Peugeot 307 Break 2002 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2002, Model line: 307 Break, Model: Peugeot 307 Break 2002Pages: 128, PDF Size: 2.64 MB
Page 31 of 128
Display op het instrumentenpaneel Dit heeft na het aanzetten van het contact, 3 verschillende functies:
- onderhoudsintervalindicator (zie het desbetreffende hoofdstuk),
- motorolieniveaumeter,- kilometerteller (totale kilometerstand en dagteller). Opmerking:de totale kilometerstand en de dagteller worden gedurende dertig
seconden na het uitzetten van het contact, bij het openen van het bestuurders- portier en bij het vergrendelen en ontgrendelen van de auto weergegeven. Motorolieniveaumeter Bij het aanzetten van het contact, wordt de onderhoudsintervalindicator enkele seconden weergegeven en vervolgens gedurende ongeveer 10 seconden hetmotorolieniveau.
Maximum
Controleer het olieniveau met de peilstok. Te veel olie kan leiden
tot motorschade. Als inderdaad blijkt dat het oliepeil te hoog is,
neem dan zo spoedig mogelijk contact op met een PEUGEOT-servicepunt. Minimum Controleer het olieniveau met de peilstok en vul zonodig olie bij. De aanwijzing is alleen betrouwbaar als de auto op een vlakke,horizontale ondergrond staat en de motor minstens 10 minutenniet heeft gedraaid. Defecte motorolieniveaumeter Als het (vierkante) symbool knippert, geeft dit een defect aan de motorolieniveaumeter aan. Er bestaat grote kans op ernstigemotorschade.
Raadpleeg een PEUGEOT-servicepunt. Dimmer dashboard- verlichting Druk, tijdens het branden van de ver-lichting, op de knopom de sterkte van dedashboardverlichtingen de lichtsterkte van
het multifunctionele display te veran-
deren. Als de verlichting de zwakste(of felste) stand heeft bereikt, laatdan de knop los en druk deze ver-volgens opnieuw in om de verlichtingweer feller (of zwakker) te maken. Laat de knop los zodra de gewenste lichtsterkte is bereikt.
Nulstellingdagteller Druk, terwijl het contact aan is, deknop in.
CONTROLE TIJDENS HET RIJDEN
34
Page 32 of 128
MULTIFUNCTIONEEL DISPLAY Monochroom display B Dit kan de volgende informatie weer- geven:
- de tijd,
- de datum,
- de buitentemperatuur (het sym-bool ¡C knippert bij kans op glad- heid),
- informatie van de autoradio,
- controle op geopende portieren.(portier, achterklep of motorkap),
- waarschuwingen (bijv.: "accula- ding niet in orde") of berichten
(bijv.: "airbag passagier uitgescha-keld") die tijdelijk worden weerge-geven, kunnen worden gewist doorop de knop 1of 2te drukken,
- de boordcomputer*.
* Volgens uitvoering.
UW 307 IN DETAIL 35
Instellen van parameters Druk de knop
1in en houd deze gedurende 2 seconden ingedrukt.
Vervolgens kunnen door het indrukken van de knop 1de verschillende parame-
ters geselecteerd worden:
- de taal,
- de snelheidseenheden (km of mijl),
- de temperatuureenheden (graden Celsius of Fahrenheit),
- de tijdsaanduiding (in 12 of 24 uur),
- de uren,
- de minuten,
- het jaar,
- de maand,
- de dag. Door het indrukken van de knop 2kan de geselecteerde parameter worden gewij-
zigd. Houd de knop ingedrukt om de gegevens in een hoger tempo in te stellen.Als de knoppen gedurende 10 seconden niet wordt ingedrukt, geeft het display het vorige scherm weer en zijn de wijzigingen opgeslagen.
Page 33 of 128
DE AUTORADIO RB3
UW 307 IN DETAIL
36
Hendel Functie
1- Indrukken (achterzijde) Volume verhogen.
2 - Indrukken (achterzijde) Volume verlagen.
1+2 -
Gelijktijdig indrukkenGeluid onderbreken (mute); geluid keert terug door indrukken van een willekeurige toets.
3 - Indrukken Automatisch zoeken naar zenders in oplopende frequentie (radio) -
Volgende nummer selecteren (CD).
4 - Indrukken Automatisch zoeken naar zenders in aflopende frequentie (radio) -
Vorige nummer selecteren (CD).
5 -
Op het uiteinde drukkenWijzigen van de geluidsbron (radio/cassette/CD-wisselaar).
6 - Draaien (rechtsom) Selecteren van volgende opgeslagen zender (radio) -
Selecteren van volgende CD.
7 - Draaien (linksom) Selecteren van vorige opgeslagen zender (radio) -
Selecteren van vorige CD.
Page 34 of 128
UW 307 IN DETAIL37
Toets Functie
A RDS RDS-functie AAN/UIT. Langer dan 2 seconden indrukken: aan-/uitzetten van de regionale functie.
BT AVoorrang voor verkeersinformatie AAN/UIT.
C Lang indrukken: snel terugspoelen van cassette.
D Lang indrukken: snel vooruitspoelen van cassette.
C+D j
j k
k
Kort indrukken: omkeren afspeelrichting van de cassette.
j
j j
j k
k k
k
Lang indrukken: uitwerpen van de cassette.
E Bassen/hoge tonen hoger instellen.
F Bassen/hoge tonen lager instellen.
G Instelling van bassen, hoge tonen, loudness, balans en automatische volumeregeling.
H SRC Selecteren van radiofunctie: radio, cassette of CD-wisselaar.Langer dan 2 seconden indrukken: in willekeurige volgorde afspelen CD.
I kk Handmatig en automatisch zoeken van zenders in oplopende frequentie.
Volgende nummer van CD selecteren en selecteren volgende PTY (radio).
J jj Handmatig en automatisch zoeken van zenders in aflopende frequentie.
Vorige nummer van CD selecteren en selecteren vorige PTY (radio).
K MAN Handmatige/automatische functie van de toetsen Ien Jvoor de radio.
L BND Selectie van het golfbereik FM1, FM2, FMast, AM.
AST Langer dan 2 seconden indrukken: automatisch opslaan van voorkeuzezenders (autostore).
M AAN/UIT-schakelaar radio. N Ð
Verlagen van volume.
O +Verhogen van volume.
1 t/m 6 123456 Selectie van een opgeslagen zender.
Langer dan 2 seconden indrukken: opslaan van een zender.
1 t/m 5 123456 Selecteren van CD in CD-wisselaar.
Page 35 of 128
ALGEMENE FUNCTIESAan / uit
Druk, als het contact AAN is of in de stand ACCESSOIRES staat, op de knop Mom de radio aan of uit te
schakelen. De radio kan gedurende 30 minuten werken zonder dat het contact aanstaat.
Diefstalbeveiliging De radio is zodanig gecodeerd dat deze alleen in uw auto functioneert. Het heeft geen enkele zin de radio in een andere auto te monteren. De diefstalbeveiliging is volledig automatisch en behoeft daarom niet te worden ingeschakeld of ingesteld.
REGELING VAN HET VOLUME Druk herhaaldelijk op de toets Oom het volume te verhogen en op de toets Nom het te verlagen.
Druk lang op de toets Oof Nom het volume sneller te verhogen resp. te verlagen.
AUDIO-INSTELLINGEN Druk herhaaldelijk op de toets Gom achtereenvolgens de bassen (BASS), de hoge tonen (TREB), de loud-
ness-functie (LOUD), de fader (FAD), de balans (BAL)en de automatische aanpassing van het volume te
kiezen. Deze functie wordt automatisch weer uitgeschakeld als er geen instellingen gewijzigd worden of door de toets G na het bereiken van de functie voor de automatische aanpassing van het volume nogmaals in te drukken.
Opmerking: De instellingen voor de bassen en hoge tonen zijn gekoppeld aan de op dat moment inges-
chakelde geluidsbron. Zo kan de toonhoogte voor de radio, cassette (RB3), CD (RD3) of CD-wisselaar ver-
schillend worden ingesteld.
UW 307 IN DETAIL
40
Page 36 of 128
BassenDruk, als er "BASS"op het display wordt weergegeven, op de toets Eof Fom de bassen in te stellen.
- "BASS _9" minimum instelling bassen,
- "BASS 0" normale stand,
- "BASS +9" maximum instelling bassen.
Toonregeling Druk, als er "TREB" op het display wordt weergegeven, op de toets Eof Fom de hoge tonen in te stellen.
- "TREB _9" minimum instelling hoge tonen,
- "TREB 0" normale stand,
- "TREB +9" maximum instelling hoge tonen.
Loudness-functie Met deze functie kunnen de bassen en hoge tonen versterkt worden. Druk op de toetsen Eof Fom de functie in- of uit te schakelen.
Faderregeling Druk, als er "FAD" op het display wordt weergegeven, op de toets Eof F.
Met de toets Ewordt het volume v——r versterkt.
Met de toets Fwordt het volume achter versterkt.
BalansregelingDruk, als er "BAL"op het display wordt weergegeven, op de toets Eof F.
Met de toets Ewordt het volume rechts versterkt.
Met de toets Fwordt het volume links versterkt.
Automatische volumeregeling Met deze functie wordt het volume automatisch aangepast aan het geluidsniveau ten gevolge van de snelheid van de auto. Druk op de toets Eof Fom de functie in- of uit te schakelen.
UW 307 IN DETAIL 41
Page 37 of 128
RADIOFUNCTIE Opmerkingen over de radio-ontvangst De ontvangst van uw autoradio wijkt af van de ontvangst van uw radio thuis. De ontvangst van langegolf, middengolf en FM- zenders (frequentiemodulatie) kan door diverse oorzaken worden gestoord. Dit ligt niet aan de kwaliteit van het apparaat,maar aan de opbouw van de radiosignalen en de wijze van verzenden.
Bij AM-zenders kunnen er storingen optreden als er onder hoogspanningskabels , in tunnels of onder viaducten wordt gereden.
Bij FM-zenders kunnen de afstand van de zender, de reflectie van het signaal door grote obstakels (bergen, gebouwen, enz.)en het zenderbereik oorzaak zijn van een mindere ontvangst. Selecteren van de radiofunctie Autoradio RB3: druk herhaaldelijk op de toets "SRC".
Autoradio RD3: druk op de toets P.
Selecteren van het golfbereik Autoradio RB3: druk kort op de toets "BND/AST"om de golflengte FM1, FM2, FMast of AM te kiezen.
Autoradio RD3: druk kort op de toets Pom de golflengte FM1, FM2, FMast of AM te kiezen.
Automatisch afstemmen Druk kort op ŽŽn van de toetsen Iof Jom respectievelijk de volgende of vorige zender te selec-
teren. Als deze toets wordt vastgehouden, blijft de radio in de gekozen volgorde frequenties afzoeken. De radio stopt bij de eerste zender die na het loslaten van de toets wordt gevonden.Als de functie TAis ingeschakeld, wordt alleen afgestemd op zenders die verkeersinformatie uitzenden.
Eerst worden de sterkste zenders afgezocht in de stand "LO". Daarna wordt in de stand "DX"ook naar zwakkere zenders
gezocht.Druk twee keer kort op de toets Iof Jom direct in de stand "DX"op de zwakkere zenders af te kunnen stemmen.
UW 307 IN DETAIL
42
Page 38 of 128
Handmatig afstemmen Druk op de toets "MAN".
Druk kort op de toets I of Jom respectievelijk de volgende of volgende zender te selecteren.
Als deze toets wordt vastgehouden, blijft de radio in de gekozen volgorde frequenties afzoeken. Het zoeken stopt zodra de toets wordt losgelaten. Als de toets "MAN"opnieuw wordt ingedrukt, wordt teruggekeerd naar het automatisch afstemmen op een zender.
Handmatig opslaan van zenders Kies het gewenste station. Houd ŽŽn van de voorkeuzetoetsen "1"t/m "6" langer dan twee seconden ingedrukt.
Het geluid valt weg en keert weer terug: de desbetreffende zender is nu opgeslagen. Automatisch opslaan van FM-zenders (autostore)
Autoradio RB3: houd de toets "BND/AST"meer dan twee seconden ingedrukt.
Autoradio RD3: houd de toets Pmeer dan twee seconden ingedrukt.
De autoradio slaat automatisch de 6 FM-zenders op. Deze zenders worden op de Fmast-band opgeslagen.
Als er minder dan 6 zenders worden gevonden, blijven de resterende geheugens ongewijzigd.Oproepen van opgeslagen zenders
Telkens als een van de toetsen "1"t/m "6" wordt ingedrukt, wordt de desbetreffende zender weergegeven.
UW 307 IN DETAIL 43
Page 39 of 128
RDS Gebruik van RDS-functie (Radio Data Systeem) op FM De RDS -functie biedt de mogelijkheid om naar een zender te luisteren, ongeacht de verschillende frequenties die voor deze
zender gebruikt worden in de diverse regio's.
Druk kort op de toets "RDS" om de functie in of uit te schakelen.
Op het multifunctionele display verschijnt: - "RDS" als deze functie is ingeschakeld,
- "(RDS)" als deze functie wel ingeschakeld, maar niet beschikbaar is.
Volgen van RDS-zenders
Op het display wordt de naam van de zender aangegeven. Als de RDS-functie is ingeschakeld, zoekt de radio steeds de sterkste zender die hetzelfde programma uitzendt.
Verkeersinformatie Druk op de toets "TA" om deze functie in of uit te schakelen.
Op het display verschijnt: - "TA" als deze functie is ingeschakeld,
- "(TA)" als deze functie wel ingeschakeld, maar niet beschikbaar is.
Als deze functie is ingeschakeld, wordt de geluidsbron die op dat moment te horen is (radio, cassette, CD of CD-wisselaar) onderbroken om voorrang te verlenen aan de ontvangen verkeersinformatie. Druk op de toets "TA"om de verkeersinformatie te onderbreken; de functie is dan uitgeschakeld.
N.B.: Het volume van de verkeersinformatie is onafhankelijk van het normale volume van de radio. U kunt dit instellen met de volumeknop. De instelling wordt opgeslagen en gebruikt bij volgende berichten.
Regionale functie (REG) Sommige gekoppelde zenders zenden op bepaalde tijdstippen op dezelfde frequentie verschillende, regionale programma's uit. Met deze functie kan een regionaal programma worden beluisterd. Houd hiervoor de toets "RDS"langer dan twee seconden ingedrukt om deze functie in of uit te schakelen.
UW 307 IN DETAIL
44
Page 40 of 128
CASSETTESPELER: AUTORADIO RB3 Selecteren van de cassettespelerZodra een cassette in de cassettespeler wordt gestoken, zal automatisch worden begonnen met afspelen van deze cassette. Als er al een cassette in de speler zit, druk dan herhaaldelijk op de toets "SRC"totdat de cassettespeler is
geselecteerd.
Opmerking: Controleer voor het insteken van een cassette of de magneetband goed is gespannen.
Uitwerpen van de cassette Druk de 2 toetsen Cen Dgeheel in om de cassette uit de cassettespeler te werpen.
Afspeelrichting De cassettespeler speelt beide zijden van de band na elkaar af door aan het eind van de band de afspeelrichting automa- tisch om te keren. Druk de toetsen Cen Dhalf in om handmatig de afspeelrichting van de cassette om te keren.
Snel vooruit en terugspoelen Druk ŽŽn van de toetsen Cof Dgeheel in om de cassette snel vooruit of terug te spoelen. Na het spoelen tot het eind zal
het apparaat de zijde die daar begint afspelen. Aanwijzingen voor het gebruik van de cassettespeler - Gebruik alleen cassettes van goede kwaliteit. - Gebruik geen cassettes met een langere speelduur dan 90 minuten.- Leg de cassettes niet op een warme plaats en/of in de zon.- Zorg ervoor dat het bandje is gespannen voordat de cassette in de speler wordt geplaatst.- Reinig de koppen regelmatig met een reinigingsbandje met vloeistof.
UW 307 IN DETAIL
46