TOYOTA RAV4 2022 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2022, Model line: RAV4, Model: TOYOTA RAV4 2022Pages: 602, PDF Size: 173.22 MB
Page 61 of 602

Uitvoeren van de regelgeving
Gebruikersinformatie uitvoering regelgeving, bijlage 1, DEEL 3 Conformiteit
1. BESCHRIJVING IN VOERTUIG GEÏNTEGREERD ECALL-SYSTEEM
1.1.Overzicht, werking en functionaliteiten van het in het voer-
tuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-systeemO
1.2.De op 112 gebaseerde eCall-dienst is een publieke dienst
van algemeen nut die gratis beschikbaar is.O
1.3.Het in het voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-
systeem is standaard ingeschakeld. Bij een ernstige aanrij-
ding wordt het systeem automatisch geactiveerd door signa-
len van sensoren in het voertuig. Het wordt ook automatisch
geactiveerd als de auto is voorzien van een TPS-systeem dat
niet werkt bij een ernstige aanrijding.O
1.4.Het in het voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-
systeem kan indien nodig ook handmatig worden geacti-
veerd. Instructies voor het handmatig activeren van het sys-
teemO
1.5.Als door een ernstige systeemstoring het in het voertuig
geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-systeem wordt uit-
geschakeld, krijgen de inzittenden van het voertuig de vol-
gende waarschuwingO
2. INFORMATIE OVER GEGEVENSVERWERKING
2.1.Elke verwerking van persoonsgegevens die via het in het
voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-systeem
zijn verzameld, moet voldoen aan de regelgeving met betrek-
king tot persoonsgegevens zoals vastgelegd in richtlijn 95/
46/EG en 2002/58/EG, en moet met name zijn gebaseerd op
de noodzaak om de vitale belangen van personen te bescher-
men, conform artikel 7(d) van richtlijn 95/46/EG.O
2.2.De verwerking van dergelijke gegevens dient strikt beperkt
te blijven tot het doel van het behandelen van de eCall-
noodoproep naar het Europese alarmnummer 112.O
2.3. Soorten gegevens en hun ontvangers
2.3.1.Het in het voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-
systeem kan alleen de volgende gegevens verzamelen en
verwerken: voertuigidentificatienummer, type voertuig (per-
sonenauto of lichte bestelwagen), type brandstof/
aandrijving van het voertuig (benzine/diesel/aardgas/LPG/
elektriciteit/waterstof ), laatste drie locaties en rijrichting
van het voertuig, logbestand van de automatische activering
van het systeem inclusief tijdstip van activering, eventuele
aanvullende gegevens (indien van toepassing)O
2.3.2.De ontvangers van de door het in het voertuig geïntegreerde
op 112 gebaseerde eCall-systeem verwerkte gegevens zijn
de relevante openbare alarmcentrales die zijn aangewezen
door de overheidsinstanties van het land waarin deze centra-
les zijn gevestigd om als eerste eCall-oproepen naar het Eu-
ropese alarmnummer 112 te ontvangen en te verwerken.
Aanvullende informatie (indien beschikbaar):O
1 .3 Noodoproep
59
1
Veiligheid en beveiliging
Page 62 of 602

Gebruikersinformatie uitvoering regelgeving, bijlage 1, DEEL 3 Conformiteit
2.4. Maatregelen m.b.t. de gegevensverwerking
2.4.1.Het in het voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-
systeem is zo ontworpen dat de gegevens in het geheugen
van het systeem niet toegankelijk zijn voordat een eCall
wordt verzonden. (Eventuele) aanvullende opmerkingen:O
2.4.2.Het in het voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-
systeem is zo ontworpen dat het niet te traceren is en niet
constant kan worden getraceerd tijdens de normale wer-
kingsstatus van het systeem. (Eventuele) aanvullende op-
merkingen:O
2.4.3.Het in het voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-
systeem is zo ontworpen dat de gegevens in het interne ge-
heugen van het systeem automatisch en permanent worden
gewist.O
2.4.3.1.De gegevens over de locatie van het voertuig worden op zo'n
manier permanent overschreven in het interne geheugen
van het systeem dat altijd maximaal de drie laatste actuele
locaties van het voertuig bewaard blijven. Deze locaties zijn
nodig voor de normale werking van het systeem.O
2.4.3.2.Het logbestand van de activiteitengegevens in het in het
voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-systeem
wordt niet langer bewaard dan nodig is voor het doel van de
verwerking van de eCall-noodoproep en in elk geval niet lan-
ger dan 13 uur gerekend vanaf het moment dat de eCall-
noodoproep was verzonden.O
2.5. Voorwaarden voor uitoefenen van rechten door betrokkenen
2.5.1.De betrokkene (de eigenaar van het voertuig) heeft het recht
op inzage in de gegevens en, in voorkomende gevallen, het
recht op rectificatie, wissen of blokkeren van gegevens over
hem of haar als de verwerking van de gegevens niet overeen-
komt met de bepalingen in richtlijn 95/46/EG. Derden die de
gegevens hebben ontvangen moeten worden geïnformeerd
over de rectificatie, het wissen of het blokkeren van deze ge-
gevens, uitgevoerd conform deze richtlijn, behalve als kan
worden bewezen dat dit onmogelijk is of onevenredig veel
inspanning vereist.O
2.5.2.De betrokkene heeft het recht een klacht in te dienen bij de
bevoegde gegevensbeschermingsautoriteit als hij of zij van
mening is dat zijn of haar rechten zijn geschonden door de
verwerking van zijn of haar persoonsgegevens.O
2.5.3.Klantenservice die verantwoordelijk is voor het behandelen
van verzoeken om inzage (indien van toepassing):
→Blz. 62O
1 .3 Noodoproep
60
Page 63 of 602

Gebruikersinformatie uitvoering regelgeving, bijlage 1, DEEL 3 Conformiteit
3. INFORMATIE OVER DIENSTEN VAN DERDEN EN ANDERE DIENSTEN MET TOEGEVOEGDE
WAARDE (INDIEN VAN TOEPASSING)
3.1.Beschrijving van de werking en de functionaliteiten van het
TPS-systeem/een dienst met toegevoegde waarde→Blz. 58
3.2.Elke verwerking van persoonsgegevens die via het TPS-
systeem/een andere dienst met toegevoegde waarde zijn
verzameld, moet voldoen aan de regelgeving met betrekking
tot persoonsgegevens zoals vastgelegd in richtlijn 95/46/EG
en 2002/58/EG.O
3.2.1.Wettelijke basis voor het gebruik van het TPS-systeem en/of
de diensten met toegevoegde waarde, en voor het verwerken
van gegevens die via dit systeem/deze diensten zijn verza-
meldDe Europese
Algemene Ver-
ordening Ge-
gevensbe-
scherming
3.3.Alleen op basis van de uitdrukkelijke toestemming van de
betrokkene (de eigenaar(s) van het voertuig) mogen per-
soonsgegevens worden verwerkt door het TPS-systeem
en/of andere diensten met toegevoegde waarde.O
3.4.Voorwaarden voor het verwerken van gegevens via het TPS-
systeem en/of andere diensten met toegevoegde waarde,
inclusief de noodzakelijke aanvullende informatie over de
traceerbaarheid, het traceren en het verwerken van per-
soonsgegevens→Blz. 58
3.5.De eigenaar van een auto met een TPS eCall-systeem en/of
een andere dienst met toegevoegde waarde die tevens be-
schikt over het in het voertuig geïntegreerde op 112 geba-
seerde eCall-systeem heeft het recht te kiezen voor het in
het voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-
systeem in plaats van voor het TPS eCall-systeem en andere
diensten met toegevoegde waarde.O
3.5.1.Contactgegevens voor het behandelen van verzoeken om
uitschakeling van het TPS eCall-systeemN.b.
1 .3 Noodoproep
61
1
Veiligheid en beveiliging
Page 64 of 602

Klantenservice die verantwoordelijk is voor het behandelen van verzoeken om inzage
Land Contactgegevens
Oostenrijk [email protected]
België/Luxemburg [email protected]
Kroatië [email protected]
Tsjechië/Hongarije/Slowakije [email protected]
Denemarken [email protected]
Estland [email protected]
Finland [email protected]
Frankrijk [email protected]
Duitsland [email protected]
Groot-Brittannië [email protected]
Griekenland [email protected]
IJsland [email protected]
Ierland [email protected]
Italië [email protected]
Nederland www.toyota.nl/klantenservice
Noorwegen [email protected]
Polen [email protected]
Portugal [email protected]
Roemenië [email protected]
Slovenië [email protected]
Spanje [email protected] / [email protected].
Zweden [email protected]
Zwitserland [email protected]
1 .3 Noodoproep
62
Page 65 of 602

Verklaring voor eCall
1 .3 Noodoproep
63
1
Veiligheid en beveiliging
Page 66 of 602

Wet op de consumentenbescherming
1.4 Hybridesysteem
1.4.1 Kenmerken hybridesysteem
Uw auto is een hybridevoertuig. De eigenschappen van uw auto zijn anders dan die van
conventionele auto's. Zorg ervoor dat u de eigenschappen van uw auto goed leert kennen
en gebruik de functies voorzichtig.
Bij het hybridesysteem werken een benzinemotor en een elektromotor (tractiemotor)
samen, afhankelijk van de rijomstandigheden, om het brandstofverbruik en de
uitlaatgasemissie te verlagen.
Systeemonderdelen
ABenzinemotor
BElektromotor voor (tractiemotor)
CElektromotor achter (tractiemotor)*
*Alleen AWD-uitvoeringen
De afbeelding dient slechts ter illustratie en wijkt mogelijk af van de werkelijkheid.
1 .3 Noodoproep
64
Page 67 of 602

Bij stilstand/tijdens wegrijden
Wanneer de auto stilstaat, wordt de
benzinemotor uitgeschakeld
*. Bij het
wegrijden wordt de auto aangedreven
door de elektromotor (tractiemotor). Bij
het rijden met lage snelheid of bij het
afrijden van een flauwe helling wordt de
benzinemotor uitgeschakeld
*en wordt de
elektromotor (tractiemotor)
ingeschakeld.
Wanneer de selectiehendel in stand N
staat, wordt het batterijpakket
(tractiebatterij) niet opgeladen.
*Wanneer het batterijpakket
(tractiebatterij) moet worden opgeladen
of wanneer de motor aan het opwarmen
is, enz., wordt de benzinemotor niet
automatisch uitgeschakeld. (→Blz. 65)
Tijdens normaal rijden
De auto wordt voornamelijk aangedreven
door de benzinemotor. De elektromotor
(tractiemotor) laadt zo nodig het
batterijpakket (tractiebatterij) op.
Tijdens sterk accelereren
Wanneer het gaspedaal volledig wordt
ingetrapt, wordt de energie van het
batterijpakket (tractiebatterij)
toegevoegd aan de energie die de
benzinemotor levert via de elektromotor
(tractiemotor).
Tijdens het remmen (regeneratief
remmen)
De wielen drijven de elektromotor
(tractiemotor) aan, waardoor energie
wordt opgewekt en het batterijpakket
(tractiebatterij) wordt opgeladen.
Regeneratief remmen
• In de volgende situaties wordt
kinetische energie omgezet in
elektrische energie en wordt er een
afremmingskracht gegenereerd
terwijl tegelijkertijd het batterijpakket
(tractiebatterij) wordt opgeladen.– Het gaspedaal wordt losgelaten
terwijl de selectiehendel in stand D
of S staat.
– Het rempedaal wordt ingetrapt
terwijl de selectiehendel in stand D
of S staat.
• Als het benzineroetfiltersysteem
(→blz. 289) in werking is om het
uitlaatgasfilter te regenereren, wordt
het batterijpakket (tractiebatterij)
mogelijk niet opgeladen.
EV-controlelampje
Het EV-controlelampje gaat branden
wanneer de auto alleen door de
elektromotor (tractiemotor) wordt
aangedreven of de benzinemotor niet
draait.
Het in- of uitschakelen van het
EV-controlelampje kan worden
gewijzigd. (→Blz. 101)
Omstandigheden waarin de
benzinemotor mogelijk niet wordt
uitgeschakeld
De benzinemotor wordt automatisch
gestart en uitgeschakeld. Hij wordt
echter onder de volgende
omstandigheden mogelijk niet
automatisch uitgeschakeld
*:
• Tijdens de opwarmfase van de
benzinemotor
• Tijdens het opladen van het
batterijpakket (tractiebatterij)
• Als de temperatuur van het
batterijpakket (tractiebatterij) hoog
of laag is
1 .4 Hybridesysteem
65
1
Veiligheid en beveiliging
Page 68 of 602

• Als de verwarming is ingeschakeld
*Afhankelijk van de omstandigheden
wordt de benzinemotor mogelijk ook
niet automatisch uitgeschakeld in
andere situaties.
Opladen van het batterijpakket
(tractiebatterij)
Omdat het batterijpakket
(tractiebatterij) indien nodig door de
benzinemotor wordt opgeladen, hoeft
het niet door een externe bron te
worden opgeladen. Als de auto echter
gedurende lange tijd wordt geparkeerd,
wordt het batterijpakket (tractiebatterij)
langzaam ontladen. Daarom moet u
ervoor zorgen dat er elke paar maanden
gedurende minimaal 30 minuten of
16 km met de auto gereden wordt. Als
het batterijpakket (tractiebatterij)
volledig ontladen raakt en u het
hybridesysteem niet meer kunt starten,
neem dan contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Opladen van de 12V-accu
→Blz. 428
Als de 12V-accu leeg is, vervangen is
of verwijderd is geweest.
De benzinemotor stopt mogelijk niet,
ook niet als de auto door het
batterijpakket (tractiebatterij) wordt
aangedreven. Als dit probleem enkele
dagen aanhoudt, neem dan contact op
met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Geluiden en trillingen die kenmerkend
zijn voor een hybrideauto
Mogelijk zijn er geen motorgeluiden
hoorbaar of trillingen voelbaar terwijl de
auto wel kan rijden en het
controlelampje READY brandt. Zet uitveiligheidsoverwegingen de
selectiehendel in stand P en activeer de
parkeerrem wanneer u de auto parkeert.
De volgende geluiden of trillingen
kunnen hoorbaar of voelbaar zijn als het
hybridesysteem in werking is en deze
duiden niet op een defect:
• Er kunnen motorgeluiden hoorbaar
zijn uit het motorcompartiment.
• Bij het inschakelen of uitschakelen
van het hybridesysteem kan er geluid
hoorbaar zijn dat afkomstig is van het
batterijpakket (tractiebatterij) onder
de achterstoelen.
• Bij het inschakelen of uitschakelen
van het hybridesysteem zijn er
mogelijk werkingsgeluiden van het
relais te horen, zoals een klik of een
vaag gerammel, dat afkomstig is van
het batterijpakket (tractiebatterij)
onder de achterstoelen.
• Als de achterklep open is, kunnen er
geluiden van het hybridesysteem
hoorbaar zijn.
• Als de benzinemotor start of stopt, bij
rijden met lage snelheden of als de
motor met stationair toerental draait,
kunnen er geluiden hoorbaar zijn van
de transmissie.
• Bij sterk accelereren kunnen er
motorgeluiden hoorbaar zijn.
• Als het rempedaal wordt ingetrapt of
het gaspedaal wordt losgelaten,
kunnen er geluiden hoorbaar zijn die
worden veroorzaakt door het
regeneratief remmen.
• Als de benzinemotor start of stopt,
kunnen trillingen voelbaar zijn.
• U kunt via de ventilatieopening onder
de achterstoel geluid horen dat
afkomstig is van de koelventilator.
Onderhoud, reparatie, recycling en
afvoer
Neem voor onderhoud, reparatie,
recycling en afvoer contact op met een
erkende Toyota-dealer of
1 .4 Hybridesysteem
66
Page 69 of 602

hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige. Voer de auto niet zelf af.
Akoestisch
voertuigwaarschuwingssysteem
Als u rijdt met uitgeschakelde
benzinemotor, wordt er een geluid, dat
aangepast wordt aan de rijsnelheid,
afgespeeld om mensen in de buurt te
waarschuwen dat de auto nadert. Het
geluid stopt als de rijsnelheid hoger
wordt dan ongeveer 25 km/h.
Akoestisch
voertuigwaarschuwingssysteem
In de volgende gevallen is het
akoestische
voertuigwaarschuwingssysteem mogelijk
moeilijk te horen voor mensen in de
buurt.
• In gebieden met harde
omgevingsgeluiden
• In de wind of regenOok is het akoestische
voertuigwaarschuwingssysteem achter
de auto mogelijk moeilijker te horen dan
vóór de auto omdat het systeem aan de
voorzijde van de auto is geïnstalleerd.
Als “Proximity Notification System
Malfunction Visit Your Dealer”
(Storing in waarschuwingssysteem
naderende auto. Ga naar uw dealer) op
het multi-informatiedisplay wordt
weergegeven
Er is mogelijk een storing in het systeem
aanwezig. Laat de auto nakijken door
een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
1 .4 Hybridesysteem
67
1
Veiligheid en beveiliging
Page 70 of 602

1.4.2 Voorzorgsmaatregelen hybridesysteem
Wees voorzichtig met het hybridesysteem, aangezien dit een hoogspanningssysteem
(max. ongeveer 650 V) bevat, evenals onderdelen die extreem heet worden als het
hybridesysteem in werking is. Volg de aanwijzingen op de waarschuwingslabels op.
Systeemonderdelen
AWaarschuwingslabel
BServicestekker
CElektromotor achter (tractiemotor)*
DBatterijpakket (tractiebatterij)
EHoogspanningskabels (oranje)
FElektromotor voor (tractiemotor)
GVermogensregeleenheid
HAircocompressor
*Alleen AWD-uitvoeringen
De afbeelding dient slechts ter illustratie en wijkt mogelijk af van de werkelijkheid.
1 .4 Hybridesysteem
68