PEUGEOT BOXER 2003 Kezelési útmutató (in Hungarian)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2003, Model line: Boxer, Model: Peugeot Boxer 2003Pages: 177, PDF Size: 1.86 MB
Page 141 of 177

05-05-2003
PRAKTISCHE INFORMATIE
136
WIEL VERWISSELEN Plaatsen van de auto ☞
Zet de auto voor zover mogelijk op een horizontale, stabiele enstroeve ondergrond.
☞ Trek de handrem aan, zet het
contact af en schakel de eersteversnelling of de achteruit in (bijautomatische transmissie destand P).
Beschikbaar gereedschap Het volgende gereedschap bevindt zich in een etui onder de passa-giersstoel: 1 -Krik.
2 - Ratelsleutel.
3 - Dop van de ratelsleutel voor het losdraaien van de bout van de
reservewielhouder.
4 - Wielsleutel.
5 - Schroevendraaier (voor het verwij-deren van de grille om lampen tevervangen).
To
egang tot het reservewiel
Het reservewiel bevindt zich in eenhouder aan de achterzijde onder deauto. De twee bouten van de reservewiel- houder bevinden zich in de bodem-plaat van het achtercompartiment bijde achterdeuren. ☞ Verwijder de doppen van de bou-
ten.
☞ Draai de bouten los met de ratelsleutel 2in combinatie met
dop 3.
☞ Licht de reservewielhouder opmet de wielsleutel 4om de haak
los te maken.
Page 142 of 177

05-05-2003
Wiel demonteren
☞ Blokkeer het wiel kruislings tegen- over het te verwisselen wiel meteen wielblok.
☞ Ve r w ijder de wieldop door de
wielsleutel 4in de opening voor
het ventiel te steken en de wiel-dop los te trekken.
☞ Draai de wielbouten iets los metde wielsleutel 4.
☞ Plaats de kop van de krik 1in
ŽŽn van de vier steunpunten E
aan de onderzijde bij het te ver-wisselen wiel.
☞ Vouw de krik 1uit met de ratel-
sleutel 2tot het voetstuk op de
grond staat. Zorg ervoor dat hetvoetstuk zich loodrecht onder hetsteunpunt Ebevindt. ☞
Krik de auto op.
☞ Verwijder de wielbouten en het
wiel.
T erugplaatsen van het wiel
☞ Plaats het wiel.
☞ Draai de wielbouten met de handvast.
☞ Draai de wielbouten met dewielsleutel 4enigszins vast.
☞ Laat de krik 1zakken en verwij-
der deze vervolgens.
☞ Draai de wielbouten met dewielsleutel 4vast.
☞ Plaats de wieldop, begin bij de ope-ning voor het ventiel en druk dewieldop rondom met de hand vast.
☞ Berg het gereedschap op onder depassagiersstoel en het wiel onderde auto. Verwissel een wiel uit veiligheidsoverwegingenalleen:
-
op een horizontale, stabiele en stroeve
ondergrond.
- met aangetrokken handrem en contact
uitgezet.
- met de eerste versnelling of de achteruit
ingeschakeld (bij automatische transmis-sie stand P).
- als de auto is geblokkeerd met het
wielblok.
Ga nooit onder een auto liggen die alleenop de krik steunt (gebruik bokken).Na het verwisselen van een wiel: - Laat zo snel mogelijk het aanhaalmo-
ment van de wielbouten en de banden-
spanning van het reservewiel door een
PEUGEOT-servicepunt controleren.
- Laat de lekke band zo spoedig mogelijk
repareren en verwissel hem met het
reservewiel.
PRAKTISCHE INFORMATIE 137
Page 143 of 177

05-05-2003
PRAKTISCHE INFORMATIE
138
LAMPEN VERVANGEN Koplampen V
erwijderen van een koplampunit:
- Open de motorkap.
- Draai de bouten Avan de grille om
bij de koplampunit 1te komen.
- Draai de moeren Bmet een sleutel
en trek de koplampunit 1 naar buiten.
- Maak de twee klemmen Clos.
- Maak de rubber bescherming Dlos.
- Maak de stekker los.
Opmerking: Raak de lampen uitslui-
tend met een droge doek aan. 1 - Dimlicht (H7-60 W). ☞
Druk de veer Gin om hem los te
maken.
☞ Neem de lamphouder Huit de
koplampunit om de lamp te ver- vangen.
2 - Grootlicht (H1-60 W). ☞ Druk de veer Ein om hem los te
maken.
☞ Neem de lamphouder Fuit de
koplampunit om de lamp te ver- vangen.
3 - Mistlampen v——r (H1-60 W). ☞ Raadpleeg de PEUGEOT-dealer- organisatie.Let bij het monteren op de goede stand van de nokjes en controleer ofde borglip goed vast zit. Voer voor het monteren de boven-
staande werkzaamheden in omge- keerde volgorde uit. De koplampunits zijn uitgerust met glazen van polycarbonaat voorzienvan een beschermlaag. Gebruik
voor het schoonmaken van dekoplampen nooit een droge doekof een schuur-, schoonmaak- ofoplosmiddel . Gebruik een spons
en zeepwater.
Page 144 of 177

05-05-2003
Zijknipperlichten (W 5 W) ☞Druk het zijknipperlicht naar achte- ren en trek het geheel los.
☞ Trek de lamphouder naar buiten
om bij de lamp te komen.
☞ Vervang de lamp.
PRAKTISCHE INFORMATIE 139
4 -
Richtingaanwijzers (P 21 W) en parkeerlichten (R 5 W).
☞ Verwijder de beschermkap Bdoor de twee veren Ain te drukken.
☞ Draai de lamphouder Deen kwart omwenteling en verwijder deze.
☞ Vervang de lamp (P 21 W).
☞ Trek de lamphouder Cnaar buiten, verwijder de lamp (R 5 W) en vervang
deze.
☞ Voer voor het monteren de bovenstaande werkzaamheden in omgekeerde
volgorde uit.
Opmerking: Bij bepaalde weersomstandigheden (lage temperatuur, vochtig
weer), kan aan de binnenzijde van de koplampen enige condensvorming
ontstaan . Deze verdwijnt zodra de lampen enige tijd branden.
Page 145 of 177

05-05-2003
Achterlichten
1 -Remlichten (P 21 W).
2 - Achteruitrijlichten (P 21 W).
3 - Richtingaanwijzers (PY 21 W).
4 - Mistachterlichten/achterlichten
(P 21/4 W). ☞
Schroef de twee bouten Alos en
maak de achterlichtunit los.
☞ Maak de stekker Blos.
☞ Schroef de twee bouten Caan de
achterzijde van de achterlichtunitlos.
☞ Vervang de defecte lamp.
PRAKTISCHE INFORMATIE
140
Kentekenplaatverlichting (C 5 W) ☞Steek een kleine schroeven- draaier in een van de buitensteopeningen van het lampglas.
☞ Duw de schroevendraaier naarbuiten om het lampglas los temaken.
☞ Verwijder het lampglas.
☞ Draai de bout los en duw de kapnaar rechts om de lamphoudereruit te nemen.
☞ Vervang de defecte lamp.
Achterlichten chassis cabine (W 5 W) ☞ Verwijder de vier schroeven om
bij de lampen te kunnen komen.
Derde remlicht (W5W) ☞
Draai de 2 bevestigingsbouten los.
☞ Verwijder de lichtunit door deze
naar buiten te drukken.
☞ Neem de stekker los.
☞ Druk de twee borglippen in om de lamphouder los te nemen.
☞ Vervang de defecte lamp.
☞ Let er bij het terugplaatsen op datde lampunit juist op de afdichtinggemonteerd wordt.
Page 146 of 177

05-05-2003
Verwijderen en plaatsen van een zekering
V oordat u een zekering vervangt, dient u eerst de oorzaak van de storing op te
sporen en te (laten) verhelpen. De nummers van de zekeringen zijn aangegeven op de zekeringkasten. ☞ Gebruik de tang A.
V ervang een defecte zekering altijd door een zekering met dezelfde stroom-
sterkte.
ZEKERINGEN VERVANGEN De zekeringkasten bevinden zich links en rechts onder het dashboarden onder de motorkap. De reservezekeringen en de tangen A zijn aangebracht aan de binnen-
kant van het deksel van de zekering-kasten onder het dashboard. Zekeringen dashboard ☞ Draai de schroeven los en kantel het deksel om bij de zekeringente komen.
Goed
Defect
PRAKTISCHE INFORMATIE 141
T
ang A
Page 147 of 177

05-05-2003
Zekeringen in de motorruimte ZekeringkastOpenen van de zekeringkast in de motorruimte: ☞Maak het deksel los.
Sluit na de werkzaamheden het deksel zorgvuldig.
PRAKTISCHE INFORMATIE
144
Bij het ontwerp van het
elektrische circuit van uw
auto is reeds rekeninggehouden met de monta-
ge van zowel de stan-
daarduitrusting als eventuele
opties.
Raadpleeg uw PEUGEOT-servi-
cepunt voordat u andere elek-
trische voorzieningen of acces-
soires in de auto monteert of laatmonteren.
PEUGEOT is niet aansprakelijk v oor kosten die voortvloeien uit
het verhelpen van storingenv eroorzaakt door het monteren
v an extra accessoires die niet
door PEUGEOT aanbevolen en
geleverd worden of door voorzie-
ningen die niet volgens de voor-
schriften van PEUGEOT zijn
gemonteerd. Dit geldt met namevo or apparatuur met een stroom-
v erbruik van meer dan 10 milliam-
* De hoofdzekeringen zorgen voor een extra beveiliging van de elek-
trische installatie. Werkzaamhe-
den aan de zekeringen dienen
door een PEUGEOT-servicepunt
uitgevoerd te worden.
Zekering Functies
1* 60 A Zekeringkast interieur met 27 zekeringen.
2* 50 A Elektronische eenheid voorgloeien, verwarmings- weerstand (2,8 liter motor).
3* 30 A Startschakelaar.
4* 50 A Antiblokkeersysteem (ABS).
5* 40 A Airconditioning.
6* 40 A Motorventilateurgroep (lage snelheid).
7* 40/60 A Motorventilateurgroep (hoge snelheid), relaismotorventilateurgroep (hoge snelheid met air-conditioning).
Page 148 of 177

05-05-2003
Zekering Functies
8 30 ARuitensproeierpomp.
9 15 AKoplampen en mistlampen.
10 15 A Claxon, bediening stuurkolomschakelaar.
11 15 AElektronische eenheid motor (secundair).
14 10 A Dimlicht rechts.
15 10 A Dimlicht links.
16 7,5 A Voeding elektronische eenheid motor, transponder.
17 10 A Elektronische eenheid motor (primair).
18 7,5 A Elektronische eenheid motor, transponder.
19 7,5 A Compressor airconditioning.
20 30 A PTC.
21 15 A Brandstofpomp.
22 20 A Elektronische eenheid motor (primair).
23 10 A Automatische transmissie.
24 15 A Automatische transmissie.
30 15 A Grootlicht links en rechts.
PRAKTISCHE INFORMATIE 145
Page 149 of 177

05-05-2003
Verwijderen en plaatsen van een zekering
V oordat u een zekering vervangt, dient u eerst de oorzaak van de storing op te
sporen en te (laten) verhelpen. De nummers van de zekeringen zijn aangegeven op de zekeringkasten. ☞ Gebruik de tang A.
V ervang een defecte zekering altijd door een zekering met dezelfde stroom-
sterkte.
ZEKERINGEN VERVANGEN De zekeringkasten bevinden zich links en rechts onder het dashboarden onder de motorkap. De reservezekeringen en de tangen A zijn aangebracht aan de binnen-
kant van het deksel van de zekering-kasten onder het dashboard. Zekeringen dashboard ☞ Draai de schroeven los en kantel het deksel om bij de zekeringente komen.
Goed
Defect
PRAKTISCHE INFORMATIE 141
T
ang A
Page 150 of 177

05-05-2003
PRAKTISCHE INFORMATIE
142
Zekering
Functies
12 5 A Parkeerlicht rechts voor en achterlicht rechts.
13 5 A Parkeerlicht links voor en achterlicht links.
24 5 A Kentekenplaatverlichting en trekhaak, verklikkerlampje parkeerlicht,
lichtschakelaar.
25 7,5 A Autoradio.
26 7,5 A Remlichten.
27 7,5 A Elektrisch verstelbare buitenspiegels, snelheidsregelaar, telefoon, tachograaf, afstandsbe-diening, alarm.
31 10 A Achteruitrijlicht, relais mistlampen voor, relais airconditioning, relais verwarming buitenspie-
gels, relais achterruitverwarming, 12 V-aansluiting.
32 15 A Autoradio.
33 7,5 A Mistachterlicht.
35 7,5 A ABI, elektrische ruitbediening.
36 - Niet gebruikt.
37 10 A Instrumentenpaneel.
39 10 A Interieurverlichting, diagnoseaansluiting EOBD.
42 7,5 A ABS.
43 20 A Ruitensproeierpomp.
44 15 A Aansteker.
46 - Niet gebruikt.
49 20 A Koplampsproeierpomp.
50 7,5 A Airbags.
51 10 A PCA (Minibus).
52 20 A 12 V-aansluiting v——r.
53 10 A Richtingaanwijzers, alarmknipperlichten, instrumentenpaneel.
55 30 A Elektrische ventilateur interieur, standkachel Webasto, aanjager verwarming/airconditioning,
aanjager standkachel Webasto, voeding standkachel Webasto.
62 - Niet gebruikt.
Zekeringkast links