje branden. Na enkele seconden moet het lamp-
je doven. Het lampje op het instrumentenpaneel brandt
als de draaiknop van de cruise-control in stand ON staat.
Op het display verschijnt de bijbehorende melding.
Ü
DISPLAY
De auto kan zijn uitgerust met een multifunctioneel of een
instelbaar multifunctioneel display dat tijdens de rit nut-
tige informatie levert aan de bestuurder op basis van de
instelling voor de gewenste gegevens.
BEGINSCHERM MULTIFUNCTIONEEL
DISPLAY fig. 4
Op het beginscherm kan het volgende worden weergegeven:
A. Datum
B. Eventuele inschakeling elektrische stuurbekrachtiging
Dualdrive
C. Informatie over Sport-functie (voor bepaalde uitvoe-
ringen/markten)
D. Tijd
E. Kilometerteller (weergave kilometer-/mijltotaalteller)
F. Melding kans op gladheid
G. Buitentemperatuur
H. Afstand tot de volgende servicebeurt
I. Stand koplampverstelling (alleen als het dimlicht is in-
geschakeld)
001-142 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:46 Pagina 20
Page 67 of 276

66WEGWIJS IN UW AUTO
Uitschakelen
Draai de contactsleutel in stand STOP.
Als de motor daarna wordt gestart (sleutel in stand MAR),
schakelt de regensensor niet weer in, ook niet als de hen-
del in stand B-fig. 29 is blijven staan. Voor het inschake-
len van de regensensor moet de hendel in stand A of C
worden gezet en daarna in stand B.
Als de regensensor op deze wijze opnieuw wordt inge-
schakeld, maken de ruitenwissers ten minste 1 slag, ook
bij een droge ruit.CRUISE-CONTROL
(snelheidsregelaar)
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Dit is een elektronisch hulpmiddel, waardoor de auto (bij
een snelheid boven 30 km/h) op lange, rechte en droge
trajecten en bij weinig verandering in de rij-omstandig-
heden (bijv. snelwegen), met een constante en vooraf in-
gestelde snelheid blijft rijden zonder het gaspedaal te hoe-
ven bedienen.
Het gebruik van dit systeem biedt geen voordelen in druk
verkeer. Gebruik dit systeem niet in de stad.
SYSTEEM INSCHAKELEN
Draai de draaiknop A-fig. 31 in stand ON.
Het systeem kan alleen worden ingeschakeld in de 4e ver-
snelling of hoger.
Schakel de regensensor niet in als de auto in
een wastunnel wordt gereinigd.
Controleer als er ijs op de voorruit zit, of de
regensensor is uitgeschakeld.
Voor het reinigen van de voorruit moet altijd
worden gecontroleerd of het systeem is uit-
geschakeld.
fig. 31L0E0022m
001-142 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:47 Pagina 66
Page 68 of 276

WEGWIJS IN UW AUTO67
1
Op afdalingen kan bij ingeschakelde cruise-control de snel-
heid iets oplopen ten opzichte van de opgeslagen snelheid.
Als het systeem wordt ingeschakeld, gaat het lampje Üop
het instrumentenpaneel branden en verschijnt er een mel-
ding op het display (zie de paragraaf „Lampjes op het
instrumentenpaneel” in hoofdstuk „1”).
SNELHEID OPSLAAN
Ga als volgt te werk:
❍zet de draaiknop A-fig. 31 in stand ON en trap het gas-
pedaal in tot de auto met de gewenste snelheid rijdt;
❍zet de draaiknop B ten minste drie seconden op (+)
en laat de knop los: de snelheid van de auto is opge-
slagen en het gaspedaal kan worden losgelaten.
Indien nodig (bijvoorbeeld bij inhalen) kan de snelheid
simpel verhoogd worden door het intrappen van het gas-
pedaal: als u daarna het gaspedaal loslaat, wordt terug-
gekeerd naar de opgeslagen snelheid.
OPGESLAGEN SNELHEID OPROEPEN
Als het systeem is uitgeschakeld door bijvoorbeeld het
intrappen van het rem- of koppelingspedaal, kan de op-
geslagen snelheid op de volgende manier worden opge-
roepen:
❍geef geleidelijk gas, totdat de snelheid ongeveer gelijk
is aan de opgeslagen snelheid;❍schakel de versnelling in die ingeschakeld was op het
moment van het opslaan van de snelheid (4e, 5e of 6e
versnelling);
❍druk op de knop C-fig. 31.
OPGESLAGEN SNELHEID VERHOGEN
Dit kan op twee manieren:
❍trap het gaspedaal in en sla vervolgens de nieuwe snel-
heid op;
of
❍zet de draaiknop B-fig. 31 in stand (+).
Telkens als de draaiknop wordt gedraaid, wordt de snel-
heid iets verhoogd (ongeveer 1 km/h). Als de draaiknop
gedraaid wordt gehouden, verandert de snelheid traploos.
OPGESLAGEN SNELHEID VERLAGEN
Dit kan op twee manieren:
❍schakel het systeem uit en sla vervolgens de nieuwe
snelheid op;
of
❍houd de draaiknop B-fig. 31 in stand (–), totdat de
nieuwe snelheid is bereikt die automatisch zal wor-
den opgeslagen.
Telkens als de draaiknop wordt gedraaid, wordt de snel-
heid iets verlaagd (ongeveer 1 km/h). Als de draaiknop
gedraaid wordt gehouden, verandert de snelheid traploos.
001-142 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:47 Pagina 67
Page 69 of 276

68WEGWIJS IN UW AUTO
SYSTEEM UITSCHAKELEN
Zet de draaiknop A-fig. 31 in stand OFF of de contact-
sleutel in stand STOP. Het systeem schakelt in de volgende
gevallen automatisch uit:
❍als het rem- of koppelingspedaal wordt ingetrapt;
❍als het ASR- of ESP 2-systeem (voor bepaalde uit-
voeringen/markten) in werking treedt.
Als de cruise-control tijdens het rijden is in-
geschakeld, zet dan nooit de versnellingspook
in de vrijstand.
Bij een storing of een afwijkende werking van
de cruise-control, moet de draaiknop A-fig. 31
in stand OFF worden gezet. Laat het systeem,
na controle van de zekering, door het Lancia Ser-
vicenetwerk controleren.
INTERIEURVERLICHTING
PLAFONDVERLICHTING VOOR MET SPOTJES
fig. 32
Met de schakelaar A kunnen de plafondlampjes worden
in- en uitgeschakeld.
Met de schakelaar A in het midden worden de lampjes C
en D in-/uitgeschakeld bij het openen/sluiten van de voor-
portieren.
Met de schakelaar A naar links geschoven, blijven de
lampjes C en D altijd uitgeschakeld. Met de schakelaar
A naar rechts geschoven, blijven de lampjes C en D altijd
ingeschakeld.
Het inschakelen/doven van de verlichting gaat geleidelijk.
Met de schakelaar B bedient u de spotjes; bij uitgescha-
kelde plafondverlichting wordt met de schakelaar:
❍in linker stand, het spotje C ingeschakeld;
❍in rechter stand, het spotje D ingeschakeld.
fig. 32L0E0024m
001-142 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:47 Pagina 68
Page 211 of 276

210NOODGEVALLEN
38
38
38
–
38
38
38
38
38
38
38
38F42
F43
F44
F45
F46
F47
F48
F49
F50
F51
F52
F535
30
15
–
20
20
20
5
7,5
5/7,5 (*)
15
7,5
VERBRUIKERS ZEKERING AMPÈRE FIGUUR
Regeleenheid remsysteem, gierhoeksensor
Module voor ruitenwissers op de stuurkolomschakelaar, module
voor tweeweg-pomp ruitensproeiers voor/achter
op de stuurkolomschakelaar
Aansteker/stekkerdoos op tunnelconsole, stekkerdoos bagageruimte
Beschikbaar
Motor opendak
Ruitbediening voor bestuurderszijde
Ruitbediening voor passagierszijde
Schakelaarpanelen waarschuwingsknipperlichten, rechts, links
en in het midden op de autoradio/radionavigatiesysteem (verlichting),
bedieningsorganen op het stuurwiel (verlichting), Schakelaarpaneel
op plafondverlichting voor (verlichting), regeleenheid interieurbewaking,
elektrisch bedienbaar opendak (regeleenheid, verlichting schakelaars),
regensensor/schemersensor, elektronisch dimbare binnenspiegel,
inschakeling verwarmingselementen in voorstoelen
Regeleenheid Airbag
Aansteker (verlichting), bediening cruise-control,
convergenceregeleenheid, regeleenheid parkeersensoren,
AQS-sensor, regeleenheid airconditioning, elektrisch verstelbare
buitenspiegels, regeleenheid bandenspanningcontrole, regeleenheid
rijstrookbewaking, regeleenheid op gasontladingslamp rechts (*)
Module voor achterruitwisser op de stuurkolomschakelaar
Instrumentenpaneel, richtingaanwijzers achter
175-214 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:53 Pagina 210
Page 268 of 276

7
INDEX267
Armsteun voor/achter............. 74-76
Asbak.......................................... 79
ASR (systeem)............................. 112
Auto langere tijd stallen............... 174
Bagageruimte............................. 89
– magic back box
(dubbele laadruimte)............. 94
Bagageruimteverlichting
(gloeilamp vervangen)............... 203
Banden
– bandenspanning..................... 255
– standaard............................... 254
– verklaring
van bandencodering............... 252
– vervangen.............................. 185
– winterbanden......................... 254
Bandenspanningscontrolesysteem
TPMS ....................................... 117
Bedieningsorganen...................... 70
Bekerhouders/opbergvakken....... 77
Bescherming van het milieu ......... 141
Bougies ....................................... 247Brandstofsysteem........................ 249
Brandstoftoevoeronderbreking ..... 73
Brandstofverbruik ....................... 264
Buitenverlichting......................... 60Carrosserie................................. 239
– carrosserie-uitvoeringen ......... 246
Centrale portiervergrendeling ...... 84
CO
2-emissie ................................ 266
Code Card............................... 37-38
Cornering lights........................... 61
Cruise-control ............................. 66
Dashboard................................. 6
Dashboardkastje.......................... 77
Derde remlicht
(gloeilamp vervangen)............... 200
Diefstalalarm............................... 41
Dimlicht (bediening)................... 62
– gloeilamp vervangen.............. 196
Display........................................ 20
– meldingen op display ............. 32
– menuopties ............................ 24
Aansteker................................... 78
ABS............................................. 113
Accu
– opladen.................................. 213
– starten met een hulpaccu........ 176
– vervangen.............................. 231
Achterruitsproeier ....................... 64
Achterruitwisser
– bediening............................... 64
– ruitensproeiers....................... 238
– wisserblad .............................. 237
Achteruitrijlichten
(gloeilamp vervangen)............... 199
Adaptieve verlichting............ 72-101
Afmetingen ................................. 256
AFS (adaptieve verlichting) ......... 101
Afstandsbediening (sleutel).......... 39
Airbag
– frontairbags ........................... 158
– sidebags................................. 161
Airconditioning, automatisch
met gescheiden regeling............. 54
Airconditioning, handbediend...... 52
267-274 Delta NL 3ed Allin. 4ed 21-04-2010 15:29 Pagina 267