Lancia Musa 2005 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2005, Model line: Musa, Model: Lancia Musa 2005Pages: 338, PDF Size: 5.29 MB
Page 51 of 338

50
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VOLUMEREGELING TOETSEN (Vol. Toetsen)
De functie is standaard ingesteld op niveau “4”. Het geluidssignaal dat klinkt bij het indrukken van bepaalde
knoppen in de auto, kan worden ingesteld op 8 niveaus. Het geluidssignaal kan worden ingesteld en uitgeschakeld.
Om het signaal uit te schakelen, moet u met de toetsen +/– het volume op niveau “0” zetten. Ga voor het instellen
als volgt te werk:
Menuscherm Zie “Startcontrole”
en “Toegang tot
menuscherm”
Stel met de toetsen +/–
het volume van het geluidssignaal
(roger-beep) in.
De geselecteerde instelling knippert.
Terug naar
menuschermTerug naar vorig
scherm, bijv.:
R
Q
Q
Q
– + – +
R
Terug naar
menuscherm
Q= Toets “MODE” korter dan 2 seconden indrukken
R= Toets “MODE” langer dan 2 seconden indrukken
Q
Q
RR
Page 52 of 338

51
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
GEPROGRAMMEERD ONDERHOUD (Service)
Met deze functie kan worden weergegeven hoeveel kilometers of dagen nog resteren voordat een servicebeurt
moet worden uitgevoerd.
R
Q
Zie “Startcontrole” en
“Toegang tot menuscherm”
Menuscherm
Kies met de toetsen +/–
de gewenste weergave, km, mijlen (mijl)
of dagen (dd). De geselecteerde
instelling knippert.
R
Terug naar
menuscherm
Terug naar
menuschermTerug naar vorig
scherm, bijv.:
vervolg op volgende pagina
– + – +
RQ
QR
Q= Toets “MODE” korter dan 2 seconden indrukken
R= Toets “MODE” langer dan 2 seconden indrukken
Page 53 of 338

52
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
Het “Onderhoudsschema” voorziet elke 20.000 km (of elke 12.000 mijl) of ieder jaar in een servicebeurt; deze weergave verschijnt
automatisch als de sleutel in stand MAR staat, vanaf 2.000 km (of 1.240 mijl) of 30 dagen voor de servicebeurt. De weergave wordt
elke 200 km (of elke 124 mijl) of om de drie dagen weergegeven. Zie voor het vervangen van het luchtfilter, de motorolie en het
motoroliefilter bij de 1.3 JTD-uitvoeringen het “Onderhoudsschema” in het hoofdstuk “Onderhoud en zorg”. Als u dicht bij de
volgende servicebeurt bent en u de contactsleutel in stand MAR draait, verschijnt op het display het opschrift “Service” gevolgd door
het aantal kilometers/mijlen of dagen dat resteert tot de volgende servicebeurt. De informatie van het “Geprogrammeerd
onderhoud” wordt aangegeven in kilometers (km) of mijlen (mijl) of dagen (dd), afhankelijk van de eerstvolgende servicebeurt.
Wendt u tot de Lancia-dealer voor het uitvoeren van de werkzaamheden van het “Onderhoudsschema” of van het “Jaarlijks
inspectieschema”, en voor het op nul zetten van deze weergave (reset).
Terug naar
menuscherm Terug naar vorig
scherm, bijv.:
R
Q
Q= Toets “MODE” korter dan 2 seconden indrukken
R= Toets “MODE” langer dan 2 seconden indrukken
Page 54 of 338

53
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
MENU VERLATEN (Menu verlaten)
Laatste functie waarmee de instellingen uit het startmenu worden afgesloten.
R
Zie “Startcontrole”
en “Toegang tot
menuscherm”
Menuscherm
Met de toets + keert u terug naar Snelh.
Lim. (eerste onderdeel van het menu).
Terug naar vorig
scherm, bijv.:
– +
Q= Toets “MODE” korter dan 2 seconden indrukken
R= Toets “MODE” langer dan 2 seconden indrukken
Page 55 of 338

54
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
TRIP COMPUTER
Met de functie “Trip computer” kan op het display informatie worden weergegeven over de werking van de auto. Deze
functie bestaat uit “General trip”, die betrekking heeft op de hele rit van de auto, en “Trip B”, die standaard is ingesteld
op “ON” en die betrekking heeft op een deeltraject. Deze laatste functie vormt een onderdeel (zoals is afgebeeld in de
volgende grafiek) van het totale traject van de auto. Beide functies kunnen op nul worden gezet. Met “General trip”
wordt informatie over Autonomie (actieradius), Afgelegde afstand, Gemiddeld verbruik, Huidige verbruik, Gemiddelde
snelheid en Reistijd weergegeven. Met “Trip B” wordt informatie over Afgelegde afstand B, Gemiddeld verbruik B,
Gemiddelde snelheid B en Reistijd B weergegeven. De functie “Trip B” kan worden uitgeschakeld.
Procedure voor het begin van een rit (reset)
Als een rit gecontroleerd moet worden m.b.v. “General Trip”, dan moet u, als de contactsleutel in stand MAR staat, op de
knop
{drukken op de rechter hendel aan het stuur volgens methode &(zie de paragraaf “Bedieningstoetsen display”).
Als u het systeem op nul zet terwijl het scherm van “General trip” wordt weergegeven, dan worden ook de
gegevens van “Trip B” op nul gezet. Als u het systeem op nul zet terwijl het scherm van “Trip B” wordt
weergegeven, dan worden alleen de gegevens van “Trip B” op nul gezet.
Het onderdeel “Autonomie” kan niet op nul gezet worden.
Reset TRIP B
Einde deeltraject
Begin nieuw deeltraject
Einde deeltraject
Begin nieuw deeltraject
Reset TRIP B
Einde deeltraject
Begin nieuw deeltraject Reset GENERAL TRIP
Einde rit - Begin nieuwe ritReset GENERAL TRIP
Einde rit - Begin nieuwe rit
Einde deeltraject
Begin nieuw deeltraject Reset TRIP B
Reset TRIP B
TRIP B
TRIP B
TRIP B GENERAL TRIP˙
˙
˙
˙˙
˙
˙ ˙
%= Toets “TRIP” korter dan 2 seconden indrukken - &= Toets “TRIP” langer dan 2 seconden indrukken
Page 56 of 338

55
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
De informatie van de “Trip computer” wordt in volgorde weergegeven (zie het afgebeelde schema):
Zie “Startcontrole”
en “Toegang tot
menuscherm”
Vorig scherm,
bijv.: (*)
%%%%
%%
vervolg op volgende pagina
&= “Reset General trip” en “Trip B” behalve
“Autonomie” (zie de paragraaf “Reset General trip”).
De twee schermen van ieder onder-
deel van de trip computer worden af-
wisselend automatisch (drie keer)
weergegeven. Daarna blijft het twee-
de scherm vast weergegeven.
%
(*)
(*)
(*) (*) (*)
(*)
%= Toets “TRIP” korter dan 2 seconden indrukken - &= Toets “TRIP” langer dan 2 seconden indrukken
Page 57 of 338

56
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
Trip B ON?NEE
JA
Terug naar vorig
scherm, bijv.:
8:3020oC%%%%
&= “Reset Trip B”
(zie de paragraaf “Reset Trip B”).
(*)(*)(*) (*)
%= Toets “TRIP” korter dan 2 seconden indrukken - &= Toets “TRIP” langer dan 2 seconden indrukken
Page 58 of 338

57
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
Na het op nul zetten van “Trip” door op de knop te drukken volgens methode &, verschijnen op het display
de volgende functies:
Reset GENERAL TRIP
&= “Reset General trip” en “Trip B”
(behalve “Autonomie”).
&= “Reset Trip B”
Reset TRIP B
Alle waarden zijn op nul gezet
Alleen de waarden van Trip B zijn op nul gezet
%= Toets “TRIP” korter dan 2 seconden indrukken - &= Toets “TRIP” langer dan 2 seconden indrukken
Page 59 of 338

58
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
Autonomie (actieradius)= geeft het aantal kilome-
ters aan dat nog gereden kan worden met de brand-
stof in de brandstoftank, waarbij er van uit wordt
gegaan dat de rijstijl niet verandert. Op het display
verschijnt de indicatie “- - - -” als:
❒de actieradius kleiner is dan 50 km of het brand-
stofniveau minder is dan 4 liter.
In het eerste geval verschijnt er voor “- - - -” de
waarschuwing “Attentie Beperkte Autonomie” (de
melding verschijnt eveneens als de Trip Computer
niet is weergegeven).
❒de auto gedurende een langere periode stilstaat
met stationair draaiende motor; als er wordt weg-
gereden dan wordt de actieradius opnieuw weer-
gegeven.
Afgelegde afstand= geeft het aantal afgelegde kilo-
meters (of mijlen) aan na de laatste reset (*).
Gemiddeld verbruik= geeft het gemiddelde
brandstofverbruik aan na de laatste reset (*) in
l/100 km, km/l of mpg.
Huidig verbruik= geeft ongeveer iedere seconde
bijgewerkt het brandstofverbruik aan in l/100 km,
km/l of mpg. Als de auto stilstaat met stationair
draaiende motor wordt “- - - -” weergegeven. Zodra
de auto weer rijdt, wordt opnieuw het huidige ver-
bruik weergegeven.Gemiddelde snelheid= geeft de gemiddelde snel-
heid van de auto aan op basis van de tijd die afge-
legd is na de laatste reset (*) in km/h of mph.
Reistijd= tijd die verstreken is na de laatste reset
(*).
(*) De reset kan op twee manieren worden uitge-
voerd:
– “handmatig” door de gebruiker d.m.v. het indruk-
ken van de betreffende toets (zie de paragraaf “Be-
dieningstoetsen”)
– “automatisch” wanneer de afgelegde afstand de
waarde 9.999,9 km bereikt of wanneer de Reistijd
de waarde 99:59 (99 uur en 59 minuten) bereikt
– als de accu losgekoppeld is geweest.
BELANGRIJK Als er geen informatie is, verschijnt
bij alle functies op de Trip computer de mededeling
“- - - -” in plaats van de waarde. Wanneer de nor-
male werking weer hersteld is, worden de waarden
van de functies weer op normale wijze weergegeven.
De waarden die voor de storing werden weergege-
ven, worden niet op nul gezet (*).
BELANGRIJK Als de accu losgekoppeld is geweest,
dan worden bepaalde functies weergegeven door “- -
- -” totdat er voldoende gegevens zijn verzameld
voor de berekening van de betreffende functie.
Page 60 of 338

59
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
LICHTSTERKTEREGELING INSTRUMENTENPANEEL, DISPLAY EN BEDIENINGSKNOPPEN
(LICHTSTERKTE)
Met deze functie kan bij ingeschakelde buitenverlichting de lichtsterkte worden geregeld (verhogen/verlagen)
van het display/instrumentenpaneel en van het display van de automatische klimaatregeling met gescheiden
regeling (indien aanwezig).
Ga voor het instellen als volgt te werk:
Zie “Startcontrole”
en “Toegang tot
menuscherm”
– +– +
Automatisch terug naar standaardscherm na enkele
seconden of door het indrukken van de
toets
Q
Vorig scherm
bijv.: Stel met de toetsen +/- de gewenste
lichtsterkte in.
L0D0040m
Q= Toets “MODE” korter dan 2 seconden indrukken
R= Toets “MODE” langer dan 2 seconden indrukken