ESP Peugeot 406 Break 2002 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2002, Model line: 406 Break, Model: Peugeot 406 Break 2002Pages: 166, PDF Size: 1.81 MB
Page 2 of 166

9 - Voorruitontwaseming
10 - Airbag aan passagierszijde.
11 - Dashboardkastje.
12 - Verstelbaar zijventilatierooster.
13 - Zijruitontwaseming.
14 - Inbouwruimte luidspreker (tweeter).
15 - Multifunctionele display.
16 - Bediening verwarming/ airconditioning.
17 - Autoradio.
18 - Versnellingshendel.
19 - Asbak vóór.
20 - Uitstroomopening voor
beenruimte achter.
21 - Aansteker. 22 -
Schakelaar stoelverwarming. Muntenvak.Uitschakelen airbag aan passagierszijde.
23 - Handrem.
24 - Bekerhouder.
25 - Asbak achter.
26 - Stuur-/contactslot.
27 - Stuurkolomverstelling.
28 - Zekeringenkastje.
29 - Schakelaar elektronisch stabiliteitsprogramma(ASR/ESP).
30 - Koplampverstelling.
31 - Bedieningsnelheidsregelaar
.
UW 406 IN EEN OOGOPSLAG
3
1 -Schakelaars elektrisch bediende spiegels. Schakelaars elektrisch bediende ruiten. Blokkeerschakelaar elek- trisch bediende ruiten ach-
ter.
2 - Schakelaar verlichting enrichtingaanwijzers. Inschakelen/uitschakelen automatische ontstekingvan de lichten.
3 - Airbag bestuurder. Claxon.
4 - Instrumentenpaneel.
5 - Radiobediening op het stuurwiel.
6 - Schakelaar ruitenwissers/- sproeiers.
Bediening boordcomputer.
7 - Schakelaar alarmknipper- lichten.
8 - Middelste verstelbare venti-latieroosters.
Page 8 of 166

VEILIGHEIDSGORDELS Hoogteverstelling van de veiligheidsgordels voor Knijp de knoppen 1in en ver-
schuif deze.
Veiligheidsgordels omdoen
Trek aan de gordel en steek de gesp in de gordelsluiting.
UW 406 IN EEN OOGOPSLAG
7
STUURWIELVERSTELLING Trek aan de hendel Aom het
stuurwiel te ontgrendelen. Stel de hoogte en de diepte van het stuurwiel in en ver-grendel het stuurwiel door dehendel Agoed vast te druk-
ken.ELEKTRISCH VERSTEL- BARE BUITENSPIEGELS Draai de knop 6naar rechts of
naar links om de desbetreffende spiegel te selecteren. Duw de knop in de 4 richtingen om de spiegel te verstellen. Elektrisch inklapbare buiten- spiegels Draai, als het contact aan is, de knop 6in de stand A.
144121142
Page 18 of 166

120 000 150 000 180 000 210 000 240 000
KILOMETERSTAND30 000 60 000 90 000
VERSCHILLENDE TYPEN ONDERHOUDSCONTROLES Elke auto heeft zijn eigen onderhoudsinterval, die door de constructeur is vastgesteld op basis van de technische eigenschappen.
Deze bestaat uit 2 verschillende onderhoudscontroles (A en C), tussentijdse controles en enkele aanvullende werkzaamhe- den; deze zijn speciaal op uw auto, de kilometerstand en de leeftijd ervan afgestemd. Onderhoudscontrole type B geldt voor oudere auto's.Uw dealer geeft bij de garantiecontrole en daarna bij elke onderhoudscontrole het type en de werkzaamheden van de volgende onderhoudscontrole aan.
ONDERHOUD VAN UW 406
20
Niveau vloeistof automatische transmissie elke 60.000 km.
Vervangen van remvloeistofelke 60.000 km of elke 2 jaar.
Hiervoor dient olie op synthetische basis gebruikt te worden; er mag ook brandstofbes-
parende of synthetische olie gebruikt worden.Let op: brandstofbesparende olie mag niet worden gebruikt voor de 2,2 liter 16V motor. Tussentijdsecontrole tussentwee onderhoud-sbeurten.
ONDERHOUDSINTERVAL VAN UW 406 BENZINE
Benzinemotor (behalve V6 injectie 24V) : onderhoudscontrole elke 30.000 km of elke 2 jaar
Garantiecontrole bij 10.000 km of na
6 maanden*. Deze is noodzakelijk om
aanspraak op de garantie te kunnen maken.
* Wat het eerst wordt bereikt.
Page 20 of 166

ONDERHOUD VAN UW 406
22
Vloeistofniveauautomatische transmissie elke 60.000 km.
Vervangen van remvloeistofelke 60.000 km of elke 2 jaar.
Hiervoor dient olie op synthetische basis gebruikt te worden; er mag ook brandstof-
besparende of synthetische olie gebruikt worden. Let op: voor de 2,2 liter HDI-motor mag alleen 5W 40 olie gebruikt worden. Tussentijdsecontrole tussentwee onderhoud-sbeurten.
KILOMETERSTAND20 000 40 000 60 000 80 000
100 000 120 000 140 000 160 000 180 000
ONDERHOUDSINTERVAL VAN UW 406 HDI TURBODIESEL
Onderhoudscontrole elke 20.000 km of elke 2 jaar
Garantiecontrole bij 10.000 km of na
6 maanden*. Deze is noodzakelijk om
aanspraak op de garantie te kunnen maken.
+ onderhoud roetfilter
(Behalve 2,0 liter HDI 90 pk)
+ onderhoud roetfilter
(Behalve 2,0 liter HDI 90 pk)
* Wat het eerst wordt bereikt.
Page 22 of 166

COMMERCIELE BENAMINGEN VAN DE GOEDGEKEURDE EN AANBEVOLEN SMEERMIDDELEN VOOR MOTOREN IN EUROPA(1)
BENZINE
BENZINE
24
(1) Minimale kwaliteitseis: Benzinemotoren: ACEA A3 en API SH/SJ; Dieselmotoren: ACEA B3 en API CD/CF - ACEA= Association des Constructeurs Européens Automobiles -
API = American Petroleum Institute. Bij gebruik van een oliesoort die niet aan de norm ACEA A3-B3 voldoet, is het noodzakelijk het o nderhoudsschema
"Bijzondere omstandigheden" met kortere intervallen aan te houden.
*Deze brandstofbesparende olie mag alleen worden gebruikt voor motoren die hiervoor geschikt zijn (vanaf modeljaar 2000). Voor de 2,2 liter HDI-motor mag alleen 5W-40 olie worden gebruikt.
Brandstofbesparende olie mag niet worden gebruikt voor de 2,2 liter 16V benzinemotor. DIESEL DIESEL
Page 24 of 166

INSTRUMENTENPANEEL BENZINE/DIESEL1 - Brandstofvuldop.
2 - Geopend portier.
3 - Dimlicht.
4 - Grootlicht.
5 - Toerenteller.
6 - Richtingaanwijzer links.
7 - Verplicht stoppen (STOP).
8 - Onderhoudsintervalindicator, olieniveaumeter en
kilometerteller. 9 -
Richtingaanwijzer rechts.
10 - Snelheidsmeter.
11 - Storing roetfiltersysteem (dieselmotor).
12 - Mistlampen voor.
13 - Mistachterlicht.
14 - Elektronisch Stabiliteits Programma ASR/ESP(uitsluitend modellen metbenzinemotor).
15 - Te laag koelvloeistofniveau.
UW 406 IN DETAIL
127
16 -Koelvloeistoftemperatuurmeter.
17 - Nulstelling dagteller.
18 - Handrem en te laag remvloeistofniveau.
19 - Veiligheidsgordels.
20 - Airbags.
21 - ABS.
22 - Zelfdiagnose motor.
23 - Laden van de accu.
24 - Voorgloeien dieselmotor.
25 - Airbag aan passagierszijdeuitgeschakeld.
26 - Water in brandstoffilter.
27 - Voorremblokslijtage.
28 - Te lage motoroliedruk.
29 - Startblokkering.
30 - Dimmer dashboardverlichting.
31 - Brandstofmeter.
32 - Brandstofreserve.
Page 25 of 166

1 -Brandstofvuldop.
2 - Geopend portier.
3 - Dimlicht.
4 - Grootlicht.
5 - Toerenteller.
6 - Richtingaanwijzer links.
7 - Verplicht stoppen (STOP).
8 - Brandstofreserve.
9 - Brandstofmeter. 10 -
Onderhoudsintervalindicator, olieniveaumeter en
kilometerteller.
11 - Richtingaanwijzer rechts.
12 - Snelheidsmeter.
13 - Storing roetfiltersysteem(dieselmotor).
14 - Mistlampen voor.
15 - Mistachterlicht.
16 - Elektronisch StabiliteitsProgramma ASR/ESP(uitsluitend modellen metbenzinemotor). 17 -
Te laag koelvloeistofniveau.
18 - Koelvloeistoftemperatuurmeter.
19 - Nulstelling dagteller.
20 - Handrem en te laag remvloeistofniveau.
21 - Veiligheidsgordels.
22 - Airbags.
23 - ABS.
24 - Zelfdiagnose motor.
25 - Laden van de accu.
26 - Voorgloeien dieselmotor.
27 - Airbag passagierszijdeuitgeschakeld.
28 - Water in brandstoffilter.
29 - Voorremblokslijtage.
30 - Te lage motoroliedruk.
31 - Startblokkering.
32 - Dimmer dashboardverlichting.
33 - Temperatuurmeter motorolie.
UW 406 IN DETAIL
128
INSTRUMENTENPANEEL BENZINE/DIESEL
Page 26 of 166

UW 406 IN DETAIL
129
1-Brandstofvuldop.
2 - Geopend portier.
3 - Dimlicht.
4 - Grootlicht.
5 - Toerenteller.
6 - Richtingaanwijzer links.
7 - Verplicht stoppen (STOP).
8 - Brandstofreserve.
9 - Brandstofmeter. 10 -
Onderhoudsintervalindicator, olieniveaumeter en
kilometerteller.
11 - Richtingaanwijzer rechts.
12 - Snelheidsmeter.
13 - Storing roetfiltersysteem(dieselmotor).
14 - Mistlampen voor.
15 - Mistachterlicht.
16 - Elektronisch StabiliteitsProgramma ASR/ESP(uitsluitend modellen metbenzinemotor). 17 -
Te laag koelvloeistofniveau.
18 - Koelvloeistoftemperatuurmeter.
19 - Nulstelling dagteller.
20 - Handrem en te laag remvloeistofniveau.
21 - Veiligheidsgordels.
22 - Airbags.
23 - ABS.
24 - Zelfdiagnose motor.
25 - Laden van de accu.
26- Voorgloeien diesel
27 - Airbag aan passagierszijdeuitgeschakeld.
28 - Water in brandstoffilter
29 - Voorremblokslijtage.
30 - Te lage motoroliedruk.
31 - Schakelprogramma's.
32 - Schakelstandindicatie.
33 - Startblokkering.
34 - Dimmer dashboardverlichting.
35 - Temperatuurmeter motorolie.
INSTRUMENTENPANEEL AUTOMATISCHE TRANSMISSIE
Page 28 of 166

Verklikkerlampje handrem en te laag remvloeistofniveau en elektronische remdrukregelaar Gaat elke keer dat het contact wordt aangezet branden.
Wijst op hetzij:
- een (iets) aangetrokken handrem,
en gekoppeld aan het verklikkerlampje verplicht stoppen (STOP):
- een te laag remvloeistofniveau in het reservoir (als het lampje ook brandt als de handrem niet gebruikt wordt),
- een storing in de elektronische remdrukregelaar als het tegelijk met het verk- likkerlampje ABS brandt.
Stop onmiddellijk.
Raadpleeg een PEUGEOT-servicepunt.
Verklikkerlampje antiblokkeersysteem (ABS) Gaat elke keer dat het contact wordt aangezet gedurende 3 seconden branden.
Als het lampje bij een snelheid van meer dan 12 km/h gaat branden,wijst dit op een storing in het antiblokkeersysteem.
De normale remwerking met rembekrachtiging blijft toch behouden.
Raadpleeg een PEUGEOT-servicepunt.
Verklikkerlampje sto- ring roetfilter (diesel-motor)
Dit verklikkerlampje gaat aan in com- binatie met een geluidssignaal. Het verklikkerlampje gaat knipperen als het roetfilter overbelast is of alsde motor te lang stationair gedraaidheeft (witte rook uit de uitlaat). Hetroetfilter kan verstopt raken alsdezelfde gebruiksomstandighedenaanhouden. Ga, als de rijomstandigheden het toelaten, minstens drie minuten langmet een snelheid van meer dan
60 km/h rijden. Als het verklikkerlampje gaat bran- den, raadpleeg dan zo snel mogelijk
een PEUGEOT-servicepunt. Verklikkerlampje voorremblokslijtage Laat voor uw eigen veiligheid de remblokken zo snel mogelijk vervan- gen als dit lampje gaat branden.
UW 406 IN DETAIL
131
Verklikkerlampje wer- king Elektronisch Stabi-liteits Programma (ESP)
Het verklikkerlampje gaat knipperenals het systeem in werking treedt. Het verklikkerlampje blijft branden als het systeem is uitgeschakeld ofals er een storing optreedt.
Page 39 of 166

UW 406 IN DETAIL
68
RADIO Opmerkingen over de radio-ontvangst
Een autoradio moet onder heel andere omstandigheden functioneren dan een radio in huis. De ontvangst van AM (midden- golf) en FM-zenders (frequentiemodulatie) kan door diverse oorzaken worden gestoord. Dit ligt niet aan de kwaliteit van hetapparaat, maar aan de opbouw van de radiosignalen en de wijze van verzenden.
Bij AM-zenders kunnen er storingen optreden als er onder hoogspanningskabels, in tunnels of onder viaducten wordt gereden.
Bij FM-zenders kunnen de afstand van de zender, reflectie van het signaal door grote obstakels (bergen, gebouwen enz.) en het zenderbereik oorzaak zijn van een mindere ontvangst. Selecteren van de radio als geluidsbronDruk een aantal malen op de toets "SRC"om de radio als geluidsbron te kiezen.
Selecteren van golflengte Druk kort op de toets "BAND/AST"om de golflengte FM1, FM2, FMast of AM te kiezen.
Automatisch afstemmen Druk kort op één van de toetsen Jof Kom respectievelijk de volgende of vorige
zender te selecteren. Als deze toets wordt vastgehouden, blijft de radio in de geko- zen volgorde frequenties afzoeken. De radio stopt bij de eerste zender die na het loslaten van de toets wordt gevon- den.
Als de functie TA(verkeersinformatie) is ingeschakeld, wordt alleen afgestemd op zenders die deze informatie uitzenden.
Eerst worden de sterkste zenders afgezocht in de stand "LO". Daarna wordt in de stand "DX"ook naar zwakke zenders
gezocht.