MAZDA MODEL CX-5 2016 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: MAZDA, Model Year: 2016, Model line: MODEL CX-5, Model: MAZDA MODEL CX-5 2016Pages: 805, PDF Size: 8.7 MB
Page 781 of 805

Interieurverlichting
GloeilampCategorie
Watt UNECE
*1
Bagageruimteverlichting 8―
Plafondlamp (Voor)/Kaartleeslampen 8―
Achterste kaartleeslampen 8―
Make-up spiegeltje verlichtingen
í2―
*1 UNECE staat voor Economische Raad van de Verenigde Naties voor Europa (United Nations Economic
Commission for Europe).
*2 LED is de afkorting voor Licht Emitterende Diode.
qBanden
Voorbeeld van een bandmarkering en zijn betekenis
Nominale profielbreedte
Nominale breedtehoogteverhouding in %
ConstructiecodeModder en sneeuw
Snelheidsaanduiding
Belastingsindex (niet op ZR banden)
Nominale vel
gdiameter in inches
Bandmarkering-informatie
Kies de juiste banden voor uw wagen aan de hand van de volgende bandmarkering-informatie.
Snelheidsaanduiding Maximum toegestane snelheid
Q Maximaal 160 km/h
R Maximaal 170 km/h
S Maximaal 180 km/h
T Maximaal 190 km/h
U Maximaal 200 km/h
H Maximaal 210 km/h
V Maximaal 240 km/h
W Maximaal 270 km/h
Y Maximaal 300 km/h
ZR Meer dan 240 km/h
Technische gegevens
9-11íBepaalde modellen.
Page 782 of 805

Bandentype en bandenspanning
OPMERKING
De banden zijn optimaal aangepast aan het chassis van uw auto.
Bij het vernieuwen van banden wordt het door Mazda aanbevolen banden van hetzelfde
type te monteren als waarmee uw auto oorspronkelijk is uitgerust. Neem voor details
contact op met een deskundige reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur.
Controleer het bandenspanningslabel voor de bandenmaat en de bandenspanning (pagina
6-51).
Na het afstellen van de bandenspanning is initialisering van het
bandenspanningcontrolesysteem noodzakelijk om het systeem normaal te laten
functioneren.
Zie Initialiseren van het bandenspanningcontrolesysteem op pagina 4-236.
Standaard band
(Behalve Maleisië/Thailand)
BandenmaatBandenspanning
Maximaal 3 personen―Volledige belasting
225/65R17 102VVoor 230 kPa (2,3 bar, 33 psi) 260 kPa (2,6 bar, 38 psi)
Achter 230 kPa (2,3 bar, 33 psi) 280 kPa (2,8 bar, 41 psi)
225/55R19 99VVoor 250 kPa (2,5 bar, 36 psi) 260 kPa (2,6 bar, 38 psi)
Achter 250 kPa (2,5 bar, 36 psi) 290 kPa (2,9 bar, 42 psi)
(Maleisië/Thailand)
BandenmaatBandenspanning
Maximaal 3 personen―Volledige belasting
225/65R17 102T
*1Voor 240 kPa (2,4 bar, 35 psi) 260 kPa (2,6 bar, 38 psi)
Achter 240 kPa (2,4 bar, 35 psi) 280 kPa (2,8 bar, 41 psi)
225/55R19 99V
*2Voor 250 kPa (2,5 bar, 36 psi) 260 kPa (2,6 bar, 38 psi)
Achter 250 kPa (2,5 bar, 36 psi) 290 kPa (2,9 bar, 42 psi)
Gewicht van 1 persoon: Ongeveer 75 kg
*1 SKYACTIV-G 2.0
*2 SKYACTIV-G 2.5, SKYACTIV-D 2.2
Noodreservewielí
Bandenmaat Bandenspanning
185/80R17 99M 320 kPa (3,2 bar, 46 psi)
T145/90D16 106M 420 kPa (4,2 bar, 61 psi)
9-12íBepaalde modellen.
Technische gegevens
Page 783 of 805

Winterband
BandenmaatBandenspanning
Maximaal 3 personen―Volledige belasting
225/65R17
*1
MSVoor 230 kPa (2,3 bar, 33 psi) 260 kPa (2,6 bar, 38 psi)
Achter 250 kPa (2,5 bar, 36 psi) 300 kPa (3,0 bar, 44 psi)
225/55R19
*2
MSVoor 250 kPa (2,5 bar, 36 psi) 260 kPa (2,6 bar, 38 psi)
Achter 270 kPa (2,7 bar, 39 psi) 310 kPa (3,1 bar, 45 psi)
Gewicht van 1 persoon: Ongeveer 75 kg
*1 Belastingsindex en snelheidsaanduiding: 102Q/102S/102H/102V
*2 Belastingsindex en snelheidsaanduiding: 99Q/99S/99H/99V
Aantrekkoppel van wielmoeren
Haal bij het monteren van een band de wielmoeren met het onderstaande koppel aan.
108―147 N·m (12―14 kgf·m)
qZekeringen
Zie Zekeringen op pagina 6-69.
qRemmen
Raadpleeg een deskundige reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur, als u
informatie nodig heeft betreffende de slijtagelimiet-specificaties voor de remschijfplaten en
de meetmethode. De informatie is vrij beschikbaar gesteld.
Technische gegevens
9-13
Page 784 of 805

Gebruikersinstellingen
De volgende gebruikersinstellingen kunnen ingesteld of gewijzigd worden door een officiële Mazda reparateur.
Raadpleeg een officiële Mazda reparateur voor details.
Sommige van de gebruikersinstellingen kunnen ook door de klant gewijzigd worden, afhankelijk van de instelling.
Gebruikersinstellingen en overige instellingen die gewijzigd kunnen worden verschillen afhankelijk van de
bestemming en de specificatie.
Methode voor wijzigen van instellingen
Instellingen kunnen worden gewijzigd door bediening van het middendisplayscherm.
A: Zie Instellingen op pagina 5-71.
B: Zie Brandstofverbruikmonitor op pagina 4-127.
Instellingen kunnen worden gewijzigd door bediening van de schakelaars van het voertuig.
C: Zie Stadsverkeer-remassistent [Vooruit] (SCBS F) op pagina 4-200.
D: Zie Stadsverkeer-remassistent [Achteruit] (SCBS R) op pagina 4-206.
E: Zie Automatische vergrendel-/ontgrendelfunctie op pagina 3-20.
F: Zie Zender op pagina 3-5.
G: Zie voor Vergrendelen, ontgrendelen met de verzoekschakelaar (Met geavanceerde afstandbediende
portiervergrendelingsfunctie) op pagina 3-17.
Instellingen kunnen gewijzigd worden door een officiële Mazda reparateur.
9-14
Gebruikersinstellingen
Page 785 of 805

Onderwerp BijzonderheidFabrieksinstellingBeschikbare
instellingenMetho-
de voor
wijzigen
van
instellin-
gen
Veiligheid
Stadsverkeer-remassistent
Forward (SCBS F) 4-200
Stadsverkeer-remassistent
Reverse (SCBS R) 4-206Operationeel/niet-operationeel
*1Aan Aan/Uit AC,
D―
Smart Brake Support
remhulpsysteem
(SBS) 4-212Het systeem kan zodanig worden
gewijzigd dat het Smart Brake
Support remhulpsysteem (SBS) niet
functioneert.
*1Aan Aan/Uit A―
De afstand waarbij de
botsingwaarschuwing wordt
geactiveerd kan worden veranderd.Dichtbij Dichtbij/Ver A―
Het volume van de
botsingwaarschuwing kan veranderd
worden.HoogHoog/
Laag/
UitA―
Rijstrookafwijkingwaar-
schuwingssysteem
(LDWS) 4-149Afstand welke het systeem gebruikt
om de mogelijkheid van een
rijstrookafwijking te bepalen.AaanpassenAaanpassen/
Vroeg/Medium/LaatA―
Waarschuwingsgevoeligheid
(waarschijnlijkheid van waarschu-
wing)Gemiddeld Hoog/Medium/Laag A―
Geluid van waarschuwingszoemer*2Ribbel Pieptoon/Ribbel A―
Volume van
waarschuwingszoe-
merRibbel Laag Hoog/Midden/Laag A―
Pieptoon Laag Hoog/Laag A―
Rijstrookassistent 4-186Het systeem kan zodanig worden
gewijzigd dat de besturingsassistentie
niet werkt.Aan Aan/Uit A―
Gebruikersinstellingen
9-15
Page 786 of 805

Onderwerp BijzonderheidFabrieksinstellingBeschikbare
instellingenMetho-
de voor
wijzigen
van
instellin-
gen
Rijstrookassistent 4-186Wanneer de
besturingsassistentie
is ingeschakeldHet tijdstip van
de
waarschuwing
waarop de
rijstrookassis-
tent bepaalt dat
de auto van
zijn rijstrook
afwijkt kan
worden
gewijzigd.Laat Vroeg/Laat A―
De
gevoeligheid
van de
besturingsassis-
tentie voor de
rijstrookassis-
tent kan
worden
gewijzigd.Hoog
Hoog/Gemiddeld/LaagA―
Het systeem
kan zodanig
worden
gewijzigd dat
de
rijstrookassis-
tentwaarschu-
wing niet
wordt
geactiveerd.Aan Aan/Uit A―
9-16
Gebruikersinstellingen
Page 787 of 805

Onderwerp BijzonderheidFabrieksinstellingBeschikbare
instellingenMetho-
de voor
wijzigen
van
instellin-
gen
Rijstrookassistent 4-186Wanneer de
besturingsassistentie
is uitgeschakeldHet tijdstip van
de
waarschuwing
waarop de
rijstrookassis-
tent bepaalt dat
de auto van
zijn rijstrook
afwijkt kan
worden
gewijzigd.LaatAaanpassen/
Vroeg/Medium/LaatA―
De
gevoeligheid
van de
waarschuwing
voor de
rijstrookassis-
tent kan
worden
gewijzigd.Gemiddeld Hoog/Medium/Laag A―
Het type
rijstrookassistentwaarschuwing kan
gewijzigd worden.TrillingTrilling/Pieptoon/Rammel-
strookA―
De
intensiteit/volume
van de
waarschuwing van
de rijstrookassistent
kan gewijzigd
worden.Trilling Laag Hoog/Laag A―
Pieptoon Laag Hoog/Laag A―
Rammelstrook Laag Hoog/Midden/Laag A―
Dodehoekmonitorsysteem
(BSM) 4-156Volume van waarschuwingszoemer*3HoogHoog/
Laag/
UitA―
Afstandherkenninghulp-
systeem (DRSS) 4-163Het systeem kan zodanig worden
gewijzigd dat het
Afstandherkenninghulpsysteem
(DRSS) niet functioneert.*1Aan Aan/Uit A―
De afstand waarbij de voorliggend
voertuig indikator in de display
knippert kan gewijzigd worden.DichtbijVeraf/Gemiddeld/NabijA―
Gebruikersinstellingen
9-17
Page 788 of 805

Onderwerp BijzonderheidFabrieksinstellingBeschikbare
instellingenMetho-
de voor
wijzigen
van
instellin-
gen
Vermoeidheidswaarschu-
wing 4-167Het systeem kan zodanig gewijzigd
worden dat de
vermoeidheidswaarschuwing niet
werkt.*1Aan Aan/Uit A―
9-18
Gebruikersinstellingen
Page 789 of 805

Onderwerp BijzonderheidFabrieksinstellingBeschikbare
instellingenMetho-
de voor
wijzigen
van
instellin-
gen
Auto
Centrale
portiervergrendeling 3-20Werkingsvoorwaarde van
automatische
vergrendel-/ontgrendelfunctieVergrendelen:
Tijdens rijden
ontgrendelen:
IGN UitVergrendelen:
Tijdens rijden
ontgrendelen: In
Parkeren/
Vergrendelen: Uit
parkeerstand
ontgrendelen: In
Parkeren/
Vergrendelen: Uit
parkeerstand
schakelen/
Vergrendelen:
Tijdens rijden
ontgrendelen:
Contact Uit/
Vergrendelen:
Tijdens rijden/
UitAE
Afstandbediende
portiervergrendeling 3-4Tijd voor automatische
portiervergrendeling30 seconden90 seconden/
60 seconden/
30 secondenA―
Geavanceerd
afstandbediend
portiervergrendelingssys-
teem 3-10Tijd voor automatische
portiervergrendeling30 seconden90 seconden/
60 seconden/
30 secondenA―Automatische vergrendelfunctie
operationeel/niet-operationeelUit Aan/Uit A―
Volume van zoemer
bij
vergrendelen/ont-
grendelenEuropese
modellenUit
Hoog/
Gemiddeld/
Laag/
UitAF,
G
Behalve
Europese
modellenGemiddeld
Instapverlichtingssysteem
5-164Tijd totdat interieurverlichting uitgaat
na sluiten van portier15 seconden60 seconden/
30 seconden/
15 seconden/
7,5 secondenA―
Tijd totdat interieurverlichting
automatisch uitgaat wanneer een
portier niet goed gesloten is30 minuten60 minuten/
30 minuten/
10 minutenA―
Automatische
ruitenwisserregeling
4-103Operationeel/niet-operationeel Aan Aan/Uit*4A―
Gebruikersinstellingen
9-19
Page 790 of 805

Onderwerp BijzonderheidFabrieksinstellingBeschikbare
instellingenMetho-
de voor
wijzigen
van
instellin-
gen
Dagverlichting 4-97 Operationeel/niet-operationeel Aan Aan/Uit――
Automatische
verlichtingsregeling 4-91Tijdsinstelling voor inschakeling
verlichtingGemiddeldHoog/
Gem. Hoog/
Gemiddeld/
Gem. Laag/
LaagA―
Koplampregelsysteem
(HBC) 4-142Operationeel/niet-operationeel*1Aan Aan/Uit A―
Adaptieve LED
koplampen 4-145De functie van de adaptieve LED
koplampen kan gewijzigd worden.*1Aan Aan/Uit A―
Aanpasbaar
voorverlichtingssysteem
(AFS) 4-141Operationeel/niet-operationeel*1Aan Aan/Uit A―
Waarschuwing voor
niet-uitgeschakelde
verlichting 7-51Volume van waarschuwingszoemer Hoog Hoog/Laag/Uit A―
Thuiskomstverlichtingsys-
teem 4-96Tijd totdat koplampen doven 30 seconden120 seconden/
90 seconden/
60 seconden/
30 seconden/
UitA―
Vertrekverlichtingsysteem
4-96Operationeel/niet-operatio-
neel
Europese
modellenAan
Aan/Uit A―
Behalve
Europese
modellenUit
Richtingaanwijzerindika-
tor 4-101Volume van zoemer Hoog Hoog/Laag A―
Drie-knipperingen
richtingaanwijzer 4-102Operationeel/niet-operationeel Aan of Uit Aan/Uit A―
Achterruitverwarming
4-109De werkingsduur van de
achterruitverwarming kan gewijzigd
worden.15 minuten15
minuten/Continu*5――
9-20
Gebruikersinstellingen