alarm Peugeot 308 2014 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2014, Model line: 308, Model: Peugeot 308 2014Pages: 400, PDF Size: 10.15 MB
Page 4 of 400
.
.
Inhoud
308_nl_Chap00a_sommaire_ed02-2013
Visuele index
Instrumentenpaneel 12
Verklikkerlampjes 13
Meters 26
Regelknoppen 30
Boordcomputer 32
Touchscreen 36
Datum en tijd instellen 42
Sleutel met afstandsbediening 46
"Keyless entry and start" met afstandsbediening 53
"Keyless entry and start" met de elektronische sleutel op zak 55
Achterklep 58
Alarm 65
Elektrisch bedienbare ruiten 69
Panoramadak 71
Brandstoftank 72
Tankbeveiliging diesel 73
Stuurwielverstelling 75
Voor stoelen 76
Achterbank (Berline) 81
Achterbank (SW) 82
Indeling interieur 84
Middenarmsteun vóór 86
Indeling van de bagageruimte (Berline) 90
Indeling van de bagageruimte (SW) 91
Verwarming en ventilatie 95
Verwarming 97
Handbediende airconditioning 97
Handbediende airconditioning (Touchscreen) 99
Automatische airconditioning met gescheiden regeling (Touchscreen) 101
Ontwasemen - Ontdooien voorruit en zijruiten 106
Ontwaseming - Ontdooiing achterruit 107
Starten - afzetten van de motor 108
Handbediende parkeerrem 113
Elektrische parkeerrem 114
Hill holder 121
Handgeschakelde 5-versnellingsbak 122
Handgeschakelde 6-versnellingsbak 122
Opschakelindicator 123
Automatische transmissie 124
Dynamische functie 128
Stop & Start 129
Snelheidsbegrenzer 133
Snelheidsregelaar 136
Actieve snelheidsregelaar 139
Weergave van de afstand in tijd tot de voorligger 147
Waarschuwing bij kans op aanrijding, automatisch noodremsysteem 151
Dodehoekbewaking 156
Parkeerhulp 159
Achteruitrijcamera 161
Park Assist 162
Eco-rijden
Controle tijdens het rijden Toegang tot de auto
Comfort Rijden
Page 5 of 400
Inhoud
308_nl_Chap00a_sommaire_ed02-2013
Spiegels 170
Verlichting 173
dagrijverlichting 177
Automatische verlichting 178
Koplampen verstellen 180
Ruitenwissers 181
Automatische ruitenwissers 183
Plafonniers 185
Sfeerverlichting 186
Bandenreparatieset 221
Wiel verwisselen 227
Sneeuwkettingen 234
Een lamp vervangen 235
Zekering vervangen 245
12V-accu 251
Eco-mode 255
Wisserbladen vervangen 256
Slepen van uw auto 257
Sneeuwscherm 259
Trekken van een aanhanger 260
.Allesdragers monteren 262
Accessoires 264
Motorkap 267
Benzinemotor 268
Dieselmotor 269
Brandstoftank leeg (Diesel) 270
Additif AdBlue® en SCR -systeem ® en SCR -systeem ®
(Blue HDi diesel) 271
Niveaus controleren 280
Controles 283
Motoren 285
Gewichten 285
Afmetingen 286
Identifi catie 287
Richtingaanwijzers 187
Alarmknipperlichten 187
Urgence-oproep of Assistance-oproep 188
Claxon 188
Bandenspanningscontrolesysteem 189
ESP-systeem 193
Veiligheidsgordels 196
Airbags 199
Kinderzitjes 204
Uitschakelen van de airbag vóór aan passagierszijde 207
ISOFIX-kinderzitjes 213
Kinderbeveiliging 220
Zicht
Veiligheid Praktische informatie
Onderhoud Technische gegevens
.
Urgence-oproep of Assistance-oproep 289
DENON-systeem 291
Touchscreen 293
Peugeot Connect Sound
365
Audio en telematica
Index
Page 6 of 400
4
Visuele index
308_nl_Chap00b_aide visuelle_ed02-2013
Exterieur
Ruitenwissers 181-184 Ruitenwisserbladen vervangen 184, 256
Keyless entry and start-afstandsbediening 53 -57, 61- 63 Sleutel met afstandsbediening 46-52, 63 Starten 108 -112
Elektronisch stabiliteitsprogramma (ESC) 193 -195 Sneeuwkettingen 234 Bandenspanning 221, 233, 287 Bandenspanningscontrolesysteem 189-192 Wiel verwisselen 227-233 - gereedschap - demonteren/monteren Noodremsysteem, automatisch 151-155
Ve r l i c ht i n g 173 -179 Dagrijverlichting (leds) 177 Koplampverstelling 180 Lampen vervangen 235-239 - koplampen - mistlampen vóór - zijknipperlichten
Ruitbediening, blokkering 69-70
Keyless entry and start 53 -57 Portieren 47- 49, 51 - openen/sluiten - centrale vergrendeling - noodbediening Alarmsysteem 65 - 68
Brandstoftank, tankbeveiliging 72-73
Panoramadak 71 Allesdragers, fietsendrager 262-263 Accessoires 264-265
Bagageruimte 58-60 - openen/sluiten - noodbediening Bandenreparatieset 221-226 Gevarendriehoek 94
Parkeerhulp 159 -160 Achteruitrijcamera 161 Trekhaak 260 -261 Slepen 257-258 Park Assist 162-169
Lampen vervangen 240-244 - achterlichten - derde remlicht - kentekenplaatverlichting - mistachterlicht
B u i te n s p i e g e l s 170 -171, 179 Dodehoekbewaking 15 6 -15 8
Page 10 of 400
8
Visuele index
308_nl_Chap00b_aide visuelle_ed02-2013
Alarmknipperlichten 187 Vergrendelen/ontgrendelen vanuit het interieur 64
Ve r l i c ht i n g 173 -179 Richtingaanwijzers 187
Instrumentenpaneel 12-13 Verklikkerlampjes 13 -25 Meters 26 -31 Opschakelindicator 123
Stuurwiel verstellen 75 Claxon 188
Koplampverstelling 180
Opslaan van snelheden 132 Snelheidsbegrenzer 133-135 Snelheidsregelaar 136-138 Actieve snelheidsregelaar 139-146
Ruitenwissers 181-184 Boordcomputer 32-33, 35
Cockpit (vervolg)
Boordcomputer 32-33, 35 Boordcomputer (Touchscreen) 34, 35 Datum/tijd instellen (Touchscreen) 42 Datum/tijd instellen (displays C, A, A zonder autoradio) 43 - 45 Achteruitrijcamera 161 Weergave van de afstand in tijd tot de voorligger 147-150 Waarschuwing bij kans op aanr ijding 151-153 Automatisch noodremsysteem 154-155
Stop & Start-systeem 129 -131 Alarm 65 - 68
Page 49 of 400
47
2
Toegang tot de auto
308_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2013
Selectieve ontgrendeling
Alleen het bestuurdersportier ontgrendelen: druk één keer op het geopende hangslot.
Met de afstandsbediening
Standaard is de volledige ontgrendeling geactiveerd. De selectieve ontgrendeling kan worden ingesteld met behulp van het menu " Rijhulpsysteem " en vervolgens " Configuratie auto " en " Toegang auto " .
Het ontgrendelen wordt bevestigd door het gedurende ongeveer 2 seconden snel knipperen van de richtingaanwijzers. Tegelijkertijd worden, afhankelijk van de uitvoering van de auto, de buitenspiegels uitgeklapt.
De overige portieren en de achterklep ontgrendelen: druk nogmaals op het
geopende hangslot.
Volledig ontgrendelen
Met de sleutel Met de afstandsbediening
Druk op het geopende hangslot om de auto te ontgrendelen.
Het ontgrendelen wordt bevestigd door het gedurende ongeveer 2 seconden snel knipperen van de richtingaanwijzers. Tegelijkertijd worden, afhankelijk van de uitvoering van de auto, de buitenspiegels uitgeklapt.
Draai de sleutel in de richting van de voorzijde van de auto om de auto te ontgrendelen en trek vervolgens aan de portiergreep om het portier te openen. Het alarmsysteem (indien aanwezig) wordt niet uitgeschakeld. Het alarm zal worden geactiveerd door het openen van een portier en kan worden uitgeschakeld door het contact aan te zetten.
Druk op deze toets om aanvullende informatie weer te geven.
Page 50 of 400
48
Toegang tot de auto
308_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2013
Het vergrendelen wordt bevestigd door het gedurende ongeveer 2 seconden branden van de richtingaanwijzers. Tegelijkertijd worden, afhankelijk van de uitvoering van de auto, de buitenspiegels ingeklapt.
Het rijden met vergrendelde portieren kan in noodgevallen de toegang tot het interieur voor de hulpdiensten bemoeilijken. Verlaat om veiligheidsredenen (kinderen in de auto) de auto nooit, zelfs niet voor een korte tijd, zonder de sleutel mee te nemen.
Normale vergrendeling
Met de afstandsbediening
Druk op het gesloten hangslot om de auto volledig te vergrendelen.
Met de sleutel
Draai de sleutel in de richting van de achterzijde van de auto om de auto volledig te vergrendelen. Het alarmsysteem (indien aanwezig) wordt niet ingeschakeld.
Wanneer u de sleutel in de vergrendelstand gedraaid houdt of de knop van de
afstandsbediening ingedrukt houdt, worden ook de ruiten gesloten.
Als één van de portieren of de achterklep geopend is, werkt de centrale vergrendeling niet. Als de auto is vergrendeld en per ongeluk wordt ontgrendeld zonder dat binnen ongeveer 30 seconden een van de portieren wordt geopend, wordt de auto automatisch weer vergrendeld.
Het alarmsysteem (indien aanwezig) wordt in dat geval niet meer ingeschakeld. Het in- en uitklappen van de buitenspiegels kan worden uitgeschakeld door het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Als een portier of de achterklep niet goed is gesloten, zal bij draaiende motor of als de auto sneller dan 10 km/h rijdt gedurende enkele seconden een melding worden weergegeven.
Page 53 of 400
51
2
Toegang tot de auto
308_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2013
Noodbediening
Bestuurdersportier
Steek de sleutel in het slot om het portier te vergrendelen of ontgrendelen. Het alarmsysteem (indien aanwezig) wordt niet in-/uitgeschakeld als u de auto met de sleutel vergrendelt/ontgrendelt. Het alarm wordt geactiveerd als een portier wordt geopend en kan worden uitgeschakeld door het contact aan te zetten.
Overige portieren
Controleer bij de achterportieren of de kinderbeveiliging is uitgeschakeld. Steek de geïntegreerde sleutel in het slot op de zijkant van het portier en draai de sleutel een achtste omwenteling rechtsom (rechter portier) of linksom (linker portier). Sluit de portieren en controleer van buitenaf of de auto correct is vergrendeld.
Hiermee kunt u de portieren mechanisch vergrendelen en ontgrendelen in het geval van een storing in de centrale vergrendeling of van de accu.
Het alarmsysteem (indien aanwezig) wordt niet in-/uitgeschakeld als u de auto met de sleutel vergrendelt/ontgrendelt. Het alarm wordt geactiveerd als een portier
wordt geopend en kan worden uitgeschakeld door het contact aan te zetten.
Page 55 of 400
53
2
Toegang tot de auto
308_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2013
"Keyless entry and start" met afstandsbediening
Volledig ontgrendelen Selectief ontgrendelen U kunt om de auto te ontgrendelen of vergrendelen de centrale vergrendeling bedienen met de sleutel in het portierslot of met de afstandsbediening. De sleutel met afstandsbediening dient tevens voor de lokalisatie en het starten van de auto en maakt deel uit van de diefstalbeveiliging.
Standaard is de volledige ontgrendeling geactiveerd.
Het ontgrendelen wordt bevestigd door
het gedurende twee seconden snel knipperen van de richtingaanwijzers. Afhankelijk van de uitvoering worden gelijktijdig de buitenspiegels uitgeklapt. Bovendien wordt het inbraakalarm uitgeschakeld (indien aanwezig).
Druk om uitsluitend het bestuurdersportier te ontgrendelen één keer op de toets met het geopende hangslot.
Druk op het geopende hangslot om de auto te ontgrendelen.
Druk nogmaals op de toets met het geopende hangslot om de overige portieren te ontgrendelen en de achterklep te openen.
Deze functie kan worden ingesteld via het menu "Rijhulpsysteem" en vervolgens "Configuratie auto" en "Toegang auto" .
Druk op deze toets om aanvullende informatie weer te geven.
Page 56 of 400
54
Toegang tot de auto
308_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2013
Openen van de achterklep Vergrendelen
Het vergrendelen wordt bevestigd door het gedurende enkele seconden branden van de richtingaanwijzers. Afhankelijk van de uitvoering van uw auto worden de buitenspiegels ingeklapt en wordt het inbraakalarm ingeschakeld.
Druk op de toets met het gesloten hangslot om de auto volledig te vergrendelen. Houd deze toets ingedrukt tot de ruiten volledig gesloten zijn.
Druk op deze knop tot de richtingaanwijzers snel knipperen. De auto is nu geheel ontgrendeld en het inbraakalarm (indien aanwezig) is uitgeschakeld.
Met deze functie kunt u uw auto op afstand lokaliseren, wat vooral praktisch is bij weinig licht. De auto dient hiervoor wel vergrendeld te zijn.
Lokaliseren van de auto
Druk op het gesloten hangslot op de afstandsbediening. Hierna zullen gedurende ongeveer tien seconden de plafonniers gaan branden en de richtingaanwijzers gaan knipperen.
Als de portieren vergrendeld zijn, kunnen de hulpdiensten in geval van nood mogelijkerwijs moeilijker toegang krijgen tot het interieur. Zorg ervoor dat kinderen zich tijdens het bedienen van de ruiten niet kunnen bezeren.
Verlaat om veiligheidsredenen (kinderen in de auto) de auto nooit, zelfs niet voor een korte tijd, zonder de sleutel van het Keyless entry and start-systeem mee te nemen. Wees bedacht op diefstal als de sleutel van het Keyless entry and start-systeem zich binnen het detectiebereik bevindt ter wijl uw auto ontgrendeld is. Om te voorkomen dat de batterij van de elektronische sleutel ontladen raakt, gaan de "Keyless entry"-functies over in de waakfase als de auto langer dan 21 dagen niet is gebruikt. Om de functies weer te activeren, dient u op een van de knoppen van de afstandsbediening te drukken of de motor te starten met de elektronische sleutel in de lezer.
Als een portier of de achterklep niet goed is gesloten, zal bij draaiende motor of als de motor of als de motorauto sneller dan 10 km/h rijdt gedurende enkele seconden een melding worden
weergegeven.
Page 57 of 400
55
2
Toegang tot de auto
308_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2013
Volledig ontgrendelen
"Keyless entry and start" met de elektronische sleutel op zak
Systeem waarmee de auto geopend, gesloten en gestart kan worden zonder dat u de elektronische sleutel tevoorschijn hoeft te halen.
Als u de elektronische sleutel op zak hebt binnen de detectiezone A , kunt u de auto ontgrendelen door uw hand op de achterzijde van een voorportiergreep te leggen. Trek vervolgens aan de portiergreep om het portier te openen.
De centrale vergrendeling werkt niet: - als het contact is aangezet, - als een van de portieren of de achterklep nog geopend is, - als een sleutel van het Keyless entry and start-systeem zich nog in de auto bevindt. Als de auto is vergrendeld en per ongeluk wordt ontgrendeld zonder dat binnen ongeveer 30 seconden een van de portieren wordt geopend, wordt de auto automatisch weer vergrendeld. Het alarmsysteem (indien aanwezig) wordt in dat geval niet meer ingeschakeld. Het in- en uitklappen van de buitenspiegels met de afstandsbediening kan worden uitgeschakeld door het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Selectief ontgrendelen
Als de selectieve ontgrendeling van het bestuurdersportier is geactiveerd: Wanneer de elektronische sleutel zich in de detectiezone aan de bestuurderszijde bevindt, legt u uw hand achter de portiergreep van het bestuurdersportier om alleen het bestuurdersportier te ontgrendelen. Trek vervolgens aan de portiergreep om het portier te openen. Wanneer de elektronische sleutel zich in de detectiezone zich aan de passagierszijde bevindt en u uw hand achter de portiergreep van het voorportier aan passagierszijde legt, wordt de gehele auto ontgrendeld. Trek vervolgens aan de portiergreep om het portier te openen. Standaard is de volledige ontgrendeling geselecteerd. Deze instelling kan worden uitgevoerd via het menu "Rijhulpsysteem" en vervolgens "Configuratie auto" en "Toegang auto" .
Druk op deze toets om aanvullende informatie weer te geven.
Het ontgrendelen wordt bevestigd door het gedurende enkele seconden snel knipperen van de richtingaanwijzers. Afhankelijk van de uitvoering van uw auto worden de buitenspiegels uitgeklapt en wordt het inbraakalarm uitgeschakeld.