OPEL ZAFIRA C 2015 Gebruikershandleiding (in Dutch)
ZAFIRA C 2015
OPEL
OPEL
https://www.carmanualsonline.info/img/37/21758/w960_21758-0.png
OPEL ZAFIRA C 2015 Gebruikershandleiding (in Dutch)
Trending: center console, language, run flat, ESP, air condition, service, cruise control
Page 241 of 307
Verzorging van de auto239Adaptief rijlicht (AFL)9Gevaar
Het adaptieve rijlicht (AFL) is uit‐
gerust met Xenonkoplampen.
Xenonkoplampen werken onder
een extreem hoog voltage. Niet
aanraken. Lampen door een werk‐
plaats laten vervangen.
De lampen van richtingaanwijzers
en hoekverlichting kunt u wel zelf
vervangen.
Afslagverlichting (1) .
Richtingaanwijzers vooraan (2) .
Zijmarkeringslicht/dagrijlicht zijn uit‐ gevoerd met LED-lampen en kunnen
niet worden vervangen.
Afslagverlichting (1) 1. Draai de kap (1) naar links en ver‐
wijder.
2. De lamphouder naar links los‐ draaien. Lamphouder met gloei‐
lamp uit het reflectorhuis nemen.
3. Trek de lamp uit de stekker.
4. Vervang de lamp en klik de lamp‐
fitting vast aan de stekker.
5. Lamphouder zo monteren dat de twee lipjes in de uitsparingen van
het reflectorhuis vallen. Rechtsom
vastdraaien.
6. Breng de kap aan en draai deze rechtsom.
Page 242 of 307
240Verzorging van de auto
Richtingaanwijzers vooraan (2)
1. Lampfitting (2) linksom los‐draaien. Lampfitting met lamp uit
het reflectorhuis nemen.
2. Haal de gloeilamp uit de fitting door deze naar links te draaien.
3. Plaats een nieuwe lamp door deze naar rechts in de fitting te
draaien.
4. Draai de lampfitting rechtsom in de reflector vast.
Mistlampen
De gloeilampen zijn van onder de
auto bereikbaar.
1. Verwijder de met pijlen gemar‐ keerde buitenste schroeven van
de kap.
2. Draai de kap weg.
Draai de lampfitting naar links en
verwijder deze uit het reflector‐
huis.
Page 243 of 307
Verzorging van de auto241
3.Klik de lampfitting los van de stek‐
ker door op de borgnok te druk‐
ken.
4. Vervang de lamp in de lampfitting
en klik deze weer vast aan de
stekker.
5. Plaats de lampfitting in de reflec‐ tor, draai naar rechts vast.
6. Monteer de kap met de schroe‐ ven.
Achterlichten
1. Draai de schroefkap weg.
2. Verwijder de met pijlen gemar‐ keerde schroeven.
3. Haal de lamp compleet uit de borgpennen en verwijder deze.
4. Haal de stekker van de lichtmo‐dule los.
5. Vervang de lamp door de lampfit‐ting te draaien.
Richtingaanwijzer ( 1)
Achterlichten ( 2)
Remlicht ( 3)
Page 244 of 307
242Verzorging van de auto
Achterlichten met LED in achter-
en remlicht
Alleen de lamp van de richting‐
aanwijzer ( 1) kan worden vervan‐
gen.
Vervang de lamp door de lampfit‐
ting te draaien.
6. Sluit de stekker op de lichtmodule
aan.
7. Plaats de module op de borgpen‐ nen en monteer de lichtmodule
met de schroeven.
8. Druk de afdekking vast.
Achterlichten (4) in de achterklep
1. Open de achterklep en verwijder de afdekking.
2. Draai de lamphouder naar linksen verwijder deze uit de reflector.
3. Haal de lamp uit de fitting door deze eruit te trekken.
4. Plaats een nieuwe lamp in de fit‐ ting.
5. Draai de lampfitting rechtsom in de reflector vast.
6. Afdekking aanbrengen.
Mistachterlicht
De gloeilampen zijn van onder de
auto bereikbaar.
Page 245 of 307
Verzorging van de auto243
1. Draai de lampfitting naar links enverwijder deze uit het reflector‐
huis.
2. Haal de gloeilamp uit de fitting door deze naar links te draaien.
3. Plaats een nieuwe lamp door deze naar rechts in de fitting te
draaien.
4. Plaats de lampfitting in de reflec‐ tor, draai naar rechts vast.
Lampcontrole Schakel de ontsteking in en kijk of alle
lampen werken.
Zijrichtingaanwijzers Demonteer voor het vervangen van
de gloeilamp de lampbehuizing:1. Schuif de lamp naar de linkerkant
ervan en haal deze aan de rech‐
terkant ervan los.
2. Draai de lamphouder linksom uit de behuizing.
Page 246 of 307
244Verzorging van de auto
3. Trek de lamp uit de lamphouderen vervang deze.
4. Breng de lamphouder aan en draai deze rechtsom.
5. Steek de linkerkant van de lamp erin, schuif deze naar links en
steek de rechterkant erin.
Kentekenverlichting
1. Plaats een schroevendraaier in de uitsparing van de afdekking,
duw naar de zijkant en maak de
veer los. Haal de afdekking weg.
2. Haal de lamp uit de fitting door deze eruit te trekken.
3. Lamp vervangen en in de fitting plaatsen.
4. Afdekking in de behuizing druk‐ ken.
Binnenverlichting Interieurverlichting, leeslampjesGloeilampen door een werkplaats la‐
ten vervangen.
Bagageruimteverlichting
Gloeilampen door een werkplaats la‐
ten vervangen.
Page 247 of 307
Verzorging van de auto245Instrumentenverlichting
Gloeilampen door een werkplaats la‐
ten vervangen.Elektrisch systeem
Zekeringen Controleren of het opschrift op de ver‐ vangende zekering overeenkomt met
dat op de defecte zekering.
Er zitten drie zekeringenkasten in de
auto:
■ linksvoor in de motorruimte,
■ bij auto’s met het stuur links, in het interieur achter het opbergvak, of
bij auto’s met het stuur rechts, ach‐
ter het handschoenenkastje,
■ achter een deksel links in de baga‐
geruimte.
Alvorens een zekering te vervangen, de desbetreffende schakelaar en het
contact uitschakelen.
Er zitten verschillende soorten zeke‐
ringen in de auto.
Page 248 of 307
246Verzorging van de auto
Afhankelijk van het type zekering is
een doorgebrande zekering herken‐
baar aan de gesmolten draad. Zeke‐
ring pas vervangen wanneer de oor‐
zaak van de storing verholpen is.
Sommige functies worden door meer‐ dere zekeringen beveiligd.
Er kunnen zekeringen aanwezig zijn
die geen functie hebben.
Zekeringtrekker
In de zekeringenkast in de motor‐
ruimte zit mogelijk een zekeringtrek‐
ker.
Zekeringtrekker van bovenaf of van
opzij op de zekering steken en de ze‐
kering lostrekken.
Zekeringenkast in
motorruimte
De zekeringenkast zit linksvoor in de
motorruimte.
Klik de klep los en klap deze geheel
omhoog. Haal de klep recht omhoog
eraf.
Page 249 of 307
Verzorging van de auto247
Nr.Stroomkring1Motorregelmodule2Lambdasonde3Brandstofinspuiting, ontste‐
kingssysteem4Brandstofinspuiting, ontste‐
kingssysteem5–6Spiegelverwarming, diefstala‐
larmsysteem7Ventilatorregeling, motorregel‐
module, transmissieregelmo‐
dule8Lambdasonde, motorkoeling9Achterruitsensor10Accusensor11Ontgrendeling kofferruimte12Adaptief rijlicht (AFL), automati‐
sche verlichting13ABS14Achterruitwisser15MotorregelmoduleNr.Stroomkring16Startmotor17Transmissieregelmodule18Verwarmbare achterruit19Elektrische ruitbediening voorin20Elektrische ruitbediening
achterin21Relais- en zekeringhouder
achter22Grootlicht links (halogeen)23Koplampsproeiers24Rechter dimlicht (xenon)25Linker dimlicht (xenon)26Mistlampen27Verwarming dieselbrandstof28Stop-startsysteem29Elektrische handrem30ABS31Adaptieve cruise control32Airbag
Page 250 of 307

248Verzorging van de auto
Nr.Stroomkring33Adaptief rijlicht (AFL), automati‐
sche verlichting34Uitlaatgasrecirculatie35Buitenspiegel, regensensor36Verwarming en ventilatie37Magneetklep koolstofreservoir38Vacuümpomp39Centrale regelmodule40Voorruitsproeier, achterruits‐
proeier41Grootlicht rechts (halogeen)42Koelventilator43Voorruitwissers44Voorruitwissers45Koelventilator46–47Claxon48Koelventilator49BrandstofpompNr.Stroomkring50Koplamphoogteregeling, adap‐
tief rijlicht (AFL)51Ventilatieklep52Hulpverwarming, dieselmotor53Transmissieregelmodule,
motorregelmodule54Vacuümpomp, instrumenten‐
groep, verwarming, ventilatie en
airco
Klik na het vervangen van doorge‐
brande zekeringen het deksel van het
zekeringenkastje weer vast.
Wanneer u het deksel van het zeke‐
ringenkastje niet goed sluit, kan een
storing optreden.
Zekeringenkast
instrumentenpaneel
Bij auto's met het stuurwiel links zit
het zekeringenkastje achter het op‐
bergvak in het instrumentenbord.
Open het opbergvak en druk het naar links om het te ontgrendelen. Klap het
opbergvak omlaag en verwijder het.
Trending: language, isofix, air condition, infotainment, ECO mode, airbag, USB port