Peugeot 307 SW 2002 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2002, Model line: 307 SW, Model: Peugeot 307 SW 2002Pages: 137, PDF Size: 1.5 MB
Page 71 of 137

SLEUTELS Met behulp van de sleutel kunnen de voorportieren, de tankdop en hetdashboardkastje vergrendeld of ont-grendeld worden, kan de passagiers-airbag worden uitgeschakeld enwordt het contactslot bediend. Centrale vergrendeling Met behulp van de sleutel in het slot van het bestuurdersportier kunnen deportieren en de achterklep gelijktijdigvergrendeld of ontgrendeld worden,kan de supervergrendeling wordenbediend en kunnen de buitenspiegelsworden ingeklapt. Als ŽŽn van de portieren of de achter- klep geopend is, werkt de centrale ver-grendeling niet. Dit wordt aangegevendoor een geluidssignaal als wordtgeprobeerd te vergrendelen met deafstandsbediening.
Met de afstandsbediening kunnendezelfde functies worden uitgevoerd.
Afstandsbediening
Vergrendelen Druk op de knop Aom de auto te
vergrendelen. Het vergrendelen wordt bevestigd door het gedurende ongeveer tweeseconden branden van de richting-aanwijzers. Opmerking: door lang op de knop A
te drukken, worden niet alleen de portieren en de achterklep vergren-deld, maar worden ook automatischde ruiten gesloten. Auto's met supervergrendeling Let op: de supervergrendeling blok-
keert het van binnenuit en van buitenaf openen van de portieren. Door ŽŽn keer op de knop Ate druk-
ken wordt de supervergrendeling ingeschakeld. Dit wordt bevestigd door het gedurende ongeveer twee seconden branden vande richtingaanwijzers. Opmerking: door lang op de knop Ate
drukken wordt niet alleen de superver- grendeling ingeschakeld, maar wordenook automatisch de ruiten gesloten. Door binnen vijf seconden na het inschakelen van de supervergrendelingnogmaals op de toets Ate drukken
wordt de normale vergrendeling weeringeschakeld. Dit wordt bevestigd door het gedurende ongeveer twee seconden branden vande richtingaanwijzers. Ontgrendelen Druk op de knop
Bom de auto te
ontgrendelen. Dit wordt bevestigd door het snel knipperen van de richtingaanwijzers. Opmerking: als de auto is vergren-
deld en per ongeluk wordt ontgren- deld zonder dat binnen 30 secondeneen van de portieren wordt geopend,wordt de auto automatisch weer ver-grendeld.
Lokaliseren van de auto Om de eerder vergrendelde auto te lokaliseren op een parkeerplaats: druk op de knop A, de plafon-
niers gaan branden en de knip- perlichten knipperen gedurendeenkele seconden.
UW 307 SW IN DETAIL
70
Page 72 of 137

Codekaart Op deze kaart staat de identificatie-
code die uw PEUGEOT-servicepuntnodig heeft bij werkzaamheden aande startblokkering. De code is afge-dekt, verwijder de film alleen als ditstrikt noodzakelijk is. Bewaar de codekaart op een veili- ge plaats buiten de auto.
Waarschuwingssignaal sleutel Als het bestuurdersportier wordt geo- pend terwijl de sleutel nog in hetcontact steekt, klinkt er een geluids-signaal.Batterij van afstandsbediening vervangen Als de batterij leeg is, verschijnt in com- binatie met een geluidssignaal de mel-ding
"Batterij afstandsbediening
leeg" op het multifunctionele display.
Neem de schroef los en wip het huismet een muntstuk bij het oog los om debatterij te vervangen (CR 2016/3 V). Als de afstandsbediening na het ver- vangen van de batterij niet werkt, moetdeze opnieuw geprogrammeerd wor-den. Herprogrammeren van de afstandsbediening Zet het contact uit.
Zet het contact weer aan.
Druk meteen op de knop A.
Zet het contact uit en verwijder de sleutel uit het contactslot. Deafstandsbediening werkt nu
weer.
UW 307 SW IN DETAIL 71
ELEKTRONISCHE
STARTBLOKKERING Deze diefstalbeveiliging blokkeert het motormanagementsysteemzodra het contact wordt afgezet envoorkomt zo het starten van demotor bij een inbraak. In de sleutel is een chip aangebracht die over een specifieke code bes-chikt. Bij het aanzetten van hetcontact moet de code van de sleutelworden herkend door de startblok-kering, waarna de motor gestart kanworden. Bij een storing in het systeem
zal,
als het contact wordt aangezet (2e stand van de sleutel), het verklikker-lampje van de centrale vergrende-lingsschakelaar op het middelstegedeelte van het dashboard snelgaan knipperen in combinatie meteen geluidssignaal en de melding"Storing elektronische startblok-kering" op het multifunctionele dis-
play. De auto kan dan niet gestart worden.Raadpleeg zo snel mogelijk een
PEUGEOT-servicepunt.
Page 73 of 137

Noteer de sleutelnummers zorgvuldig. De sleutelcode is als streepjescode aangegeven op het label bij de sleu-
tel. Een PEUGEOT-servicepunt kan bij verlies snel voor nieuwe sleutels zorgen. De radiografische afstandsbediening is een systeem met een groot bereik.Het is raadzaam om niet met de knop van de afstandsbediening te spelen om te voorkomen dat de portieren per
ongeluk ontgrendeld worden.De afstandsbediening kan niet functioneren als de sleutel in het contactslot zit, zelfs als het contact uitstaat, behalve voor het herprogrammeren. Schakel nooit de supervergrendeling in als er zich iemand in de auto bevindt.Neem uit veiligheidsoverwegingen (kinderen in de auto) de sleutel met afstandsbediening mee als u de auto verlaat, zelfs
al is dit voor korte duur. Druk nooit op de knoppen van uw afstandsbediening buiten het bereik van uw auto,de afstandsbediening kan dan onbruikbaar worden en moet opnieuw worden geprogrammeerd. Let er bij het aanschaffen van een tweedehands auto op dat: - u in het bezit bent van de codekaart;
- uw sleutels door een PEUGEOT-servicepunt in het elektronische geheugen worden opgeslagen, zodat u er zeker van kunt zijn dat de in uw bezit zijnde sleutels de enige zijn waarmee de auto kan worden gestart.
Breng geen wijzigingen aan in de elektronische startblokkering.
UW 307 SW IN DETAIL
72
Page 74 of 137

Codekaart Op deze kaart staat de identificatie-
code die uw PEUGEOT-servicepuntnodig heeft bij werkzaamheden aande startblokkering. De code is afge-dekt, verwijder de film alleen als ditstrikt noodzakelijk is. Bewaar de codekaart op een veili- ge plaats buiten de auto.
Waarschuwingssignaal sleutel Als het bestuurdersportier wordt geo- pend terwijl de sleutel nog in hetcontact steekt, klinkt er een geluids-signaal.Batterij van afstandsbediening vervangen Als de batterij leeg is, verschijnt in com- binatie met een geluidssignaal de mel-ding
"Batterij afstandsbediening
leeg" op het multifunctionele display.
Neem de schroef los en wip het huismet een muntstuk bij het oog los om debatterij te vervangen (CR 2016/3 V). Als de afstandsbediening na het ver- vangen van de batterij niet werkt, moetdeze opnieuw geprogrammeerd wor-den. Herprogrammeren van de afstandsbediening Zet het contact uit.
Zet het contact weer aan.
Druk meteen op de knop A.
Zet het contact uit en verwijder de sleutel uit het contactslot. Deafstandsbediening werkt nu
weer.
UW 307 SW IN DETAIL 71
ELEKTRONISCHE
STARTBLOKKERING Deze diefstalbeveiliging blokkeert het motormanagementsysteemzodra het contact wordt afgezet envoorkomt zo het starten van demotor bij een inbraak. In de sleutel is een chip aangebracht die over een specifieke code bes-chikt. Bij het aanzetten van hetcontact moet de code van de sleutelworden herkend door de startblok-kering, waarna de motor gestart kanworden. Bij een storing in het systeem
zal,
als het contact wordt aangezet (2e stand van de sleutel), het verklikker-lampje van de centrale vergrende-lingsschakelaar op het middelstegedeelte van het dashboard snelgaan knipperen in combinatie meteen geluidssignaal en de melding"Storing elektronische startblok-kering" op het multifunctionele dis-
play. De auto kan dan niet gestart worden.Raadpleeg zo snel mogelijk een
PEUGEOT-servicepunt.
Page 75 of 137

Noteer de sleutelnummers zorgvuldig. De sleutelcode is als streepjescode aangegeven op het label bij de sleu-
tel. Een PEUGEOT-servicepunt kan bij verlies snel voor nieuwe sleutels zorgen. De radiografische afstandsbediening is een systeem met een groot bereik.Het is raadzaam om niet met de knop van de afstandsbediening te spelen om te voorkomen dat de portieren per
ongeluk ontgrendeld worden.De afstandsbediening kan niet functioneren als de sleutel in het contactslot zit, zelfs als het contact uitstaat, behalve voor het herprogrammeren. Schakel nooit de supervergrendeling in als er zich iemand in de auto bevindt.Neem uit veiligheidsoverwegingen (kinderen in de auto) de sleutel met afstandsbediening mee als u de auto verlaat, zelfs
al is dit voor korte duur. Druk nooit op de knoppen van uw afstandsbediening buiten het bereik van uw auto,de afstandsbediening kan dan onbruikbaar worden en moet opnieuw worden geprogrammeerd. Let er bij het aanschaffen van een tweedehands auto op dat: - u in het bezit bent van de codekaart;
- uw sleutels door een PEUGEOT-servicepunt in het elektronische geheugen worden opgeslagen, zodat u er zeker van kunt zijn dat de in uw bezit zijnde sleutels de enige zijn waarmee de auto kan worden gestart.
Breng geen wijzigingen aan in de elektronische startblokkering.
UW 307 SW IN DETAIL
72
Page 76 of 137

ALARMSYSTEEM
Het alarmsysteem bestaat uit twee soorten beveiliging:
Ð de omtrekbeveiliging treedt in wer-
king als een portier, de bagageruimte of de motorkap wordt geopend.
Ð de interieurbeveiliging treedt in
werking als er beweging in het inte-rieur wordt waargenomen (brekenvan een ruit, iets of iemand in hetinterieur).
Inschakelen Zet het contact uit en verlaat de auto.
Schakel binnen vijf minuten na hetverlaten van de auto het alarmsys-teem in door de auto te vergrende-len of de supervergrendeling in teschakelen met behulp van deafstandsbediening (het lampje vande knop Azal ŽŽn keer per secon-
de knipperen).
Opmerking: als u de auto wilt vergren-
delen zonder het alarmsysteem in teschakelen, maak dan gebruik van desleutel.
Als het alarm afgaat, treedt de sirenein werking en knipperen de richting-aanwijzers gedurende dertig secon-den. Nadat het alarm is gestopt, wordt het opnieuw ingeschakeld. Let op: als het alarm tien keer ach-
ter elkaar is afgegaan, zal het bij de elfde keer worden uitgeschakeld. Opmerking: als het lampje van de
knop Asnel knippert, betekent dit dat
het alarm tijdens uw afwezigheid is afgegaan.
Uitschakelen Ontgrendel de auto met behulp van de afstandsbediening (het lampjevan de knop Agaat uit).
Opmerking: als het alarm tijdens uw
afwezigheid is afgegaan, zal hetlampje na het inschakelen van hetcontact niet meer knipperen. Alleen de omtrekbeveiliging inschakelen Schakel alleen de omtrekbeveiliging in als u tijdens uw afwezigheid eenruit een stukje open wilt laten of alser een huisdier in de auto achterblijft. Zet het contact af.
Druk binnen tien seconden op de knop Atotdat het lampje continu
blijft branden.
Verlaat de auto.
Schakel het alarmsysteem indoor de auto te vergrendelen ofde supervergrendeling in te scha-kelen met behulp van de afstand-sbediening (het lampje van deknop Azal ŽŽn keer per seconde
knipperen).
Opmerking: als het alarmsysteem is
ingeschakeld en de afstandsbedie-ning niet meer werkt: ontgrendel de portieren met de
sleutel en open het portier. Hetalarm zal afgaan.
zet binnen tien seconden hetcontact aan. Het alarm stopt.
Storing Als, bij het aanzetten van het contact, het lampje van de knop A
gedurende tien seconden gaat bran-den, duidt dit op een storing in deverbinding met de sirene.
Raadpleeg uw PEUGEOT-service- punt om het systeem te controleren. Automatisch inschakelen* Het alarmsysteem wordt twee minu- ten nadat het laatste portier of deachterklep is gesloten, automatischingeschakeld. Om het laten afgaan van het alarm bij het openen van een portier of deachterklep te voorkomen, moet nog-maals op de ontgrendelknop op deafstandsbediening worden gedrukt.
* Volgens land van bestemming.
UW 307 SW IN DETAIL 73
Page 77 of 137

PORTIEREN Openen van buitenaf Openen van binnenuit
Met de portiergreep van de voorportieren kunnen gelijktijdig ook de andere portierenen de achterklep worden ontgrendeld. Met de portiergreep van de achterportieren wordt daarentegen alleen het desbetref-fende portier ontgrendeld. Opmerking: De portieren kunnen niet met
de portiergrepen worden geopend op het moment dat de supervergrendeling isingeschakeld.
Vergrendelen/ontgrendelen van binnenuit Druk op de knop A.
Met deze knop kunnen de portieren en de achterklep worden vergren-deld en ontgrendeld. Opmerking: Op het moment dat de
supervergrendeling is ingeschakeld, kunnen de portieren niet worden ont-grendeld met knop A. Gebruik dan
de afstandsbediening om te ontgren-delen.
Waarschuwingsmelding "portier open" Als bij draaiende motor of tijdens het rijden een portier niet goed is geslo-ten, wordt u gedurende enkeleseconden gewaarschuwd door hetknipperen van het verklikkerlampjeverplicht stoppen "STOP"in combi-
natie met een geluidssignaal en het
desbetreffende pictogram op het
multifunctionele display. Kindersloten Beide achterportieren zijn voorzien van een kinderslot om het openenvan binnenuit te verhinderen.
Draai de knop een kwart omwen- teling met de contactsleutel.
UW 307 SW IN DETAIL
74
Page 78 of 137

BAGAGERUIMTE
Achterklep gelijktijdig met de portieren ver- of ontgrendelen De achterklep wordt vergrendeld of ont- grendeld met de afstandsbediening ofhet portierslot aan bestuurderszijde.
Trek om de achterklep te openen aan de handgreep Aen trek de achterklep open.
Opmerking: de achterklep wordt auto-
matisch vergrendeld zodra snellerwordt gereden dan 10 km/h en wordtweer ontgrendeld zodra een portierwordt geopend.
Waarschuwingsmelding "achterklep open" Als bij draaiende motor of tijdens het rij- den de achterklep niet goed gesloten is,wordt u gedurende enkele secondengewaarschuwd door het knipperen vanhet verklikkerlampje verplicht stoppen
STOP in combinatie met een geluidssig-
naal en het desbetreffende pictogram op
het multifunctionele display.
Noodbediening Hiermee kan bij een eventuele sto- ring in de centrale vergrendeling, deachterklep ontgrendeld worden.
- Klap de achterbank naar voren om bij het slot in de bagageruimte te komen,
- Steek een kleine schroevendraaier in de opening Avan het slot om de
achterklep te ontgrendelen. PANORAMADAK U heeft de beschikking over een panora- madak met getint glas en een elektrischbedienbaar zonnescherm. Hierdoor verbetert de lichtinval, het zicht en het
thermische comfort in het interieur. Openen:
druk op de zijde Avan de
schakelaar.Sluiten: druk op de zijde Bvan de
schakelaar.Handbediening: druk de schakelaar
iets in en laat hem los als het zonne- scherm in de gewenste stand staat. Automatisch: druk de schakelaar
helemaal in en het zonnescherm wordt automatisch volledig geopend ofgesloten. Druk nogmaals op de knopom het zonnescherm te stoppen. Beveiliging tegen beknellen Als het zonnescherm bij het sluiten tegen een obstakel stuit, stopt hetautomatisch en gaat het langzaamweer open.
UW 307 SW IN DETAIL 75
Page 79 of 137

MOTORKAP OPENEN Binnenzijde: Druk op de knop links
onder het dashboard. Buitenzijde: Druk de veiligheids-
haak omhoog en til de motorkap op. Motorkapsteun Bevestig de motorkapsteun om de motorkap geopend te houden. Plaats de motorkapsteun in de hou- der alvorens de motorkap te sluiten. Sluiten Laat de motorkap voorzichtig zakken en laat deze aan het einde van deslag in het slot vallen. Controleer ofde motorkap goed vergrendeld is.
Waarschuwingsmelding "motorkap open" Als bij draaiende motor of tijdens het rij- den de motorkap niet goed is gesloten, wordt u gewaarschuwd door hetknipperen van het verklikkerlampjeverplicht stoppen
"STOP"in combi-
natie met een geluidssignaal en het
desbetreffende pictogram op hetmultifunctionele display
.
BRANDSTOF TANKEN
Te laag brandstofniveau
Als het brandstofniveau te laag is, gaat dit verk-likkerlampje branden.
U kunt nog ongeveer 50 km met de reste-rende hoeveelheid brandstof rijden.
Als het verklikkerlampje knippert,geeft dit aan dat de brandstofmeterniet werkt.
Raadpleeg een PEUGEOT-servicepunt.Het tanken dient met afgezette
motor te geschieden.
Open de brandstofvulklep.
Steek de sleutel in het slot en draai deze linksom.
Trek de tankdop uit de vulope-ning en bevestig deze aan dehaak aan de binnenzijde van devulklep.
Op een label aan de binnenzijde vande vulklep staat de voorgeschrevensoort brandstof aangegeven. Laat het vulpistool bij het aftanken van de auto nooit meer dan 3 keerautomatisch uitspringen. Indien ditwel gebeurt, kunnen er storingenoptreden. De inhoud van de brandstoftank
bedraagt ca. 60 liter. Vergrendel na het tanken de vul- dop en sluit de vulklep.
UW 307 SW IN DETAIL
76
Page 80 of 137

LICHTSCHAKELAAR
Verlichting v——r en achter Draai ring Aom de verlichting in te
schakelen.
Lichten uit ParkeerlichtenDim-/grootlicht Automatisch inschake- len van de verlichting Overschakelen van dim- naar grootlicht
Trek de hendel naar u toe. Let op:
als het contact is afgezet en het
bestuurdersportier wordt geopend, klinkt een geluidssignaal om aan tegeven dat de verlichting nog brandt. Mistlampen v——r/mistachterlicht De mistlampen en het mistachterlicht worden ingeschakeld door de ring naarvoren te draaien en uitgeschakeld doorde ring naar achteren te draaien. Hetbranden van de mistlampen wordt aan-gegeven door een verklikkerlampje ophet instrumentenpaneel. Auto's met mistachterlicht (ring B)
Mistachterlicht
Het mistachterlicht werkt in combi- natie met dimlicht en grootlicht. Auto's met mistlampen v——r en mistachterlicht (ring C) Mistlampen v——r (draai dering 1 stand naar voren).
De mistlampen vr branden in combi-natie met parkeer- en dimlicht. Mistlampen v——r enmistachterlicht (draaide ring 2 standen naarvoren).
Deze branden in combinatie met par-keer-, dim- en grootlicht. N.B.: Draai de ring twee standen
naar achteren om achtereenvolgens het mistachterlicht en de mistlampenv——r te doven. Richtingaanwijzers
Links:omlaag duwen.
Rechts: omhoog
duwen.
UW 307 SW IN DETAIL 77
Bij helder of regenachtig
weer, zowel overdag als 'snachts, is het mistachter-licht verblindend voormedeweggebruikers en
daarom niet toegestaan.
Vergeet niet de mistlampen uit te zetten zodra het niet meer nodig is.