PEUGEOT PARTNER TEPEE 2020 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2020, Model line: PARTNER TEPEE, Model: PEUGEOT PARTNER TEPEE 2020Pages: 216, PDF Size: 8.52 MB
Page 131 of 216

129
Reizen naar het buitenland
Bepaalde brandstoffen kunnen de motor
beschadigen.
In bepaalde landen kan het nodig zijn een
specifieke brandstofsoort te gebruiken
(specifiek octaangetal, specifieke commerciële
benaming enz.) om de goede werking van de
motor te garanderen.
Neem voor meer informatie contact op met uw
dealer.
Sneeuwkettingen
Onder winterse omstandigheden verbeteren
sneeuwkettingen de tractie en het remgedrag
van de auto.Uitsluitend de aangedreven wielen mogen
van sneeuwkettingen worden voorzien.
Een noodreser vewiel mag niet worden
voorzien van een sneeuwketting.
Houd u altijd aan de ter plekke geldende
regelgeving over het gebruik van
sneeuwkettingen en de maximaal
toegestane snelheid.
Gebruik uitsluitend kettingen die geschikt zijn
voor het type velg van uw auto:
Oorspronkelijke bandenmaat Maximale afmeting
van de schakels
195/65 R15
9
mm
19 5/ 70 R15
205/65 R15 215/5 5 R16215 / 5 0 R17
Neem voor meer informatie over
sneeuwkettingen contact op met het
PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats. Het is bijzonder raadzaam voor vertrek
het monteren van de sneeuwkettingen te
oefenen; doe dit op een vlakke en droge
ondergrond.
Rijd niet met sneeuwkettingen op een
sneeuwvrij gemaakte weg om schade aan
de banden en het wegdek te voorkomen.
Als uw auto is voorzien van lichtmetalen
velgen, controleer dan of de ketting en de
bevestigingen de velg niet raken.
Montagetips
F Als u onder weg sneeuwkettingen moet
monteren, zet de auto dan langs de kant
van de weg stil op een vlakke ondergrond.
F
T
rek de parkeerrem aan en plaats, indien
nodig, wielblokken tegen de wielen om het
wegrollen van de auto te voorkomen.
F
M
onteer de sneeuwkettingen, volg daarbij
de aanwijzingen van de fabrikant.
F
R
ijd voorzichtig weg en rij even met een
snelheid van maximaal 50
km/h.
F
Z
et de auto stil en controleer of de kettingen
correct gespannen zijn.
7
Praktische informatie
Page 132 of 216

130
Afneembaar
sneeuwscherm
Afhankelijk van het land kan het afneembare
sneeuwscherm worden aangebracht op het
onderste gedeelte van de voorbumper om
opeenhoping van sneeuw bij de koelventilator
van de radiateur te voorkomen.Vergeet niet het afneembare
sneeuwscherm te verwijderen wanneer
de buitentemperatuur hoger is dan 10°C
(geen kans op sneeuwval) of wanneer de
auto een aanhanger trekt.
Aanbrengen
F Plaats het verwijderbare sneeuwscherm vóór de centreerpen A op de voorbumper.
F
B
reng het aan door de klemmen B op de
vier hoeken vast te drukken.
Verwijderen
F Steek bij elke klem een schroevendraaier in de opening.
F
W
ip met een schroevendraaier de vier
klemmen B los.
Ruitenwisserblad
vervangen
Ruitenwissers in de
onderhoudsstand zetten Vervangen van een
wisserblad vóór
F Bedien de ruitenwisserschakelaar binnen
één minuut na het afzetten van het contact
om de ruitenwissers in de verticale stand
(onderhoudsstand) te verplaatsen.
Praktische informatie
Page 133 of 216

131
Zet het contact aan en bedien de
ruitenwisserschakelaar om de ruitenwissers
weer in de ruststand te zetten.
Vervangen van een wisserblad achter
F Til de ruitenwisserarm op.
F M aak het wisserblad los en verwijder het.
F
B
reng het nieuwe wisserblad aan.
F
Z
et de ruitenwisserarm terug.
F
T
il de ruitenwisserarm op. Maak het
wisserblad los en verwijder het.
F
B
reng het nieuwe wisserblad aan en zet de
ruitenwisserarm terug.Trekhaak
Gewichtsverdeling
F V erdeel het gewicht in de caravan/
aanhanger gelijkmatig, plaats zware
voor werpen zo dicht mogelijk bij de as en
houd u aan de toegestane kogeldruk.
Door een geringere luchtdichtheid nemen de
prestaties van de motor af als men op grotere
hoogte boven de zeespiegel komt. Trek
daarom voor elke 1000
m hoogte 10% van het
maximale aanhangergewicht af.
Maak gebruik van een trekhaak met
bijbehorende bedrading die door
PEUGEOT is goedgekeurd. Wij
adviseren de montage te laten uitvoeren
door het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Als de trekhaak wordt gemonteerd door
een bedrijf dat niet tot het PEUGEOT-
netwerk behoort, moet de montage altijd
volgens de voorschriften van de fabrikant
worden uitgevoerd.
Sommige rijhulp- of parkeerhulpsystemen
worden automatisch uitgeschakeld
wanneer een goedgekeurde trekhaak
wordt gebruikt. Houd u aan het maximale
aanhangergewicht dat is vermeld op
het kentekenbewijs van uw auto, op het
constructeursplaatje en in de rubriek
Technische gegevens
van dit boekje.
De maximale kogeldruk geldt ook
voor de montage op de trekhaak van
accessoires als een fietsendrager of
een bagageplateau.
Houd u aan de regelgeving in het land
waar u zich bevindt.
Zonder gereedschap afneembare
zwanenhalstrekhaak met slot
Presentatie
Deze zwanenhalstrekhaak wordt kant en klaar
geleverd en kan snel en eenvoudig zonder
gereedschap aangebracht en verwijderd
worden.
7
Praktische informatie
Page 134 of 216

132
Instructies voor aanbrengen en
voor elk gebruik
Verzeker u er van dat de zwanenhals correct
vergrendeld is. Doe dit door het volgende te
controleren:
-
d
e groene markering is zichtbaar,
-
h
et veiligheidsslot van de draaiknop is naar
achteren gericht,
-
he
t veiligheidsslot is vergrendeld en de
sleutel is ver wijderd; de draaiknop kan niet
meer worden bediend,
-
d
e zwanenhals mag absoluut niet in de
steun kunnen bewegen.
Vergeet bij het aankoppelen van een
aanhanger niet de draadbundel aan te sluiten.
Aanbrengen
Tijdens het gebruik
Ontgrendel nooit het systeem ter wijl
een aanhanger is aangekoppeld of een
bagageplateau op de zwanenhals is
gemonteerd.
Na het gebruik
Als gereden wordt zonder aanhanger of
bagageplateau, moet de zwanenhals zijn
ver wijderd en moet de afdekkap op de
steun zijn aangebracht. Dit is met name
van belang als de zwanenhals het zicht op
de kentekenplaat of de verlichting van de
auto belemmert.
Verwijderen
Praktische informatie
Page 135 of 216

133
Onderhoud
De correcte werking van het systeem is alleen
gegarandeerd als de zwanenhals en de steun
schoon blijven.
Alvorens de auto met een hogedrukreiniger schoon
te maken moet de zwanenhals zijn ver wijderd en de
afdekkap op de steun zijn gemonteerd.
Dakrails
Als u allesdragers op de dakrails monteert,
houd u dan aan de door de fabrikant
aangegeven gewichtswaarden. Het gewicht
mag niet meer dan 75 kg zijn.
Dakrails Zénith
De twee dakrails van het Zénith-dak kunnen
verwijderd worden.
De maximaal toegestane daklast op elke
dakrail is 35 kg.
7
Praktische informatie
Page 136 of 216

134
F Open de beschermkappen.
F D raai de vier bouten los en ver wijder ze.
F
D
raai de dragers 90°, zodat de holle delen
aan de voorzijde gepositioneerd worden.
F
B
reng de vier bouten aan en haal ze met
behulp van de sleutel aan.
F
S
luit de beschermkappen.
Max. gewicht op dragers/
rails
F Gebruik alleen de riemdoorvoeren A om de lading correct vast te zetten. De lading moet in elk geval op het hier voor
bestemde antislipmateriaal rusten en mag het
dak of de ruiten in het dak niet raken.
-
A
llesdragers op dakrails: 75 kg (deze
dragers zijn niet compatibel met de Zénith).
-
I
mperiaal: 120 kg.
-
A
llesdragers op dak: 100 kg.
-
A
llesdragers op dakrails: 75 kg
Overige accessoires
Al deze accessoires en onderdelen zijn, na
getest en goedgekeurd te zijn ten aanzien van
bedrijfszekerheid en veiligheid, aangepast aan
uw auto. U hebt een ruime keuze aan originele
onderdelen.
Er is ook een andere reeks accessoires
beschikbaar die gericht is op comfort, sport en
onderhoud:
Alarminstallatie, glasgravering, EHBO-trommel,
veiligheidsvest, parkeerhulp voor en achter,
gevarendriehoek, antidiefstalbouten voor
lichtmetalen velgen enz.
Stoelhoezen compatibel met airbags
voor voorstoelen of voorbank, rubberen
matten, vloerbedekking, sneeuwkettingen,
zonneschermen, fietsendrager op achterklep
enz.
Om te voorkomen dat de werking van de
pedalen wordt gehinderd:
-
c
ontroleer of de mat goed op zijn plaats ligt
en goed bevestigd is,
-
g
ebruik nooit meer dan één mat per plaats.
Adviezen voor vervoer van
voorwerpen op het dak
Deze procedure vereist het gebruik van
de sleutel die bij het gereedschap voor het
verwisselen van een wiel is meegeleverd.Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over het ver wisselen van
een wiel .
Audiosystemen, handsfree set, luidsprekers,
CD-wisselaar, navigatiesysteem, USB-
aansluiting, videoset enz.
Er worden veel audio- en telematicasystemen
Praktische informatie
Page 137 of 216

135
aangeboden op de markt. Om technische
redenen is het echter belangrijk dat deze
systemen geschikt zijn voor de auto. Controleer
dit altijd vooraf bij het PEUGEOT-netwerk.
De afdeling Onderdelen geeft een
accessoirecatalogus uit waarin diverse
uitrustingselementen en voorzieningen worden
aangeboden, zoals:
Laadschotten (alle typen).
Laadrol.
Trekhaak, trekhaakbedrading: deze moeten
door het PEUGEOT-netwerk worden
gemonteerd.
Scheidingswanden en -roosters, gladde
houten betimmering met vloer voorzien van
antisliplaag.
Beschermroosters
Assortiment professionele
uitrustingselementen
Onder de motorkap
Openen
Binnenzijde
BuitenzijdeMotorkapsteun
Sluiten
F Laat de motorkap voorzichtig zakken en laat
deze aan het einde van de slag in het slot
vallen.
F
T
rek de ontgrendelhendel onder het
dashboard naar u toe om de motorkap te
ontgrendelen. F
T
il de motorkap met een vlakke hand iets
op om de veiligheidshaak beter te kunnen
bereiken.
F
D
uw de veiligheidshaak met de andere
hand naar links en til de motorkap op.
F
N
eem de motorkapsteun uit de houder en
bevestig deze in de uitsparing, aangeduid
door een sticker aan de linkerzijde van de
auto, om de motorkap geopend te houden.
F
P
laats de motorkapsteun in de houder
alvorens de motorkap zonder te forceren te
sluiten.
Open de motorkap niet als het hard waait.
7
Praktische informatie
Page 138 of 216

136
Motoren
Benzine
Diesel
Ga voorzichtig te werk bij werkzaamheden
onder de motorkap.7.
Olievuldop.
8. Reservoir stuurbekrachtigingsvloeistof.
9. Handopvoerpomp (behalve BlueHDi-
motor).
Accu-aansluitingen:
Niveaus controleren
Controleer deze niveaus regelmatig en
respecteer de voor waarden zoals vermeld in
het onderhoudsschema van de fabrikant. Vul
indien nodig bij, tenzij anders aangegeven.
Laat in het geval van een sterk gedaald
niveau het desbetreffende circuit controleren
door het PEUGEOT-netwerk of door een
gekwalificeerde werkplaats.
Let erop dat u bij het eventueel
verwijderen en monteren van de afdekkap
van de motor, de bevestigingsclips niet
beschadigt.
Afgewerkte producten
Vermijd langdurig huidcontact met
afgewerkte olie en andere vloeistoffen.
De meeste van deze vloeistoffen zijn
bijtend en schadelijk voor de gezondheid. Gooi afgewerkte olie en andere
vloeistoffen niet in het riool, in het water
of op de grond.
Deponeer afgewerkte olie in de daar voor
bestemde containers bij het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Motorolieniveau
Het wordt aanbevolen om elke 5000 km het
m otorolieniveau te controleren en indien nodig
tussen twee onderhoudsbeurten olie bij te vullen.
De controle van het motorolieniveau dient bij
koude motor en horizontaal geplaatste auto te
geschieden, met behulp van de oliepeilstok.
Oliepeilstok
1. Ruitensproeiervloeistofreservoir.
2. Zekeringenkast.
3. Koelvloeistofreservoir.
4. Reservoir rem- en koppelingsvloeistof.
5. Luchtfilter.
6. Oliepeilstok. +
Pluspool.
- Minpool (massa).
2 merktekens op de peilstok:
A = maximum
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats
als het oliepeil boven dit merkteken
uitkomt. Een te hoog oliepeil kan
beschadiging van de motor tot gevolg
hebben.
B = minimum
Als het olieniveau niet boven dit merkteken uitkomt,
moet het voor de motor van uw auto voorgeschreven
type motorolie worden bijgevuld via de vuldop.
Laat het olieniveau nooit onder dit merkteken uitkomen.
Voor het behoud van de bedrijfszekerheid van de
motoren en de emissieregelsystemen mogen in geen
geval additieven aan de motorolie worden toegevoegd.
Praktische informatie
Page 139 of 216

137
Dit dient volgens de inter vallen in het
onderhoudsschema van de fabrikant te worden
uitgevoerd. Raadpleeg de voorschriften in het
PEUGEOT-netwerk.
Motoroliekwaliteit
De gekozen olie moet in alle gevallen
voldoen aan de eisen die zijn vermeld in het
onderhoudsschema van de fabrikant.
Remvloeistof ver versen
KoelvloeistofniveauAls de motor warm is, wordt de temperatuur
van de koelvloeistof geregeld door de
koelventilator. Deze kan ook werken als het
contact is afgezet. Wacht na uitschakelen van
de motor minstens 1 uur met het uitvoeren van
werkzaamheden aan het koelsysteem, omdat
het koelsysteem onder druk staat.
Draai om brandwonden te voorkomen de dop
eerst een kwartslag los om de druk te laten
dalen. Ver wijder, als de druk eenmaal gedaald
is, de dop en vul koelvloeistof bij.
Als het reser voir vaak bijgevuld moet worden,
duidt dit op een defect. Raadpleeg zo snel
mogelijk het PEUGEOT-netwerk om het
systeem te laten controleren.
Bijvullen
Olie ver versen
De remvloeistof dient volgens het
onderhoudsschema van de fabrikant te worden
ver verst.
Gebruik remvloeistof die door de fabrikant
wordt aanbevolen en aan de DOT4-normen
voldoet.
Het niveau dient steeds tussen de merktekens
MIN en MA X van het reser voir te staan.
Als het reser voir vaak bijgevuld moet worden,
duidt dit op een storing. Laat het systeem zo
snel mogelijk controleren door het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Gebruik alleen door de fabrikant aanbevolen
vloeistof.
Als u dit niet doet, kan de motor ernstig
beschadigd raken.
F
N
eem voordat u olie bijvult de peilstok uit de
houder.
F
C
ontroleer na het bijvullen het
motorolieniveau (het niveau mag niet boven
het bovenste merkteken uitkomen).
F
D
raai de dop op de vulopening voordat u de
motorkap sluit. Het niveau dient steeds tussen de merktekens
MIN en MA X van het expansievat te staan.
Laat het koelsysteem, als meer dan 1
liter
moet worden bijgevuld, controleren door het
PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Vloeistofniveau
stuurbekrachtiging
Controleer het niveau van de
stuurbekrachtigingsvloeistof als de auto op een
vlakke ondergrond staat en de motor koud is.
Draai de dop met geïntegreerde peilstok los en
controleer of het niveau tussen de merktekens
MIN en MA X staat.
7
Praktische informatie
Page 140 of 216

138
Niveau ruitensproeiervloeistof
Voor een optimale reiniging raden we het
gebruik van producten uit het PEUGEOT-
assortiment aan.
Voor een optimale reiniging en om het
bevriezen van de sproeiers te voorkomen,
wordt het (bij)vullen van het reser voir met water
afgeraden.
Inhoud ruitensproeiervloeistofreservoir:
ongeveer 3
liter.
Niveau brandstofadditief
(dieselmotor met roetfilter)
Een te laag additiefniveau wordt
aangegeven door het lampje
Ser vice in combinatie met een
geluidssignaal en een melding op
het display. Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats als de melding niet
verdwijnt en het lampje Service blijft branden.
Bijvullen
Laat het bijvullen zo spoedig mogelijk uitvoeren
door het PEUGEOT-netwerk of door een
gekwalificeerde werkplaats.
Controles
Accu
De accu is onderhoudsvrij.
Niettemin is het raadzaam om
regelmatig te controleren of de
accupoolklemmen goed vastzitten
(bij uitvoeringen zonder snelsluiting
voor de accupoolklemmen) en of de
aansluitingen schoon zijn.
Uitvoeringen met het Stop & Start-
systeem zijn voorzien van een speciale
12V- loodac c u.
Deze accu mag uitsluitend worden
vervangen door het PEUGEOT-netwerk of
door een gekwalificeerde werkplaats.
Remblokken
De slijtage van de remblokken is
sterk afhankelijk van de rijstijl, vooral
bij stadsverkeer en veel korte ritten.
Hierdoor kan het noodzakelijk blijken
om de remblokken vaker, tussen
twee onderhoudsbeurten door, te
laten controleren.
Als het remsysteem vrij is van lekkages, duidt
een te laag remvloeistofniveau erop dat de
remblokken versleten zijn.
Slijtage remschijven/
remtrommels
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats
voor informatie over het controleren
van de slijtage van de remschijven/
remtrommels.
Parkeerrem
Als de parkeerrem een te grote
slag heeft of als het systeem
minder goed werkt, moet de
parkeerrem, zelfs tussen twee
onderhoudsbeurten door, worden
afgesteld.
Laat het systeem controleren door het
PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Als dit gebeurt wanneer de motor draait,
wijst dit op een beginnende verzadiging van
het roetfilter (veelvuldige stadsritten: lage
snelheden, verkeersopstoppingen enz.).
Om het filter te regenereren wordt aangeraden
zo spoedig mogelijk, als de verkeerssituatie dit
toelaat, gedurende ongeveer 5
minuten met
een snelheid van meer dan 60
km/h te gaan
rijden (tot het lampje uitgaat en de melding
verdwijnt).
Tijdens de regeneratie van het roetfilter kunnen
relaisgeluiden vanaf de onderzijde van het
dashboard hoorbaar zijn. Laat uw accu voor de winter controleren
door het PEUGEOT-netwerk of door een
gekwalificeerde werkplaats.
Praktische informatie