PEUGEOT 3008 2009.5. Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2009.5., Model line: 3008, Model: PEUGEOT 3008 2009.5.Pages: 288, PDF Size: 20.26 MB
Page 1 of 288
24
INSTRUMENTENPANELEN
De klokken en verklikkerlampjes op het instrumentenpaneel geven informatie over
de werking van de auto.
Klokken
1. Toerenteller
Geeft het motortoerental aan (x 1000 t/min).
2. Koelvloeistoftemperatuurmeter.
Geeft de koelvloeistoftemperatuur aan (°Celsius).
3. Brandstofniveaumeter.
Geeft de resterende hoeveelheid brandstof in de tank aan.
4. Snelheidsmeter.
Geeft de wagensnelheid aan (km/h of mph).
5. Display.
6. Knop nulstelling of het opnieuw
weergeven van de onderhoudsin-
dicator.
Knop voor de nulstelling van de ge- selecteerde functie (dagteller of on-
derhoudsindicator) of het opnieuw
weergeven van de onderhoudsindi-
cator.
7. Dimmer dashboardverlichting.
Knop voor de instelling van de licht- sterkte van de dashboardverlichting,
bij ingeschakelde verlichting.
Raadpleeg voor meer infor-
matie over de werking en de
weergave van een bepaalde
functie de desbetreffende paragraaf.
Page 2 of 288
25
Display(s)
Het bedieningspaneel van het instrumentenpaneel van de Peugeot Connect 3D Nav
Met behulp van de toetsen kunnen:
- bij stilstaande auto , de uitrusting
van de auto en de parameters van
het display (taal, eenheden) worden
ingesteld,
- bij rijdende auto , de actieve functies
achtereenvolgend worden weergege-
ven (boordcomputer, navigatie...). Bediening
U beschikt over vier toetsen om het
grote display 16x9 van het instrumen-
tenpaneel te bedienen:
1. toegang tot het algemene menu, be-
vestigen van de keuze,
2. naar boven verplaatsen in het
menu,
3. naar beneden verplaatsen in het
menu,
4. terugkeren naar het vorige scherm,
het menu verlaten.
A. Snelheidsbegrenzer
of
Snelheidsregelaar.
(km/h of mph)
B. Dagteller.
(km of miles)
C. Onderhoudsindicator.
(km of miles) of,
Motorolieniveaumeter.
of
Kilometerteller.
(km of miles)
D. Gestuurde handgeschakelde
6-versnellingsbak of automati-
sche transmissie.
E. Waarschuwings- en statusmeldin-
gen van functies, boordcomputer,
navigatieberichten (GPS), menu's
(met Peugeot Connect 3D Nav).
Page 3 of 288
26
Parameters van de auto
In dit menu kunt u bepaalde functies ten
behoeve van het rijden en het comfort
inschakelen:
- inschakelen van de ruitenwisser achter als de achteruitversnelling
wordt ingeschakeld (zie hoofdstuk
"Zicht"),
- selectieve ontgrendeling (zie hoofd- stuk "Openen"),
- follow-me-home en instapverlichting (zie hoofdstuk "Zicht"),
- sfeerverlichting (zie hoofdstuk "Zicht"),
- verlichting overdag (zie hoofdstuk "Zicht"),
-
bochtverlichting (zie hoofdstuk "Zicht"), - automatische of handbediende handrem (zie hoofdstuk "Rijden").
Keuze van de eenheden
In dit menu kunt u de eenheden kiezen:
temperatuur (°Celsius of °Fahrenheit)
en verbruik (l/100 km, mpg of km/l).
Taalkeuze
In dit menu kunt u de weergave van de
taal kiezen: Deutsch, English, Espanol,
Français, Italiano, Nederlands, Portugues,
Türkçe * .
Het algemene menu en de bij-
behorende functies zijn uitslui-
tend toegankelijk bij stilstaande
auto, via de toetsen 1 tot en met 4 .
Boven een bepaalde snelheid ver-
schijnt een melding op het display
die aangeeft dat toegang tot het al-
gemene menu onmogelijk is.
De weergave van de boordcomputer
is uitsluitend toegankelijk bij rijdende
auto, via de toetsen 2 en 3 (zie para-
graaf "Boordcomputer").
Algemeen menu
Druk op toets 1 voor toegang tot het
algemene menu en om één van de
volgende functies te kiezen:
- "Parameters van de auto",
- "Taalkeuze",
- "Keuze van de eenheden".
Druk op toets 2 of 3 om op het
scherm te verplaatsen.
Druk opnieuw op toets 1 om de keu-
ze te bevestigen.
* Volgens land van bestemming.
VERKLIKKERLAMPJES
De verklikkerlampjes geven de bestuur-
der informatie over de werking van een
systeem (ingeschakeld of uitgescha-
keld) of waarschuwen de bestuurder in
het geval van een storing (waarschu-
wingslampje).
Bij het aanzetten van het contact
Als het contact wordt aangezet, gaan
sommige waarschuwingslampjes en-
kele seconden branden.
Zodra de motor wordt gestart, moeten
deze lampjes weer uitgaan.
Als het lampje blijft branden, controleer
dan voordat u gaat rijden welke functie
het betreft.
Bijbehorende waarschuwingen
Sommige verklikkerlampjes kunnen
gaan branden in combinatie met een
geluidssignaal en een melding op het
multifunctionele display of op het dis-
play van het instrumentenpaneel. Verklikkerlampjes kunnen con-
stant branden of knipperen.
Een aantal verklikkerlampjes
heeft beide mogelijkheden. Of het
constant branden of knipperen van
een verklikkerlampje duidt op een
storing, is afhankelijk van de wer-
kingsfase van de auto.
Page 4 of 288
26
Parameters van de auto
In dit menu kunt u bepaalde functies ten
behoeve van het rijden en het comfort
inschakelen:
- inschakelen van de ruitenwisser achter als de achteruitversnelling
wordt ingeschakeld (zie hoofdstuk
"Zicht"),
- selectieve ontgrendeling (zie hoofd- stuk "Openen"),
- follow-me-home en instapverlichting (zie hoofdstuk "Zicht"),
- sfeerverlichting (zie hoofdstuk "Zicht"),
- verlichting overdag (zie hoofdstuk "Zicht"),
-
bochtverlichting (zie hoofdstuk "Zicht"), - automatische of handbediende handrem (zie hoofdstuk "Rijden").
Keuze van de eenheden
In dit menu kunt u de eenheden kiezen:
temperatuur (°Celsius of °Fahrenheit)
en verbruik (l/100 km, mpg of km/l).
Taalkeuze
In dit menu kunt u de weergave van de
taal kiezen: Deutsch, English, Espanol,
Français, Italiano, Nederlands, Portugues,
Türkçe * .
Het algemene menu en de bij-
behorende functies zijn uitslui-
tend toegankelijk bij stilstaande
auto, via de toetsen 1 tot en met 4 .
Boven een bepaalde snelheid ver-
schijnt een melding op het display
die aangeeft dat toegang tot het al-
gemene menu onmogelijk is.
De weergave van de boordcomputer
is uitsluitend toegankelijk bij rijdende
auto, via de toetsen 2 en 3 (zie para-
graaf "Boordcomputer").
Algemeen menu
Druk op toets 1 voor toegang tot het
algemene menu en om één van de
volgende functies te kiezen:
- "Parameters van de auto",
- "Taalkeuze",
- "Keuze van de eenheden".
Druk op toets 2 of 3 om op het
scherm te verplaatsen.
Druk opnieuw op toets 1 om de keu-
ze te bevestigen.
* Volgens land van bestemming.
VERKLIKKERLAMPJES
De verklikkerlampjes geven de bestuur-
der informatie over de werking van een
systeem (ingeschakeld of uitgescha-
keld) of waarschuwen de bestuurder in
het geval van een storing (waarschu-
wingslampje).
Bij het aanzetten van het contact
Als het contact wordt aangezet, gaan
sommige waarschuwingslampjes en-
kele seconden branden.
Zodra de motor wordt gestart, moeten
deze lampjes weer uitgaan.
Als het lampje blijft branden, controleer
dan voordat u gaat rijden welke functie
het betreft.
Bijbehorende waarschuwingen
Sommige verklikkerlampjes kunnen
gaan branden in combinatie met een
geluidssignaal en een melding op het
multifunctionele display of op het dis-
play van het instrumentenpaneel. Verklikkerlampjes kunnen con-
stant branden of knipperen.
Een aantal verklikkerlampjes
heeft beide mogelijkheden. Of het
constant branden of knipperen van
een verklikkerlampje duidt op een
storing, is afhankelijk van de wer-
kingsfase van de auto.
Page 5 of 288
27
Verklikkerlampjes
De volgende verklikkerlampjes geven aan dat de desbetreffende functie is ingeschakeld.
Verklikkerlampjes weergave Oorzaak Handelingen , opmerkingen
Richtingaanwijzer
links knippert, met
geluidssignaal Als u de lichtschakelaar
omlaag duwt.
Richtingaanwijzer rechts knippert, met
geluidssignaal Als u de lichtschakelaar
omhoog duwt.
Parkeerlichten blijft
branden De lichtschakelaar staat in
de stand "Parkeerlichten".
Draai de schakelaar in de gewenste stand.
Dimlicht blijft
branden De lichtschakelaar staat in
de stand "Dimlicht".
Draai de schakelaar in de gewenste stand.
Grootlicht blijft
branden Als u de lichtschakelaar naar
u toe trekt. Trek aan de lichtschakelaar om terug te
schakelen naar dimlicht.
Mistlampen
vóór blijft
branden De mistlampen vóór zijn
ingeschakeld. Draai de ring naar achteren om de mistlampen
vóór uit te schakelen.
Mistachterlichten blijft
branden De mistachterlichten zijn
ingeschakeld. Draai de ring naar achteren om het
mistachterlicht uit te schakelen.
Page 6 of 288
28
Verklikkerlampjes weergave Oorzaak Handelingen , opmerkingen
Voorgloeien
dieselmotor blijft
branden Het contactslot staat in de
stand ON. Wacht met starten tot het verklikkerlampje is
gedoofd.
De wachttijd is afhankelijk van de
weersomstandigheden.
Elektrische
parkeerrem blijft
branden De elektrische parkeerrem is
aangetrokken. Zet de elektrische parkeerrem vrij zodat
verklikkerlampje uitgaat: trap het rempedaal in en
trek aan de hendel van de elektrische parkeerrem.
Houd u aan de veiligheidsvoorschriften.
Raadpleeg het hoofdstuk "Rijden" voor meer
informatie over de elektrische parkeerrem.
Uitschakeling
van de
automatische werking van
de elektrische parkeerrem blijft
branden De functies "automatisch
aantrekken" (bij het
afzetten van de motor) en
"automatisch ontgrendelen"
zijn uitgeschakeld of werken
niet. A c t i v e e r d e f u n c t i e v i a h e t c o n fi g u r a t i e m e n u v a n
de auto of raadpleeg het PEUGEOT-netwerk.
Voet op het
rempedaal blijft
branden Het rempedaal moet worden
ingetrapt.
Houd bij het starten van de motor het rempedaal
ingetrapt bij auto's met gestuurde handgeschakelde
zesversnellingsbak (selectiehendel in de stand P) o
f
automatische transmissie (selectiehendel in de stan d N).
Wanneer u de handrem probeert vrij te zetten zonde r
het rempedaal in te trappen, blijft dit verklikkerl ampje
branden.
knippert Wanneer u bij een auto met
gestuurde handgeschakelde
versnellingsbak de auto te lang
stil houdt op een helling met
behulp van het gaspedaal,
raakt de koppeling oververhit. Gebruik het rempedaal en/of de elektrisch
bediende handrem.
Page 7 of 288
29
Verklikkerlampjes uitschakeling
Als één van de onderstaande verklikkerlampjes brandt, betekent dit dat de desbetreffende functie bewust is uitgeschakeld.
Verklikkerlampjes weergave Oorzaak Handelingen, opmerkingen
Passagiersairbag blijft
branden. De schakelaar in het
dashboardkastje staat in de
stand OFF.
De passagiersairbag is
uitgeschakeld. Zet de schakelaar in de stand ON om de
passagiersairbag in te schakelen.
De passagiersairbag wordt automatisch
ingeschakeld als de motor wordt gestart.
Dynamische
stabiliteitscontrole (ESP/ASR) blijft
branden. De knop (links onder op
het dashboard) of de
draaiknop van de "Grip
control" is geactiveerd.
Het bijbehorende
verklikkerlampje brandt.
De functie ESP/ASR is
uitgeschakeld.
ESP: dynamische
stabiliteitscontrole.
ASR: antispinregeling. Druk op de knop om de functie ESP/ASR te
activeren of zet de draaiknop "Grip control" op
ESP. Het verklikkerlampje dooft.
Het systeem wordt automatisch opnieuw
ingeschakeld bij snelheden hoger dan ongeveer
50 km/h.
De functie ESP/ASR wordt automatisch
ingeschakeld als de motor wordt gestart.
Page 8 of 288
30
Waarschuwingslampjes
Als bij draaiende motor of tijdens het rijden een van de volgende verklikkerlampjes gaat branden, wijst dit op een storing in
het desbetreffende systeem en moet de bestuurder actie onderneme n.
Lees in het geval van een storing waarbij een waarschuwingsl ampje gaat branden de aanvullende informatie, die via een
melding op het multifunctionele display wordt weergegeven.
Raadpleeg indien nodig het PEUGEOT-netwerk.
Verklikkerlampje status Oorzaak Oplossing, opmerkingen
STOP brandt continu
in combinatie
met een ander
verklikkerlampje en een melding op het scherm.
Dit verklikkerlampje brandt bij een
lekke band of een storing met
betrekking tot het remsysteem,
de stuurbekrachtiging,
de motoroliedruk of de
koelvloeistoftemperatuur. Zet de auto zo snel mogelijk stil op een
veilige plaats.
Zet het contact af en neem contact op
met het PEUGEOT-netwerk.
Service brandt tijdelijk.
Er is een kleine storing
opgetreden waarbij geen
s p e c i fi e k v e r k l i k k e r l a m p j e
gaat branden. I d e n t i fi c e e r d e s t o r i n g m e t b e h u l p v a n d e
melding op het display en controleer:
- of alle portieren, de achterklep en
motorkap gesloten zijn,
- het motorolieniveau,
- het niveau van de ruitensproeiervloeistof,
- de batterij van de afstandsbediening,
- de bandenspanning,
- o f h e t r o e t fi l t e r n i e t i s v e r v u i l d (diesel).
Raadpleeg in andere gevallen het
PEUGEOT-netwerk.
blijft branden. Er is een ernstige storing
opgetreden waarbij geen
s p e c i fi e k v e r k l i k k e r l a m p j e
gaat branden. I d e n t i fi c e e r d e s t o r i n g m e t b e h u l p v a n d e
melding op het display en raadpleeg het
PEUGEOT-netwerk.
Elektrische
parkeerrem knippert. De elektrische parkeerrem
wordt niet automatisch
aangetrokken. Zet de auto zo snel mogelijk stil op een
veilige plaats.
Parkeer de auto op een horizonale
ondergrond, zet het contact af en
raadpleeg hetPEUGEOT-netwerk.
Page 9 of 288
31
Verklikkerlampje status Oorzaak Oplossing, opmerkingen
+ Storing
elektrische
parkeerrem blijft branden.
Er is een storing in de
elektrische parkeerrem. Raadpleeg zo snel mogelijk het
PEUGEOT-netwerk.
De rem kan handmatig worden losgezet.
Raadpleeg voor meer informatie over
de elektrische parkeerrem het hoofdstuk
"Rijden".
Remsysteem blijft branden.
Het remvloeistofniveau is te
laag. Vul het niveau bij met een vloeistof
voorzien van een artikelnummer van
PEUGEOT.
+
brandt continu, in
combinatie met het
verklikkerlampje storing
in de elektrisch bediende handrem terwijl deze niet is aangetrokken.
Er is een storing in het
remsysteem. Zet de auto zo snel mogelijk stil op een
veilige plaats.
Parkeer de auto, zet het contact af en
raadpleeg het PEUGEOT-netwerk.
+ blijft branden, in
combinatie met het
verklikkerlampje ABS. Er is een storing in
de elektronische
remdrukregelaar (REF).
Antiblokkeersysteem
(ABS) blijft branden. Er is een storing in het
antiblokkeersysteem. De normale remwerking blijft behouden,
echter zonder bekrachtiging.
Rijd voorzichtig met lage snelheid
en raadpleeg zo snel mogelijk het
PEUGEOT-netwerk.
Dynamische
stabiliteitscontrole (ESP/ASR)
knippert. De ESP/ASR-regeling is
actief. Deze functie verbetert de aandrijving en
zorgt voor een betere koersstabiliteit.
blijft branden. Storing in de ESP/ASR-
regeling, tenzij deze is
uitgeschakeld en het lampje
op de knop brandt. Controleer de bandenspanning.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk.
Page 10 of 288
32
Verklikkerlampje status Oorzaak Oplossing, opmerkingen
Zelfdiagnose motor blijft branden.
Er is een storing in de
emissieregeling. Het verklikkerlampje moet doven als de
motor wordt gestart.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk als
dit niet het geval is.
knippert. Er is een storing in het
motormanagementsysteem.
Risico op beschadiging van
de katalysator. Zet de auto zo snel mogelijk stil op een
veilige plaats.
Parkeer de auto, zet het contact af en
raadpleeg het PEUGEOT-netwerk.
Brandstofniveau
laag blijft branden en de wijzer staat in het rode gedeelte. Er zit nog ongeveer 5 liter
brandstof in de tank. Afhankelijk van uw rijstlijl en de
motoruitvoering, kunt u nog ongeveer
50 km. rijden
Tank bij de eerstvolgende gelegenheid. De
inhoud van de tank bedraagt circa
60 liter.
Rijd nooit door tot de tank helemaal leeg is,
hierdoor kunnen het emissieregelsysteem
en het injectiesysteem beschadigd raken.
Koelvloeistoftemperatuur blijft branden en de wijzer staat in het rode gedeelte. De temperatuur in het
koelsysteem is te hoog. Zet de auto zo snel mogelijk stil op een
veilige plaats.
Wacht met het eventueel bijvullen van de
koelvloeistof tot de motor is afgekoeld.
Als het probleem zich blijft voordoen,
zet dan het contact af en raadpleeg het
PEUGEOT-netwerk.
Motoroliedruk blijft branden. Er is een storing in de
motorsmering. Zet de auto zo snel mogelijk stil op een
veilige plaats.
Parkeer de auto, zet het contact af en
raadpleeg het PEUGEOT-netwerk.
Laadstroom accu blijft branden.
Er is een storing in het
laadstroomcircuit van de accu
(vervuilde of losgeraakte
accuklemmen, aandrijfriem dynamo
ontspannen of gebroken ...). Het verklikkerlampje moet doven als de
motor wordt gestart.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk als
dit niet het geval is.